06 augustus 2002

bevolking

Delft telde op 1 januari 1997 94.029 inwoners. Dat is een toename van zo'n 800 personen ten opzichte van vorig jaar. De bevolkingstoename is te splitsen in een geboortenoverschot (347) en een migratiesaldo (522). De bevolkingsgroei komt overeen met de netto toename van het aantal woonruimten, in 1996 zijn er namelijk per saldo 480 woonruimten bijgekomen. De gemiddelde bezetting per woonruimte is met 1,94 dan ook gelijk gebleven aan vorig jaar. Het totaal aantal woonruimten op 1 januari 1997 komt door deze toename op 48.381.

Het geboortenoverschot, het verschil tussen het aantal levendgeborenen en het aantal overledenen, is in 1996 in vergelijking met andere jaren toegenomen. Dat is veroorzaakt doordat er in 1996 meer kinderen werden geboren. In 1996 zijn er 1.115 kinderen geboren, 65 meer dan in 1995. In Voordijkshoorn (wijk 14) was de toename het grootst, in deze wijk werden er 41 kinderen meer geboren. Het aantal sterfgevallen in Delft bleef met 768 in 1996 vrijwel constant.

Het externe migratiesaldo, het verschil tussen het aantal personen dat zich in Delft heeft gevestigd en het aantal dat uit Delft is vertrokken, heeft ook in 1996 een belangrijk deel van de bevolkingsgroei veroorzaakt. In 1996 vestigden 5.890 personen zich in Delft en vertrokken er 5.368 uit Delft. Dit leverde netto 522 extra Delftenaren op, evenveel als in 1995.

Naast de externe migratie hebben we ook nog te maken met verhuizingen binnen Delft, de interne migratie. In 1996 zijn er bijna 8.200 personen binnen Delft verhuist naar een andere woning, dat is bijna 9% van de bevolking.

Het positieve migratiesaldo is vooral terug te vinden in de wijk Voordijkshoorn (wijk 14), deze wijk waar in 1996 nog bijna 250 nieuwe woningen werden gebouwd, had een positief migratiesaldo van 631 personen. Ook wijk Schieweg (wijk 27), waar uit het bouwplan Hooikade/Zuideinde 84 woningen zijn opgeleverd, had een positief migratiesaldo van 146 personen. Daarentegen hadden de wijken Tanthof-Oost (wijk 23), Hof van Delft (wijk 13) en Tanthof-West (wijk 22) te maken met grote negatieve migratiesaldo's. Deze wijken hadden te maken met een migratiesaldo van respectievelijk -109, -95, -76.

leeftijdsopbouw

Delft is een typische studentenstad, dit blijkt direct uit de leeftijdsopbouw van Delft. Als die wordt vergeleken met Nederland, dan zijn er in Delft met name meer mannen in de leeftijdsgroep van 20-29 jaar. Maar het aantal 20-29 jarigen is wel aan het afnemen in Delft, met name het aantal 20-24 jarigen. Op 1 januari 1997 waren er 9.717 20-24 jarigen in Delft, 4% minder dan vorig jaar. Deze afname is ook waarneembaar bij het aantal ingeschreven studenten bij de Technische Universiteit Delft.

Het aantal 0-14 jarigen en het aantal 30-44 jarigen is in 1996 toegenomen. Wat verder opvalt is dat een gedeelte van de naoorlogse geboortengolf 50 jaar is geworden, op 1 januari 1997 waren er 4.979 50-54 jarigen, dat is 18% meer dan op 1 januari 1996.

Ook bij de migratie zijn er concentraties in bepaalde leeftijdsgroepen waarneembaar. Zo bestond 69% van de 5.890 vestigers in 1996 uit 15-34 jarigen en 64% van de 5.368 vertrekkers uit 20-34 jarigen.

huishoudens

Volgens de laatste raming waren er op 1 januari 1997 49.350 huishoudens in Delft. Er is hier sprake van een raming omdat het bevolkingsregister een persoonsregistratie is. Het aantal huishoudens is groter dan het aantal woonruimten, doordat vaak meer huishoudens op één adres wonen (veelal éénpersoonshuishoudens).

