|
GEMEENTELIJK MONUMENT |
NUMMER 03 - 566 |
Plaatselijke aanduiding: Rotterdamseweg 270 2628 AT Delft |
Kadastrale aanduiding: sectie K, nr. 2470 ged. |
Omvang
bescherming: kantoorgebouw ('gebouw 068') aan Rotterdamseweg |
Omschrijving/waardering:
Kantoorgebouw,
ontstaan als onderdeel van het complex van de voormalige Lijm en
Gelatinefabriek (later onder meer Gelatine Delft NV, c.q. Delft Gelatines
B.V.). Dit bedrijf werd in 1885 opgericht door J.C. van Marken als één der vier
bedrijven verenigd onder de naam 'De Delftsche Nijverheid', en ontstaan in de
periode van ca. 1885 tot ca. 1930. De oudere gedeelten zijn ontworpen door B.
Schelling.
Het complex
is gelegen tussen Rotterdamseweg en Schie op ruime afstand van Delft vanwege de
stankoverlast door de opslag en verwerking van van slachterijen afkomstige
beenderen, de natuurlijke grondstof voor de productie van beenderlijm en
gelatine.
Kantoorgebouw
aan de straatzijde, op samengestelde plattegrond in fases ontstaan. Oudste
gedeelte uit circa 1885, ontworpen door B. Schelling, latere toevoegingen ca.
1915 en ca. 1930.
Het
rechtergedeelte is het oudste gedeelte, opgetrokken in een zorgvuldige
eclectische architectuur en betreft in oorsprong wellicht de portierswoning.
Het bestaat uit twee bouwlagen en een zolder onder een zadeldak met de nok
haaks op de straat. Voor- en achtergevel uitgevoerd als tuitgevel. Buitengevels
uitgevoerd in zorgvuldig decoratief schoon metselwerk: grauwe baksteen met
accenten in oranjerode verblendsteen (o.a. strekken, boogfries en sierbanden)
of in kunststeen (aanzet- en sluitstenen).
Geblokte
gemetselde hoekpilasters. Gevelopeningen op de begane grond onder strekken met
aanzet- en sluitstenen. Ze kunnen in deze vorm zijn aangebracht bij een latere
verbouwing toen de aanbouw aan de linkerzijde werd toegevoegd. Gevelopeningen
op de verdieping met licht getoogde bovenzijde onder togen met sluitstenen. Op
zolderniveau in de top een klein getoogd venster. De rechterzijgevel staat vrij
en heeft gevelopeningen overeenkomstig die in de voorgevel. De zijgevel wordt
recht beëindigd met een licht uitkragende gemetselde gootlijst. Het dak is
gedekt met gesmoorde kruispannen. Aan linkerzijde een dakkapel met 2-ruits
ramen. Rechtsvoor is op de hoek van het gebouw een vlakgedekte portiersloge
aangebouwd, waarschijnlijk na de Tweede Wereldoorlog.
Het
middengedeelte bestaat uit een langgerekt vlakgedekt bouwdeel, evenwijdig aan
de straat, met één bouwlaag waarvan het achterste gedeelte later is voorzien
van een opbouw met een zadeldak met de nok evenwijdig aan de straat. De gevels
op de begane grond zijn uitgevoerd in schoon metselwerk met recht beëindigde
vensters onder strekken met aanzetstenen. De uitvoering van metselwerk en
vensters wijkt iets af van het rechtergedeelte en kan uit later tijd, ca. 1915
dateren en is mogelijk ook door B. Schelling ontworpen. De gevels van de nog
later toegevoegde opbouw zijn uitgevoerd in grijze cementsteen. De vensters
ervan zijn opgenomen in een vakwerkconstructie, in de lange gevel als een
vensterstrook.
Het
linkergedeelte, uit ca. 1930, heeft twee bouwlagen onder een plat dak met een
smalle dakopbouw afgedekt met een schilddak met de nok haaks op de straat. De
gevels zijn uitgevoerd in schoon metselwerk met een roze-paarsige baksteen in
staand verband met rollagen boven de gevelopeningen. Het metselwerk wordt
verlevendigd doordat de verticale vlakken waarin de vensters zijn aangebracht
iets terugliggen en minder ver naar boven doorlopen dan de muurdammen aan
weerszijden van de vensters. De ingangspartij springt over de volle hoogte nog
iets verder naar voren en is bovendien nog hoger opgetrokken waar die de
dakopbouw afsluit. Vensters uitgevoerd als samengestelde ramen, elk met drie
beneden- en drie bovenramen en met vaste stijlen en tussenkalven. In de
ingangspartij een entreedeur met twee verticale glasruiten. Daarboven op beide
niveaus drie smalle hoge lichtvensters, het bovenste met decoratief meerkleurig
glas in lood.
De gevels
worden beëindigd met rollaag waar bovenop een forse borstwering aansluit,
uitgevoerd in cement of beton, met een gegolfde voorzijde.
Hoofdmassa
met plat dak. Schilddak van de dakopbouw is gedekt met zwarte Friese
golfpannen. Links is een schoorsteen aanwezig, uitgevoerd in een
karakteristieke vormgeving en onderdeel van het totale architectonische
concept. De schoorsteen heeft een rechthoekige doorsnede, een uitkragende
bovenrand en betonnen afdekplaat.
In het
interieur zijn op diverse plaatsen in keramiek uitgevoerde elementen
aangebracht die zijn vervaardigd door het Delftse bedrijf 'De Porceleyne Fles'.
Het kantoorgebouw is van algemeen
belang voor de gemeente Delft vanwege de cultuurhistorische waarde. Het is van
belang als onderdeel van het complex van de voormalige Lijm- en
Gelatinefabriek, in de toenmalige gemeente Vrijenban gesticht door J.C. van
Marken die ook de Gist- en Spiritusfabriek, de Delftse Oliefabriek en de
Drukkerij Van Marken stichtte en deze bedrijven samenbracht tot een concern
onder de naam 'De Delftsche Nijverheid' waar rond 1900 meer dan 1000 mensen
werk vonden. De Lijm- en Gelatinefabriek was een belangrijke exponent van de
industriële revolutie in Delft. De oudere delen van het kantoorgebouw zijn van
belang in het oeuvre van B. Schelling die onder meer het voormalige raadhuis
van de gemeente Vrijenban aan de Nieuwe Plantage, het gebouw 'De Gemeenschap'
in het Agnetapark en het directiegebouw van de Gist- en Spiritusfabriek aan de
Wateringseweg heeft ontworpen. Hij was de 'huisarchitect' van Van Marken. Het
kantoorgebouw laat in de drie ontstaansfases de ontwikkelingen in de toenmalige
architectuuropvattingen zien en is als totaal vrij gaaf bewaard gebleven. Het
interieur is onder meer van belang vanwege de in keramiek uitgevoerde
onderdelen vervaardigd door De Porceleyne Fles.