Kadernota 2009-2012

Inleiding

Voor u ligt de Kadernota 2009-2012 die wij als onderdeel van de budgetcyclus ter vaststelling aanbieden aan uw raad. Hiermee geven wij een beeld van wat er in de eerste helft van deze raadsperiode is bereikt voor en in Delft.

 

Delft is actief. Veel zaken in Delft staan op stapel of zijn in uitvoering. Deze kadernota biedt inzicht hierin. Daarnaast schetst deze onze ambities voor de komende jaren. Hiermee vormt deze nota tevens de opmaat naar de begroting 2009-2012, waarin wij plannen voor het komende jaar verder uitwerken.

 

Met de voorliggende kadernota lopen we op onderdelen vooruit op discussies die wij in het kader van de stadsvisie met elkaar en met de stad voeren.

 

Delft is een stad met vele gezichten. Stad van technologie, historie, monumenten én wonen. Het is de kunst deze stadsgezichten en de daaraan gekoppelde Delftenaren, blijvend met elkaar te verbinden tot één krachtig geheel. Dat gebeurt op vele niveaus. Bijvoorbeeld met behulp van citymarketing en de daaruit voortvloeiende stadsstijl. De verbindende kernwaarden zijn: technologie, historie, creativiteit en innovatie. Maar ook letterlijk, in fysiek opzicht is er verbinding. Met de ruimtelijke ontwikkeling van de Spoorzone, Schieoevers, TU-Campus en Hovengebied. Door infrastructuur en bruggen. Maar ook in sociaal opzicht. Delft is ook de stad waar jonge moslims straks kunnen bidden in de fraaie nieuwe moskee, maar ook de nieuwe HBO-opleiding mechatronica kunnen volgen. Het onderdak verschaffen aan daklozen hoort ook bij verbinden. Net zoals huisvesten van studenten en kenniswerkers.

 

De discussie over de stadsvisie 2025 kan ons helpen deze verbindingen uit te werken tot één sterk gezicht voor Delft.

Ambitie

Twee jaar geleden vonden PvdA, VVD, GroenLinks en STIP elkaar in een coalitieakkoord onder het motto ‘Ruimte zien en ruimte maken’. Twee jaar later kijken we terug op een intensieve periode. Veel van de afspraken uit het coalitieakkoord zijn gerealiseerd. Op talrijke plaatsen in de stad zijn projecten gestart, vaak in nauwe samenwerking met burgers en bedrijven. Op sociaal-economisch terrein doet Delft het goed. Op andere terreinen is beleid ontwikkeld waarvan we de komende periode de vruchten kunnen plukken.

 

Tegelijkertijd komt er de komende jaren veel op Delft af. Het Rijk draagt steeds meer taken over aan de gemeente. De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) is daar een voorbeeld van. In 2008 komen in dat kader nieuwe onderdelen naar ons toe. En terwijl de Delftse economie groeit, zien we dat de landelijke economie haperingen vertoont. Dit kan grote consequenties hebben voor de inkomsten die Delft in de komende jaren uit het gemeentefonds mag verwachten.

 

In deze kadernota leggen wij onze ambities neer. Integraliteit en samenwerking met de stad vormen daarbij uitgangspunt. We kijken niet alleen naar de korte termijn, maar ook naar leefbaarheid op langere termijn. Wij willen dat Delft een leuke stad is en blijft. Dat vraagt om oplossingen over de grenzen van de diverse beleidsvelden heen. Delft wil ruimte geven aan zijn burgers. Ruimte vraagt om integrale oplossingen. De gemeente doet dat niet zomaar, maar in nauwe samenwerking met de stad. De wijkaanpak is zo’n voorbeeld van een succesvolle Delftse oplossing, die wij in de komende periode gaan uitbouwen.

 

De volgende paragrafen verhelderen onze ambities aan de hand van de vijf thema’s uit de kadernota van vorig jaar: Meedoen in Delft, Openbare ruimte en duurzaamheid, Economie, arbeidsmarkt en inkomen, Kinderen en jongeren en De creatieve stad.

Extra toevoeging is het thema Samen aan de Slag! Met deze zes thema’s maken wij de verbinding met de stand van zaken in de uitvoering van het coalitieakkoord.  

