In antwoord op uw vragen delen wij u het volgende
mede.
Vraag 1
Hoeveel meldingen kreeg het
bureau leerlingzaken in schooljaar 2003/2004 en 2004/2005 over problemen met
ontduiking van de leerplichtwet?
Aantal
dossiers van Bureau Leerlingzaken in 2003-2004 = 525
Aantal
dossiers van Bureau Leerlingzaken in 2004-2005 = 545
Vraag 2
Hoeveel processen-verbaal
zijn er in schooljaar 2003/2004 en 2004/2005 opgemaakt voor het niet nakomen
van de verplichtingen uit de leerplichtwet?
Aantal PV’s in 2003-2004 = 16
Aantal PV’s in 2004-2005 = 30
Vraag 3 Voor ouders
die een procesverbaal krijgen aangezegd. Hoe gebeurt zoiets? Aan de deur of per
brief? Indien ouders of leerlingen niet reageren, wat gebeurt er dan?
Ouders en/of jongeren worden per aangetekende brief
uitgenodigd voor het opmaken van een proces-verbaal. Indien ouders en/of
jongeren niet reageren wordt standaard proces-verbaal opgemaakt.
Vraag 4
Worden er huisbezoeken
afgelegd door de leerplicht ambtenaar? Hoeveel zijn dat er in schooljaar
2003/2004 en 2004/2005 geweest?
Er
worden huisbezoeken afgelegd door de leerplichtambtenaar, aantallen worden niet
apart geregistreerd. Op jaarbasis worden er naar schatting 20 huisbezoeken
afgelegd.
Vraag 5
Wat is het aantal
leerplichtige kinderen in schooljaar 2003/2004 en 2004/2005 tot en met 18 jaar
die stonden ingeschreven bij een school en die meer dan het wettelijke norm
verzuimd hebben, gesplitst naar luxe-verzuim en ongeoorloofd kort verzuim?
De gemeente kan inzicht geven hoeveel melding van
vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim
er door scholen bij de leerplichtambtenaar zijn gemeld.
In het schooljaar 2003-2004 betrof dit:
Luxe verzuim: 35
Ongeoorloofd verzuim: 410
Voor gegevens over het schooljaar 2004-2005 verwijs
ik u naar het jaarverslag van Bureau Leerlingzaken dat door B&W in december
2005 aan de gemeenteraad zal worden aangeboden.
Vraag 6
Wat is het aantal
leerplichtige kinderen in schooljaren 2003/2004 en 2004/2005 tot en met 18 jaar
die helemaal niet stonden ingeschreven bij een school, en die meer dan het
wettelijke norm verzuimd hebben?
De leerplichtwet maakt onderscheid in absoluut en
relatief verzuim. Bij absoluut verzuim is er sprake van geen inschrijving op
een school. Bij relatief verzuim is er sprake van een inschrijving op een
school maar is er sprake van (ongeoorloofd)verzuim.
Schooljaar 2003-2004:
Absoluut verzuim = 10
Bij de gevallen van absoluut verzuim heeft de
leerplichtambtenaar in samenwerking met ouders alsnog een inschrijving op een
school gerealiseerd en in 1 geval proces-verbaal opgemaakt.
Voor
exacte gegevens van het schooljaar 2004-2005 omtrent absoluut en relatief
verzuim verwijs ik u naar het jaarverslag van Bureau Leerlingzaken dat door
B&W in december 2005 aan de gemeenteraad zal worden aangeboden.
Vraag
7
Hoeveel
leerplichtige kinderen waren gedurende het gehele schooljaar 2003/2004 en
2004/2005 niet op enige wijze bij een school ingeschreven?
De gegevens die in vraag 7 worden gevraagd komen
overeen met de gegevens die in vraag 6 worden gevraag.
Het antwoord op vraag 7 is dan ook conform het
antwoord op vraag 6.
Hoeveel
leerplichtige kinderen kregen in schooljaren 2003/2004 en 2004/2005 wegens ongeoorloofd schoolverzuim een Halt
afdoening?
In beide schooljaren hebben er geen
Halt-afdoeningen m.b.t. schoolverzuim plaatsgevonden.
In het Onderwijsbeleidsplan 2005-2008 staat
beschreven dat de gemeente Delft in overleg treedt met het Openbaar Ministerie
om in aanmerking te komen voor deze Halt-afdoening.
