06 augustus 2002

Jaarboek bestuursinformatie 1998



naar algemene inhoudsopgave


Lijst met definities

Het gebruik van vaktermen of gewone woorden met een van het normale spraakgebruik afwijkende inhoud is niet altijd te vermijden. Daarom bespreken we er hier een aantal in alfabetische volgorde. Hopelijk vergemakkelijken deze definities het begrip van de gegevens. Een aantal van deze definities komt overeen met die welke het CBS hanteert.

Administratieve correcties:

Indien de werkelijke aantallen (bv. inwoners) op 31 december afwijken van de op basis van registratie berekende aantallen, wordt het verschil rechtgetrokken door zogenaamde administratieve correcties.

Afkomst:

Afkomst is bepaald uit een combinatie van eerste nationaliteit, eventuele tweede of derde nationaliteit en het geboorteland van de betreffende persoon. Bij kinderen met de Nederlandse nationaliteit en geboorteland wordt er voorzover deze bij de ouders woonachtig zijn ook rekening gehouden met de afkomst van de ouders.

Afwezigheidsdagen:

Dagen dat patiënten tijdelijk elders verblijven.

Auditor:

Een persoon die als zodanig is ingeschreven om deel te nemen aan het onderwijs, ter voorbereiding op het afleggen van één of meer "examens".

Beroepsbevolking:

Volgens deze definitie worden tot de beroepsbevolking gerekend:

  • personen die tenminste twaalf uur per week werken, of
  • personen die werk hebben aanvaard waardoor ze tenminste twaalf uur per week gaan werken, of
  • personen die verklaren tenminste twaalf uur per week te willen werken, daarvoor beschikbaar zijn en activiteiten ontplooien om werk voor tenminste twaalf uur per week te vinden.

Van de beroepsbevolking worden personen die tenminste twaalf uur per week werken tot de werkzame beroepsbevolking gerekend en degenen die niet of minder dan twaalf uur per week werken tot de werkloze beroepsbevolking.

Besteedbaar huishoudensinkomen:

De som van de bruto jaarinkomens van de afzonderlijke leden van de huishoudens vermindert met de premies sociale zekerheid en andere betaalde overdrachten (o.a. alimentatie voor ex-partner) en de loon-, inkomsten- en vermogensbelasting.

Het bruto inkomen omvat winst uit onderneming, bruto inkomsten uit arbeid, inkomsten uit vermogen en bruto ontvangen overdrachten (zoals RWW, AOW, AWW en WAO).

Bijzondere woongebouwen:

Aantal plaatsen voor permanente huisvesting en bedrijfsmatige huishoudelijke verzorging van een verzameling personen in bijzondere woongebouwen. De volgende hoofdgroepen worden onderscheiden: gevangenis, woonvorm religieuze gemeenschap, opleidingsinternaat, opleidingsschool politie/krijgsmacht, psychiatrische inrichting, zwakzinnigeninrichting, verpleeghuis, bejaardenoord, gezinsvervangend tehuis, woonvorm zintuiglijke gehandicapten, jeugdinternaat en opvangcentrum volwassenen.

Buitenlanders:

Personen met een andere dan de Nederlandse nationaliteit. Personen met zowel de Nederlandse als een of meer niet-Nederlandse nationaliteit(en) zijn bij de Nederlanders geteld.

Dagelijkse en niet-dagelijkse artikelen:

Onder dagelijkse artikelen worden verstaan de voedings- en genotmiddelen en enige frequent aangekochte non-food artikelen, zoals kruidenierswaren, was- onderhouds- en reinigingsmiddelen en activiteiten op het gebied van persoonlijke verzorging (ook samen te vatten als supermarktassortiment in combinatie met drogisterij). Alle andere artikelen behoren tot de niet-dagelijkse artikelen.

Dagmaximum:

De hoogste temperatuur die op een dag is gemeten.

Dagminimum:

De laagste temperatuur die op een dag is gemeten.

Deeltijdbehandelingen:

Dagbehandelingen waarbij men alleen overdag wordt behandeld.