 

Het is goed toeven in Delft. Er is altijd wel wat te doen. De autoluwe binnenstad zorgt ervoor dat deze een ontmoetingsplaats is van mensen en niet van blik zoals in zoveel andere steden. Wegen worden opgeknapt en verbeterd, waarbij veel aandacht is voor fietsers, kinderen en een groene inrichting. Bij bouwontwikkelingen hebben we oog voor het nog mooier maken van de stad. Daar gebruiken we beeldkwaliteitsplannen voor.

 

Delft bruist op cultureel gebied met spannende cross-overs tussen sterk uiteenlopende gebieden (bijvoorbeeld cultuur en techniek). Ons cultureel erfgoed, de stedelijke culturele instellingen, de TU-campus etcetera, liggen overzichtelijk en handig bij elkaar. Wij benaderen jongeren op een positieve manier en zij krijgen de ruimte om zich in hun stad en in hun wijk te ontplooien en te tonen. Delft is gewoon een leuke stad.

Er bestaan vele initiatieven, waardoor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een grote bijdrage aan het woon- en leefklimaat leveren, zoals bijvoorbeeld het opruimen van zwerfafval door dak- en thuislozen, het werk in restaurant De Wereldzaak, het groenonderhoud in de stad door mensen van Combiwerk en het onderbrengen van weesfietsen bij de Kringloopwinkel.

Voor de innovatieve wijze waarop de Ruys de Beerebroeckstraat is ingericht kreeg de gemeente Delft de tweede prijs bij uitreiking van de prominente provinciale Ted Jansen award.

 

Dat het goed toeven is in Delft, blijkt ook uit diverse cijfers en ervaringsfeiten:

·       Het aantal overnachtingen in Delft steeg van 96.000 in 2001 naar 159.000 in 2005 en 175.000 in 2006

·       Het aantal arbeidsplaatsen nam in minder dan tien jaar tijd met 10 % toe en groeit jaarlijks met zo’n achthonderd

·       De participatiegraad van de Delftse beroepsbevolking is met 73 % hoog te noemen

·       Terwijl het Werkplein Delft nog maar nauwelijks een half jaar open is, dient het werkgeversloket nu al als voorbeeld voor andere steden

·       Ook delen van het anti-armoedebeleid worden door diverse andere gemeenten gekopieerd

·       Delft is een relatief veilige stad en wordt goed gewaardeerd op leefbaarheid

·       Het onderwijsaanbod is breed en divers, van voorschool tot universiteit. De kwaliteit van het secundair onderwijs wordt over de periode 2001-2005 tot de beste van het land gerekend.

·       Het cultuuraanbod is breed en divers

·       Veel deelnemers aan de cursussen Inburgeren Andersom tonen interesse voor andere talen en culturen.

 

Gewoon Delft

Delft is van oudsher waterstad. De gemeente werkt nauw samen met omringende gemeenten en twee hoogheemraadschappen in het Regionaal Samenwerkingsverband Water-Stad-Land. Delft speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming hiervan. Doel is waterrecreatie en -toerisme te bevorderen in het westelijk deel van Zuid-Holland.

 

Met dit soort tekstkadertjes verspreid over de gehele kadernota geven wij voorbeelden van al die ‘gewone’ ( en soms ongewone) zaken, die Delft bijzonder maken. En de gemeente werkt hard om het nog leuker te maken.

 

Samen aan de slag!

Er gebeurt veel in Delft. Dat zie je terug op straat. Op verschillende plaatsen in de stad zijn bouwprojecten in volle gang en krijgen de komende jaren een voltooiing.

 

Werk in uitvoering betreft niet enkel bouwprojecten. Neem bijvoorbeeld evenementen. Delft is de enige Nederlandse gemeente met een integraal evenementenbeleid. Dit vormt de Delftse basis voor een goede kwaliteit en spreiding van evenementen die gericht zijn om het innovatieve, creatieve en technologische potentieel van de stad zichtbaarder te maken.

 

In de wijken is er al heel lang sprake van samenwerking, samen aan de slag. Tegelijkertijd liggen er nog altijd kansen om het samenwerken aan sterke wijken te verbreden en te verdiepen. We werken nog steeds aan het versterken van groen in de wijken, alsmede het vergroten van kindvriendelijkheid en het stimuleren van zorgzaamheid en onderlinge betrokkenheid.