Het Openbaar Ministerie is hierin bepalend, vanaf
eind 2004 vindt er overleg plaats tussen gemeente Delft en Openbaar Ministerie,
eind oktober 2005 wordt dit vervolgd.
Vraag
9
Voor
komende beleidsperiode zal het Openbaar Ministerie, de scholen en Halt
Haaglanden voor jaarlijks twintig Halt afdoeningen plaats hebben ingevoerd. Is
dit genoeg? En zo nee, wat gaat u daar aan doen?
Zie vraag 8, tevens kan worden gesteld dat het
aantal van 20 een inschatting is op ervaringscijfers van Bureau Leerlingzaken
en tot stand is gekomen middels vergelijkingen in andere regio’s. Op basis van
evaluatie kan in de beleidsperiode 2005-2008 sprake zijn van aanpassingen.
Hoeveel
leerplichtige kinderen kregen in 2003/2004 en 2004/2005 door Justitie een leerstraf opgelegd wegens
ongeoorloofd schoolverzuim?
In totaal hebben vanaf eind 2003 tot heden 25
jongeren de leerstraf Basta opgelegd gekregen. Tevens werd aan 10 jongeren in
deze periode een taakstraf en/of steunmaatregel jeugdreclassering opgelegd.
Vraag
11
In
2003/2004 hebben twintig jongeren het Basta programma gevolgd voor een
opgelegde leerstraf. Wat was daarna het resultaat van deze leerstraf?
De positieve uitstroom (terugkeer naar regulier
onderwijs) is 75%.
De overige 25% is door de leerplichtambtenaar
middels het Jongerenloket RMC doorgeleid naar leerwerkplekken,
proefplaatsingen, reguliere arbeid, en/of hulpverlening.
Het
college is van plan om komende beleidsperiode te komen tot een lik-op-stuk
beleid voor de aanpak van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten.
Respectievelijk hoeveel Halt en Basta plaatsen denkt u daarvoor in 2006 nodig
te hebben?
Voor
2006 denken wij de volgende plaatsen nodig te hebben:
Halt
plaatsen 20
Basta plaatsen
20
Vraag
13
Hoeveel
partieel leerplichtigen hebben in 2003/2004 en 2004/2005 gedurende meer dan de
wettelijke norm geen werkplaats en dus geen school gevonden?
In
het jongerenloket RMC (Voortijdig schoolverlaten) wordt nauw samengewerkt door
de leerplichtambtenaar en de RMC casemanagers, m.n. waar het partieel leerplichtigen
betreft (16-17 jarigen).
In
het schooljaar 2003-2004 waren:
926
jongeren waren in Delft partieel leerplichtig.
60
jongeren volgden geen onderwijs. Zij
zijn begeleid naar regulier werk, dan wel maakten gebruik van
reïntegratie-instrumentarium dan wel vormen van hulpverlening.
Voor
gegevens over het schooljaar 2004-2005 verwijs ik u naar het jaarverslag van
Bureau Leerlingzaken, waarin kwantitatieve cijfers zijn opgenomen van :
Vraag
14
De
vso-zmok J.C. Pleysierschool heeft 48 plaatsen voor het terug laten keren van
volledig en partieel leerplichtige kinderen naar het regulier onderwijs.
Hoeveel leerlingen waren in schooljaar 2004 uit Delft afkomstig en hoeveel uit
de randgemeenten? Worden er ook zorgmijdende ouders en niet meewerkende
kinderen toegelaten? Zijn er voldoende plaatsen beschikbaar bij en streng
Delfts lik-op-stuk beleid?
In het schooljaar 2004-2005 zijn 55 Leerlingen door
de leerplichtambtenaar op afdeling de Wissel van de J.C. Pleysierschool
geplaatst. Het betrof hier 43 jongeren
uit Delft en 12 uit de regio.
Afdeling De Wissel heeft 24 plaatsen op jaarbasis
de verblijfsduur is gemiddeld 5 maanden, resulterend in 48 plaatsen op
jaarbasis.
De gemeente Delft voert de komende beleidsperiode
overleg met het samenwerkingsverband V.O. – S.V.O. Delft en de J.C.
