Stuk
172 I Delft,
9 oktober 2001.
01/024630
Onderwerp:
wijkeconomie in Delft
Aan
de gemeenteraad.
Geachte
dames en heren,
1.
Inleiding
Tijdens
de besprekingen van de nieuwe wijkplannen in de gemeenteraad werd duidelijk dat
het thema wijkeconomie meer aandacht verdient. De gemeente heeft daarom
met de Kamer van Koophandel en de Ondernemers Federatie Delft (OFD) op 22 mei j.l. een themabijeenkomst
wijkeconomie georganiseerd om te bespreken welke aanpak het beste past bij de
Delftse situatie.
Deze
notitie geeft een beeld van de discussies en gedachten over het thema
wijkeconomie. Tevens is er een voorstel uitgewerkt over de aanpak met een
aantal actiepunten voor het komende jaar. De binnenstad is buiten beschouwing
gelaten gezien de lopende specifieke binnenstadsprojecten.
Het
programma van de themabijeenkomst (bijlage 1), de lijst met deelnemers (bijlage
2), het verslag van de bijeenkomst (bijlage 3) en de hoofdpunten van de
wijkbeschrijvingen (bijlage 4) zijn bij deze notitie gevoegd en liggen voor u
ter inzage. Tevens ligt voor u ter inzage de complete Wijkeconomie 2001
informatiemap.
De
informatiemap bevat: Feiten & Cijfers over de wijken, verschillende
publicaties, de economische paragrafen uit de wijkplannen, ontwikkelingsplan
winkelcentrum Dasstraat, een kaart met alle
stedelijke voorzieningen en een rapport van de Samenwerkende Bonden van
Ouderen over ‘Ouderenvriendelijke woonlocaties Delft’.
Na
de tweede themabijeenkomst over wijkeconomie omstreeks juni 2002, zullen wij op
basis van de opgedane ervaringen, de resultaten van de tweede themabijeenkomst
en verdere gedachten ontwikkelingen, in de tweede helft van 2002 aan de
gemeenteraad een voorstel presenteren m.b.t. een gemeentelijk meerjarenbeleid op het gebied van de wijkeconomie.
Aan
deze notitie hebben meegewerkt de Kamer van Koophandel, de Ondernemers
Federatie Delft, de inleiders en deelnemers van de themabijeenkomst, de sector
Wijkzaken en projecten en het vakteam ICT.
2.
De economische situatie in de Delftse wijken
In
bijlage 4 staan de hoofdpunten van de wijkbeschrijvingen. Uit de Feiten &
Cijfers over de Delftse wijken blijkt dat er over het algemeen sprake is van
een redelijke leefbaarheid in de wijken. Natuurlijk zijn er knelpunten en
problemen in de wijken, maar situaties als in bijvoorbeeld Rotterdam Noord
komen gelukkig niet in die mate in Delft voor.
Ter
illustratie staan hieronder in de omkaderde gedeelten enkele passages uit de
inleiding van de voorzitter van de themabijeenkomst over Rotterdam Noord en uit
de inleiding over de Feiten & Cijfers van de wijken door de teamleider van
Onderzoek en Statistiek van de gemeente Delft.
‘In sommige straten in Rotterdam Noord was
iedereen werkloos. Als deelgemeente losten we dat op. Aanvankelijk wisten we
niks van economie, laat staan van wijkeconomie. We hebben ons in de wijk
verdiept en het bleek dat we aparte aandacht moesten schenken aan jonge, nieuwe
ondernemers die meestal uit een ander land komen. Om hen een kans te bieden om
een eigen bedrijfje te starten, is draagvlak nodig bij drie verschillende
groepen: de politiek, de ondernemers en de bewoners in de wijk. De politiek
moet achter onze ideeën staan en we moeten ambtelijk draagvlak winnen. Als de
ondernemers en de bewoners dan ook enthousiast raken, dan kan wijkeconomie in
onze deelgemeente een succes worden.’
