Nota voor Burgermeester en Wethouders.
Voorstel statutenwijziging ENECO Holding N.V.
Inleiding
De gemeente
Delft is voor 2,47% aandeelhouder van ENECO Holding N.V.
De statuten
van ENECO Holding N.V. (hierna te noemen ENECO) dienen te worden gewijzigd door
de algemene vergadering van aandeelhouders. Hiertoe zal op 13 februari 2006 een
buitengewone vergadering van aandeelhouders (BAvA) plaatshebben te Rotterdam.
Aanleiding
Statutenwijziging
Sinds 1
oktober 2004 is de Wet Herziening Structuurregeling van kracht. Hierdoor is
vooral de rol en betrokkenheid van de aandeelhouders versterkt. Dit is in lijn
met de doelstellingen, die ten grondslag liggen aan de Code Corporate
Governance, zoals opgesteld door de Commissie Tabaksblat.
De huidige
statuten van ENECO Holding N.V. zijn van kracht sinds juli 2000. Deze zijn tot
stand gekomen na uitvoerig vooroverleg met alle bij de zogeheten ‘Dozijn-fusie’
betrokken aandeelhouders. Bij de overname van Remu in 2002 zijn de statuten
ongewijzigd gebleven.
Het primaat
om statuten te wijzigen ligt bij de aandeelhouders, met dien verstande dat een
voorstel tot wijziging wordt gedaan door de Raad van Bestuur onder goedkeuring
van de Raad van Commissarissen. Statutenwijzigingen vereisen een drievierde meerderheid
van het aantal uitgebrachte stemmen, uitmakende minimaal tweederde van het geplaatste
kapitaal.
De Raad van
Bestuur en de Raad van Commissarissen stellen de aandeelhouders voor de
statuten op een aantal punten te wijzigingen. Dit voorstel is in het
voortraject voorwerp van intensief overleg met de AandeelhoudersCommissie (AHC)
geweest. Deze heeft aangegeven de voorgestelde wijzigingen te onderschrijven.
Er is nog één kwestie waarover nog geen volledige overeenstemming is bereikt.
Ten aanzien van de kwaliteitseis bestaat bij de aandeelhouders de wens om deze
niet in de nieuwe statuten op te nemen. Dit zou echter de B3-status van de
werknemers van ENECO-Energie kunnen raken. Mocht het Algemeen Burgerlijk
Pensioenfonds (ABP) zwaarwegende bezwaren hebben tegen het laten vervallen van
de kwaliteitseis in de statuten, dan geldt een en ander zoals geregeld in de
brief van de Raad van bestuur van 10 januari 2006, kenmerk RvB/05/00119. Indien
het ABP geen overwegende bezwaren heeft tegen het niet opnemen van genoemde kwaliteitseis
in de statuten, dan wordt voorgesteld, zonodig per amendement tijdens de Buitengewone
Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 13 februari 2006, de kwaliteitseis,
zoals verwoord in artikel 5 lid 6 van de statuten te laten vervallen.
In het
intensieve overleg is een aantal zaken besproken, die weliswaar de verhouding
ondernemingsbestuur – aandeelhouders raakt, maar waarover is afgesproken deze
zaken vast te leggen in een brief van de Raad van Bestuur en de Raad van
Commissarissen aan de aandeelhouders. Dit betreft het eventueel voeren van een
juridische procedure tegen de Splitsingswet, en de procedure met betrekking tot
het dividendbeleid.
Governance
van de onderneming
In de
statuten zijn de posities en rollen van de bij de onderneming betrokken statutaire
organen beschreven. Als gevolg van de Wet Herziening Structuurregeling is een
aantal artikelen van kracht geworden. Hierdoor is vooral de rol en
betrokkenheid van de aandeelhouders versterkt.