Van alle huishoudens bestaat 50% uit 1-persoons huishoudens, 27% uit 2-persoons huishoudens en 23% uit 3- of meer-persoonshuishoudens. Het aantal 1-persoons huishoudens is in verhouding het grootst in de Binnenstad (wijk 11) met 67%, het aantal 3- of meer-persoonshuishoudens is met 46% het grootst in Tanthof-West (wijk 22). Met deze raming is ook het aantal huishoudens bestaande uit ongehuwd samenwonenden bepaald, dit zijn er 4.825 in Delft.

buitenlanders

In Delft woonden op 1 januari 1997 5.657 buitenlanders (personen met een niet-Nederlandse nationaliteit), verdeeld over 120 verschillende nationaliteiten. Het aandeel buitenlanders is de afgelopen jaren vrijwel constant gebleven op 6% van de bevolking. Er zijn wel bepaalde verschuivingen zichtbaar. Zo blijft het aantal personen met de Turkse nationaliteit (de grootste groep buitenlanders in Delft) voor het vierde achtereenvolgende jaar afnemen, in 1996 daalde hun aantal met 10% tot 820. En het aantal personen met de Vietnamese nationaliteit is in 1996 bijna gehalveerd. Het aantal personen met de Iraakse nationaliteit is in 1996 bijna verdubbeld tot 308 op 1 januari 1997 en het aantal personen met de Somalische nationaliteit steeg met 40%.

Als er niet met nationaliteit maar met geboorteland wordt gerekend dan is 12% van de Delftse bevolking van buitenlandse herkomst. De grootste concentraties van in het buitenland geborenen komen voor in de Voorhof (wijk 24) en de Buitenhof (wijk 25) met respectievelijk 21% en 19%. Van de in totaal 11.624 in het buitenland geborenen komt 17% uit een ander EU-land. Opvallend is dat 15% afkomstig is uit Indonesië (incl. Ned.-Indië en Ned. Nieuwguinea). Daarnaast is 11% afkomstig uit Suriname en 10% uit Turkije.

prognose

De bevolking van Delft zal de komende jaren nog behoorlijk in aantal toenemen. Op 1 januari 2007 zal de bevolking naar verwachting uit 98.175 personen bestaan. In 2000 zal de grootste bevolkingstoename plaatsvinden, naar verwachting zal de bevolking in dat jaar met 1.325 personen toenemen. De grootste bevolkingstoenames zullen zich naar verwachting voordoen in Wippolder/Ruiven (wijk 28/29), Buitenhof (wijk 25), Schieweg (wijk 27) en Binnenstad (wijk 11). In deze wijken zal de bevolking tot 2007 met respectievelijk 1.614, 967, 909 en 818 personen toenemen.

gemeentepersoneel

Op 1 juni 1997 werkten er 1.430 mensen bij de gemeente, 92 meer dan op 1 juni 1996. Bij de dienst CombiWerk bleef het aantal gemeenteambtenaren gelijk, bij alle andere diensten was er sprake van een toename van gemeentepersoneel. Het aantal werkzame uren nam niet bij elke dienst toe, wellicht veroorzaakt door de invoering van de 36-urige werkweek.

Het gemeentepersoneel bestaat voor 62% uit mannen en voor 38% uit vrouwen. Als het aantal personeelsleden omgerekend wordt in fulltime equivalenten dan telde de gemeente 1.200 formatieplaatsen. In fulltime equivalenten werd 68% van de formatieplaatsen bezet door mannen en 32% door vrouwen. Van de mannelijke ambtenaren heeft 83% een fulltime baan (36 uur) en van de vrouwelijke 27%. Bijna 60% van de gemeenteambtenaren woont in Delft en 12% werkt nog geen jaar bij de gemeente. Op 1 juni 1997 was de Delftse ambtenaar gemiddeld 42 jaar. Hoge salarissen komen nog steeds bij mannen vaker voor dan bij vrouwen. Van de mannelijke ambtenaren heeft 14% een hoog salaris (schaal 11 of hoger), bij de vrouwen is dat 6%.

Het ziekteverzuim onder het gemeentepersoneel is in 1996 toegenomen tot 7,5%, in 1995 was dat 6,3%. Bij de mannen (6,5%) is het ziekteverzuim lager dan bij de vrouwen (9,2%). De dienst Welzijn, Onderwijs en Cultuur had in 1996 het laagste ziekteverzuim en de dienst Maatschappelijke zorg het hoogste. Het ziekteverzuim neemt af, naarmate de salarisschool hoger is. In 1996 was het ziekteverzuim bij het gemeentepersoneel met salarisschaal 1-4 12,5% en bij salarisschaal 11-16 was dat 5,6%.

politie

In 1996 zijn er 8.427 meldingen van misdrijven geweest bij de Delftse afdelingen van de politie Haaglanden, 17% minder dan in 1995. Dit betekent dat er dagelijks zo'n 23 misdrijven in Delft plaatsvinden. Het aantal misdrijven bestaat voor het grootste gedeelte (7.693) uit misdrijven met betrekking tot het wetboek van strafrecht. Hierbij moet vooral gedacht worden aan eenvoudige diefstallen (2.808) zoals diefstallen van fietsen, diefstallen door middel van braak (2.395) en vernielingen (1.298). Het aantal eenvoudige diefstallen en diefstallen door middel van braak is ten opzichte van 1995 afgenomen, het aantal vernielingen nam juist toe in 1996. Er waren in 1996 ook minder verkeersmisdrijven dan in 1995.