Doorstromer:

Een woningzoekende die binnen of buiten Delft, over een zelfstandige woning beschikt en deze achterlaat voor verhuur of verkoop. Dus nu woont in: een huurwoning van een corporatie of een particuliere eigenaar, een koopwoning, of een zelfstandige woning voor huisvesting van alleenstaanden en tweepersoons huishoudens.

Eengezinswoning:

Een woning die aan de volgende drie voorwaarden voldoet:

1. minimaal één vertrek bevindt zich op de begane grond;
2. alle tot de woning behorende ruimten zijn op opeenvolgende of op één en dezelfde verdieping gelegen;
3. er bevinden zich geen ruimten boven de woning die deel uitmaken van een andere woning.Tot eengezinswoningen worden gerekend: vrijstaande woningen, twee-onder-een-kap woningen, rijtjeshuizen, bungalows en boerderijen.De zogeheten gestapelde eengezinswoningen vallen dus niet onder deze definitie. Dat zijn meergezinshuizen.

Extraneus:

Een persoon die aan een universiteit is ingeschreven anders dan als "student" voor het uitsluitend afleggen van één of meer "examens".

Fulltime equivalenten:

Werkzame uren per week uitgedrukt in equivalenten van 36 uur. Bij de docenten van de Vrije Akademie Westvest bestaat een fulltime equivalent uit 26 uur.

Geboortenoverschot:

De groei (of afname) van de bevolking uitsluitend op basis van het verschil tussen het aantal geboren en het aantal overleden personen.

Gemiddelde bedbezetting:

Percentage bedden dat gemiddeld gedurende het jaar bezet was. (verpleegdagen/(bedden x aantal dagen in het jaar))

Gestandaardiseerd huishoudensinkomen:

Om de inkomens van huishoudens van verschillende omvang en samenstelling vergelijkbaar te maken, wordt het inkomen van het huishouden met behulp van een equivalentenfactor gestandaardiseerd.
Deze equivalentenfactor is afhankelijk van de huishoudensgrootte en de aanwezigheid en leeftijd van minderjarige kinderen.
Dit inkomen geeft een indicatie van de welvaartspositie of koopkracht van een huishouden en de huishoudensleden.

Huishoudens:

Bij de raming van het aantal huishoudens zijn de volgende categorieën onderscheiden:

1. een groep van 2 of meer personen die eenzelfde woonruimte delen en waarbij sprake is van regelmatig huiselijk verkeer;
2. een alleenstaande, in dit geval een persoon die alleen woont, danwel met anderen een woonruimte deelt maar geen huiselijk verkeer met die anderen heeft.

Inbewaringstelling:

Gedwongen opname van personen die een acuut gevaar zijn voor zichzelf en voor de samenleving en waarbij toestemming tot opname van de burgemeester noodzakelijk is.

Leerlingen van niet-Nederlandse afkomst:

Leerlingen waarvan de ouders afkomstig zijn uit: Griekenland, Italië, Joegoslavië, Marokko, Molukse eilanden, Portugal, Spanje, Tunesië, Turkije, Kaapverdië, Suriname, Ned. Antillen, Aruba, landen waar vluchtelingen vandaan komen en niet-engelstalige landen buiten Europa.

Loop van de bevolking:

De ontwikkeling van het aantal inwoners in een gebied, ten gevolge van geboorte, sterfte, vestiging en vertrek.

Meergezinshuizen:

Woningen of wooneenheden die deel uitmaken van een gebouw dat meerdere gestapelde woonruimten omvat.
Tot meergezinshuizen worden gerekend: flats, maisonnettes, galerijwoningen, portiekwoningen, beneden- en bovenwoningen, gestapelde eengezinswoningen, woningen
boven bedrijfsruimten voorzover de toegangsdeur zich buiten de bedrijfsruimte bevindt, appartementen in een verzorgingstehuis, serviceflats e.d. en woningen of wooneenheden voor huisvesting van alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens.

Mediane leeftijd:

De mediane leeftijd is de middelste leeftijd in een reeks; 50% van de personen is jonger dan de mediane leeftijd en 50% van de personen is ouder.

