Hierbij mijn bevindingen inzake de openbare
besluitvormingsmomenten waarbij de busroute over de Oude Langendijk (OLD)
impliciet of expliciet wordt genoemd.
- Beleidsnota “bereikbare Binnenstad” d.d. 19 april 2000, p.9: “Voor het
huidige openbaar vervoer geldt dat het voornemen is dit te concentreren op
de route Binnenwatersloot – Oude en Nieuwe Langendijk.”
- Beleidsnota “bereikbare Binnenstad” d.d. 19 april 2000, tekening 4
“Parkeer- en Autoluwmaatregelen Binnenstad Delft fase 1”. Hier is op de
Oude Langendijk t.h.v. de Koornmarkt een bus-toegang voorzien en t.h.v. de
keerlus “alleen uitgang”. Dat geeft nadrukkelijk 1-richtingsverkeer aan
voor het OV.
- Beleidsnota “bereikbare Binnenstad” d.d. 19 april 2000, bijlage 6
“Openbaar vervoer route in autoluwplusgebied binnenstad Delft”. Daarin is
te zien dat zowel de lijnbus als de pendelbus niet (meer) over de Markt
rijdt. Er is wel een bustoegang getekend op de OLD t.h.v. de Koornmarkt en
een gecontroleerde afsluiting tussen de OLD en de Nieuwe Langendijk t.h.v.
de kruising Oosteinde. Hieruit blijkt niet dat de bus in 2 richtingen
rijdt/zal rijden.
- Verkeersbesluit 00/030434 d.d. 27-2-2001 inzake het instellen van het
voetgangersgebied Oude Langendijk. Daarin wordt gesteld dat er borden
(zone voetgangersgebied) worden geplaatst met een onderbord: “uitgezonderd
lijndiensten openbaar vervoer…”. Dat komt aan beide kanten van de OLD te
staan. Het heeft echter alleen betrekking op de toegang van het
voetgangersgebied. Dat zou impliciet kunnen betekenen dat er dus van beide
kanten een bus in mag rijden. Daarvoor is echter nóg een verkeersbesluit
nodig, zo blijkt uit navraag bij mobiliteit; het eenrichtingsverkeer op de
OLD is namelijk nog steeds van kracht vanwege de huidige
inrichtingssituatie. Er zou een onderbord bij het eenrichtingsverkeer-bord
moeten komen waarop ook staat: “uitgezonderd lijndiensten openbaar vervoer
en Delftpendel”.
- De nota “Dynamische afsluiting autoluwe binnenstad Delft” die op 24
april 2001 in de gecombineerde commissie CKE/Duurzaamheid is besproken en
op 26 april 2001 door de raad is vastgesteld. Bij de uitleg over model 3
wordt gesteld:
“Het aantal dynamische
in- en uitgangen zou maximaal zodanig moeten worden beperkt dat alle
bestemmingen nog bereikbaar zijn en de routes voor het openbaar vervoer intact
blijven. Op basis van de pollerlokaties voor alternatief 1 en 2 (zie bijlage 1
en 2) kan het volgende worden geconcludeerd:
·
De busroute in 2 richtingen
over de Oude Langendijk moet in stand blijven voor de bus en voor het laden en
lossen van de bedrijven aan de Oude Langendijk. Wanneer de dynamische in- of
uitgang aan de Oude Langendijk ook wordt gebruikt door (vracht)verkeer dat
elders moet laden/lossen, dan heeft dat direct en negatieve invloed op de
afwikkeling van het openbaar vervoer. Bovendien is de route via de Oude
Langendijk een uitrukroute van de brandweer. Een toename van het gebruik van de
Oude Langendijk t.o.v. alternatief 1 of 2 is dus niet gewenst en voor de
brandweer zelfs onaanvaardbaar.”
Aangezien uiteindelijk voor
model/alternatief 2 is gekozen en niet voor model 3, moet je de tekst dus gaan
interpreteren. In bovenstaande tekst wordt uitgelegd dat 2 richtingen
busverkeer basisbeginsel is voor beide alternatieven en vervolgens dat als je
de OLD voor nog meer verkeer gaat gebruiken, dit model 3 niet geschikt is.
Het is naast de omschrijving in het
Collegeprogramma en in dit document niet meer expliciet genoemd.
Mijn indruk is dat hoewel de intentie altijd heeft
bestaan, er niet of onvoldoende publiekelijk besloten is over het in 2
richtingen laten rijden van bussen over de Oude Langendijk.
Edwin Nas, 17-10-2001