De heer A. Meuleman  

fractie Stadsbelangen-Delft

Burgemeestersrand 182

2625 NZ  DELFT

 

 Delft, 4 juni 2004.

 

Ons kenmerk:   421380                            

Uw brief van: 1 mei 2004                          

 

 

Betreft: Beantwoording vragen ingevolge artikel 36 Reglement van Orde

             Gemeenteraad inzake kosten vernieuwing riolering Olofsbuurt.

 

 

 

Geachte heer Meuleman,

 

In antwoord op uw vragen delen wij u het volgende mede.

 

Weghalen Schoonwaterriool:

1.   Is het juist dat u het schoonwaterriool verwijdert en niet vervangt en zo ja wat is uw argument om het schoonwaterriool niet te vervangen?

Antwoord: Nee, wij verwijderen het brandriool. Dit riool was wel gevuld met schoonwater uit de boezem. De functie van het brandriool is thans overgenomen door het vergrootte waterleidingnet met bluskranen. Op het brandriool waren geen hemelwaterafvoeren aangesloten, omdat het (hoge) peil van de boezem een vlotte afvoer van het hemelwater in de weg staat. Het riool was in slechte staat en wordt niet teruggelegd omdat het geen functie meer heeft.

 

2.   Het Hoogheemraadschap stelt gemeenten in de gelegenheid een bijdrage te ontvangen als men naast het vuilwaterriool een regenwaterriool aanlegt. Dit zou belangrijk zijn ter voorkoming van wateroverlast in wijken. Bent u op de hoogte van de mogelijkheid die het Hoogheemraadschap biedt?

Antwoord: Ja, bovendien worden de maatregelen aan de riolering in Delft in overleg met het Hoogheemraadschap bepaald. In andere wijken met meer open water of een lagere grondwaterstand worden verharde oppervlakken wel afgekoppeld van de riolering.

 

3.   Indien u geen schoonwaterriool meer aanlegt, hoe wordt dan mogelijke wateroverlast in deze wijk in de toekomst voorkomen?

Antwoord: Zoals bij de beantwoording van vraag 1. reeds is aangegeven, hebben de werkzaamheden geen betrekking op een schoonwaterriool maar op het ter plaatse aanwezige brandriool en het gemengde stelsel. Op mogelijke wateroverlast in de toekomst wordt geanticipeerd door het vergroten van de capaciteit van het gemengde stelsel. Hierdoor verbetert de afstroming van het hemelwater ten opzichte van de oude situatie. 

 

Kosten huiseigenaren

4.   Is het juist dat de aansluitende riool- en knikstukken vervangen moeten worden?

Antwoord: Ja, gelet op de ouderdom is dit wel aan te bevelen.

 

5.   Huiseigenaren in de Olofsbuurt zeggen uit een brief van de gemeente te hebben begrepen dat zij de kosten van de vervanging uit vraag 4. zelf moeten betalen, omdat de gemeente het systeem van ‘horizontale natrekking’ hanteert. Is dit juist?

Antwoord: Ja.

 

6.   Indien u vraag 5. met ja beantwoordt, vragen wij ons af of u deze kosten terecht voor rekening laat komen van de huiseigenaren. Kennelijk heeft de gemeente de laatste jaren slecht danwel helemaal geen onderhoud gepleegd aan het hoofdriool, waardoor dit riool thans vervangen moet worden met alle gevolgen voor de aansluitende riool- en knikstukken. Het ligt dan voor de hand dat de gemeente ook deze kosten voor haar rekening neemt. Deelt u onze mening hierover en zo nee, waarom niet?

Antwoord: Nee, de betonnen en keramische riolering in Delft heeft een levensduur van ca. 40 tot 50 jaar. Zowel het openbaar riool als de huisaansluitingen in de Olofsbuurt zijn thans aan vervanging toe, dit heeft geen relatie met onvoldoende onderhoud.

 

7.   Wilt u ons informeren over het idee achter ‘horizontale natrekking’? Dit zou inhouden dat de gemeente het stuk riool tussen woning en hoofdriool - onder de straat door - altijd voor rekening van huiseigenaren laat komen.

Antwoord: De gemeente Delft hanteert al vanaf eerste beleid het uitgangspunt dat de kosten voor het onderhoud aan de huisaansluitingen rechtstreeks voor rekening van de huiseigenaar zijn. Dit is een principiële keuze, deze kosten zijn dan ook niet opgenomen in het rioolrecht. Gemeenten die er voor kiezen om naast het onderhoud aan de openbare riolering ook het onderhoud aan de huisaansluitingen voor hun rekening te nemen zullen dit financieren uit het (relatief hogere) rioolrecht. Huiseigenaren in Delft betalen door onze beleidskeuze minder rioolrecht, maar worden eens in de 40 tot 50 jaar geconfronteerd met kosten voor het vernieuwen van de huisaansluiting. Op 18 december 2003 is het principe van de horizontale natrekking nog eens door de raad vastgelegd in de Aansluitverordening riolering gemeente Delft.

 

8.   Huiseigenaren in de Olofsbuurt wijzen op juridische consequenties van ‘horizontale natrekking’. Zij stellen dat – als ze de kosten moeten betalen voor een eigen stuk riool onder de openbare straat – het motto gaat gelden ‘wie betaalt, die bepaalt’. Ze vinden dat ze dan eisen kunnen stellen over zaken die van invloed zijn op ‘hun’ riool, zoals de aard van verkeer door de straat, de soort bestrating, boomaanleg, graafwerkzaamheden e.d. Wat is uw mening hierover?

Antwoord: Vaste jurisprudentie wijst uit dat het principe van de horizontale natrekking niet betekent dat er ook een directe zeggenschap over de openbare ruimte is. Medezeggenschap over het gebruik van de openbare ruimte vindt plaats via de normale inspraakprocedures en via de politiek.

 

Wij vertrouwen erop uw vragen voldoende te hebben beantwoord.

 

Hoogachtend,

Burgemeester en wethouders van Delft,