Schriftelijke vragen ingevolge art. 36 Reglement van Orde Gemeenteraad - SV-5 |
||
Aan : College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Delft Datum : Delft, 30 januari 2006 Betreft : Schriftelijke vragen ingevolge art. 36 Reglement van orde
gemeenteraad Geacht college, Eén van onze medeburgers wilde zijn belasting aangifte invullen en informeerde daarom onlangs bij de afdeling Belastingen wanneer zijn bezwaarschrift tegen de WOZ-beschikking, ingediend in maart 2005, zou worden behandeld. In de ontvangstbevesting stond namelijk vermeld dat de wettelijke termijn waarbinnen het bezwaar moet zijn afgehandeld een jaar is, met mogelijke verlenging van een jaar, maar dat het hoofd Belastingen ernaar streeft binnen redelijke termijn uitspraak te doen. De dienstdoende ambtenaar meldde dat het bezwaar nog niet in behandeling was. Op de vraag wanneer het bezwaar behandeld zou worden bleef hij het antwoord schuldig. Tevens meldde hij dat het probleem alleen nog maar groter zou worden aangezien panden in de toekomst vaker getaxeerd moeten worden. Omdat het ons zorgvuldig lijkt om richting de burger te melden als de afhandeling van bezwaarschriften vertraging oploopt en dit bovendien veel telefoontjes richting het gemeentehuis en daarmee verdere vertraging kan voorkomen heeft onze fractie de volgende vragen voor het college:
Met vriendelijke groet, Namens de ChristenUnie/SGP-fractie,
Harold van Til
|
||