In 1996 zijn er ruim 85.000 voertuigen gecontroleerd op snelheid, bijna 15% kreeg als gevolg hiervan een procesverbaal. Op de Rotterdamseweg werden naar verhouding de meeste bekeuringen uitgedeeld, 27% reed te hard.

brandweer

In 1996 waren er 672 branden in Delft, maar de brandweer moest 1.210 keer uitrukken voor een brand, dat is 17% meer dan in 1995. De meeste branden bestaan uit buitenbranden (511), die voor ruim 70% het gevolg zijn van brand in een vuilcontainer. Naast deze buitenbranden waren er ook nog 161 branden in gebouwen, in 107 gevallen betrof een woongebouw. In 1996 kwam de brandweer gemiddeld 6,7 minuten na de melding aan bij de brand.

Ook het aantal hulpverleningen door de brandweer is met 413 in 1996 toenomen ten opzichte van 1995. De meest voorkomende werkzaamheid hierbij is het bevrijden of redden van personen (112).

verkeer en ongevallen

Op 1 augustus 1996 waren er 32.217 motorvoertuigen in Delft, 27.598 personenauto's, 3.083 bedrijfsauto's en 1.536 motortweewielers. Het aantal motoren is tussen 1 augustus 1995 en 1 augustus 1996 toegenomen met 7%. Het aantal passerende motorvoertuigen op de rijksweg A13 blijft langzaam toenemen. Op een werkdag in 1996 reden er gemiddeld 144.325 motorvoertuigen op de rijksweg A13, 2% meer dan in 1995. Op de Provinciale weg 15 was er een toename van 3%, gemiddeld 26.454 motorvoertuigen werden er geteld op een werkdag in 1996.

In 1996 vonden er 1.534 verkeersongevallen plaats in Delft, evenveel als in 1995. Het aantal daarbij betrokken verkeersslachtoffers nam met 11 af tot 272. Van het aantal betrokkenen bij verkeersongevallen is de personenauto met 60% het vaakst betrokken bij een ongeval.

openbaar vervoer

In 1996 stapten er op Delftse stations gemiddeld 23.539 personen per werkdag in en uit de trein, dat is 7% meer dan in 1995.

De tram wint ook aan populariteit in Delft, op een werkdag in 1997 stapten er 13% meer reizigers in Delft op de tram dan in 1996. In 1997 maakten gemiddeld 11.560 reizigers per werkdag gebruik van de tram.

Zuidwestnederland meet de busbezetting. Op een werkdag in 1996 werden er op de interlokale buslijnen 4.946 personen geteld op de heenreis en 4.573 op de terugreis. Dat is ten opzichte van 1995 een stijging van respectievelijk 10% en 7%. Lijn 129 naar Rotterdam vervoerde in 1996 de meeste reizigers.

Op de lokale lijnen werden er in 1996 op een werkdag 3.081 personen geteld op de heenreis en 3.124 op de terugreis. Bij de lokale lijnen is lijn 64 (Tanthof-Aan 't Korft) het populairst.

bedrijven en instellingen

Op 1 oktober 1996 waren er volgens het bedrijvenregister van Stadsgewest Haaglanden 3.097 vestigingen van bedrijven en instellingen in Delft gevestigd. In deze vestigingen werkten 38.702 personen 12 uur of meer per week en 4.741 personen minder dan 12 uur per week.

Belangrijke bedrijfstakken in Delft zijn de zakelijke dienstverlening met 7.741 werkzame personen, de industrie (6.252), het onderwijs (6.051), de gezondheids- en welzijnszorg en de handel (4.622).

De meeste vestigingen van bedrijven en instellingen (1.150) staan in de Binnenstad (wijk 11). De hoogste concentratie werkzame personen bevindt zich in de Binnenstad (wijk 11) en in de Wippolder (wijk 28). Maar ook in Schieweg (wijk 27) en in de Voorhof (wijk 24) werken een aanzienlijk aantal personen.

