Delft               Takendiscussie

 

 

Het presidium nodigt de raad uit gemeentelijke taken voor te dragen waarop een bezuiniging mogelijk is. De VVD ziet dit als volgt.

 

 

1. Motie van de VVD over een takendiscussie in Delft

Eerst enkele opmerkingen ten aanzien van de uitvoering van de motie ‘voor het maken van verantwoorde keuzes met minder geld’. Bij de behandeling van Programmabegroting 2005 heeft de VVD een motie ingediend waarbij is overwogen dat Delft parallel aan bezuinigingen ook noodzakelijke ontwikkelingen en vernieuwingen wil realiseren, dat ook de kaasschaaf uiteindelijk beperkingen en grenzen kent en dat een discussie over kerntaken van de gemeente onvermijdelijk is om de noodzakelijke keuzes te maken ten aanzien van waarin een gemeentelijke overheid nu wel of niet zou moeten voorzien. De motie vroeg om op korte termijn mogelijke werkwijzen voor een effectieve en efficiënte kerntakendiscussie te inventariseren en een variantennotitie ter bespreking voor te leggen aan de commissie Middelen en Bestuur.

 

De VVD was destijds van mening dat de voorgestelde takendiscussie zou moeten worden opgedragen aan het college. Het college en een deel van de raad was van mening dat deze motie zou moeten worden opgedragen aan het presidium en de griffie. Met die wijziging werd de motie aanvaard. Nu de uitvoering van de motie zichtbaar wordt is voor de VVD duidelijk dat hier een fout is gemaakt. De griffie is niet voldoende toegerust op het uitvoeren van dit soort opdrachten. Een discussie over versterking van de griffie loopt nog maar de verdeeldheid over de rol van de griffie is zo groot dat een situatie waarbij de griffie wel in staat is dit soort werkzaamheden uit te voeren op korte termijn niet is te verwachten.

 

2. Kaders stellen en uitvoeren

De VVD betreurt die discussie rond griffie zeer. Het is zo dat als het college met enige regelmaat weigert verzoeken van de raad loyaal op te pakken en ook de raad van mening is dat bepaalde taken door de raad zelf opgepakt moeten worden dan moet de raad zichzelf ook de middelen verschaffen om die taken uit te voeren. De raad staat aan het hoofd van een organisatie waarin ruim 350 miljoen euro omgaat en die opkomt voor het algemeen belang van bijna honderdduizend burgers. Als diezelfde raad dan niet in staat is om uit zo een begroting een half miljoen euro vrij te maken om de eigen gewenste werkzaamheden professioneel te ondersteunen en de raadsgriffier fatsoenlijk te ondersteunen dan is dat als werkgever, vanuit maatschappelijk oogpunt, vanuit het algemeen belang en naar de burgers toe volstrekt onverantwoord.

 

De VVD is en blijft van mening dat het college het aangewezen gremium is om beleid voor te bereiden en uit te voeren. De raad stelt de kaders op grond van door het college voorbereid en voorgesteld beleid. De raad kan dat beleid al dan niet geamendeerd vast stellen of terug wijzen. In incidentele gevallen kan de raad met het recht van initiatief het heft in eigen hand nemen. Ook wanneer de raad gebruik maakt van dat recht van initiatief treedt het college voorbereidend en uitvoerend op. De griffie kan in die visie klein en beperkt blijven.

 

De VVD kan in deze volgorde leven met beide varianten, echter dringt wel aan op een snelle en scherpe keuze tussen beide varianten waarbij de raad zich rekenschap geeft van de bestuurlijke en financiële consequenties van de gekozen variant.

 

3. College moet takendiscussie alsnog oppakken

De VVD is van mening dat deze uitvoering van de motie te mager is en geen recht doet aan de strekking en de bedoeling van de motie. Een degelijke inventarisatie van mogelijke werkwijzen heeft niet plaatsgevonden, een stevig debat over die varianten heeft niet plaatsgevonden. De huidige werkwijze van inventariseren levert slechts lijstjes op van taken waarop de raad direct zicht heeft en kan daardoor niet anders dan oppervlakkig en beperkt zijn. Daarbij is het uitgangspunt vanwege de wijze van werken altijd dat de voorgedragen taak minder zou moeten. Dit is een gemiste kans. Een goede takendiscussie zou ook moeten kunnen opleveren dat iets ‘meer’ moet. De VVD zou dus graag alsnog een degelijke en zorgvuldige uitvoering van de motie tegemoet zien, maar dan onder aansturing van het college.

