Stuk
16 I Delft,
10 februari 2004.
401116
Onderwerp:
Vaststelling wijziging Verordening
openbaar
gemeentewater Delft 1996
Aan
de gemeenteraad.
Geachte
dames en heren,
In
de afgelopen 2 decennia hebben de terrasboten in Delft een behoorlijke
ontwikkeling doorgemaakt die te omschrijven is als een golfbeweging. Een
periode van enorme groei werd afgewisseld door - de noodzaak tot - beperking
van het aantal terrasboten. Door de eerder genoemde explosieve toename van het
aantal terrasboten ontstond er nogal wat commotie en beroering in de
binnenstad. In 1991 zijn er 15 aanvragen ingediend voor een terrasboot, waarvan
er uiteindelijk elf zijn verleend. Teneinde de aantallen terrasboten goed te
regelen, is aan de hand van een uitgebracht extern rapport (INB-rapport, 1993)
en het gewenste beleid een ligplaatsenkaart tot stand gekomen. Op deze kaart
zijn de diverse watergebruikers per categorie vermeld en per aantal. Met
betrekking tot de terrasboten wil dit zeggen, dat per grachtvak het maximum
aantal terrasboten is vermeld. Bovendien kwamen slechts die grachtvakken in
aanmerking die op de ligplaatsenkaart stonden vermeld en gelegen waren in de
z.g.n. “toeristische driehoek”, het gedeelte van de binnenstad dat gelegen is
tussen de Oude en de Nieuwe Kerk en het Stadhuis. De reden hiervan was dat de
boten die buiten deze driehoek waren afgemeerd geregeld ten prooi vielen aan
vandalisme, mede doordat het aantal klanten bijna nihil was. Een uitgebreidere
beschrijving van deze achtergrond is te lezen in bijlage 1. Daar is ook
informatie opgenomen over de huidige wijze waarop ontheffingen worden verleend.
In
navolging van de uitbreiding van de terrasmogelijkheden in de binnenstad is de
wens uitgesproken tot uitbreiding van het aantal terrasboten in Delft. Het feit
dat de binnenstad meer effectieve verblijf- en gebruiksruimte heeft gekregen
door beperking van het autoverkeer ligt mede ten grondslag aan deze
ontwikkeling. Daarnaast speelt de wens tot stimulering van de economie van de
binnenstad een rol bij de wens te bezien of het aantal terrasboten uitgebreid
kan worden.
In de vergadering van het
college van burgemeester en wethouders d.d. 16 december 2003, vastgesteld op 8
januari 2004, is het college akkoord gegaan met:
a.
Het aantal locaties voor
terrasboten uit te breiden van 8 naar 10 boten, te weten op
de Verwersdijk 1e vak zuidzijde
(maximaal 1 boot) en op de Voorstraat 1e vak zuidzijde (maximaal 1
boot).
b.
De geldigheidsduur van een
afgegeven terrasbootontheffing te stellen op 3 jaar (na positief
welstandsadvies) en daarvoor de verordening VOGD aan te passen.
c.
De uiterste exploitatietijd van een terrasboot te stellen op
23.00 uur.
d.
De benodigde wijzigingen te doen verwerken in de
ligplaatsenkaart en deze kaart door het bevoegde bestuursorgaan separaat te
laten vaststellen.
e. Het voornemen uit te spreken om aanvragen
(uitsluitend) voor de uitbreidingslocaties in behandeling te kunnen nemen in
afwijking van artikel 21 van de VOGD, bij wijze van overgangsbepaling, met als
doen deze nieuwe locaties in 2004 te kunnen vullen.
Teneinde uitvoering te geven aan punten a en d is de
ligplaatsenkaart inmiddels aangepast en het college voorgesteld de nieuwe ligplaatsenkaart met nummer
R-00-32-01-B vast te stellen. Voor wat betreft punten b, c en e wordt u (niet
in deze volgorde) verwezen naar het volgende.
Om overlast op terrasboten
te voorkomen, heeft het college de wens uitgesproken
de uiterste exploitatietijd
van een terrasboot te stellen op 23.00 uur. Dit is mede gelegen in het feit dat
horeca in de openbare ruimte voor een kwetsbaar evenwicht kan zorgen. Daarbij
moet in ogenschouw worden genomen dat geluid op en over water verder draagt. In
de horecaexploitatievergunning zijn de exploitatietijden genoemd voor o.a.
terrassen. Het verdient aanbeveling om daar de tijden voor een terrasboot
separaat in op te nemen. Uiteindelijk kan in geval van overlast op basis van de
Exploitatieverordening horeca 1998 en de milieuwetgeving (evt. op basis van
constatering door de politie) dwangmaatregelen getroffen worden.
