Aanleunwoningen zijn woningen die direct naast een
zorginstelling liggen en waar de bewoners zorg kunnen ontvangen vanuit die
zorginstelling.
Het dagelijks bestuur van het stadsgewest
Haaglanden heeft besloten om per 01-01-2006 binnen het stadsgewest een uniforme
toewijzingsprocedure in te voeren voor het te huur aanbieden van aanleunwoningen.
Alle aanleunwoningen worden aangeboden via de
woonkrant ‘Beter Wonen in Haaglanden’ en via internet. Doel van het besluit
was:
Delft is wat de verdeling van de woonruimten
betreft gehouden aan hetgeen in het stadsgewest Haaglanden is overeengekomen en
moet daarom ook de aanleunwoningen in de woonkrant adverteren. Omdat de
voorbereiding om tot deze nieuwe werkwijze te komen nogal wat tijd in beslag
nam is besloten om pas te gaan adverteren vanaf 18-04-2006. Vanaf die datum kan
men nl. in het woningzoekendensysteem een zoekopdracht plaatsen.
De aanleunwoningen in Delft worden beheerd en
verhuurd door de zorginstellingen. Conform het besluit van het stadsgewest
zullen de aanleunwoningen die vrijkomen door die zorginstellingen worden
leeggemeld aan de corporaties. In beginsel worden de leeggemelde woningen
vervolgens door de corporaties in de woonkrant geadverteerd.
Om met voorrang in aanmerking te komen voor een
woning binnen het stadsgewest is een urgentie nodig. Het afgeven van urgenties
is een gemeentelijke verantwoordelijkheid. De gemeente Delft heeft de afweging
om voor een urgentie in aanmerking te komen gedelegeerd aan de
woningcorporaties. De afweging en de advisering aan burgemeester en wethouders
vindt plaats in de DTV (Delftse toetsingscommissie voorrangsbepaling). Voor de
aanvraag van een urgentie is leges verschuldigd, in 2006 gaat het om een bedrag
van € 31,72.
Omdat er niet voldoende aanleunwoningen aanwezig
zijn, is het belangrijk dat met name de mensen voor wie een verhuizing naar een
aanleunwoning noodzakelijk is, ook daadwerkelijk naar een aanleunwoning kunnen
verhuizen. Daarom wordt de noodzaak tot
de verhuizing naar een aanleunwoning getoetst door het CIZ. Het CIZ geeft een
indicatie advies conform de criteria
die door het stadsgewest zijn vastgesteld. De indicering kost zo’n 250 euro per
aanvraag. Deze keuringskosten worden door de gemeente betaald. De inschatting
is dat het om zo’n 180 aanvragen per jaar zal gaan.
De geldigheidsduur van een nieuw verstrekte
urgentie aanleunwoning is een jaar. Na deze periode moet de woningzoekende
vragen om verlenging van de urgentie. Automatisch verlengen is vanuit de
Huisvestings-verordening uitdrukkelijk verboden. Bij het behandelen van het
verzoek om verlenging wordt het zoekgedrag meegewogen, een herkeuring is een
optie. Het kan nl. zijn dat de situatie inmiddels verslechterd is en dat de
oudere beter kan verhuizen naar een verzorgingshuis.
In tegenstelling tot omringende gemeenten heeft
Delft een lange wachtlijst voor aanleunwoningen. Voor ouderen die per
18-04-2006 reeds een indicatie voor een aanleunwoning hadden is een
overgangsmaatregel overeengekomen. In de overgangsregeling worden de huidige
indicaties omgezet in een urgentie aanleunwoning die een jaar geldig is.
Op grond van dit omzettingsbesluit kan men met
voorrang gaan reageren op de aanleunwoningen in de woonkrant.
De nieuwe toewijzingsregels gaan ervan uit dat
mensen in staat zijn zelfstandig via de woonkrant of via internet te reageren
op het woningaanbod.
Deze regels houden echter geen rekening met mensen,
die niet zelf kunnen reageren of die vanwege dringende redenen niet kunnen
wachten tot er geschikte woonruimte via het verdeelsysteem beschikbaar komt.
In Delft wijken we daarom middels een
Vangnetregeling op drie onderdelen af van de Haaglanden regeling:
1.
Tot maximaal 25% van de aanleunwoningen kan indien
noodzakelijk buiten de woonkrant om aangeboden en toegewezen worden.
Deze voorziening is met
name bedoeld voor acute medische noodgevallen en indien een echtpaar wordt gescheiden
in verband met opname van één van de echtgenoten op de verpleeghuisafdeling van
het verzorgingshuis.
2.
Omdat tot maximaal 25% van de woningen in
noodgevallen buiten de woonkrant om aangeboden en toegewezen zal worden, kan
minimaal 75% van de aanleunwoningen conform de regeling van Haaglanden in de
woonkrant worden geadverteerd. De verwachting is echter dat een deel van de
groep nieuwe urgenten niet actief zal proberen om de urgentie te gaan
verzilveren. Daarvoor is een aantal al te gebrekkig of anderszins niet in staat
om te reageren. Het is dus belangrijk dat deze mensen begeleid en gevolgd
worden.
3.
De verwachting is tevens dat ook in de bestaande
groep van geďndiceerden, die straks op grond van de overgangsregeling een
urgentie krijgen, nog mensen zitten die niet meer (volledig) zelfstandig kunnen
deelnemen aan het aanbodmodel. Ook deze mensen moeten aanspraak kunnen maken op
begeleiding.