Stel een koffie-uurtje voor bewoners en
bedrijven in. Als we de behoeften van een wijk beter kennen, kunnen we ons
explicieter op een doel richten. De ondernemende ambtenaar die wil samenwerken
en met een duidelijk mandaat op pad is. Allemaal ter verbetering van het hele
proces van samenwerking. Want wijkeconomie is samenwerken. Leer dus van elkaar.
Blijf niet eindeloos praten. Er is vaak voldoende kennis aanwezig.
De wijk met de meeste werkzame personen in
Delft is Wippolder; meer dan 15.000
mensen, dat is bijna twee keer zoveel als de potentiële beroepsbevolking van
deze wijk. Het merendeel werkt bij de TU Delft, ongeveer 5000 personen. Het gemiddeld
besteedbaar huishoudinkomen in een wijk als Tanthof is hoger dan in heel Delft.
Met bijna 58.000 gulden per jaar ligt dat zo’n 8000 gulden hoger dan het
gemiddelde. Vrijenban en Voorhof zijn de armste wijken. Hier vinden we ook het
hoogste percentage huishoudens met een minimuminkomen. Voorhof heeft samen met
Buitenhof het grootste aantal werklozen. Meer dan 9% zit zonder werk, terwijl
in geheel Delft 5,5% van de potentiële beroepsbevolking werkloos is.’
‘De industriële bedrijfstak is de enige sector
van Delft waar sinds de afgelopen vijf jaar minder mensen werken dan voorheen.
De bedrijfstak vastgoed en zakelijke dienstverlening is qua werkgelegenheid de
grootste en bovendien de snelst groeiende in Delft.
En dan de detailhandel. Belangrijk voor
wijkeconomie. Winkels in Delft hebben een wijkfunctie, behalve die in de
binnenstad en in winkelcentrum In de Hoven. Merkwaardig is dat het
vloeroppervlak van winkels die dagelijkse goederen verkopen gestegen is in de
meeste wijken. Terwijl het aantal winkels waar je die dagelijkse goederen kunt
halen, in iedere wijk is gedaald. Deze winkels worden dus groter en een
automatisch gevolg daarvan is dat er steeds minder plek komt voor de kleinere
winkeliers.’
3.
Hoe definiëren we in Delft ‘Wijkeconomie’
?
Het
begrip wijkeconomie is verwarrend want economie gaat veelal over vraag
en aanbod op regionaal, landelijk en wereldniveau zoals de arbeidsmarkt, de
kantorenmarkt, de bedrijfsterreinenmarkt en de automarkt.
Een
markt met vraag en aanbod op wijkniveau heeft eigenlijk alleen betrekking op
(commerciële) voorzieningen zoals o.a. detailhandel, gezondheidsvoorzieningen,
reparatiebedrijven, etc. Waarbij bepaalde commerciële voorzieningen zoals een
grote supermarkt of een apotheker zelfs voor meerdere wijken relevant kunnen
zijn.
In
de themabijeenkomst is de voorgestelde definitie aanvaard, namelijk: : het
geheel van economische voorzieningen relevant voor de leefbaarheid van de wijk.
De
directeur van Delftwonen benadrukt (zie het omkaderde gedeelte) dat het
realiseren van extra werkgelegenheid in de wijk ook een belangrijk aspect is.
Directeur
Delftwonen
‘……Het activeren van vraag en aanbod ten
dienste van de wijk’ en ….Wijkeconomie zien als een lokale ‘industrie’ met
lokale medewerkers die voorziet in de behoefte van een wijk of stad.
Wijkwinkels, klussendiensten, buurthuizen en servicediensten – betaald en
onbetaald – maken een stad vitaler. Daarom is het belangrijk dat er in wijken
voorzieningen komen voor kwetsbare groepen als slecht mobiele en armere mensen.
