Naar
aanleiding van een vraag in het g.o. over de positie en bescherming van degene
over wie een klokkenluider de bel luidt het volgende.
1.
De Klokkenluidersregeling is in het leven geroepen voor melding van op
redelijke gronden gebaseerde vermoedens met betrekking tot de gemeentelijke
dienst omtrent:
–
een strafbaar feit;
–
een schending van regelgeving of beleidsregels
–
het misleiden van justitie
–
een gevaar voor de volksgezondheid, de veiligheid of het milieu, of
–
het bewust achterhouden van informatie over deze zaken.
Kortom: geen geringe zaken. Iemand die hierover aan
de bel trekt bevindt zich in een kwetsbare positie. Vandaar ook dat de overheid
alle (overheids)werkgevers heeft verplicht tot het vaststellen van een
procedure voor het omgaan met bij een ambtenaar levende vermoedens van
misstanden binnen de organisatie waar hij werkzaam is en de bescherming van de
ambtenaar tijdens en na het volgen van die procedure.
2.
De concept-Klokkenluidersregeling regelt de positie en bescherming van
de klokkenluider, en wat er met zijn/haar melding gebeurt. Daaraan bestaat,
gelet op de in de regel kwetsbare positie van zo'n persoon, behoefte.
Het gaat in principe om zwaarwegende zaken (zie hiervoor). Men mag er van uit
gaan dat een dergelijke melding niet lichtvaardig zal plaatsvinden. De
Klokkenluidersregeling biedt in principe een zeer discrete behandeling, met een
zeer beperkt aantal mensen dat hierbij betrokken wordt.
De regeling rept niet over de positie/bescherming van degenen op wie de melding
betrekking heeft.
3.
Op grond van de Klokkenluidersregeling stellen burgemeester en
wethouders een onderzoek in naar aanleiding van de melding. Niet is geregeld
hoe dit gaat. Dat kan, gelet op de onvoorspelbaarheid van de materie, ook
moeilijk. Van geval tot geval zal bezien moeten worden wat in dat specifieke
geval een goede aanpak is. Uiteraard zal bij zo'n onderzoek ook uiterst
discreet en zorgvuldig met de belangen van de 'aangeklaagde(n)' moeten worden
omgegaan. Mogelijk valt niet te ontkomen dat er op een gegeven moment iets in
de organisatie gaat rondzingen. Dat moet natuurlijk zoveel mogelijk voorkomen
worden, maar valt niet altijd uit te sluiten. Maar dat valt ook niet door
middel van een regeling te voorkomen.
4.
De Algemene wet bestuursrecht regelt het een en ander over klachtenafhandeling
(hoofdstuk 9). Niet gezegd is dat een melding als bedoeld in de
Klokkenluidersregeling ook een klacht is in de zin van de Awb. Toch zal in
principe hetgeen de Awb regelt t.a.v. de behandeling van een klacht ook in de
beschouwing betrokken moeten worden als nagedacht/besloten wordt over de
behandeling van een melding als bedoeld in de Klokkenluidersregeling.
Dat betekent:
–
het onderzoek wordt uitgevoerd door een persoon die niet bij de
gedraging waarop de melding betrekking heeft is betrokken (tenzij het een
gedraging betreft van het college dan wel de voorzitter of een lid daarvan)
–
degene op wie de melding betrekking heeft wordt daarvan in kennis
gesteld
–
degene op wie de melding betrekking heeft wordt in de gelegenheid
gesteld te worden gehoord
–
het bestuursorgaan is gehouden een zorgvuldige procedure te voeren en te
komen tot een evenwichtige belangenafweging; wanneer degene op wie de melding
betrekking heeft, wanneer er een besluit is genomen waardoor hij/zij in zijn of
haar belang is getroffen, op grond van de Algemene wet bestuursrecht het recht
om de in die wet genoemde bezwaren- en beroepsprocedure te volgen.
conclusie
De
Klokkenluidersregeling regelt en beschermt de positie van iemand in de
organisatie die een misstand signaleert. In een situatie waarin het blijkbaar
niet op een normale manier mogelijk is gebleken dit aanhangig te maken c.q. op
te lossen. De klokkenluider manoeuvreert zich hierdoor in een kwetsbare situatie.
Het is dan ook goed dat hiervoor waarborgen worden vastgelegd.
Een
bijkomend effect kan zijn dat het handelen van anderen die bij zo'n situatie
zijn betrokken, tegen het licht wordt gehouden. De gemeente is als goed
werkgever verplicht een evenwicht te vinden in de ernst van de materie, de
noodzaak van een deugdelijk onderzoek naar aanleiding van de melding, en de
zorgvuldigheid ten aanzien van de positie van de hierbij betrokken
personeelsleden. Als aan deze laatste eis niet wordt voldaan handelt de gemeente
niet als goed werkgever. De gemeente zal in verband hiermee zijn uiterste best
moeten doen om te voorkomen dat mensen onnodig beschadigd worden. Aan de andere
kant verplicht een melding wel tot een gedegen onderzoek, en mag de privacy en
het persoonlijk belang van betrokken ambtenaren zo'n onderzoek niet in de weg
staan. Voorop staat een evenwichtige afweging van belangen. Hieraan zal bij het
bepalen hoe een onderzoek naar aanleiding van een melding zal plaatsvinden
aandacht moeten worden besteed. Daartoe is de gemeente als werkgever verplicht,
ook al staat dat niet in de Klokkenluidersregeling.
Het
leidende principe in zo'n situatie is: zorgvuldigheid, zowel voor degene die
een melding heeft gedaan als voor degene op wie de melding betrekking heeft.
Delft,
22 maart 2002
D.E.
de Jong
vakteam
Personeel en Organisatie
cluster
Facilitaire Dienstverlening