Migratie (interne en externe):

Interne migratie: personen die binnen de gemeente Delft verhuizen.

Externe migratie:personen die verhuizen en daarbij de gemeentegrenzen van Delft overschrijden.

Migratiesaldo:

Het verschil tussen het aantal mensen dat zich in de loop van een periode in een gebied heeft gevestigd (immigratie) en het aantal dat in dezelfde periode uit dit gebied is vertrokken (emigratie).

Minderheden:

Minderheden zijn personen die afkomstig zijn uit een niet rijk land (zie verklaring rijke landen, pag. 23)

Rangnummer (van kind):

Nummer dat de plaats van het kind aangeeft in het gezin.

Rechterlijke machtiging:

Gedwongen opname van personen die geen acuut gevaar zijn voor de samenleving en waarbij toestemming tot opname van de rechter noodzakelijk is.

Rijke landen:

Bij de bepaling van rijke landen is de definitie gebruikt van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, naast Nederland gaat het om de volgende landen.

Australië, België, Bondsrepubliek Duitsland, Canada, Denemarken, Duitse Democratische Republiek, Duitsland, Faeröer, Finland, Frankrijk, Groenland, Grootbrittannië, Ierland, IJsland, Israël, Japan, Kaiser Wilhelmsland, Kanaaleilanden, Liechtenstein, Luxemburg, Man, Monaco, Nederlands Indië, Nederlands Nieuwguinea, Newfoundland, Nieuwzeeland, Noorwegen, Norfolk, Oostenrijk, Oostenrijk-Hongarije, Palestina, Saarland, Verenigde Staten van Amerika, Zweden en Zwitserland.

Starter:

Een woningzoekende, uit Delft of daarbuiten, die geen zelfstandige woonruimte achterlaat, dus: nog thuis woont, op kamers woont, of in een niet-zelfstandige wooneenheid voor huisvesting van alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens woont, dan wel ten gevolge van een echtscheidingsvonnis of verbreking van een andere vorm van samenleving nu zelfstandige woonruimte zoekt.

Woning:

Woonruimte in een gebouw of deel van een gebouw dat voldoet aan de bouwtechnische eisen voor de permanente huisvesting van een huishouden, d.w.z. de beschikking heeft over een eigen toegangsdeur, eigen toilet en eigen keuken geschikt om complete maaltijden te bereiden.

Woonbezetting, gemiddelde:

De gemiddelde woonbezetting wordt berekend door het totaal aantal inwoners te delen door het totaal aantal woningen, wooneenheden, en het aantal plaatsen in bijzondere woongebouwen. Bewoners van bejaardenverzorgings- en verpleegtehuizen worden ook meegeteld.

Dit is geen standaarddefinitie. Het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu gaat bijvoorbeeld uit van de verhouding inwoners - woningen. Hierdoor komt de gemiddelde woningbezetting hoger uit.

Wooneenheid:

Woonruimte in een gebouw of deel van een gebouw, bestemd voor permanente zelfstandige huisvesting van een huishouden, dat niet over een eigen toilet en/of eigen keuken beschikt, doch daarvoor aangewezen is op voorzieningen, die ook andere huishoudens ter beschikking staan. Wel dient deze eenheid over een eigen toegangsdeur te beschikken, zodanig dat het betreden van de ruimte niet via een andere woonruimte dient te geschieden.
Een wooneenheid is in de definitie dus niet hetzelfde als 'huisvesting voor alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens', hoewel deze categorie bewoners er wel veel gebruik van maakt.

Woonmarktkrant:

Een wekelijks in Delft huis aan huis verspreide krant, die opgenomen is in de Stadskrant. Hierin staan gegevens over vrij te komen huurwoningen waar iedere woningzoekende (staat niet bij de gemeente als zodanig ingeschreven) middels een (woonkeuze) bon op kan reageren. Ook personen van buiten Delft kunnen aan deze vorm van woonruimte verdeling meedoen.

Woonruimte:

Het begrip woonruimte omvat woningen, wooneenheden en plaatsen in bijzondere woongebouwen.

terug naar boven