Boodschappendiensten voor bejaarden bijvoorbeeld. De aanwezigheid van
activiteiten geven hen met name ’s avonds een veiliger gevoel en het maakt de
wijk ook levendiger. Om de wijkeconomie te bevorderen zie ik tal van mogelijkheden
Onze
conclusie is dat het voorzieningenniveau
voor de leefbaarheid van de wijk, inclusief parkeren en bereikbaarheid,
tot het werkterrein van de wijkeconomie behoort.
Sociaal
culturele projecten en werkgelegenheidsprojecten voor langdurig werklozen horen
thuis bij andere beleidssectoren en vakteams.
Belangrijk
is dat raakvlakken en samenwerkingsmogelijkheden van de verschillende
programma’s tijdig door de wijkcoördinatoren worden onderkend en met elkaar
worden verbonden.
4.
Buurtwinkelcentra
In
de structuurvisie voor de detailhandel 1995 –2005 van de gemeente staat het
vigerende gemeentelijk beleid inzake buurtwinkelcentra verwoord. De
structuurvisie zegt o.a.:
“Nieuwe
formules, nieuwe en andere voorkeuren van de consument leiden tot verschuivingen
aan de basis van het distributienet. Het toekomstig aankoopgedrag is bepalend
voor de overlevingskansen van de buurtwinkelcentra.
Om
de klant anno 2000+ in de winkel te krijgen zijn een aantal maatregelen
noodzakelijk.
Ondernemers
moeten zich richten op: verbetering assortiment; specialisatie; facelift van de
winkel; samenwerking; maken van een promotieplan en bevorderen van
herkenbaarheid.
Gemeente
moet zorg dragen voor voortbestaan van buurtwinkelcentra die kansrijk zijn door
middel van: stimulering van hiervoorgenoemde aandachtpunten bij ondernemers;
meewerken aan planvorming t.b.v. revitalisering levensvatbare
buurtwinkelcentra; voorkomen van verloedering van de kleinere winkelcentra;
actief saneringsbeleid; de subsidieregeling Steun bedrijven Stadsvernieuwing;
zorgdragen voor goede bereikbaarheid en adequate parkeervoorzieningen”(einde
citaat)
De
laatste jaren zijn er buurtwinkels uit de markt gedrukt door winkelketens en
grote supermarkten met allerlei schaalvoordelen. Maar in de levensmiddelenbranche
ontstaat een nieuwe trend bij de consument. Die wil zijn inkopen snel doen en
er niet voor hoeven om te rijden. Dus moet een winkel op de weg naar werk of
huis zitten: vestiging in buurt of wijk is derhalve weer een relevante optie.
Buurtwinkels
hebben weer kansen maar moeten hierbij wel vernieuwend aan de slag.
Dit
kan bijvoorbeeld via bepaalde franchiseformules zoals bewezen is met de
Keurslagers in Amsterdam of de nieuwe buurtsupers die o.a. Albert Heijn in Nederland
aan het opzetten is.
De
buurtwinkel heeft bepaalde voordelen boven de supermarkt. De buurtwinkelier kan
goed zien wanneer zijn klanten het liefst bij hem willen kopen en waar behoefte
aan is bij hem in de buurt.
We
zien een proces van schaalvergroting en een proces van schaalverkleining. Groot
creëert ruimte voor klein. Het middensegment zal worden aangevuld met grotere
en kleinere winkels op andere locaties. Met al deze verschillende functies kan
in een stad een netwerk van complementaire functies worden ontwikkeld met de
juiste functie op de juiste plek.
5.
Inzet van de regeling Steun Bedrijven Stadsvernieuwing (SBS)
Actieve
winkeliersverenigingen die op de nieuwe ontwikkelingen inspelen en
levensvatbare plannen maken voor revitalisering van hun buurtwinkelcentrum
kunnen ingevolge het vigerende detailhandelsbeleid van de gemeente een beroep
doen op de gemeente hun winkelgebied aan te wijzen als gebied waar de regeling
Steun Bedrijven Stadsvernieuwing voor een bepaald aantal jaren wordt toegepast.