 

Samen aan de slag is ook niet altijd vol in het voetlicht. Soms is het werk in uitvoering achter de schermen. In de service naar burgers, bijvoorbeeld, loopt Delft voorop als het gaat om elektronische dienstverlening. Dat is meer dan alleen de website. Het gaat hierbij ook om het integraal doorvoeren van veranderingen in de organisatie, systemen en procedures die samenhangen met de dienstverlening.

 

Ook zijn we samen aan de slag om de gemeentelijke organisatie optimaler te laten functioneren ten dienste van stad, burger en bestuur. Vereenvoudiging van de beleidscyclus om maar iets te noemen (minder papier, meer sturingsinformatie). Introductie van een integrale beleidsmonitor die garant staat voor samenhangende doelstellingen met meetbare indicatoren, die de komende periode zichtbare resultaten moeten opleveren.

 

Er bestaat veel aandacht voor het interactief maken van beleid. Nota’s, prioriteiten en doelstellingen volgen elkaar snel op. De kunst is steeds meer om in discussies een helder onderscheid te maken tussen 'wat willen we bereiken' en 'hoe bereiken we dat'.

En dus ook tussen sturing aan de voorkant van beleidsprocessen en de monitoring en evaluatie achteraf.

De burger vraagt om in politiek-bestuurlijke discussies serieus met de problemen van de stad om te gaan. Blijvende nadruk op participatie van burgers, ruimte voor uitvoering, een positief kritische houding tegenover professionals, maar vooral ook het consequent werken vanuit een goed georganiseerde beleidscyclus kunnen bijdragen aan een beter resultaat van beleid en een betere verantwoording van resultaten naar raad en burgers.

 

 

Gewoon Delft

Onder de noemer ‘Werk in uitvoering’ streeft Delft ernaar overlast van grote projecten zoveel mogelijk te beperken. Eén van de maatregelen in dit kader is de aanstelling van een stremmingscoördinator. Deze zorgt voor afstemming van verschillende verkeersstromen bij alle bouwactiviteiten. Delft blijft daardoor open en bereikbaar.

 

Meedoen in Delft

Delft wil ruimte bieden aan alle Delftenaren. Alle burgers moeten de ruimte krijgen om mee te doen, te werken en zich te ontwikkelen. Wij constateren dat er steeds meer gebeurt in de stad. Er zijn steeds meer activiteiten en ontmoetingen mogelijk in de stad. Het gaat dan om de burger als partner. De gemeente ondersteunt initiatieven uit de stad. Alle portefeuilles leveren hierbij een bijdrage. We kijken steeds integraler, zonder daarbij het belang van niches uit het oog te verliezen. Wij komen hier op terug bij het thema De creatieve stad. 

 

Ook het WMO-Beleidsplan 2008-2011 en de Nota Wonen, Zorg, Welzijn 2008-2011 gaan over verbinden en meedoen. Delft kiest voor participatie; vraagt burgers naar elkaar te kijken; kiest vooral voor een inclusieve samenleving. Dit beleid houdt een forse verandering in. Waar eerder bijzondere mensen nogal snel in een eigen hokje terecht kwamen, proberen we nu met behulp van rugzakmiddelen, passend onderwijs, werk en met behulp van kleinschalige woonzorg-arrangementen mensen in een reguliere omgeving goed en prettig te laten leven. Dat betekent dat iedereen in de eigen omgeving mensen gaat ontmoeten, die wat extra hulp en begrip kunnen gebruiken. Het is belangrijk deze ontwikkeling te ondersteunen. Het welzijnswerk heeft daarom de opdracht ook voor die andere doelgroepen te gaan werken. Er ontstaan burenhulpcentrales en rond woonvormen voor mensen met een GGZ- of verslavingsproblematiek komen gerichte buurtprojecten. De gemeente werkt nauw samen met schoolbesturen, corporaties, kinderopvang en sportverenigingen om ook daar ‘inclusief denken en werken’ te bevorderen.

 

De wijkaanpak is succesvol. De rode draad in de nota Samen aan sterke wijken is dat we hierop doorpakken. Naast heel, schoon en veilig gaat het daarbij steeds meer over sociale stijging.