 

 

4. Uitgangspunten voor de bezuinigingen

De VVD handhaaft het eerder ingenomen standpunt over prioriteiten als het gaat om gemeentelijke bezuinigingen in de volgorde:

 

- Efficiency

In het bedrijfsleven is het doorlopend zoeken naar kostenbesparingen en efficiëntere werkwijzen zeker in tijden waarin het economisch wat minder gaat altijd noodzaak om de bedrijfsvoering te verbeteren en om een onderneming in stand te houden. De VVD vraagt daarom het college voortdurend intern programma’s uit te voeren in de ambtelijke bedrijfsvoering om meer uit te voeren tegen lagere kosten. De VVD zou hierover in de commissie Middelen en Bestuur op korte termijn willen spreken met het college.

 

- Maatregelen op het vlak van personeelszaken

Uit publicaties lijkt een beeld naar voren te komen dat Delft een royaal beloningsbeleid kent. Door het CDA zijn daarover recent vragen aan het college gesteld waarop wij de antwoorden nog ontvangen hebben. Ook binnen de VVD leven hierover vragen. Daarnaast wordt ook nog extern een benchmark onderzoek uitgevoerd door de accountant over de kostprijssystematiek van de gemeentelijke organisatie. Wij verwachten dat er nog aanzienlijke ruimte is op dit vlak omdat een groot deel van de gemeentelijke begroting uit loonkosten bestaat. De VVD vraagt het college om snel met de toegezegde informatie te komen.  De VVD zou hierover in de commissie Middelen en Bestuur op korte termijn willen spreken met het college.

 

- Herijken gemeentelijke taken

Zie deze notitie.

 

- Herijken financiële relaties met derden

Daar waar dit betrekking heeft op subsidies aan maatschappelijke organisaties zien wij graag een zorgvuldige en degelijke heroverweging op grond van heldere criteria. Daar waar organisaties eigenlijk maatschappelijke gewenste  taken voor de gemeente uitvoeren zal de subsidieverlening ruimhartiger zijn en blijven dan waar het gaat om organisaties die zonder subsidie geen enkele overlevingskans hebben. Ook het financieel draagvlak onder de te bedienen doelgroep kan in die afweging een rol spelen. De geldstroom ondersteunt met name minderheidsgroepen die in een als maatschappelijk ongewenst ervaren achterstand verkeren.

 

De VVD vraagt met name extra aandacht voor die organisaties die zich in de meest brede zin  bezighouden met het creëren van gunstige randvoorwaarden voor burgers om in Delft te werken. Ook de thematiek Schoon, heel en veilig en De betrouwbare overheid staat binnen de VVD sterk in de belangstelling.

 

Voor de VVD zal de uiteindelijke afweging altijd gaan tussen het creëren van de voldoende randvoorwaarden voor de betrokken burger(s) om zich in vrijheid, op basis van eigen keuzes dus, verder te ontplooien en volwaardig deel te nemen aan de samenleving. De VVD zou over het herijken van de financiële relaties in deze betekenis op basis van een beknopt overzicht van de bestaande financiële relaties op korte termijn in de commissie Middelen en Bestuur willen spreken met het college.

 

- Verhogen van prijzen en tarieven

Het college had al eerder vastgesteld dat het verhogen van tarieven slechts een beperkte bijdrage kan leveren in de bezuinigingsdiscussie. De VVD deelt dat standpunt. Wel wordt daaraan toegevoegd dat naast de kostendekkendheid van tarieven ook het maatschappelijk draagvlak voor de hoogte van een tarief even zwaar zou moeten meewegen. Binnen de hoogte van dat maatschappelijk aanvaarde tarief moet door de gemeentelijke organisatie dan dus kostendekkend worden gewerkt. Dit uitgangspunt zouden wij graag vastgelegd zien in de komende programmabegroting.

 

 

Delft, 9 februari 2005

 

Namens de fractie,

 

A.S.A. van Leeuwen

fractiesecretaris