Delft is Kennisstad. In Delft blijken 827 bedrijven en instellingen zich bezig te houden met kennis-intensieve arbeid, hierin werken 15.158 personen (dit is bijna 40% van de werkzame personen). De grootste kennis-intensieve bedrijven en instellingen in Delft zijn: TU Delft, Gist-brocades en TNO.

winkels

Op 1 juli 1996 waren er 613 winkels in Delft, een derde hiervan is specifiek bestemd voor dagelijkse artikelen (supermarkt assortiment) en twee derde voor niet-dagelijkse artikelen. Tezamen hebben zij een verkoopvloeroppervlak van ruim 98.884 m2. Hiervan ligt 43% in de Delftse binnenstad, 17% in Schieweg (wijk 27), 15% in de Voorhof (wijk 24) en 10% in de Delftse Hout (wijk 16).

beroepsbevolking

In november 1996 bestond de werkende beroepsbevolking van Delft uit 43.015 personen. Ten opzichte van november 1995 betekent dat een toename 2.260 personen. De werkende beroepsbevolking bestaat voor 40% uit vrouwen, 52% werkt 40 uur of meer per week en ongeveer de helft werkt in Delft.

inkomens

Uit de inkomensstatistieken van het CBS blijkt dat het gemiddeld besteedbaar huishoudensinkomen in Delft in 1994 op 44.350 gulden per jaar ligt. De hoogste huishoudensinkomens komen voor in Tanthof-West (wijk 22), Tanthof-Oost (wijk 23), Abtswoude (wijk 26) en Ruiven (wijk 29).

Van de huishoudens waar het hoofd tot de actieven (zelfstandigen en werknemers) behoort ligt het gemiddeld besteedbaar inkomen op 51.000 en bij de huishoudens met niet actieve hoofden op 34.900 gulden per jaar.

basisonderwijs

In schooljaar 1996/97 waren er 26 basisscholen in Delft, 1 minder dan in schooljaar 1995/96. Ondanks deze afname was er een toename van 320 leerlingen ten opzichte van het vorige schooljaar. Tanthof-West (wijk 22) heeft het grootste potentieel aan basisschoolleerlingen, 1.349 leerlingen wonen in deze wijk, ook in Buitenhof (wijk 25) wonen veel basisschoolleerlingen (1.210).

Van de kinderen op de basisscholen is 15% van buitenlandse afkomst. Dit percentage verschilt nogal per wijk. Op de basisscholen in Voordijkshoorn (wijk 14) is meer dan de helft (57%) van de leerlingen van buitenlandse afkomst, in Voorhof (wijk 24) is dat 35% en in Buitenhof (wijk 25) 25%. Het openbaar onderwijs heeft met 23% het grootste aandeel buitenlandse leerlingen.

voortgezet- en beroepsonderwijs

De drie scholengemeenschappen voor algemeen voortgezet en voorbereidend beroepsonderwijs in Delft hadden in schooljaar 1996/97 5.871 leerlingen op het dagonderwijs. Hiervan volgden 4.595 leerlingen algemeen voorgezet onderwijs en 1.276 voorbereidend beroepsonderwijs. In schooljaar 1996/97 volgden 806 leerlingen voortgezet avondonderwijs, 9% minder dan in schooljaar 1995/96. De toename was het grootst bij de leerlingen die 'Nederlands als tweede taal' volgden, bij dit schooltype was er een toename van 23%.

Bij het middelbaar beroepsonderwijs nam het leerlingenaantal met 10% toe tot 1.485 in het schooljaar 1996/97, bij de vrouwen was er een toename van 12% en bij de mannen een toename van 4%.

Bij het hoger beroepsonderwijs nam het leerlingenaantal af met 1% tot 2.319 in schooljaar 1996/97, met name het hoger laboratorium onderwijs was minder populair.

Technische Universiteit Delft

In het studiejaar 1996/97 stonden er 13.107 studenten ingeschreven bij de Technische Universiteit Delft, 4% minder dan in het vorige studiejaar. De grootste afnames (van 10% of meer) waren te constateren bij de opleidingen: Technische Wiskunde, Technische Natuurkunde, Elektrotechniek, Technische Informatica en Scheikundige Technologie. De grootste toename (16%) deed zich voor bij de opleiding Technische Bestuurskunde. De opleidingen Bouwkunde, Civiele Techniek, Industrieel Ontwerpen en Werktuigbouwkunde zijn het meest populair onder de Delftse studenten.