 

 

Gewoon Delft

Om de leefbaarheid in de wijken te verbeteren werkt Delft samen met politie en corporaties in het project Buurtbemiddeling en Mediation. Hierbij lost een mediator conflicten op tussen buren of personen in dezelfde wijk. De resultaten zijn zeer positief; reden om dit project ook in de komende periode voort te zetten.

 

 

Hiermee samenhangt de tendens dat de gemeente de komende jaren steeds meer ‘achter de voordeur’ komt. De burgemeester krijgt extra bevoegdheden, en ook vanuit de Financiële Winkel van Delft en zorg en welzijn worden initiatieven ontplooid. De gemeente staat daar niet alleen in: instellingen in Delft zijn momenteel bezig met het opzetten van een project onder de naam ‘Van straat tot straat’, waarin ook zij verder gaan in de benadering van kun klanten dan tot nu toe. 

 

In het verlengde hiervan is de rode draad in de Gezondheidsnota (in voorbereiding), kwaliteit van leven. Dit helpt ziekte te voorkomen en blijft belangrijk voor mensen met een (chronische) ziekte of handicap. Het hebben van werk, sociale contacten en schone lucht is voor veel mensen niet vanzelfsprekend en het ontbreken ervan is vaak letterlijk ziekmakend. Ziek of verslaafd zijn is op zich zelf al erg genoeg, maar het zet het sociaal(-economisch) functioneren ook nog eens zwaar onder druk. Gezondheidsbeleid is daarom niet alleen een kwestie van bewegen, gezonde voeding en voorlichting, maar richt zich ook sterk op welbevinden in de dagelijkse leefsituatie en op blijven meedoen en meetellen. Goede voorbeelden zijn ruim voorhanden; denk aan het werk van het inloophuis Deborah, buddyzorg en het maatschappelijk rehabiliteren van verslaafden en daklozen via de stichting PerspeKtief. Interessant is ook de groeiende samenwerking tussen Combiwerk, GGZ-Delfland en begeleid wonen bij het activeren van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

 

 

Gewoon Delft

De onderwijsmonitor loopt nu enige jaren. Het betreft met name taal- en rekengegevens en doorstroom primair onderwijs naar voortgezet onderwijs. Verzamelen van de gegevens geschiedt jaarlijkse, een keer per twee jaar verschijnt een rapportage. In 2008 is dat het geval. Twee jaar geleden heeft de gemeente het Kohnstamm instituut gevraagd een nadere analyse te verrichten op beide modules die vervolgens met succes zijn gepresenteerd en bediscussieerd met raadcommissie en schoolbesturen.

Openbare ruimte en duurzaamheid

De openbare ruimte van Delft is in beweging. Er wordt veel gebouwd, en tegelijkertijd worden steeds hogere eisen gesteld aan de kwaliteit van de openbare ruimte in termen van veiligheid, onderhoud, gebruik en beleving. Om dit alles in een samenhangend kader te plaatsen komen wij binnenkort met een nieuwe visie op de openbare ruimte.

 

De kwaliteit van de openbare ruimte bepaalt voor een belangrijk deel de leefbaarheid van Delft. Samenwerken in de wijken levert daaraan een goede bijdrage. Delft is landelijk bekend om zijn wijkaanpak. Naast de wijkaanpak gaat het ook om thema’s als veiligheid, bomenbeleid en een kindvriendelijke stad.De woonvisie is vastgesteld, en vraagt nu om uitvoering. Een belangrijke link wordt gelegd met gezondheid en sport. In de komende twee jaar is er in Delft meer aandacht voor bomen. Naast thema-activiteiten op dit thema zoekt het College ook naar meer stelselmatige mogelijkheden om ‘vrije ruimte’ in de stad groen te maken. Bereikbaarheid met tram en fiets staan hoog in het vaandel van de gemeente.

 

Vanuit het oogpunt van veiligheid is er een roep om sterkere handhaving, bijvoorbeeld in de vorm van handhavingsteams en de aanpak van graffiti en wildplakken. Tegelijkertijd heeft Delft de ambitie om ruimte geven aan creativiteit en ontmoetingen in de stad. Dit vraagt om een integrale bestuurlijke afweging. Welke regels zijn nodig, maar ook: wat is de mogelijkheid tot het maken van uitzonderingen. Hierbij hoort ook een beroep op het verantwoordelijkheidsgevoel van bewoners en gebruikers van onze stad.

