Het vakteam CKE heeft afgelopen zomer voor een
tweetal festivals opdracht gegeven een publieksonderzoek te doen. Het onderzoek
is uitgevoerd door de medewerkers Onderzoek en Statistiek van het vakteam
Informatie- en communicatietechnologie.
Er
is voor gekozen bezoekers van het African Muziek Festival op zaterdag 3
augustus 2002 en bezoekers van Westerpop 2002 op vrijdagavond 6 en
zaterdagmiddag en –avond 7 september 2002 met een aantal vragen te interviewen.
Door de vragen grotendeels gelijk te houden kunnen beide onderzoeken met elkaar
worden vergeleken.
Doelstellingen
van beide onderzoeken.
-
de samenstelling van de groep bezoekers;
-
het oordeel van de bezoekers over het festival;
-
voor tijdens en na het festival ondernomen activiteiten in de binnenstad
van Delft.
In
deze nota worden de resultaten van beide onderzoeken van commentaar voorzien en
met elkaar vergeleken.
2.1.
Herkomst bezoekers
Het
is belangrijk te moeten constateren dat 71% van de geïnterviewde bezoekers van
Westerpop uit Delft komt, waarvan bijna de helft (32%) uit de wijk Hof van
Delft/Voordijkshoorn, waarvan het Westerkwartier deel uitmaakt. Dat uit de
direct aangrenzende gemeenten 10% komt en 14 % uit overige gemeenten in
Zuid-Holland geeft aan dat Westerpop een lokaal en gedeeltelijk regionaal
festival is.
Bij
het African Festival blijkt dat slechts 15% uit Delft afkomstig is. Hier is
opvallend dat het grootste percentage zelfs afkomstig is van buiten de
provincie Zuid-Holland (41%).
2.2.
Leeftijd en geslacht
Bij
Westerpop ligt de gemiddelde leeftijd van de bezoekers op 30 jaar en bij het
African festival op 41 jaar. Daarbij moet wel rekening worden gehouden dat het
gratis Westerpopfestival voor zeer jonge bezoekers in hun eigen wijk
gemakkelijk is te bezoeken, terwijl de entreeprijs bij het African Festival
drempelverhogend zal werken voor jonge bezoekers.
2.3.
Groepssamenstelling bezoekers
Het
African Festival had altijd de naam een familiefestival te zijn. Dit blijkt
niet uit de onderzoekscijfers. Slechts 15% van de bezoekers is gekomen met twee
personen met kinderen.
2.4.
Afkomst
Bij
Westerpop is het aandeel allochtonen slechts 4%. Maar er dient wel op te worden
gelet dat het merendeel van de huidige allochtone jeugd (derde generatie) niet
meer als zodanig meetelt in dit soort statistische overzichten.
Bij
het African Festival wordt de verwachting bevestigd dat een groot deel van de
bezoekers (18%) uit Afrika afkomstig is.
2.5.
Aantal bezoekers
Volgens
opgaaf van de stichting African Festival Delft ten behoeve van dit onderzoek hebben
3.278 personen het festival bezocht. Dit is exclusief het aantal medewerkers,
marktdeelnemers en vrijwilligers en ook exclusief het aantal genodigden (pers
en vips). Hoeveel genodigden het festival echt hebben bezocht, is niet bekend.
In
de lokale pers heeft de stichting op de dag van het festival gecommuniceerd dat
er meer dan 5.000 bezoekers waren gekomen en dat dit er naar inschatting 1.000
minder waren dan gepland door het regenachtige weer op zaterdagochtend. Deze
eerste schatting met de realistische cijfers verschilt dus aanzienlijk.
Omdat
Westerpop een gratis festival is, is het exacte aantal bezoekers niet bekend.
De schatting door de politie, totaal 9.000 bezoekers, is betrouwbaar. Ook
Westerpop had te maken met regen en daardoor een lager aantal bezoekers dan
verwacht (12.000).
2.6.
Alleen bij Westerpop: Opleidingsniveau
Het
is opmerkelijk dat 38% van de bezoekers wetenschappelijk of hoger
beroepsonderwijs volgt of heeft gevolgd.
3.
Bezoekgedrag.