Van het aantal studenten bestaat 19% uit vrouwen en woont 56% in Delft.

Volgens de prognose zal het aantal studenten in de toekomst verder afnemen, tot 10.400 in het studiejaar 2000/01, 21% minder dan het huidig aantal studenten.

uitleningen

De openbare bibliotheken in Delft hadden op 31 december 1996 23.448 leden. Deze hadden de beschikking over 212.123 boeken, waarvan de uitleenfrequentie ook in 1996 gemiddeld 4,2 per boek was. In totaal waren er 888.256 uitleningen, zodat het gemiddeld aantal uitleningen per lid gelijk bleef op 38 boeken in 1996.

De Stichting Discotheek Delft had op 31 december 1996 4.645 leden, 2% minder dan op 31 december 1995. Deze lenen steeds minder langspeelplaten en compactdiscs. In 1996 waren er 66.985 uitleningen, 11% minder dan in 1995. Het gemiddeld aantal uitleningen per lid daalde naar 14 in 1996, in 1992 waren dit er nog 22.

cultuur

In het feestjaar 1996 waarin Delft 750 jaar Stadsrechten herdacht, is het aantal bezoekers aan bezienswaardigheden fors toegenomen. Het 1996 nam het bezoekersaantal met 12% toe tot 943.200. Het aantal bezoekers van Stedelijk museum Het Prinsenhof verviervoudigde ten opzichte van 1995 tot 170.400 bezoekers. Ook bij de andere twee gemeentelijke musea, museum Lambert van Meerten en Volkenkundig museum Nusantara en bij museum Paul Tetar van Elven kwamen naar verhouding veel meer bezoekers. Naast Het Prinsenhof blijven de Nieuwe Kerk en Oude Kerk, met tezamen 215.700 bezoekers en de aardewerkfabrieken de Porcelijne Fles en de Delftse Pauw, met respectievelijk 180.000 en 160.000 bezoekers de grootste publiekstrekkers in Delft.

film en theater

In 1996 brachten 139.000 personen een bezoek aan een Delftse bioscoop, dat is 5% minder dan in 1995. Bij het nieuwe Filmhuis Lumen verdubbelde het bezoekersaantal in 1996 tot ruim 30.000 bezoekers.

In het seizoen 1996/97 brachten 45.246 personen een bezoek aan het 'Theater de Veste', dat zijn er 1.700 minder dan het vorige seizoen. Het aantal bezoekers van de geprogrammeerde voorstellingen in de grote zaal nam het 23% toe tot 29.783. In de grote zaal waren 103 geprogrammeerde voorstellingen met gemiddeld 289 bezoekers per voorstelling. In de kleine zaal waren 12 geprogrammeerde voorstellingen met in totaal 945 bezoekers, in seizoen 1995/96 waren dat er nog 1.645. In het seizoen 1996/97 trokken de overige activiteiten veel minder bezoekers dan in het vorige seizoen. Het aantal bezoekers van overige activiteiten nam met 69% af tot 14.518 in het seizoen 1996/97.

zwembadbezoek

In 1996 brachten 460.551 personen een bezoek aan de Delftse zwembaden, dat is 11% minder dan in 1995. Deze afname werd geheel veroorzaakt doordat zwembad Kerkpolder in het zomerseizoen gesloten was. De andere zwembaden kregen wellicht daardoor juist meer bezoekers. Het Sportfondsenbad kreeg de meeste bezoekers, bijna 275.000 in 1996.

hotels

In 1997 waren er in Delft 18 hotels met in totaal 371 kamers en 733 bedden. Volgens het CBS dat in hun telling uitgaat van 10 hotels waren er in 1996 66.507 overnachtingen van 38.822 gasten. Van deze gasten was bijna 80% afkomstig uit het buitenland. De buitenlandse gasten bestonden onder andere voor 20% uit Fransen, voor 14% uit Duitsers en voor 15% uit Britten.

Daarnaast noteerde het kampeerterrein 'de Delftse Hout' in 1996 35.408 overnachtingen van 9.832 gasten.

Naast de 18 hotels, zijn er in Delft 4 pensions, 111 restaurants en 74 cafés.

werklozen

Op 1 januari 1997 waren er volgens de regionale arbeidsvoorziening 5.171 personen werkloos in Delft. Bijna de helft van de werklozen is langer dan een jaar werkloos; 24% is van niet-Nederlandse afkomst; 61% heeft lager onderwijs of VBO/MAVO als opleidingsniveau.