 

Op preventiegebied liggen we goed op schema, onder meer door de komst van een veelplegeraanpak. Bewustwording van eerwraak en huiselijk geweld is een onderwerp, dat zowel vanuit veiligheid, als ook vanuit integratie en emancipatie is opgepakt. Hier toont zich de meerwaarde van de integrale aanpak samen met de relevante partners.

 

Samen met vijf andere gemeenten in en om het recreatiegebied Midden-Delfland werkt Delft aan een landschapsontwikkelingsplan. Recreërende Delftenaren genieten van koeien in de wei. Als een groene vinger in de stad zullen aan de rand van de Tanthof koeien in de wei worden neergezet. Voor de stadsbewoner is een vitale agrarische sector in hun buitengebied van belang.

 

Delft heeft vele natuurvriendelijke oevers. Het aanleggen daarvan draagt bij aan het verbeteren van ecologische structuren. Het is onze doelstelling om ten minste één op vijf oevers natuurvriendelijk in te richten.

 

 

Gewoon Delft

Fijn stof is in toenemende mate een gezondheidsprobleem. Auto's, vooral die met dieselmotoren, zijn de boosdoeners. De TU Delft ontwikkelde samen met bouwbedrijf BAM een soort fijnstofmagneet die fijn stofdeeltjes effectief afvangt. Het systeem is inmiddels wereldwijd gepatenteerd. De kans is groot dat de eerste proef met het systeem in Delft plaatsvindt.

 

 

Delft heeft hoge ambities als het gaat om duurzaamheid. De discussie over de oprichting van een warmtebedrijf wordt momenteel gevoerd. Vanuit haar maatschappelijke verantwoordelijkheid op langere termijn zal Delft preventief moeten investeren in de inrichting van de stad. Zij zal haar natuur- en milieucommunicatie verstevigen. De eerste stap is gezet om de ‘Gemeenten voor Duurzame Ontwikkeling’ op te richten samen met de gemeenten Zoetermeer en Dordrecht. Hierdoor nemen wij een landelijke positie in op dit gebied.

 

Ook het waterbeleid blijft vanuit het oogpunt van duurzaamheid een belangrijk thema. Hier verbinden zich duurzaamheid en economische doelstellingen. Dit speelt ook bij herijking van de duurzaamheidsvisie. Zo is de gedachte horeca- en MKB-ondernemers te ondersteunen met verduurzamen van hun bedrijf. De gemeente gaat actief op zoek naar koplopers.

 

 

 

 

Gewoon Delft

De gemeente Delft vindt kwaliteit belangrijk als het gaat om bouwprojecten. Daarom krijgen grote projecten een beeldkwaliteitsplan dat naast de kwaliteit van de openbare ruimte, de architectonische kwaliteit van het project beschrijft. In de afgelopen periode zagen onder meer beeldkwaliteitsplannen het licht voor Harnaschpolder en Poptahof.

 

Economie, arbeidsmarkt, en inkomen

De diverse grote projecten in de stad leveren een belangrijke impuls aan het economische klimaat. Zo biedt ontwikkeling van bijvoorbeeld Technopolis en herontwikkeling van Schieoevers interessante mogelijkheden voor de Delftse economie. Het College wil lopende projecten dan ook voortvarend uitvoeren zonder daarbij kwaliteit uit het oog te verliezen.

 

In economisch opzicht mag de stadsmarketing niet onvermeld blijven. Ontwikkeling hiervan, en als afgeleide de komst van een stadsstijl, zorgt voor een grotere herkenbaarheid, promotie van en een sterkere binding met de stad, wat uiteindelijk leidt tot een positieve impuls voor de economie en de arbeidsmarkt.

 

De ICT-sector begint in Delft een kritische massa te bereiken die gunstige perspectieven biedt voor zowel de economie als de arbeidsmarkt.

 

Daarnaast biedt het smeden van verbanden tussen wonen en werken kansen. Uitdaging is om deze twee, meer dan nu het geval is, te vermengen. Goede voorbeelden daarvan zijn te vinden in de Poptahof, waar ‘in de plinten’ van gebouwen zich winkeltjes vestigen. Ook voor nieuwe wijken als de Harnaschpolder zijn dit mogelijk kansrijke oplossingen.