In deze groep vragen is getracht een beeld te
krijgen van de bezoeker van beide festivals. Gaan bezoekers ook naar de
binnenstad? En bezoeken ze ook andere soortgelijke festivals.
3.1.
Bezoekfrequentie
Bij
beide festival valt het op dat een hoog percentage bezoekers, Westerpop 36%,
African Festival 57%, voor het eerst op
het festival is. Daarnaast hebben beide festival hoge percentages vast klanten,
die al gedurende meerdere jaren het festival bezoeken. Bij het African Festival
bevinden de vaste klanten zich voor het merendeel binnen de groep van de
Delftse bezoekers.
Bij
Westerpop blijkt ook uit de onderzoekscijfers dat 38% van de ondervraagden van
plan is om het festival op beide dagen te bezoeken.
Bij
Westerpop is tevens onderzocht of bezoekers bereid zijn € 5,= te betalen
voor entree. Ruim 40% van de mensen is bereid entree te betalen. Een derde van
de ondervraagden zou niet meer naar het festival komen.
3.2
Uitgaven
Interessant
zijn de cijfers waaruit blijkt dat een vijfde van de bezoekers aan Westerpop
meer dan € 25,= uitgeeft of denkt uit te geven. Bij het African Festival
is dit zelfs meer dan 40%. Hierbij moet wel rekening worden gehouden met de
marktactiviteiten die aan het African festival zijn verbonden.
3.3
Bezoekmotieven.
De
sfeer en gezelligheid scoren bij beide festivals hoog. Bij het African festival
Wordt de interesse voor Afrikaanse muziek echter nog vaker genoemd.
3.4
Andere festivals.
Deze
vragen zijn specifieker gericht op de bezoekers van de beide festivals.
Bij
de Westerpopbezoekers blijkt dat 55% van hen ook Parkpop in Den Haag 31% ook
Waterpop in Wateringen bezoekt.
Bij
de bezoekers van het African Festival scoren Festival Mundial in Tilburg, Dunya
in Rotterdam en het Amsterdams Roots Festival hoog.
3.5
Activiteiten in de binnenstad.
Interessant
zijn de gegevens over het bezoek aan de binnenstad.
Van
de Westerpopbezoekers onderneemt 42% nog activiteiten in de binnenstad, waarbij
als hoog scorende activiteiten worden genoemd een horecagelegenheid bezoeken of
boodschappen doen.
Bij
de bezoekers van het African Festival is het aantal bezoekers dat ook
activiteiten in de binnenstad onderneemt met 7% uiterst laag. Uit dit lage
cijfer is geen verschil te ontdekken tussen Delftse en niet-Delftse bezoekers.
3.6.
Informatiebronnen
Bij
beide festivals blijkt de informatiebron vrienden/familie/kennissen het hoogst
te scoren. Opvallend is het percentage internet, respectievelijk bij Westerpop
8% en het African Festival 12%.
3.7.
Vervoermiddel
Tussen
beide festivals zijn verschillen te ontdekken. De grote meerderheid van de
bezoekers van Westerpop komt te voet of met de fiets. Bij het African Festival
is dit heel anders. Bij dit festival komt meer dan de helft van de bezoekers
met de auto. Bijna een derde van de Delftenaren komt met de fiets, maar toch
nog bijna een kwart van de Delftenaren komt met de auto. Van alle bezoekers
komt 43% met openbaar vervoer en eventueel een pendelbus.
4.
Waardering en suggesties
Voor
beide festivals zijn de te benoemen waarderingsaspecten impliciet aan het
festival aangepast. Desondanks zijn enkele aspecten bij beide festivals
opgenomen en daarmee onderling vergelijkbaar.
4.1.
Waardering voor de festivals.
Bij
het African Festival werd het hoogste percentage (34%) onvoldoende gegeven voor
de entreeprijs. Van de Delftse bezoekers gaf zelfs meer dan de helft aan deze
prijs te hoog te vinden. Bij Westerpop scoorde hierbij de prijs van het eten en
drinken het hoogst.
De
hoogste waarderingscijfers werden bij het African Festival gegeven voor de
sfeer en het festival in zijn geheel.