Pleysierschool omtrent eventuele groei van zowel de afdeling ZMOK als afdeling
de Wissel van de Lesplaats Delft van de J.C. Pleysierschool.
Niet meewerkende leerlingen en ouders worden
toegelaten of juist middels de leerstraf Basta op de Wissel geplaatst.
Voor de goede orde dient te worden vermeld dat de
VSO-ZMOK afdeling niet is bedoeld voor het genoemde lik-op-stuk- beleid.
Vraag
15
Hoeveel
probleem gezinnen zijn er nu bij de leerplicht ambtenaar bekend met betrekking
tot herhaaldelijk niet voldoen aan de leerplichtwet wegens weigerachtig en
zorgmijdend gedrag van de ouders c.q. kinderen? Hoeveel hiervan zijn grote
gezinnen met meer dan 3 kinderen?
Op dit moment zijn er 5 gezinnen bekend bij
leerplicht die aan de in de vraag genoemde criteria voldoen. Hier zijn geen
gezinnen bij met meer dan 3 kinderen.
Vraag
16
Procedureel
dient Raad voor Kinderbescherming het leerplichtdossier bij langdurig verblijf
in buitenland te sluiten. Dus moet er steeds weer een nieuw onderzoek komen als
het gezin weer terug blijkt te zijn. Kan zo'n dossier door de leerplicht
ambtenaar niet 'slapende' worden gehouden in dit soort gevallen? Zeker als je
na ervaring weet dat er een kans is dat een gezin weer terugkomt. De
Ondertoezichtstelling kan dan ook blijven doorlopen tijdens buitenlands
verblijf en meteen weer doorgaan als het gezin terug is. Nu begint de hele
procedure weer opnieuw, met alle vertraging van dien.
Er dient hier een onderscheid gemaakt te worden
tussen dossiers van de Raad voor de Kinderbescherming en dossiers die door de
Leerplichtambtenaar worden aangelegd.
De Raad heeft m.n. dossiers op basis van
zorgmeldingen in het kader van Kindermishandeling en heeft bij eventueel
vertrek van een gezin naar het Buitenland eigen procedures voor het openhouden
en sluiten van dossiers.
Het openen en sluiten van dossiers van de Raad voor
de Kinderbescherming is een bevoegdheid en verantwoordelijkheid van de Raad.
Bureau Leerlingzaken heeft dossiers met betrekking tot toezicht op de
leerplichtwet. Bij vertrek naar het Buitenland sluit de leerplichtambtenaar het
dossier. Bij eventuele terugkeer naar de gemeente Delft heropent de
leerplichtambtenaar het dossier als hier aanleiding voor is.
Vraag
17
Op
28 juni geeft een ouder van het 'bekende' gezin met de veertien kinderen aan de
Mijnbouwstraat aan, dat het gezin terugkeert naar het land van herkomst. Alle kinderen en ook de beide ouders blijven
echter ingeschreven staan. Op 17 augustus treedt de politie na een melding van
geluidsoverlast de woning binnen en treft een 14-tal verwaarloosde en
leerplichtige kinderen aan die niet op scholen staan ingeschreven. Waarom heeft
de leerplichtambtenaar niet direct ingegrepen toen een aantal kinderen die
leerplichtig waren in het primair onderwijs op de eerste schooldag niet
verschenen en ook nergens stonden ingeschreven?
De
weergave van feiten is niet correct. Zie feitenrelaas.
Vraag
18
Kunt
u aangeven welke van deze kinderen uit bovengenoemd gezin, van wie de meeste de
schoolgaande leeftijd hebben, wel en welke niet naar school gaan of gingen?
Zie feitenrelaas
Vraag
19
Kunt
u aangeven wanneer de leerplichtige kinderen uit bovengenoemd gezin die niet
naar school gingen, voor het laatst naar school zijn geweest?
Het
betreft hier twee kinderen van het gezin:
Kind
1 ( 05-03-1995) heeft van 01-04-2000 tot 24-01-2003 ingeschreven gestaan op een
basisschool voor regulier basisonderwijs. Er is in deze periode geen melding
geweest van vermoedelijk ongeoorloofd verzuim.
Kind
2 ( 27-01-1990 ) heeft van 27-02 1997 tot 24-01-2003 ingeschreven gestaan op
een basisschool voor regulier basisonderwijs. Er is in deze periode geen
melding geweest van vermoedelijk ongeoorloofd verzuim.