 

Het sociaal beleid van Delft op het gebied van arbeidsmarkt en inkomen is succesvol. Minder mensen hoeven een beroep te doen op de Wet Werk en Bijstand. In de afgelopen twee jaar zijn behoorlijke omvormingen tot stand gekomen. Denk daarbij onder meer aan de verhuizing van WIZ, UWV en CWI naar het Werkplein aan de Westlandseweg, het dienstverleningsconcept en de ketenaanpak die deze organisaties samen uitwerken.

 

Op het gebied van inkomen is de draagkrachtgrens voor bijzondere bijstand verhoogd van 110% via 120% naar 130% van de geldende bijstandsnorm. De 130% geldt ook als inkomensgrens voor overige gemeentelijke ondersteunende voorzieningen zoals de sportregeling, de Delftpas en de 'nieuwe' schoolkostenregeling. In gesprekken met de rijksoverheid besteedt de gemeente veel aandacht aan de lage inkomenspositie van een groot aantal mensen met een zelfstandige onderneming en andere werkende mensen. De gemeente vindt het onverteerbaar als kinderen in armoede moeten opgroeien. Nog erger is dat, indien de armoede zich van generatie op generatie doorzet.

 

De projecten uit de vierjarenaanpak schuldhulpverlening lopen; we noemen hier in het bijzonder de Financiële Winkel van Delft. We zijn gestart met bestaande personele capaciteit en moeten al werkend gaan beoordelen in hoeverre deze toereikend blijft. Eerste ervaringen wijzen uit dat meer mensen met grote schulden de weg naar de gemeente vinden.

 

Combiwerk zet momenteel grote stappen op weg naar een echte  arbeidsontwikkelings­organisatie. De focus komt te liggen op uitstroom door middel van individuele detacheringen, groepsdetacheringen, of begeleid werken. Van de nieuwe instroom van mensen met een indicatie voor de sociale werkvoorziening wordt ongeveer de helft rechtstreeks begeleid naar de arbeidsmarkt. Ook voor mensen die nu op een beschutte plek werken wordt gekeken of zij zich kunnen ontwikkelen naar een externe plaats. De gemeente heeft eind vorig jaar extra geld ingezet voor de verkorting van de wachtlijst. Gebleken is dat nieuwe mensen die instromen vaker dan vroeger te maken hebben met meervoudige problematieken. Ook dit heeft gevolgen voor de wijze waarop Combiwerk zich verder ontwikkelt en op welke locaties dit zal gebeuren. 

 

Een integrale benadering van economie, arbeidsmarkt en inkomen komt steeds meer van de grond. Zo wordt de kwaliteitsimpuls op het gebied van reïntegratie gecombineerd met acties rondom het werkgeversloket. Alfabetisering is een speerpunt.

 

Op de langere termijn zal Delft haar economische strategie moeten bepalen: hoe verdient de Delftenaar in de verre toekomst zijn geld? Op dit moment ligt de nadruk op Delft kennisstad. De ontwikkeling van Technopolis brengt met zich mee dat buitenlandse inwoners zich voor korte tijd in Delft vestigen. Wat is de sociale impact daarvan voor Delft?  

 

Gewoon Delft

September 2007 organiseerde Delft de Week tegen de Armoede. Onderdeel van het programma was het sluiten van een Pact tegen Armoede. Hierin spreekt Delft met zestig partners in de stad af intensief te gaan samenwerken in het bestrijden van armoede en sociale uitsluiting.

 

Kinderen en jongeren

Delft kiest voor een jeugdbeleid, waarbij jeugdigen een positief benadering krijgen en de ruimte om zich in hun stad te ontplooien en te tonen. De discussie rond de rapgroep Scheme 015 toont aan dat dit ook dilemma’s oplevert. Waar liggen grenzen? Is fouten maken toegestaan? Maken we bondgenoten van deze jongens of juist niet? Een positieve keuze voor de jeugd maakt wel dat klein én groot zichtbaar en hoorbaar in de stad aanwezig zijn. Daarin zitten bedreigingen, maar ook kansen. Graffiti in de Irene-tunnel is voor de een aanstootgevend geklieder en voor de ander hét teken dat Delft iets met jeugd wil. Ergens met een groep jongeren ‘hangen’ is voor sommige omwonenden overlast, maar voor de jongeren even chillen na een dag in het gareel op school.