De rollen
en posities van de statutaire organen, zoals de wetgeving die onderscheidt en
zoals in de statuten beschreven, blijven onverminderd van kracht:
Belangrijkste
wijzigingen voor de aandeelhouders
De
belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op de volgende onderwerpen:
In het
algemeen geldt, dat de regels uit de nieuwe wet in de statuten moeten worden
vastgelegd. In een aantal gevallen is het mogelijk van de wet af te wijken,
mits dit uitdrukkelijk in de statuten is vastgelegd en dit plaatsvindt met
goedkeuring van de Raad van Commissarissen en de Centrale Ondernemingsraad. In
de voorliggende statutenwijziging wordt hiervan geen gebruik gemaakt.
Benoeming
en bezoldiging van Commissarissen
In de te
wijzigen statuten was bepaald, dat de commissarissen bij coöptatie werden benoemd,
waarbij de aandeelhouders en de Centrale Ondernemingsraad het recht van bezwaar
hadden. Drie van de huidige elf commissarissen werden benoemd op voordracht van
aandeelhouders: één door de gemeente Rotterdam, één door de gemeente Den Haag
en één door de gemeente Zoetermeer (namens de voormalige
Dozijn-aandeelhouders). Twee commissarissen hebben het bijzondere vertrouwen
van de Centrale Ondernemingsraad, maar zijn niet door hen voorgedragen.
De
benoemingsregeling in de Wet Herziening Structuurregeling is als volgt
geregeld: de leden van de Raad van Commissarissen worden door de Algemene
Vergadering van Aandeelhouders benoemd op voordracht van de Raad van
Commissarissen met inachtneming van het versterkte aanbevelingsrecht van de
Centrale Ondernemingsraad en op basis van een vooraf door de Raad van
Commissarissen goedgekeurd profiel, dat is besproken met de algemene
vergadering van aandeelhouders en de ondernemingsraad.
Het
versterkte aanbevelingsrecht van de Ondernemingsraad houdt in dat éénderde deel
van het aantal commissarissen op een bindende voordracht van de
Ondernemingsraad wordt benoemd. De algemene vergadering van aandeelhouders
stelt de bezoldiging van de commissarissen vast. Een ander orgaan is daartoe
niet bevoegd.
Voorgesteld
wordt de wettelijke systematiek in de te wijzigen statuten vast te leggen en
geen van de wet afwijkende regeling in de statuten op te nemen. Deze nieuwe
benoemingsprocedure wordt inmiddels toegepast, voor het eerst in de op 20 mei
2005 gehouden Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ENECO.
Belangrijke
besluiten
Krachtens
de Wet Herziening Structuurregeling dienen besluiten van het ondernemingsbestuur
die een "belangrijke wijziging van de identiteit of het karakter van de
vennootschap of de onderneming" tot gevolg hebben, ter goedkeuring aan de
algemene vergadering te worden voorgelegd.
Belangrijke
besluiten zijn de overdracht van (vrijwel) de gehele onderneming, het aangaan
of verbreken van duurzame samenwerking indien dat van ingrijpende betekenis is
voor de vennootschap en het nemen of afstoten van deelnemingen ter waarde van
een derde of meer van het (al dan niet geconsolideerde) balanstotaal. Het ontbreken
van goedkeuring heeft geen externe werking in de zin dat het de
vertegenwoordigingsbevoegdheid van het bestuur en de bestuurders niet aantast.
Voorgesteld
wordt de wettelijke systematiek in de te wijzigen statuten vast te leggen.
Tevens wordt voorgesteld in te stemmen met het in de statuten opnemen van een
specifieke regeling op basis waarvan bepaalde besluiten met majeure financiële
consequenties van te voren door de Raad van Bestuur van ENECO wordt besproken
met dan wel om advies worden voorgelegd aan de AandeelhoudersCommissie (AHC).
Het gaat hierbij om de volgende afspraak:
goedkeuring
door Raad van Commissarissen geldt voor voorstellen van de Raad van Bestuur: |
|
tot € 350
miljoen *) |
|
van € 350
tot € 450 miljoen |
Na
consultatie van AHC |
van € 450
miljoen tot wettelijke grens |
Na advies
van AHC |
vanaf
wettelijke grens |
door
algemene vergadering met advies van AHC |
*) de grens
van € 350 miljoen geldt
- om redenen van flexibiliteit van interne
besluitvorming,
- voortgang van uitvoering, en
- het slechts reguliere onderwerpen in het
kader van de operationele bedrijfsvoering
regardeert,
- het overeenkomt met de
financieringscapaciteit van de onderneming.