Vanaf
24-01-2003 tot 07-01-2005 stonden beide kinderen niet ingeschreven in de burger
basis administratie van de gemeente Delft. Bij terugkomst in Nederland is er
geen inschrijving op een school gerealiseerd.
Kind
1. om reden verwijzing naar speciaal onderwijs dat door ouders niet werd
uitgevoerd. Leerplichtambtenaar heeft in deze proces-verbaal opgemaakt.
Kind
2. om reden dat er op 15 jarige leeftijd nog geen aanvang was gemaakt met het
volgen van voorgezet onderwijs in Nederland.Gezien de leerachterstand kwam de
leerling alleen in aanmerking voor praktijkonderwijs. Indicatiestelling kan tot
14 jaar worden aangevraagd. De mogelijkheid om als gastleerling te worden
toegelaten, op aanwijzing van de leerplichtambtenaar is door ouders niet
opgevolgd.
Volgens
de gegevens van de gemeente Delft zijn deze kinderen in Nederland het laatst
naar school gegaan op 24-01-2003.
Vraag
20 Kunt u in tabelvorm per schooljaar een geanonimiseerd overzicht geven van de
periodes dat de respectievelijke kinderen op een school stonden ingeschreven en
de periode dat daadwerkelijk onderwijs werd gevolgd voor de periode begin 1997
tot 17 augustus 2005?
In
de periode dat de kinderen van het gezin in Delft waren, genoten de
kinderen door de inspanningen van de Leerplicht en de verschillende scholen
onderwijs. Gedurende de perioden dat het gezin de kinderen had ingeschreven in
de burger basisadministratie stonden de kinderen ingeschreven op een school, en
zijn er geen meldingen van ongeoorloofd schoolverzuim bij de
leerplichtambtenaar binnengekomen.
Vraag
21 Uit de Gemeentelijke Basis administratie gegevens blijkt dat de ouders de
kinderen tot drie maal toe inschrijven en uitschrijven wegens verblijf in het
buitenland. De ouders blijven de gehele periode van vestiging sinds begin 1997
ingeschreven staan. Hoe heeft de leerplichtambtenaar bij de uitgeschreven
kinderen gecontroleerd waar de kinderen werkelijk verbleven? Is er contact
gelegd met de plaats van vestiging en/of inschrijving in het buitenland?
De
gemeente c.q. de leerplichtambtenaar heeft geen verantwoordelijkheid
t.a.v. kinderen die zijn uitgeschreven uit de gemeentelijke basisadministratie.
Genoemde kinderen vallen niet onder het toezicht op de leerplichtwet.
Desalniettemin heeft de leerplichtambtenaar in de periode 1998 documenten
ontvangen waaruit afgeleid mag worden dat de kinderen in land van herkomst in
genoemde periode een inschrijving op een school hadden.
Er
is geen contact geweest met instanties in het land van herkomst.
Vraag 22 Begin januari
schreven de ouders de kinderen weer in als inwoners van de gemeente Delft. De
afdeling Leerplicht heeft begin 2005 contact gezocht met het gezin. Dit heeft
ertoe geleid dat alle leerplichtige kinderen in april 2005 op diverse scholen
geplaatst zijn en op één na, onderwijs volgden. Ouders hebben in die periode
een proces-verbaal ontvangen omdat ze weigerden één kind naar een school voor
speciaal onderwijs te sturen en hielden dit kind thuis. Wat heeft de
leerplichtambtenaar daarna ondernomen voor dit éne meer kwetsbare kind.
De leerplichtambtenaar
heeft in samenwerking met diverse scholen en samenwerkingsverbanden in het
basis –en voortgezet onderwijs plaatsen
voor alle kinderen gezorgd. Na het opmaken van proces-verbaal heeft de
leerplichtambtenaar in samenwerking met de school voor speciaal onderwijs en
het samenwerkingsverband primair onderwijs het kind alsnog aangemeld voor
onderzoek bij de indicerende instantie en zorg gedragen voor een gastplaatsing
binnen het speciaal onderwijs. Betreffend kind is vanaf begin schooljaar
2005-2006 als gastleerling geplaatst in afwachting van definitieve beschikking
voor speciaal onderwijs.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Delft,
,
burgemeester
,
secretaris.