 

Gewoon Delft

De Kinderacademie is een 'school' waar jongeren (11-13 jaar) uit onderwijsachterstandssituaties meer leren over uiteenlopende beroepen en vakgebieden. Ze krijgen iedere zondag les van professionals die vertellen over hun beroep, maar ook opdrachten geven om op een speelse manier meer over het vak te leren. Door jongeren met verschillende vakgebieden kennis te laten maken, verbreden zij hun horizon. Uiteindelijke doel is om het zelfvertrouwen en het toekomstperspectief te vergroten.

 

Wij vragen van jeugd én volwassenen burgerschap, wat zoiets betekent als iets van elkaar kunnen hebben én op tijd op weten te houden. Net als in het integratiebeleid, geldt hier  onbekend maakt onbemind. Het is daarom zaak dat jongeren en kinderen zich laten kennen en daar ook de ruimte voor krijgen. Het gaat om speelplekken, podia voor jeugdcultuur en meer uitgaansmogelijkheden. Net zo als het ook gaat  om goede schoolresultaten, helpen in de zorg via maatschappelijke stages en het zelf organiseren van acties of evenementen.

 

Burgerschap gaat niet altijd automatisch. Preventie en hulpverlening blijven hard nodig in het jeugdbeleid. Hoewel de Centra voor Jeugd en Gezin in Delft al draaien zijn we er nog lang niet. Graag willen we alle risicogezinnen daadwerkelijk kennen en ondersteunen, we willen het elektronisch kinddossier en de verwijsindex operationeel hebben in 2009. Op gebieden als alcoholgebruik en overgewicht streven we naar daadwerkelijk gedragsveranderingen.

 

Een ander belangrijk aandachtspunt is kinderen en veiligheid. Het project Kinderen veilig door Delft kent vele tastbare resultaten. Realisatie van fietsenstallingen bij scholen bijvoorbeeld en de inzet van verkeersouders om veiligheid in de directe schoolomgeving te vergroten. Binnenkort komen er twee kindlinten (Voordijkshoorn en Buitenhof), routes waarlangs kinderen zelfstandig, veilig en prettig kunnen lopen en fietsen. Deze combineren ruimtelijke inrichting, verkeersveiligheid en verkeerseducatie met gedifferentieerde speelvoorzieningen.

 

 

 

Gewoon Delft

In 2007 is een nota Ruimte voor Spelen vastgesteld. Via een inloopmiddag hebben kinderen, ouders en wijkpartners meegepraat over het speelplekkenbeleid. Ook zijn kinderen betrokken bij de daadwerkelijke inrichting van speelpleintjes. Deze aanpak leidde tot een succesvol speelplekkenbeleid.

 

De creatieve stad

Cultuur en bewoners van de stad zijn in Delft onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het huidig cultureel aanbod is breed en biedt een stevige voedingsbodem voor verdere ontwikkeling. Vanuit deze kracht en vanuit het besef dat kunst en cultuur in belangrijke mate bijdragen aan het halen van maatschappelijke doeleinden, willen we verder bouwen aan de deelname, de integratie, de cultuureducatie, de amateurkunst en het jeugdbeleid en deze verbinden met de nieuwe creatieve ontwikkelingen van de stad. 2009 is uitgeroepen tot Delfts Cultuurjaar.

 

Delft onderscheidt zich niet alleen door de unieke combinatie van erfgoed, techniek en creatieve industrie, maar ook door de manier waarop inwoners van de stad bij de verdere ontwikkeling zijn betrokken. Met de cultuurvisie hebben we om dit te faciliteren een stevige basis gelegd. Het sociale erfgoed van de stad en het maatschappelijk verantwoordelijkheidsgevoel van direct betrokkenen worden aangesproken. We betrekken jongeren op een aantrekkelijke en onorthodoxe wijze bij deze creatieve en/of technische ontwikkelingen. Doel is om inwoners van Delft inspiratie geven om de komende jaren op een energieke en creatieve wijze invloed uit te oefenen op hun directe (leef-)omgeving.

 

 

Gewoon Delft

Cross-overs leveren verrassingen op. Het recycled art project van de Stichting World Art Delft is daar zo'n voorbeeld van. Onder het motto Afval is een ontwerpfout’ besteedt World Art Delft aandacht aan het  hergebruiken van afgedankt afval tot kunst. Een cross-over van milieu (duurzaamheid) en kunst.