Bij
het Westerpop viel ook een hoog waarderingscijfer voor de sfeer. Het hoogste
waarderingscijfer werd hier echter gegeven voor de locatie ten opzichte van de
binnenstad. De bezoekers van het African Festival gaven niet aan dit als een
bezwaar te zien, omdat uit andere antwoorden blijkt dat deze helemaal niet van
plan zijn de binnenstad te bezoeken.
Bij
Westerpop is een aparte vraag gesteld over de beoordeling van de programmering
van Westerpop. Goed en zeer goed scoren hierbij totaal 69%. Slecht en zeer
slecht samen 11%.
Suggesties.
Bij
de suggesties is bij beide festivals een groot aantal punten genoemd. Opvallend
daarbij is bij beide festivals het ontbreken van een pinautomaat. Bij het
African festival vallen op het aangeven van te weinig stands voor fris en bier,
meer afvalbakken (zwerfvuil) , een beter programma en de te hoge toegangsprijs.
Paragraaf
5 zijn de samenvattingen. Deze behoeven geen commentaar.
6.
Conclusies
De
conclusies in de beide rapporten spreken voor zich.
Aanvulling
op deze nota
Het
houden van een publieksonderzoek bij beide festivals is mede ingegeven om te
bezien of beide of één van beide evenementen de status van B-evenement zou
kunnen verkrijgen.
Hiervoor
gelden de volgende criteria:
A.
Een B-evenement heeft bovenlokale uitstraling.
B.
De vorm van de B-evenementen valt onder een paraplufilosofie met
trefwoorden als stijl, onderscheidend, allure, dynamiek, en is qua opzet en
uitgangspunt geschikt voor relatiemarketing en gastheerschap; er is sprake van
een zo groot mogelijke eenduidigheid qua gezicht/uitstraling. Het B-evenement
levert een bijdrage aan het cultureel klimaat van Delft.
C.
Een evenement dat voor de B-status in aanmerking kan komen, dient al meer keren in Delft te
zijn georganiseerd en wordt door gemeente, bedrijfsleven en bevolking beleefd
als een gevestigd evenement. Daarnaast heeft de organisatie blijk gegeven van
goed organisatievermogen en het voeren van een degelijke boekhouding.
D.
Een B-evenement heeft
aantoonbaar stadspromotionele meerwaarde. Dit blijkt uit de
projectbeschrijving, waarin expliciet aandacht wordt gegeven aan deze aspecten.
Een belangrijk aandachtspunt, waaraan een B-evenement in ruim voldoende mate
moet voldoen, is de planning van de communicatie en de promotie van evenement
en stad Delft.
E.
De organisatie van een B-evenement maakt voorafgaand aan de benoeming
tot de B-status en daarna jaarlijks een promotie - en communicatieplan hoe het
evenement lokaal, regionaal, landelijk en mogelijk internationaal wordt
gepromoot. De bedoeling van de gemeente
is dat hierover vooraf afspraken kunnen worden gemaakt hoe de gemeentelijke
vakteams Cultuur, kennis en economie en Communicatie hierin ondersteunend
kunnen zijn. De organisatie blijft zelf verantwoordelijk voor de uitvoering
ervan.
Voor
beide festivals is de vraag of deze de status van B-evenement zouden kunnen
krijgen, voorgelegd aan de Evenementencommissie. Deze heeft hierover op 4
november 2002 een advies afgegeven.
De
Evenementencommissie vindt dat zij in beide onderzoeken bevestigd krijgt wat
zij in adviezen in 2003, maar ook in vroegere jaren al had aangegeven.
Westerpop
is een lokaal festival met een geringe regionale en geen landelijke
uitstraling. Westerpop besteedt veel aandacht aan beginnende groepen, vooral in
de vrijdagavondprogrammering. De Evenementencommissie vindt niet dat aan
Westerpop de B-status zou moeten worden verleend.