Volgens het CBS, die de werkloosheid meet via de enquête beroepsbevolking, zijn er minder werklozen. Gemiddeld over 1994-1996 zouden er in Delft 3.000 geregistreerde werklozen zijn, dat is 7,4% van de beroepsbevolking. In Nederland lag dat percentage op 7,1% en in Zuid-Holland op 7,7%.

gezondheidszorg

In 1996 zijn er 16.720 personen opgenomen in het Reinier de Graaf Gasthuis, 1% meer dan in 1995. In 1996 lag een patiënt gemiddeld 8,9 dagen in het Reinier de Graaf Gasthuis, de gemiddelde bedbezetting in 1996 was 57%.

Het aantal polikliniekbezoeken in het Reinier de Graaf Gasthuis was met 287.711 in 1996 4% lager dan in 1995.

In de Delftse locatie van het Psychiatrisch Centrum Joris zijn in 1996 579 patiënten opgenomen, 270 mannen en 309 vrouwen. In 1996 waren er gemiddeld 438,1 bedden van het Psychiatrisch Centrum bezet. Ook zijn er nog 251 patiënten in deeltijd opgenomen en er waren nog 11.626 polikliniekbezoeken.

In Delft zijn 40 huisartsen, 31 tandartsen en 8 apothekers, deze werken niet allemaal in een eigen praktijk.

milieu

In 1996 waren 339 klachten over het milieu in Delft, waarvan 192 geluidshinderklachten en 130 stankklachten.

In 1996 is er 53.892 ton afval ingezameld in Delft, dat is 576 kg per hoofd van de bevolking. Er werd in 1996 minder huisvuil en grofvuil ingezameld, maar meer groenafval, glas en papier dan in 1995.

grondgebruik

Delft heeft een oppervlakte van 2.630 hectare, hiervan bestond op 1 januari 1993 793 ha uit agrarisch gebied en 716 ha uit woongebied. Zowel het agrarisch als het woongebied is ten opzichte van 1989 toegenomen, met respectievelijk 40 en 20 ha, dit ging ten koste van bouwterrein voor overige bestemmingen.

volkshuisvesting

Per 1 januari 1997 heeft het CBS de woningdefinitie aangepast, hierdoor zijn er verschillen ontstaan in het aantal woonruimten. Volgens de nieuwe definitie waren er op 1 januari 1997 41.477 woningen, 4.793 wooneenheden en 2.111 plaatsen in bijzondere woongebouwen in Delft. In 1996 zijn er in totaal 480 woonruimten bijgekomen, 406 door nieuwbouw, 2 door verbouw en 72 door andere toevoegingen. Tevens zijn er 8 woonruimten gesloopt en 40 op een andere manier aan de voorraad onttrokken, zodat er per saldo 480 woonruimten bij zijn gekomen in 1996. Van de 408 voltooide woonruimten (nieuwbouw en verbouw) bestond: 100% uit koopwoningen; 21% uit eengezinswoningen; 54% uit 4-kamerwoningen.

Voor 1997 zijn er 602 nieuwe woningen gepland, hiervan worden er 280 gerealiseerd aan de Balthasar van der Polweg in wijk 28 (Wippolder) en 212 aan het terrein Hooikade/Zuideinde in wijk 27 (Schieweg). In de Binnenstad (wijk 11) zullen naar verwachting 67 nieuwe woningen worden gebouwd.

De voorraad woonruimten in Delft bestaat voor 68% uit huur- en voor 32% uit koopwoningen. De wijk met de meeste koopwoningen (49%) in Delft is Tanthof-West (wijk 22). Deze wijk heeft dan ook het grootste aandeel eengezinswoningen (64%), in geheel Delft ligt dit aandeel op 35%. In Voorhof/Schieweg (wijk 24/27) bestaat 68% van de woningen uit flats met 5 of meer woonlagen. De wijken met veel huurwoningen zijn Vrijenban/Delftse Hout (wijk 12/16), Voorhof/Schieweg (wijk 24/27) Buitenhof (wijk 25) en Wippolder/Ruiven (wijk 28/29), in deze wijken ligt het percentage huurwoningen boven de 75%.

woonmarktkrant

In 1996 hebben 9.265 woningzoekenden één of meer keer gereageerd op een woning uit de woonmarktkrant, hiervan bestond 66% uit Delftenaren. Het percentage Delftenaren is behoorlijk afgenomen, in 1994 bestond 77% uit Delftenaren. In 1996 zijn er 1.768 woningen via de woonmarktkrant aangeboden, 1.025 aan starters en 743 aan doorstromers. Aan starters werden vooral HAT-eenheden (65%) aangeboden, aan doorstromers flats met lift (36%) en bovenwoningen/flats zonder lift (28%). Van de aangeboden woningen in 1996 stond 26% in de Buitenhof (wijk 25), 16% stond in de Voorhof (wijk 24) en 14% in Vrijenban/Delftse Hout (wijk 12/16).

