Evaluatie Referendum

 

Respons

Er zijn in totaal 2335 personen van 18 jaar en ouder  uitgenodigd om deel te nemen aan deze vragenlijst. Hiervan hebben er 1.609 de vragenlijst ingevuld. Dit levert een respons op van 69%. Het DIP is een representatief panel, behalve voor de niet-westerse allochtonen.

 

In de tabellen 1 en 2 staat de responsverdeling naar leeftijd, geslacht en wijk. Er is voor gekozen niet te wegen naar achtergrondkenmerken. Wel worden bij alle onderwerpen eventuele significante verschillen naar deze kenmerken benoemd.

 

Tabel 2. Responsverdeling naar wijk (in %)            

 
Tabel 1. Responsverdeling leeftijd en geslacht (in %)

 

man

vrouw

totaal

18-24 jaar

6

8

7

25-34 jaar

17

24

20

35-44 jaar

23

23

23

45-54 jaar

25

24

25

55 jaar en ouder

28

20

25

totaal

100

100

100

 

 

 

 

%

Binnenstad

19

Vrijenban

12

Voordijkshoorn/Hof van Delft

19

Tanthof

15

Voorhof

8

Buitenhof

11

Wippolder

15

totaal

100

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Resultaten

Een ruime meerderheid van de Delftenaren heeft een stem uitgebracht tijdens het referendum. Slechts 1% van de Delftenaren was niet op de hoogte van het feit dat er een referendum gehouden zou worden.

 

Tabel 3. Was u op de hoogte van referendum? (in %)

 

%

ja, dat wist ik, maar ik heb zelf niet gestemd

13

ja, dat wist ik en ik heb zelf ook mijn stem uitgebracht

86

nee, dat wist ik niet

1

totaal

100

 

 

Aan de Delftenaren die niet gestemd hebben, is gevraagd wat de reden hiervan was.

Zij konden meerdere redenen aangeven. Een kwart van de groep die niet gestemd hebben, geeft aan dat zij het referendum geen goed instrument vinden. een even grote groep was niet geïnteresseerd in het onderwerp van het referendum.

 

Tabel 3. Redenen om niet te stemmen (in %)

 

%

het instrument 'referendum' vind ik geen goed instrument

25

het onderwerp van het referendum interesseerde me niet

25

was niet in staat om te stemmen (i.v.m. ziekte, vakantie, werk, etc)

17

vergeten

8

anders

38

 

 

Onder de optie ‘anders’ hebben respondenten vooral aangegeven dat zij de uitbreiding van de camping geen goed thema vonden voor een referendum en/of menen niet voldoende geïnformeerd te zijn geweest om een goed oordeel te kunnen vellen. Ook verwezen enkele respondenten naar de Raad die dergelijke beslissingen zou moeten nemen en waren er een paar respondenten die geen interesse hadden in deelname aan het referendum. In Bijlage A staan alle gegeven antwoorden.

 

Aan de Delftenaren die gestemd hebben, is gevraagd of zij zich voor het stemmen hadden verdiept in de voor- en tegenargumenten inzake de uitbreiding van de camping.

Tweederde deel van de Delftenaren die gestemd hebben, heeft zich hier enigszins in verdiept.

 

Tabel 5. Verdiept in de voor- en tegenargumenten (in %)

 

%

ja, daar had ik mij zeer in verdiept

26

ja, daar had ik mij enigszins in verdiept

66

nee, daar had ik mij niet in verdiept

8

totaal

100

 

 

Zoals uit tabel 6 blijkt neemt het aandeel dat zich zeer in de voor- en tegenargumenten heeft verdiept, toe naarmate de leeftijd toeneemt.

