1.     Aanleiding

De accountant heeft de Rekeningencommissie (RC) geadviseerd een “Auditcommissie” in te stellen. Hiermee wordt beoogd de controlerende financiële functie van de gemeenteraad verder te versterken.

 

Een Auditcommissie (AC) [1] is in veel gemeenten (in navolging van het bedrijfsleven) ingesteld. Deze houdt zich bezig met de taak “het toezicht houden op de kwaliteit van de interne en externe financiële rapportages en

het onderhouden van contact met de accountant.”

Tevens zijn bij andere gemeenten ook andere controlerende taken van de raad ter voorbereiding overgedragen aan dergelijke commissies. Eind 2006 heeft Deloitte de rapportage “Auditcommissie: de ogen en oren van de gemeenteraad” uitgebracht[2]. De daarin geschetste mogelijkheden voor een nader invulling van een Auditcommissie is als input gebruikt voor deze notitie.

 

2) Advies

De commissie wordt gevraagd zich uit te spreken over een Auditcommissie die :

a)     een bredere taak krijgt met betrekking tot het huidige rechtmatigheidsonderzoek;

b)     een nieuwe taak krijgt met betrekking tot doelmatigheidsonderzoek;

c)     in het verlengde daarvan het bestuurlijk overlegplatform wordt voor de Delftse rekenkamer.

 

En daarbij een uitspraak te doen over:

- de beschreven knelpunten;

- de oplossingsrichting (verbreding takenpakket);

- de samenstelling;

- de kosten;

- de verdere procedure.

 

3) Toelichting

 

Juridische kader

De te voeren discussie komt voort uit de controlerende rol van de raad, in het bijzonder de artikelen 210 t/m 213 a van de Gemeentewet. Deze rol is met de inwerkingtreding van dualisering versterkt met de uitbreiding van een aantal bevoegdheden:

-        Verordenende bevoegdheid, geconcretiseerd in de volgende verordeningen: financieel beleid (art. 212 GW), accountantscontrole (art. 213 GW) onderzoek en doelmatigheid (213a GW)

-        De (verplichte) instelling van een rekenkamer of rekenkamerfunctie (onderzoeken naar rechtmatigheid, effectiviteit en doelmatigheid)

-        De wijze waarop en de mate waarin gebruik wordt gemaakt van de werkzaamheden van de accountant. (controle op getrouwheid en rechtmatigheid, minimale wettelijke controletoleranties)

 

Bestaande knelpunten

De verbreding van de huidige Rekeningencommissie tot een Auditcommissie moet bijdragen aan een oplossing voor de volgende knelpunten:

-        Rondom de jaarrekening is de RC het aanspreekpunt voor de accountant, buiten de RC is dat niet geregeld. Daardoor is het contact tussen accountant en gemeenteraad beperkt tot de RC;

-        Er is onduidelijkheid over waar (de voorbereiding van) stukken op het terrein van P&C besproken kunnen worden. Nu is dat wisselend de RC, het presidium en/of het fractievoorzittersoverleg.

-        De professionele kennis van de ambtelijke organisatie en externen (accountant, rekenkamer) wordt niet altijd gebruikt;

-        De RC is nu vooral financieel-technisch van aard. De wens bestaat om de kaderstellende- en controlerende rol van de raad op een hoger/breder, beleidsmatig niveau te brengen. Dat kan onder meer door jaarlijks tijdig met de accountant te overleggen over de invulling van het onderzoeksprogramma, en de accenten die dat volgens de raad zou moeten krijgen.

-        De follow up van de aanbevelingen van de accountant zijn onvoldoende geborgd en verdienen meer structurele aandacht;

-        Meer aandacht komt voor de zgn. 213a-onderzoeken (‘audits’), het informeren van raad en rekenkamer over uitkomsten van deze onderzoeken (art. 213 lid 2 en 3), en de follow up door het college;

-        Er vindt geen afstemming plaats tussen diverse onderzoeken van college en rekenkamer waardoor sommige onderwerpen meerdere malen worden onderzocht (bijv. subsidiebeleid);

-        Follow-up tussentijdse controle accountant krijgt nu geen aandacht van de raad terwijl de raad wel opdrachtgever is;

 

De genoemde knelpunten zouden kunnen worden ondervangen door een Auditcommissie in te stellen die:

a)     een bredere taak krijgt met betrekking tot het huidige rechtmatigheidsonderzoek;

b)     een nieuwe taak krijgt met betrekking tot doelmatigheidsonderzoek;

c)     in het verlengde daarvan het bestuurlijk overlegplatform wordt voor de Delftse rekenkamer.