Om
te kunnen beoordelen of de plannen levensvatbaar zijn is een SWOT analyse van
het functioneren van het betreffende buurtwinkelcentrum in zijn totaliteit
noodzakelijk. Tevens moet een Ruimtelijke Economische Structuur (RES) voor het
betreffende gebied worden opgesteld. Op basis van deze gegevens kan de
gemeenteraad een besluit nemen of een buurtwinkelcentrum kan worden aangewezen
als gebied voor toepassing van de regeling Steun Bedrijven
Stadsvernieuwing.
Met
de Kamer van Koophandel, eigenaars van panden, woningbouwverenigingen en
brancheorganisaties willen wij hiervoor buurtwinkeliersverenigingen actief
ondersteunen bij het uitwerken van vernieuwingsplannen.
In
het kader van de wijkeconomie willen we derhalve bevorderen deze
subsidieregeling ook te benutten voor de buurtwinkelcentra.
De
uitgaven van de SBS van de laatste drie jaar zijn:
1998 8 subsidietoekenningen
totaal subsidiebedrag ƒ
402.395,-
1999 8 subsidietoekenningen totaal subsidiebedrag ƒ 450.503,-
2000 1 subsidietoekenning totaal subsidiebedrag ƒ 43.980,-
In
2001 zijn er inmiddels drie subsidies toegekend en één subsidieaanvraag in
behandeling. Hiermee is inclusief de aanvraag in behandeling een bedrag van ƒ
258.000,- gemoeid.
In
de praktijk blijkt dat er minimaal 1 jaar verstrijkt tussen het aanwijzen van
een nieuw SBS-gebied en het op gang van komen van subsidieaanvragen uit een
nieuw aangewezen gebied. Omdat er ook sprake is van een zekere onderbesteding
van het SBS - jaarbudget van ƒ 450.000,- is het voorshands nog niet nodig het
jaarbudget te verhogen.
6.
Aandachtpunten en actiepunten
Mede op basis van de uitkomsten van de themabijeenkomst van 22 mei 2001 willen
wij het komende jaar in het kader van de wijkeconomie aandacht schenken of
acties ondernemen over de volgende onderwerpen:
1.
Veiligheid, het schoonhouden van het openbaar gebied en de
bereikbaarheid van de (buurt)winkelcentra.
Actiepunt van sector Bedrijven/Stadsbeheer en signaleringsfunctie van
wijkcoördinator.
2.
Het actueel en volledig houden van relevante Informatie over de wijken
bruikbaar en nuttig voor o.a.
ondernemers en investeerders bij het maken van haarbaarheids- analyses en ondernemingsplannen.
Actiepunt van vakteams ICT en CKE
3.
Net als in Rotterdam Noord ook in Delft wekelijks koffie-uurtjes houden
van wijkcoördinator en medewerker Service Centrum Bedrijven (SCB) met bewoners
en ondernemers. Met ingang van 1 november 2001 als proef beginnen in de wijk
Hof van Delft voor een periode van minimaal 1 jaar.
Actiepunt van vakteams Wijkzaken en
SCB
4.
In de Bomenwijk/ Heilige Land een goede locatie proberen te vinden voor
een nieuwe buurtsupermarkt met een bezorgdienst voor bejaarden.
Actiepunt van vakteam CKE
5.
Verbeteren van de bereikbaarheid en het vergroten van het aantal parkeerplaatsen
bij winkelcentrum Dasstraat.
Opwaarderen/herinrichten winkelcentrum, e.e.a. in overleg met betrokken
winkeliers, corporatie en bewoners.
Actiepunt van vakteam Wijkzaken
6.
Een tweede themabijeenkomst over de wijkeconomie organiseren omstreeks juni
2002 en daar onder andere het concept voor een meerjaren gemeentelijk
wijkeconomie beleid bespreken.
Actiepunt van vakteam CKE
7.