Agenderingsrecht
aandeelhouders
De nieuwe
Wet bepaalt, dat aandeelhouders en/of certificaathouders die alleen of tezamen
ten minste 1% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen het recht krijgen
te verzoeken dat onderwerpen op de agenda van de aandeelhoudersvergadering
worden geplaatst. In de statuten kan de 1%-grens lager worden gesteld.
Het
agenderingsrecht behoeft niet te worden gehonoreerd indien een zwaarwichtig belang
van de vennootschap zich daartegen verzet. Het verzoek moet ten minste zestig
dagen voor de dag van de aandeelhoudersvergadering door de vennootschap zijn ontvangen.
Voorgesteld
wordt de wettelijke systematiek in de te wijzigen statuten vast te leggen en
geen van de wet afwijkende regeling in de statuten op te nemen.
Bezoldiging
bestuurders
De Algemene
Vergadering van Aandeelhouders moet een beleid vaststellen op het terrein van
de bezoldiging van bestuurders. In de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
op 20 mei 2005 is het Beloningsbeleid Raad van Bestuur ENECO Energie vastgesteld.
Dit besluit is conform de Code Tabaksblat gepubliceerd op de webpage Corporate
Governance van ENECO.
Voorgesteld
wordt de wettelijke systematiek in de te wijzigen statuten vast te leggen.
Vaststelling
jaarrekening
Onder het
regime van de Wet Herziening Structuurregeling wordt de jaarrekening in het
vervolg vastgesteld door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Dit
betekent echter niet dat de Algemene Vergadering van Aandeelhouders de
jaarrekening kan amenderen zonder de medewerking van het bestuur en de Raad van
Commissarissen. In de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 20 mei 2005
is deze nieuwe procedure reeds toegepast.
Voorgesteld
wordt de wettelijke systematiek in de te wijzigen statuten vast te leggen en
geen van de wet afwijkende regeling in de statuten op te nemen.
Dividendbeleid
De Raad van
Commissarissen en de Raad van Bestuur hebben zich, conform de eerdere
toezegging tijdens de Algemene Vergadering van Aandeelhouders, gebogen over een
eventuele aanpassing van het dividendbeleid. De Wet Herziening Structuurregeling
leidt niet tot een wijziging van de statuten.
In de te
wijzigen statuten is thans opgenomen dat maximaal 50% van de winst kan worden
uitgekeerd aan de aandeelhouders als dividend. Voorgesteld wordt deze bepaling
zo te wijzigen dat jaarlijks tenminste 50% als dividend wordt uitgekeerd aan de
aandeelhouders. Dit bedrag kan hoger zijn als de bedrijfssituatie dit toelaat
of lager als de Raad van Commissarissen aannemelijk kan maken dat dit minder
moet zijn. Daarbij wordt een procedure voorgesteld, waarbij jaarlijks het
winstverdelings- en dividendvoorstel tijdig (voordat het wordt gezonden aan de
Algemene Vergadering van Aandeelhouders en na de Raad van Commissarissen) te
bespreken met de Aandeelhouderscommissie.
In het
kader van het financieel meerjarenbeleid (= dividendstroom uit ENECO) van de
aandeelhouders zal door ENECO een meerjarenprognose worden gemaakt met de verwachtingen
met betrekking tot de ontwikkeling van het dividend van ENECO, gerelateerd aan de
voor de continuïteit van de bedrijfsvoering vereiste financiële ratio’s (onder
andere rating, kengetallen, financieringsbehoeften ten behoeve van majeure projecten).
Uitgangspunt
hierbij is dat van de voor uitkering beschikbare winst jaarlijks tenminste 50%
als dividend worden uitgekeerd. Dit percentage kan in enig jaar een hoger percentage
zijn ingeval de ontwikkeling van de winst en de voor de continuïteit van de bedrijfsvoering
vereiste financiële ratio’s dit op middellange en lange termijn toestaat.