Ook
het college kan zich vanuit het publieksonderzoek bevestigd voelen in zijn
mening over Westerpop. Het festival is in de afgelopen 13 jaar flink gegroeid,
mede door een aanzienlijke verhoging van het subsidieniveau. In de eerste jaren
werd niet meer dan 5 tot 7,5 mille gulden subsidie gegeven. In 2002 was de
subsidie ruim € 12.000,=. Wanneer aan Westerpop de B-status zou worden
verleend , houdt dit niet in dat de subsidie daarmee wordt verdubbeld. Wel
wordt voor Westerpop de continuïteit voor een periode van vier jaar
gegarandeerd. Binnen het kader van de paraplufilosofie kan worden begonnen met
vormen van relatiemarketen met groepen van jonge ondernemers in de sfeer van
high tech en uitzendbureaus. Is juist de popmuziek en de ambiance van een zij
het kleinschalig popfestival op nazomerdag of-avond een alternatief voor de
niet liefhebbers van kamermuziek? Met meer en andere promotie kan het festival
wel meer uitstraling krijgen naar de regio. Is een lage entreeprijs in plaats
van een gratis festival te overwegen om daardoor hogere inkomsten te generen?
Aanbevolen
wordt de portefeuillehouder te laten overleggen met de Evenementencommissie,
waarbij het college als intentie uitspreekt de raad voor te stellen Westerpop
binnen het huidige subsidieniveau de B-status te verlenen.
Ook
wat betreft het African Festival Delft is de Evenementencommissie van mening
dat zij zich bevestigd voelt door het publieksonderzoek. De
Evenementencommissie is niet erg ingenomen met het gegeven dat het college in
de afgelopen jaren de adviezen van de commissie ten aanzien van dit festival
niet heeft overgenomen. De uitkomsten zijn inderdaad ook zeer afwijkend van die
van Westerpop. Slechts 15% van de bezoekers komt uit Delft en zelfs 41% komt
van buiten de provincie. Het onderzoek preciseert dit niet nader. Maar het
college kan zich ook bevestigd voelen in zijn standpunten. Het festival wordt
hoog gewaardeerd, het heeft een zeer landelijke uitstraling, er is sprake van
een stijgend aantal betalende bezoekers. Meer bezoekers uit Delft zelf is een
punt waaraan de promotie vooraf meer aandacht zou kunnen geven. Het bezoek aan
de binnenstad van Delft valt naast het festivalbezoek inderdaad tegen, maar het
festival geeft wel naamsbekendheid aan Delft. Het kan aannemelijk worden
gemaakt dat bezoekers wellicht op andere momenten alsnog een toeristisch bezoek
brengen aan Delft. Negatief werkt de schuldenlast van de stichting. Na subsidie
heeft het festival in 2002 een negatief resultaat van ruim € 12.000,=, zo
blijkt uit de ingediende afrekening per 30 september 2002. De
portefeuillehouder is het eens met de Evenementencommissie dat aan dit festival
niet de B-status kan worden verleend. Het subsidieniveau is –gezien het aantal
bezoekers- te hoog en zal voor de komende jaren lager worden gesteld. Voor 2003
wordt gedacht aan een subsidie van maximaal de helft van 2002: ongeveer
€ 11.000,=. De portefeuillehouder is van mening dat de meerjarige
schuldenlast onder verantwoordelijkheid van de stichting moet worden opgelost.
De gemeente kan geen rol spelen in deze schuldsanering. Ook voor het African
Festival Delft is nader overleg van de portefeuillehouder met de
Evenementencommissie gewenst.
Voorstel:
Aan
u wordt voorgesteld:
1.
Kennis te nemen van de resultaten van de publieksonderzoeken van het
African Festival Delft 2002 en Westerpop 2002.
2.
In te stemmen met deze nota en deze met beide onderzoeksrapporten door
te sturen aan de raad.
3.
De portefeuillehouder te verzoeken nader te overleggen met de Evenementencommissie
over de benoeming van een of meer evenementen voor de B-status.
4.
Het vakteam CKE opdracht te geven zo spoedig mogelijk nadere voorstellen
vanuit deze nota uit te werken.
Bijlagen:
1. Westerpop
2002, een publieksonderzoek onder de bezoekers van Westerpop. Gemeente Delft,
oktober 2002.
2. Het
African Festival geëvalueerd, een publieksonderzoek onder de bezoekers van het
AFD. Gemeente Delft oktober 2002.
3. Adviezen
Evenementencommissie Delft, d.d. 4 november 2002.