Een groot aantal bedrijven – bijna 900 – is aan huis gevestigd oftewel
bijna 30% van het aantal vestigingen in
Delft. Het kan handig en nuttig zijn voor een ondernemer te weten welke
collega-bedrijven in de buurt ook aan huis zijn gevestigd (o.a. voor informatie
uitwisseling, samenwerking, etc.) Om per buurt deze ondernemers met elkaar
kennis te laten maken wil de Kamer van Koophandel per buurt
kennismakings-bijeenkomsten organiseren. Wij vinden dit een goed initiatief en
zullen dit graag ondersteunen.
Actiepunt van Kamer van Koophandel en CKE
8.
Initiatieven bevorderen van buurtwinkeliersverenigingen om
vernieuwingsplannen te maken voor hun buurtwinkelcentra en indien e.e.a
kansrijk lijkt deze buurtwinkelcentra aan te wijzen als nieuwe gebieden voor
toepassing van de subsidieregeling Steun Bedrijven Stadsvernieuwing. Voor de
betreffende buurtwinkelcentra dienen SWOT analyses en een Ruimtelijke
Economische structuur te worden opgesteld.
Actiepunt van Vakteam CKE (met Kamer van Koophandel en SCB)
9.
Tijdig signaleren van mogelijkheden om bepaalde voorzieningen voor de
wijk te behouden door het combineren van functies. Bijvoorbeeld in een
(buurt)supermarkt een buurtcentrum, postagentschap, stomerij of kinderopvang
onderbrengen.
Actiepunt van vakteam wijkzaken in samenwerking met
woningbouwverenigingen, betrokken
organisaties en CKE.
10.
Bij herstructerering van een wijk moet tevens gekeken worden of
daarbinnen ruimte gevonden kan worden voor de vestiging van kleinschalige
bedrijven.
Actiepunt van vakteam wijkzaken en vakteam CKE.
7.
Organisatorische aanpak
In
het kader van de gemeentelijke wijkaanpak zijn er reeds tal van interne en
externe overlegsituaties. Om een start te maken achten we het niettemin
zinvol een interne gemeentelijke
werkgroep in te stellen met vertegenwoordigers van de sector Wijkzaken en
projecten, het Service Centrum Bedrijven en het vakteam CKE. De coördinatie en
het secretariaat ligt bij CKE.
Uitgangspunt hierbij is om het uit te werken meerjarenprogramma voor de
wijkeconomie te integreren met de overige wijkprogramma’s.
Bij
de organisatie van de themabijeenkomst was een externe werkgroep betrokken met
mensen van de Kamer van Koophandel, de Ondernemers Federatie Delft en gemeente.
Wij
willen graag met deze externe werkgroep verder al naar gelang de onderwerpen
aanvullen met vertegenwoordigers van o.a. woningcorporaties en de samenwerkende
bonden van ouderen.
De
financiering van de projecten van paragraaf 5 wordt/is op projectbasis geregeld
via de budgetten van de betreffende beleidssectoren.
Bij
onze voorstellen in 2002 inzake het meerjarenbeleid voor de wijkeconomie zal
worden aangegeven of er extra middelen nodig zijn om het voorgestelde programma
voortvarend en met succes te kunnen uitvoeren.
8.
Voorstel
Onder
voorbehoud van gunstig advies van de commissie Cultuur, Kennis en Economie
stellen wij voor akkoord te gaan met:
1.
de tien actiepunten van deze notitie;
2.
de (organisatorische) aanpak;
3.
de uitgangspunten voor het op te stellen meerjaren beleidsplan voor de
wijkeconomie.
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,
H.M.C.M.
van Oorschot ,burgemeester.
N.
Roos ,secretaris .
De
raad der gemeente Delft:
gelezen
het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 oktober 2001;
b
e s l u i t :
·
akkoord te gaan met de tien actiepunten;
·
de (organisatorische) aanpak;
·
de uitgangspunten voor het op te stellen meerjarenbeleidsplan
inzake de wijkeconomie.
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 oktober 2001.
,burgemeester.
,secretaris.