 

Tabel 6. Verdiept in de voor- en tegenargumenten naar leeftijdsgroepen (in %)

 

18-24 jaar

25-34 jaar

35-44 jaar

45-54 jaar

55 jaar en ouder

totaal

ja, daar had ik mij zeer in verdiept

12

18

28

30

45

26

ja, daar had ik mij enigszins in verdiept

76

67

67

66

53

66

nee, daar had ik mij niet in verdiept

12

16

6

4

2

8

totaal

100

101*

101*

100

100

100

* In verband met afrondingsverschillen ligt het totaal niet op 100%

 

Bijna driekwart (72%) van de Delftenaren die hun stem hebben uitgebracht geven aan dat zij zeker of waarschijnlijk ook gestemd zouden hebben indien het referendum op een ander moment gehouden zou zijn dan de Tweede Kamerverkiezingen. Een kwart zou dit zeker of waarschijnlijk niet gedaan hebben.

 


Tabel 7. Stem ook uitgebracht zonder Tweede Kamerverkiezingen? (in %)

 

%

ja, zeker wel

39

ja, waarschijnlijk wel

33

nee, waarschijnlijk niet

21

nee, zeker niet

4

weet niet

3

totaal

100

 

 

Tabel 8 geeft de aandelen per leeftijdsgroepen weer.

 

Tabel 8. Stem ook uitgebracht zonder Tweede Kamerverkiezingen? Naar leeftijdsgroepen (in %)

 

18-24 jaar

25-34 jaar

35-44 jaar

45-54 jaar

55 jaar en ouder

totaal

ja, zeker wel

32

30

36

44

56

39

ja, waarschijnlijk wel

30

33

39

36

29

33

nee, waarschijnlijk niet

28

28

19

16

11

21

nee, zeker niet

7

5

3

2

2

4

weet niet

3

4

3

2

2

3

totaal

100

100

100

100

100

100

 

Een zeer ruime meerderheid (87%) van de Delftenaren die hun stem hebben uitgebracht geeft aan dat de leden van het stembureau (zeer) duidelijk gemaakt hebbend at er over twee onderwerpen een stem uitgebracht kon worden.

 

Tabel 9. Duidelijk over twee onderwerpen stemmen? (in %)

 

%

zeer duidelijk

46

duidelijk

41

noch duidelijk/noch onduidelijk

7

onduidelijk

1

zeer onduidelijk

1

weet niet

4

totaal

100

 

 

Aan de Delftenaren die op de hoogte waren van het referendum (en al dan niet gestemd hebben) is gevraagd via welke informatiebron zij hierover geïnformeerd zijn. Zij konden meerdere informatiebronnen aankruisen. De lokale media is voor driekwart van deze groep de informatiebron geweest. Zes op de tien zijn via de gemeente geïnformeerd.

 

Tabel 10. Informatiebron (in %)

 

%

via de lokale media

75

via de gemeente

60

via vrienden, familie, kennissen

26

via de initiatiefnemer

8

via de camping eigenaar

5

weet niet

2

anders

9

 

Onder de optie ‘anders’ is als meeste het stembiljet genoemd, gevolgd door verschillende media. Ook acties op straat, zoals handtekeningenacties of folders op de markt worden genoemd. Daarnaast heeft een aantal respondenten vernomen over het referendum via politieke activiteiten. In Bijlage B staan alle gegeven antwoorden.

 

Driekwart van de Delftenaren die wisten dat er een referendum gehouden zou worden, is van mening dat de communicatie vanuit de gemeente (zeer) voldoende is geweest. Een op de tien vond dat dit niet het geval was.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tekstvak: Figuur 1

 

 

 

Er is voor gekozen om het referendum tegelijkertijd met de Tweede Kamerverkiezingen te houden. Een grote groep vindt dit begrijpelijk (68%) en verstandig (45%)

 

Tabel 11. Mening over keuze tegelijkertijd stemmen (in %)

 

%

begrijpelijk (praktisch)

68

verstandig

45

onhandig

4

niet begrijpelijk

1

anders

5

 

Bij de optie ‘anders’ geven respondenten hoofdzakelijk aan dat naar hun idee de uitslagen zijn beïnvloed door de combinatie met de Tweede Kamerverkiezingen. Meer mensen die niet goed zijn geïnformeerd zouden een tegenstem hebben uitgebracht dan wanneer het referendum op zich staand zou zijn gehouden. Ook heeft de combinatie van beide verkiezingen volgens sommige respondenten in het algemeen een gunstig effect gehad op de opkomst. Weer anderen laten zich om verschillende redenen positief uit over de combinatie, waarbij kostenbesparing vaak als argument naar voren wordt gebracht. In Bijlage C staan alle gegeven antwoorden onder de categorie ‘anders’.