begroting

In 1996 heeft de gemeente Delft 538 miljoen uitgegeven, dat is gemiddeld fl. 5.746,- per inwoner. Het meeste geld is uitgegeven aan sociale voorzieningen en maatschappelijk werk en aan ruimtelijke ordening en volkshuisvesting. De gemeente Delft moet gaan bezuinigen, voor 2001 zijn de uitgaven voor de gemeente dan ook lager begroot, op 487 miljoen.

Vergelijkingen tussen Delft, Haaglanden, Zuid-Holland en Nederland

bevolking

Haaglanden bestaat uit de gemeenten Delft, De Lier, Den Haag, 's-Gravenzande, Leidschendam, Maasland, Monster, Naaldwijk, Nootdorp, Pijnacker, Rijswijk, Schipluiden, Voorburg, Wassenaar, Wateringen en Zoetermeer.

Op 1 januari 1997 woonden er in Haaglanden in totaal 929.573 inwoners. In 1996 hadden alleen de gemeenten Den Haag, 's Gravenzande, Naaldwijk en Voorburg te maken met een afname van het aantal inwoners, bij de overige gemeenten nam het aantal inwoners toe.

Aan de bevolkingsdichtheid in Haaglanden is het verschil tussen landelijk en stedelijk gebied goed te zien. Den Haag en Voorburg zijn met tussen de 60 en 70 personen per hectare de dichtsbevolkte gebieden van Haaglanden. Daarna volgen Delft en Zoetermeer met tussen de 30 en 40 inwoners per hectare, in Rijswijk wonen tussen de 20 en 30 inwoners per hectare en in de overige gemeenten zijn dat er minder dan 20 per hectare.

In Haaglanden werden in 1995 12 kinderen per 1.000 inwoners geboren, evenveel als in Zuid-Holland en Nederland. In Delft waren dat er 11 per 1.000 inwoners. Het aantal overledenen in 1995 lag in Delft met 8 per 1.000 inwoners ook lager dan in Haaglanden, Zuid-Holland en Nederland. In Haaglanden stierven er 10 per 1.000 inwoners. In Zuid-Holland en Nederland 9 per 1.000 inwoners. Rijswijk, Voorburg en Wassenaar hadden in 1996 een negatief geboortenoverschot.

buitenlanders

In Haaglanden wonen, in vergelijking met Zuid-Holland en Nederland, meer mensen van buitenlandse afkomst, zowel bij vergelijking op nationaliteit als op geboorteland. Zo had op 1 januari 1996 5% van de bevolking in Nederland, 6% van de bevolking in Zuid-Holland en 8% van de bevolking in Haaglanden een niet-Nederlandse nationaliteit. De verdeling over de nationaliteiten in Haaglanden wijkt niet af met Nederland, maar wel met Delft. In Delft wonen naar verhouding minder Marokkanen dan in Haaglanden. Het percentage in het buitenland geborenen in de bevolking ligt in Haaglanden met 17% een stuk hoger dan de 9% in het buitenland geborenen in Nederland. In Zuid-Holland ligt dit percentage op 13% en in Delft op 12%. In Haaglanden en Zuid-Holland wonen met name meer mensen van Surinaamse afkomst, in Delft meer van Indonesische afkomst.

misdrijven

In Nederland werden er in 1996 76 misdrijven per 1.000 inwoners door de politie geregistreerd. In Haaglanden waren dat er 87 per 1.000 inwoners, met in Den Haag het grootste aantal van 101 en in Schipluiden het laagste aantal van 34 misdrijven per 1.000 inwoners. In Delft werden 80 misdrijven per 1.000 inwoners door de politie geregistreerd in 1996.

verkeer

Op 1 augustus 1996 stonden er 416 motorvoertuigen per 1.000 inwoners in Haaglanden geregistreerd, in Zuid-Holland waren dit er 413 en in Nederland 435 per 1.000 inwoners. Binnen Haaglanden stonden er in Rijswijk het meeste auto's geregistreerd, 711 motorvoertuigen per 1.000 inwoners op 1 augustus 1996. In Delft het minste, namelijk 344 motorvoertuigen per 1.000 inwoners, wellicht onder invloed van het groot aantal studenten dat in het bezit is van een ov-jaarkaart.

