Geachte heer Vuyk
In antwoord op uw vraag delen wij u het volgende
mee.
Door
het college is aangegeven dat de gemeentelijke tarieven van Delft tot de
hoogste van van de Haagse regio behoren, daarom wil de VVD van het college van
burgemeester en wethouders vernemen welke specifieke maatschappelijke problemen
in Delft dan noodzaken tot het vaststellen van deze hoge gemeentelijke
tarieven.
In de eerste plaats willen wij benadrukken dat het
vergelijken van gemeentelijke tarieven in zijn algemeenheid bijzonder moeilijk
is. Vele factoren spelen hierbij een rol zoals de verdeling van de lasten over
een- of meerpersoonshuishoudens, de mate van kwaliteit van de riolering en de
daarin gedane investeringen, de mate waarin de mogelijkheden tot kwijtschelding
worden geboden en de mate waarin hier gebruik van wordt gemaakt. Uit een
recente publicatie van de vereniging Eigen Huis blijkt dat vele gemeenten nu
een inhaalslag maken als het gaat om het verhogen van de OZB en de
rioolrechten. Dit is in Delft niet aan de orde.
Het zijn niet zozeer specifieke maatschappelijke
problemen in Delft die de hoogte van de tarieven beïnvloeden, maar een aantal
keuzes ten aanzien van tarieven die in Delft gemaakt zijn:
q zoals
ook vastgelegd in het collegeprogramma worden de gemeentelijke tarieven
jaarlijks geïndexeerd. Een aantal van de door u genoemde gemeenten heeft ervoor
gekozen de tarieven te bevriezen of een lagere verhoging vast te stellen.
q uitgangspunt ten aanzien van de gemeentelijke tarieven
zoals het rioolrecht en afvalstoffenheffing is kostendekkendheid, ook dit is
vastgelegd in het collegeprogramma. Ook deze keuze is niet door alle gemeenten
gemaakt.
q ook
een bewuste keuze is om de OZB-tarieven van particulieren en bedrijven niet
teveel uit elkaar te laten lopen. Andere gemeenten hebben de keuze gemaakt om
de tarieven voor particulieren verhoudingsgewijs lager te stellen en die van
bedrijven hoog.
Een vergelijking van de
Delftse OZB-tarieven met die van Den Haag en Zoetermeer levert het volgende
beeld op
categorie |
Delft |
Den Haag |
Zoetermeer* |
Woning
|
|
|
|
eigenaar |
€ 3,72 |
€ 3,27 |
€ 4,83 |
gebruiker |
€ 2,98 |
€ 2,62 |
€ 3,87 |
Niet-woning
|
|
|
|
eigenaar |
€ 5,13 |
€ 5,25 |
€ 7,10 |
gebruiker |
€ 4,11 |
€ 4,20 |
€ 5,68 |
(* Zoetermeer kent geen
rioolrecht voor particulieren)
Tevens treft u als
bijlage aan een –grafische- vergelijking aan van de woonlasten in deze steden.
Voor de volledigheid treft u hieronder de relevante
passage uit het college programma aan:
“De
tarieven van de onroerende zaakbelasting stijgen de komende jaren niet sneller
dan nodig om de interne prijsstijgingen van de gemeente te compenseren: het
interne loon- en prijsstijgingspercentage. Wel kijken we nader naar de
verhouding tussen eigenaren- en gebruikersbelasting.
Bij de overige tarieven in de gemeente streven we naar volledige kostendekking. Dit kan voor sommige tarieven nog een boventrendmatige stijging betekenen. Als voor een tarief toch een boventrendmatige stijging aan de orde is, gaan we na of de ontwikkeling van andere tarieven deze kan compenseren. Wanneer de lasten per saldo boventrendmatig stijgen, streven we ernaar de inkomensgroepen net boven de kwijtscheldingsgrens te ontzien, dan wel te compenseren. Reeds eerder afgesproken tariefstijgingen blijven hierbij buiten beschouwing “.
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,