 

Een ruime meerderheid (86%) van de Delftenaren die wisten dat er een referendum gehouden zou worden, heeft aangegeven het prettig te vinden dat er tijdens het referendum de mogelijkheid was om te stemmen in een willekeurig stembureau. Het merendeel (65%) geeft aan achteraf goed geïnformeerd te zijn over de uitslag van het referendum.

 

Over de derde stelling “het gemeentebestuur heeft haar eigen standpunt inzake de uitbreiding van camping Delftse Hout duidelijk naar voren gebracht” zijn de meningen sterk  verdeeld: 38% is het hier (zeer) mee eens, 33% noch mee eens noch mee oneens en 29% is het er (zeer) mee oneens.

 

Tekstvak: Figuur 2

Aan het eind van de vragenlijst was er de mogelijkheid opmerkingen of suggesties over dit onderwerp en algemene opmerkingen te geven. Ruim 250 respondenten grepen deze gelegenheid aan. Daar waar de nadere categorisering het mogelijk maakt en het substantiële aantallen betreft, worden de percentages weergegeven. Nadere uitleg en uitwerking van opmerkingen heeft veelal betrekking op een veel kleiner aandeel van de betreffende respondenten.

 

De verreweg meest gemaakte opmerking (23%) is hier dat men niet tevreden is over de informatievoorziening en communicatie rondom de aanleiding en het onderwerp van het referendum. Dit zou volgens velen voor hebben gezorgd dat men niet in staat was een goed oordeel te vellen en daardoor ook de uitkomsten ook negatief hebben beïnvloed.

 

Een andere grote groep van respondenten die iets kwijt wilden, geven aan dat zij het onderwerp niet geschikt vinden voor een referendum (17%). Een deel daarvan noemt ter onderbouwing en illustratie andere thema’s waarvoor zij een referendum meer voor de hand vinden liggen. Daarbij kan gedacht woorden aan de spoorzone/het nieuwe stadskantoor, de uitbreiding van IKEA en parkeerbeleid.

 

De kern van een groot deel van de opmerkingen is verder dat men meent dat de raad en het college dit soort beslissingen zou moeten nemen, waaraan veel respondenten toevoegen dat zij democratisch zijn gekozen (16%). Een deel van de betreffende respondenten geeft aan ook om die reden in het algemeen tegen referenda te zijn, hoewel sommigen ook zonder verdere toelichting opmerken referenda gene goed instrument te vinden.

 

Opmerkingen die door enkele respondenten zijn gemaakt, hebben betrekking op de kosten van een referendum. Volgens diverse respondenten is er sprake van geldverspilling. Daarnaast laten enkelen zich negatief uit over de naar hun idee gekleurde berichtgeving in de media over het onderwerp. Sommigen merken op dat burgers niet met een referendum overweg kunnen en anderen noemen de vraagstelling bij het referendum voor de kiezer onduidelijk.

 

Daarnaast zijn er respondenten die problemen hadden met het uitbrengen van een blanco stem, noemen enkele respondenten het referendum zonder meer onnodig te vinden en was volgens sommigen de opkomst alleen hoog genoeg doordat het referendum tegelijkertijd plaatsvond met de verkiezingen voor de Tweede Kamer.

 

Een kleine groep respondenten heeft zich bij de opmerkingen juist positief uitgelaten over het referendum. Verder waren er ook diverse niet nader te rubriceren opmerkingen. In de bijlagen D en E zijn alle opmerkingen met betrekking tot het referendum opgenomen.