Dit percentage
kan lager zijn, indien Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen aannemelijk
maken dat een hogere uitkering onverantwoord is in het licht van de continuïteit
van de onderneming.
Dit punt
wordt in de genoemde brief van de Raad van Commissarissen en de Raad van
Bestuur aan alle aandeelhouders bevestigd.
Procesrecht
Het besluit
tot het voeren van een langlopende gerechtelijke procedure door ENECO tegen de
Staat der Nederlanden over de Splitsingswet bij de Nederlandse rechter en het
Europese Hof is een zwaarwegend en een verstrekkend besluit, dat niet anders
dan door alle statutaire organen van de vennootschap (Raad van Bestuur met Raad
van Commissarissen en Algemene Vergadering van Aandeelhouders) dient te worden
genomen. Derhalve zullen deze partijen bij de besluitvorming hierover intensief
worden betrokken en zal in gezamenlijkheid hierover moeten worden besloten met
inachtneming en afweging van alle aan zo’n besluit ten grondslag liggende
overwegingen, risico’s en aansprakelijkheden.
Het
standpunt van de aandeelhouders geldt voor de Raad van Bestuur met Raad van
Commissarissen als zwaarwegend. De Raad van Bestuur met Raad van Commissarissen
dient echter in haar eindverantwoordelijkheid vanuit haar juridische
aansprakelijkheid altijd het ultieme besluit te nemen. Zulks kan niet worden
gedelegeerd. Zij behouden daarom de plicht om zelfstandig tot een uiteindelijk
– mogelijk contrair - besluit te komen, zulks in afweging van het belang van de
vennootschap en al haar stakeholders.
Het heeft niet
de voorkeur deze specifieke regeling in de statuten te verwerken, gezien onder
meer het publieke karakter van de statuten (= Kamer van Koophandel en de webpage
Corporate Governance van ENECO). Derhalve wordt dit punt in de genoemde brief
van de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur aan alle aandeelhouders bevestigd.
Aanpassen
kwaliteitseis (artikel5, lid 6)
Zodra ENECO
wordt gesplitst in een leveringsbedrijf en een netwerkbedrijf en als het leveringsbedrijf
zal worden vervreemd, dan moet de mogelijkheid bestaan dat de aandelen van het
leveringsbedrijf worden overgedragen aan niet-publieke partijen.
Een
kwaliteitseis opnemen in de statuten is alsdan onnodig complicerend. Een
dergelijke eis zal dan ook alleen opgenomen worden indien het Algemeen
Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) ten behoeve van de zogeheten B3-status hun
voorschrift met betrekking tot de onderhavige kwaliteitseis nodig acht. De uitkomst
van het overleg dat door ENECO-Energie met het ABP wordt gevoerd hierover, zal
worden medegedeeld in de aandeelhoudersvergadering op 13 februari 2006. Indien
het ABP niet aan het opnemen van deze kwaliteitseis in de statuten hecht zal
voorgesteld worden deze, zonodig per amendement, te laten vervallen (artikel 5
lid 6). Indien het ABP wel hecht aan deze bepaling dan zal artikel 5 lid 6
gehandhaafd moeten blijven en zal worden gehandeld met inachtneming van de
afspraken inzake de blokkeringregeling in het Memorandum met de uitkomsten van
het overleg met de AHC/RvB op 28 november 2005. Een dergelijk voorstel kan - onder
toepassing van artikel 20, lid 3 van de statuten - ook worden gedaan door één
of meer aandeelhouders.
Gevraagde
beslissing
Voorgesteld
wordt:
1. Akkoord
te gaan met de voorgestelde wijziging van de statuten van ENECO Holding N.V.;
2. Wethouder
Mooiweer te machtigen de gemeente tijdens de Buitengewone Vergadering van
Aandeelhouders op 13 februari 2006 te Rotterdam te vertegenwoordigen en tijdens
deze vergadering naar bevind van zaken te handelen in de geest van onderstaand
voorstel.
C.A. van der Ende
30 januari 2006