Ad 1. De
toewijzing van aanleunwoningen buiten de krant om:
Criteria:
q Men
houdt door een medische aandoening een ziekenhuis- of een verpleeghuisbed bezet
en kan in verband met de aandoening niet terugkeren naar de thuissituatie.
q Men
kan zelf niet op de woonmarkt opereren of kan een eventuele bestaande of
toekomstige urgentie vanwege de bestaande wachtlijstproblematiek niet op tijd
verzilveren.
q Men
voldoet aan de criteria voor een aanleunwoning.
q Er
is sprake van een meeverhuizende partner vanuit een zelfstandige woning,
waardoor minimaal twee kamers nodig zijn.
De mensen die voldoen aan de criteria worden buiten
de woonkrant om door corporaties en zorginstellingen actief begeleid en
bemiddeld naar een aanleunwoning.
Onderhandse bemiddeling vindt enkel plaats als het
absoluut noodzakelijk is. Er worden geen woningen voor dit doel leeg
gehouden/gereserveerd.
Ad 2. Begeleiding
en monitoring ‘nieuwe’ urgenten
Het CIZ advies aan de DTV omvat tevens een
uitspraak over de mate van zelfredzaamheid van de aanvrager op de woningmarkt.
Dus: is de oudere in staat of heeft deze een voldoende sociaal netwerk om op
het aanbod in de woonkrant te (laten) reageren.
Deze analyse maakt standaard deel uit van elk CIZ
advies. Niet-zelfredzame urgenten krijgen begeleiding van het ouderenloket
aangeboden. Het ouderenloket kan net als
een corporatie assisteren bij het zoeken, helpen met het aanvragen van een
woonpas, maar kan het zoeken naar woonruimte desgewenst ook volledig van de
woningzoekende overnemen. Het loket reageert dan in naam van de woningzoekende
en neemt telefonisch contact op, zodra deze in aanmerking komt voor een woning.
Het reactiegedrag van de overige ‘nieuwe’ urgenten
aanleunwoningen wordt door medewerkers van het ouderenloket elk kwartaal
geëvalueerd op zelfredzaamheid. Indien men
niet/nauwelijks reageert wordt met de woningzoekende contact opgenomen en waar
nodig hulp aangeboden.
Ad 3. Begeleiding
en monitoring bestaande geďndiceerden
Aan het einde van elk kwartaal worden de reacties
van bestaande geďndiceerden geëvalueerd door medewerkers van het ouderenloket.
Indien nodig worden woningzoekenden telefonisch
benaderd en wordt begeleiding aangeboden.
De keuze voor een actieve bemiddelingsrol van het
ouderenloket wordt mede ingegeven door de huidige lange wachtlijst voor
aanleunwoningen in Delft. De verwachting is dat de Delftse urgent
woningzoekende met behulp van het ouderenloket sneller een aanleunwoning zal
kunnen vinden.
Binnen de sector Leefbaarheid van de gemeente Delft
zal het programma Wonen, Zorg en Welzijn elk halfjaar de regeling evalueren met
de betrokken partijen. Het stadsgewest Haaglanden wordt middels een jaarlijkse
rapportage op de hoogte gebracht.
De ouderen in Delft moeten worden geďnformeerd dat
er een nieuwe procedure komt om voor een aanleunwoning in aanmerking te komen.
Hiertoe is recentelijk zowel de urgentie brochure van de gemeente aangepast,
als de gemeentelijke website. Met de corporaties is afgesproken dat zij op hun
sites doorlinken naar de gemeentesite.
Begin april wordt in de stadskrant en de
nieuwsbrief Wvg de aandacht gevestigd op de nieuwe regels. Tenslotte wordt in
alle publicaties verwezen naar het ouderenloket alsmede de informatiemedewerker
van Leefbaarheid, die telefonisch of per e-mail aanvullende informatie kunnen
geven. De informatiemedewerker is ook de gemeentelijke contactpersoon voor de
uitvoering van de regeling, alsmede de monitoring van de vangnetregeling.
Bestaande geďndiceerden krijgen eind maart een
informatiebrief over de omzetting. Middels een antwoordstrook kan men hulp
vragen bij het zoeken. Het omzettingsbesluit wordt begin-half april
toegestuurd. Per 18 april 2006 kan men vervolgens met voorrang gaan reageren op
het woningaanbod.
De door het ouderenloket geďnde leges voor nieuwe
urgentieaanvragen worden op de rekening van de gemeente bijgeschreven.
In Haaglanden verband is op 11 oktober 2005 met de
SVH afgesproken dat herstructureringskandidaten vrijgesteld zijn van het
betalen van inschrijfgeld en legeskosten over de periode dat men
herstructureringskandidaat is.
In de geest van deze regeling stellen wij voor om
voor de bestaande geďndiceerden geen legeskosten te heffen voor de omzetting
van hun indicatie in een urgentie. Tevens verzoeken wij de SVH (Sociale
Verhuurders Haaglanden) geen inschrijfgeld in rekening te brengen voor
bestaande geďndiceerden, die nog geen woonpas hebben.
Voorstel:
Woningzoekenden met een
urgentie aanleunwoning die onvoldoende in staat zijn om zelfstandig te opereren
op de woningmarkt begeleiding te geven bij het zoeken naar een aanleunwoning.
5. De
onder 2 genoemde personen vrij te stellen van het betalen van leges voor hun
urgentie.
-----