 

Om de toegankelijkheid van cultuur zo groot mogelijk te maken, houdt de gemeente grote instellingen als de VAK en DOK in stand. Daarnaast vindt de gemeente  amateurkunst belangrijk voor Delft, omdat het een belangrijke bron van creativiteit en activiteit in de stad is. Daarom streven wij naar bieden van ruimte voor een ieder om zich te uiten of om te oefenen. In de komende periode brengen we de diverse subsidiestromen met elkaar in verband.  

 

Financieel beeld

 

In overeenstemming met het verzoek van de gemeenteraad zal de traditionele lijst van financiële mee- en tegenvallers worden opgenomen in de programmabegroting. De financiële positie van Delft is nog steeds gezond. De meerjarenbegroting is in evenwicht. Om de Delftse financiële huishouding op orde te houden zullen echter wel duidelijke prioriteiten moeten worden gesteld.

 

De bezuinigingstaakstelling moet deels nog worden ingevuld. Op het totaal van circa € 4,4 miljoen over 2008 moet nog € 0,3 miljoen worden ingevuld. De taakstellende verhoging van precario staat onder druk, omdat de nutsbedrijven deze rechtstreeks dreigen te verhalen op de burgers via hun tarieven. In 2008 wordt het niet verhogen van de inkomsten uit precario gecompenseerd door extra dividend van Evides. Voor de jaren daarna moet een alternatief worden gezocht.

In het coalitieakkoord staat dat de gemiddelde lasten voor bewoners en ondernemers (OZB, reiniging en riolering) als geheel zullen worden beperkt tot het inflatieniveau. De gemeenteraad heeft deze lijn bij de discussies over de bezuinigingen nogmaals bevestigd. Het effect hiervan is dat de gemeente Delft is gezakt van de gedeelde 4e plaats naar de 8e plaats op de lijst van de 35 grootste gemeenten. Ander effect is dat we nog moeten doorzoeken naar een andere bezuinigingsmogelijkheid vanaf 2009.

 

Intussen laten landelijke ontwikkelingen een niet al te rooskleurig beeld zien. De internationale kredietcrisis heeft ook gevolgen voor de Nederlandse economie. Daarnaast loopt de inflatie op.

De structurele ruimte voor nieuw beleid (€ 1 miljoen) lijkt hierdoor niet helemaal te kunnen worden gedekt uit het reële accres van het gemeentefonds.

De overige algemene dekkingsmiddelen bieden op dit moment geen nieuw perspectief. Het saldo van rentebaten en –lasten laat vanaf 2009 een duidelijke verslechtering zien ten opzichte van de huidige meerjarenraming. Dit komt voornamelijk door een stijging van het investeringsvolume. Daarvoor moet meer vreemd vermogen worden aangetrokken.

 

In de meerjarenbegroting moet rekening worden gehouden met de tegenvaller in verband met de Sebastiaansbrug (€ 7,3 miljoen).

Voor tramlijn 19 geldt momenteel het volgende: In december hebben wij de Raad gemeld, dat de tramlijn, zoals door het Stadsgewest Haaglanden gepland, net binnen € 130 miljoen kan worden aangelegd. Dat betekent dat de garantstelling van Delft zal worden aangesproken. De gemeente heeft besloten de tramlijn door te trekken naar het hart van Technopolis. Het ziet er naar uit, dat de budgetten voor de tramlijn in zijn geheel ontoereikend zijn. Dit komt door kostenindexatie, prijsstijgingen, te lage onderhoudsbudgetten voor wegen en planvorming. Over verdeling van de kosten wordt nog onderhandeld.

Uit het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) zijn vanaf 2000 veel fysieke verbeteringen in de stad gefinancierd. Het ISV is onderdeel van het Grotestedenbeleid (GSB). De regering wil het GSB voortzetten na 2009. Delft doet er alles aan om als bijna 100.000+-gemeente eveneens voldoende ISV-middelen te krijgen na 2009. Immers, de gemeentelijke investeringsopgave uit onder andere de Strategienota Economie en de Woonvisie is ambitieus. De race met het Rijk is nog niet helemaal gelopen.

 

Gelet op de bovengeschetste ontwikkeling achten wij in het begrotingsproces voorzichtigheid geboden.