Rapportage Haaglanden delegatie, 2008
De huidige Haaglanden delegatie is door de gemeenteraad in
mei 2006 gekozen en bestaat uit de volgende personen:
1)
Pauljan Kuijper, D66 (per april 2008 opvolger van Lucas
Vokurka)
2)
Annette van der Poel STIP (per december 2007 opvolgster van
Pieter Guldemond)
3)
Sjaak Keuvelaar, CDA
4)
Peter Kiela, delegatieleider, PvdA
5)
Ronald Vuijk, VVD
6)
Bas Verkerk, VVD, lid van het Dagelijks Bestuur Haaglanden
Ted
van der Klaauw van het vakteam RO coördineert de ambtelijke ondersteuning van
de delegatie. Hij verzorgt agendering en verslaglegging van de vooroverleggen
van de delegatie.
In de regio Haaglanden zijn 2 commissies actief: resp.
Verkeer, vervoer en economische zaken (VVEZ) en Ruimtelijke Ordening,
Grondbedrijf, Volkshuisvesting en Milieu (RGVM). Pauljan Kuijper en Annette van
der Poel hebben zitting inde cie. VVEZ. Sjaak Keuvelaar en Peter Kiela hebben
zitting in de cie. RGVM. Zaken uit de financiële commissie en de commissie
sociale zaken worden meteen in het Algemeen Bestuur behandeld. Voor de regio is Peter Kiela ook lid van de
bezwaarschriftencommissie.
De position paper ‘Delft en Haaglanden: met elkaar
verbonden’ van de delegatie (vastgesteld door de Raad, sept. 2007) vormt het
inhoudelijk kader, waarbinnen zij opereert en de Delftse belangen
waarborgt.
In voorliggende rapportage komen de volgende onderwerpen aan
de orde:
1.
RSP Haaglanden
2.
BTR Regiotaxi
3.
Aanbesteding busvervoer Haaglanden
4.
Onderzoek Randstadrail
5.
Evaluatie AB Haaglanden door cie. van der Tak
Op 16 april jl. is het RSP Haaglanden vastgesteld in het AB.
Het RSP is een zeer wezenlijk beleidsdocument en zet de lijnen uit voor de
regionale ruimtelijke ontwikkeling in Haaglanden en bepaalt daarmee ook de
kaders voor de Delftse ontwikkeling, o.a. op het gebied van ruimtelijke
ordening, maar ook op het gebied van groen, verkeer en vervoer en economie in
randvoorwaardelijke zin. In het RSP is het Technologisch Innovatief Complex
(TIC) Delft opgenomen als één van de drie cruciale gebiedsontwikkelingen voor
een sterke Randstad en daarmee als ‘Investeringsprioriteit Kennisstad’.
Bij de vaststelling van het RSP heeft de Delftse delegatie
een motie ingediend over het haast maken met het oprichten van een Groenfonds
Haaglanden. Deze motie is aangenomen. De delegatie heeft helaas niet kunnen
voorkomen dat er bij de vaststelling ook een motie is aangenomen over
‘watergebonden bedrijvigheid’. Deze motie behelst het oprekken van het
zoekgebied voor uit te plaatsen milieuhinderlijke bedrijvigheid uit de
Binckhorst tot en met de noordzijde van Delft. Inmiddels is door Den Haag, in
samenwerking met het Stadsgewest, gestart met het invulling geven aan de motie
door het uitvoeren van een aantal onderzoeken. De delegatie zal de voortgang en
de inhoud van de diverse onderzoeken kritisch blijven volgen en zet zich in de
Delftse belangen hierin optimaal te behartigen.
De delegatie is de gang van zaken rond de BTR Regiotaxi
kritisch blijven volgen en heeft hiervoor aandacht gevraagd in zowel het AB als
de commissie VVEZ. BTR is al in twee maal in gebreke gesteld. Na het
faillissement van BTR is Connexxion de tijdelijke aanbieder tot de nieuwe
aanbesteding. In voorbereiding op de nieuwe aanbesteding die plaats zal vinden
in het najaar wordt een onderzoek ingesteld naar de kwaliteitsvraag en de
wenselijkheid van de WMO-functie van de regiotaxi. De delegatie steunt alle
maatregelen die genomen kunnen worden om de kwaliteit van de diensten van BTR
te verbeteren.
Aanvankelijk zou de regiokavel (Delft en Zoetermeer) en de
stadskavel (Den Haag) van het busvervoer gecombineerd worden aanbesteed. Bij de
aanbesteding is het stadskavel uiteindelijk niet openbaar aanbesteed. De door
Delft gesteunde eis van aardgasbussen is opgenomen in de aanbesteding. Veolia
heeft de aanbesteding (regiokavel bus) verkregen.
Bij de vaststelling van de aanbesteding is op initiatief van
de Delftse delegatie een motie aangenomen door het AB, inzake het belang van OV
in de hele regio. De motivatie van de motie is het creëren van meer steun en
draagvlak van gemeente Den Haag voor toekomstige regionale OV-projecten.
Pieter Guldemond van de delegatie had zitting in een
commissie die de gang van zaken rondom het project RandstadRail heeft
onderzocht, met als doel lering te trekken voor toekomstige grote infraprojcten
in Delft, zoals de spoorzone en lijn 19. Het onderzoek is uitgevoerd door de TU
Delft en de begeleiding heeft plaatsgevonden door een commissie bestaande uit
vijf vertegenwoordigers uit het AB. Het eindrapport is in februari 2008 aan het
DB Haaglanden gepresenteerd. In april is er in het AB over het rapport
gediscussieerd. Haaglanden heeft veel geleerd van het RandstadRail-proces.
Anderen zullen ook hun
voordeel kunnen doen met dit onderzoek. Conclusie is dat
Haaglanden in het vervolg bij grootschalige en complexe processen een aantal
lessen in acht zal nemen met betrekking tot risicoanalyse, bevoegdheden en
verantwoordelijkheden en informatievoorziening.
Lucas Vokurka van de delegatie had zitting in de werkgroep
Evaluatie AB Haaglanden. De werkgroep heeft een op 16 april het rapport ‘Met
gevoel voor draagvlak, evaluatie van de werkwijze van het Stadsgewest
Haaglanden’ gepresenteerd. Het stuk staat geagendeerd voor een oriënterende
discussie in het AB van september. De delegatie heeft de commissie Bestuur en
Werk geadviseerd in te stemmen met de aanbevelingen van de werkgroep Van der
Tak en een voorstel gedaan om de
interactie tussen de delegatie en de raadscommissies te versterken.
Tenslotte
In algemene zin blijft de delegatie zich proactief inzetten
voor de regionale belangen in randstedelijk verband en de Delftse belangen in
het regionale beleid. Zo heeft de delegatie in het kader van de discussie over
het Urgentieprogramma Randstad een motie ingediend die het belang van
viersporigheid tussen Den Haag en Rotterdam kracht bijzet. Ook heeft de
delegatie zich mede ingezet in de bestuurlijke lobby om de 380
kV-hoogspanningsverbinding op het grondgebied van Haaglanden ondergronds aan te
leggen.
Daarnaast blijft de delegatie zich steeds meer inspannen om
samen met andere gemeenten en andere delegaties coalities te vormen om het
beleid van het DB te beïnvloeden. Dat is het afgelopen jaar goed gelukt en bv.
bij de aanbesteding van het busnet Haaglanden is intensief samengewerkt met de
buurgemeenten. Het is van groot belang dat gemeenten ook over hun grenzen
kunnen en willen blijven kijken.
Namens de Delftse delegatie,
Ted van der Klaauw, ambtelijk coördinator, 20080916