 

Verbreding takenpakket

Een dergelijke Auditcommissie krijgt dan te maken met een breder takenpakket waarbij de kerntaak blijft, het voorbereiden van alle activiteiten die van belang zijn voor een goede beheersing van de gemeente op het gebied van rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid in het kader van de kaderstellende en controlerende verantwoordelijkheid van de raad.

 

De Auditcommissie zal zich dan bezighouden met de voorbereiding van de besluitvorming van de raad aangaande:

-        de aanwijzing van de accountant als bedoeld in artikel 213 GW;

-        de verordeningen artikel 212, 213 en 213a GW;

-        het jaarlijks vaststellen van het controleprotocol;

-        het vaststellen van de jaarrekening en -verslag (thans RC);

-        het bepalen van een standpunt over tussentijdse rapportages en andere verslagen van accountant.

-        de verslagen van periodieke onderzoeken van het college als bedoeld in de verordening 213a GW;

-        het bestuurlijke aanspreekpunt zijn voor de Delftse Rekenkamer voor zaken als voortgang van onderzoeken, de verordening en vacatures;

-        het bepalen van een standpunt over door het college toegezegde of door de raad vastgestelde verbeteringsacties en de voortgang voortkomend uit de rekenkamerrapporten;

-        besluiten over de gemeentelijke P&C cyclus en de daarin gehanteerde instrumenten;

 

De bovenstaande lijst is mogelijk niet uitputtend. De praktijk zal uitwijzen of aanvullingen nodig zijn. De Auditcommissie zal verder zorg dragen voor een goede afstemming tussen de onderwerpen, en voor afstemming met andere gremia (vakcommissies, presidium, fractievoorzittersoverleg).

 

De commissie zal net als de vakcommissie in het openbaar vergaderen tenzij de commissie anders beslist. Dat kan bijvoorbeeld indien er sprake is van conceptstukken zoals bij de controle van de jaarrekening het geval kan zijn.

 

Samenstelling

De Auditcommissie is een raadscommissie waar dus alleen raadsleden  en commissieleden/niet-raadslid lid van zijn. De link met besluitvorming naar de raad op het punt van verantwoording is essentieel, evenals het draagvlak voor adviezen van de Auditcommissie. Daarom wordt voorgesteld om een meerderheid van de Auditcommissie te laten bestaan uit raadsleden. Verder wordt voorgesteld het aantal leden vast te stellen op maximaal 7; in dat geval zou de Auditcommissie dan bestaan uit minimaal 4 raadsleden, en maximaal drie commissieleden/niet-raadslid.

De Auditcommissie zal worden ondersteund door de financieel raadsadviseur.

Daarnaast zal de Auditcommissie al naar gelang de agenda collegeleden of ambtenaren uitnodigen voor overleg.

 

Kosten

De Auditcommissie is een verbreding van de bestaande Rekeningencommissie en zal dus mogelijk kunnen leiden tot enige aanvullende kosten. Gedacht kan worden aan extra overleg met de accountant, de rekenkamer of indien de Auditcommissie zou voorstellen op een bepaalde dossier aanvullend onderzoek te laten verrichten.

Mocht extra budget nodig zijn, zal dit op de gebruikelijk wijze aan de raad worden voorgelegd.

 

Vervolg

Indien de commissie bestuur en werk zich in hoofdlijnen kan vinden in deze notitie, zal een en ander vóór de zomer in een conceptverordening worden uitgewerkt.

 

 

- o -



[1]In de notitie wordt ook aangegeven dat er voor gekozen kan worden een andere naam aan deze commissie te geven. Om de leesbaarheid te vergroten wordt consequent het begrip Auditcommissie of de afkorting AC gebruikt die door Deloitte geïntroduceerd is.

[2] Is bij dit agendapunt op het RIS beschikbaar gesteld.