In Delft zijn er ook naar verhouding minder verkeersongevallen met zwaar letsel gebeurd dan in Haaglanden, Zuid-Holland en Nederland. Zo zijn er in 1995 in Delft 41 verkeersongevallen met zwaar letsel per 100.000 inwoners gebeurd. In Haaglanden lag dit aantal op 57, in Zuid-Holland op 58 en in Nederland op 74 ongevallen per 100.000 inwoners.

bedrijvenregister

Op 1 oktober 1996 waren er in het Stadsgewest Haaglanden 36.648 vestigingen van bedrijven en instellingen met daarin 378.063 werkzame personen (arbeidsplaatsen). In Den Haag is de dichtheid van arbeidsplaatsen het grootst. Daar werken gemiddeld 20 tot 29 mensen per hectare. In Delft, Rijswijk, Voorburg en Zoetermeer zijn dat er 10 tot 19 per hectare en in Naaldwijk en De Lier 5 tot 9 per hectare. In de overige gemeenten werken gemiddeld minder dan 5 mensen per hectare.

De beroepsbevolking in Haaglanden, bestond gemiddeld over 1994-1996 uit 401.900 personen, 372.500 werkenden en 29.400 werklozen.

inkomens

Om de inkomens per gemeente te kunnen vergelijken heeft het CBS per gemeente een gemiddeld gestandaardiseerd huishoudensinkomen per jaar berekend, hierbij is rekening gehouden met de grootte van het huishouden en de aanwezigheid van minderjarige kinderen. Het gemiddeld gestandaardiseerd huishoudensinkomen in Nederland lag in 1994 op 31.900 gulden per jaar. In Delft was dat 32.100 en in Haaglanden 33.200 gulden per jaar. Den Haag had binnen Haaglanden, met 31.000, het laagste gemiddeld gestandaardiseerd huishoudensinkomen en Wassenaar met 43.300 het hoogste.

theaterbezoek

Uit theaterbezoekcijfers van het CBS blijkt dat er in Haaglanden veel animo is om een theater te bezoeken. In Haaglanden waren er in het seizoen 1995/96 34 bezoekers per 100 inwoners bij door het Rijk gesubsidieerde muziek- en theateruitvoeringen. In Nederland en Zuid-Holland lag dit cijfer op 19 bezoekers per 100 inwoners en in Delft op 9.

dagbladen

In Haaglanden leest 79% van de huishoudens een krant. De Haagsche Courant is de populairste krant binnen Haaglanden, 41% van de huishoudens leest deze krant. Van de landelijke kranten is de Telegraaf het populairste met 12% lezers. Binnen Haaglanden zijn er wel verschillen. Zo wordt het Algemeen Dagblad veel gelezen in Maasland en in Pijnacker, de Volkskrant in Delft, de Telegraaf in Wassenaar, Leidschendam, Rijswijk en in Voorburg, NRC Handelsblad in Wassenaar en Trouw in Maasland en in De Lier.

werklozen

In Haaglanden waren er op 1 januari 1997 54.402 mensen werkloos, 2% meer dan op 1 januari 1996. Van de werklozen in Haaglanden bestaat 55% uit mannen en 45% uit vrouwen, 53% is langer dan 1 jaar werkloos en 25% is van niet-Nederlandse afkomst. Een groot deel van de ingeschreven werklozen in Haaglanden heeft alleen basisonderwijs (34%) of voorbereidend beroepsonderwijs/MAVO (39%) gevolgd.

arbeidsongeschikten

Als het aantal arbeidsongeschikten uitgedrukt wordt in procenten van het aantal 15-64 jarigen, dan was op 1 januari 1996 7,7% van de Nederlanders arbeidsongeschikt. In Delft, Haaglanden en Zuid-Holland lag dit percentage lager, respectievelijk op 5,0%, 6,0% en 5,9%.

woningbouw

In 1996 zijn er 5.707 nieuwbouw woonruimten opgeleverd in Haaglanden, bijna 50% werd gebouwd in Den Haag. In 1996 werden er in Haaglanden 6 woonruimten per 1.000 inwoners gebouwd, evenveel als in Zuid-Holland en Nederland. In De Lier, Nootdorp en Rijswijk lag dit aantal een stuk hoger, respectievelijk op 17, 17 en 14 woonruimten per 1.000 inwoners.

Van de in 1996 voltooide nieuwbouw woonruimten in Haaglanden behoorde 51% tot de koopsector, in Nederland was dat 65%.