De voorschriften, behorende
bij de ligplaatsontheffing voor een terrasboot, welke als bijlage aan de
ontheffing wordt toegevoegd, zijn inmiddels met betrekking tot de
exploitatietijd aangepast.
Op
dit moment hebben de ontheffingen een geldigheidsduur van één jaar. Een
horecaondernemer kan ieder jaar in november een aanvraag doen om in aanmerking
te komen of te blijven voor een ligplaatsontheffing voor een terrasboot. Iemand
die vorig jaar een ontheffing voor een terrasboot had, en deze binnen de
gestelde termijn voor het volgende jaar wederom aanvraagt, krijgt in principe,
gezien zijn oudste rechten, opnieuw een ligplaatsontheffing toegewezen. Als er
een locatie voor terrasboot vrijkomt, en er meerdere nieuwe aanvragers zijn,
zal er een loting plaatsvinden.
Omdat
op dit moment een ondernemer die in het bezit is van een ligplaatsontheffing in
het volgend jaar opnieuw een ontheffing kan krijgen, wordt voorgesteld om de
termijn van afgifte te verlengen naar een periode van drie jaar. Hiermee krijgt
een ondernemer meer duidelijkheid over de investering die hij voor de
terrasboot doet.
Mocht
de situatie zich voordoen dat (uitsluitend) voor de twee uitbreidingslocaties
geen aanvraag kan worden gedaan in november 2003, dan kan het college besluiten
om af te wijken van het gestelde in artikel 21 van de VOGD (indienen aanvraag
in november). Deze situatie zou zich voor kunnen doen als de besluitvorming
en/of communicatie omtrent dit besluit op zich zou doen laten wachten.
de
Verordening openbaar gemeentewater Delft 1996, vastgesteld door de gemeenteraad
van Delft op 30 januari 1996 en bekendgemaakt op 6 februari 1996, laatstelijk
gewijzigd door de gemeenteraad op 22 mei 2003, besloten in de vergadering van
15 april 2003, als volgt te wijzigen:
1.
in artikel 24, eerste lid, na
“met uitzondering van een ontheffing voor een woonschip” toevoegen: “en een
terrasboot voor seizoensgebruik”;
2.
in artikel 24, eerste lid, tweede zinsnede, na “met uitzondering van de
ontheffing voor een woonschip” toevoegen “en een terrasboot voor
seizoensgebruik”;
3.
aan artikel 24 toevoegen een derde lid, luidend: ”Een ontheffing voor
een terrasboot wordt verleend voor de periode van drie jaar, met inachtneming
van het bepaalde in artikel 23, onder b.
Wij
stellen u voor, onder voorbehoud van gunstig advies van de commissie cultuur,
kennis en economie, vast te stellen de bijgaande wijziging Verordening openbaar
gemeentewater Delft 1996.
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,
H.M.C.M.
van Oorschot ,burgemeester.
H.G.L.M. Camps ,secretaris.
401116
De raad
der gemeente Delft;
gelezen
het voorstel van het college van 10 februari 2004;
overwegende
dat het gewenst is de Verordening openbaar gemeentewater Delft 1996 hiertoe
gedeeltelijk te wijzigen;
b e s l u
i t :
de Verordening openbaar gemeentewater Delft 1996, vastgesteld
door de gemeenteraad van Delft op 30 januari 1996 en bekendgemaakt op 6
februari 1996, laatstelijk gewijzigd door de gemeenteraad op 22 mei 2003,
besloten in de vergadering van 15 april 2003, als volgt te wijzigen:
1.
in artikel 24, eerste lid, na
“met uitzondering van een ontheffing voor een woonschip” toevoegen: “en een
terrasboot voor seizoensgebruik”;
2.
in artikel 24, eerste lid, tweede zinsnede, na “met uitzondering van de
ontheffing voor een woonschip” toevoegen “en een terrasboot voor seizoensgebruik”;
3.
aan artikel 24 toevoegen een derde lid, luidend: ”Een ontheffing voor
een terrasboot wordt verleend voor de periode van drie jaar, met inachtneming
van het bepaalde in artikel 23, onder b.
Deze
wijziging treedt in werking zes weken na bekendmaking van dit besluit.
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 26 februari 2004.
,burgemeester.
,griffier.