De Commissie is onafhankelijk.

                                                                                                                      Zij adviseert het gemeentebestuur

                                                                                                                      van Delft           over ingediende

bezwaarschriften.

 

                                                                                                                      Postadres:

                                                                                                                      Postbus 78

                                                                                                                      2600 ME Delft

                                                                                              Behandeld door:

                                                                                                                      M.G.O. de Lange

                                                                                                                      tel (015) 219 7138                                                                                                                                           fax (015) 219 73 23

 

 

 

 

Advies van de Adviescommissie voor bezwaarschriften, Kamer III

 

Advies nummer: 05-07

 

 

Delft,

 

Aan burgemeester en wethouders van Delft

 

Bezwaarschrift(en) van:              Stichting huizen Johannes Vermeer

Gedateerd:                               24 januari 2005 en 18 februari 2005

Ontvangen op:                          7 februari 2005 en 21 februari 2005

 

Besluit van:                              burgemeester en wethouders van Delft

Datum besluit:                          16 december 2004

             

 

Onderwerp:                               afwijzing aanvraag om subsidie

 

Bijlagen:           (1)                    relevante wettelijke bepalingen

(2)                    verslag hoorzitting

                                              

 

 

1. Aanleiding tot het bezwaarschrift

 

Op 18 november 2004 hebben bestuursleden van de Stichting ‘’ Huizen van Johannes Vermeer ’’         (hierna te noemen: reclamante) een aanvraag om subsidie gedaan voor het pand op het adres aan de Voorstraat 19, aangezien dit pand (inclusief tuin en poort) een belangrijke rol in het leven van Johannes Vermeer zou hebben gespeeld.

 

Op 29 november 2004 is door de heer W.F. Weve ( Publiekszaken, Vakteam ‘’ Monumentenzorg en Bouwkwaliteit’’) in opdracht van de gemeente een onderzoek ingesteld naar aanleiding van de subsidieaanvraag van reclamante. Uit dit onderzoek blijkt (samengevat) het volgende:

·         Het door reclamante ingebrachte verslag gaat niet in op de bouwkundige eigenschappen van het pand aan de Voorstraat 19;

·         De door reclamante aangedragen argumenten zijn te beschouwen als cirkelredeneringen, die ten dele aantoonbaar onjuist zijn, dan wel zijn gebaseerd op niet door feiten gestaafde fantasie;

·         De door reclamante aangevoerde argumenten zijn niet ter zake doende en gebaseerd op onjuistheden.

 

Bij beschikking van 16 december 2004 is besloten om de subsidieaanvraag van reclamante af te wijzen op grond van de Subsidieverordening Maatschappelijke Activiteiten gemeente Delft 2002, aangezien de door reclamante aangedragen argumenten (om aan te nemen dat daadwerkelijk sprake is geweest van een huis van Johannes Vermeer) niet worden onderbouwd door verifieerbaar bewijsmateriaal alsmede gelet op het door de gemeente ingestelde onderzoek.

 

 

 

 

 

2. Inhoud van het bezwaarschrift

 

Bij brief van 24 januari 2005 heeft reclamante een voorlopig bezwaar ingediend tegen het besluit van         16 december 2004.

 

Bij brief van 18 februari 2005 heeft reclamante aanvullende gronden ingediend. Samengevat wordt het volgende aangevoerd:

 

3. Inhoud van het verweerschrift

 

Verweerder heeft op 20 april 2005 een verweerschrift ingediend. Samengevat wordt het volgende aangevoerd:

 

4. Hoorzitting

 

Voor het verslag van de hoorzitting wordt u verwezen naar bijlage 2.

 

5. Nadere stukkenwisseling

 

Bij brief van 25 mei 2005 is nogmaals een reactie namens de gemeente gekomen op hetgeen door reclamante tijdens de hoorzitting van 11 mei 2005 naar voren is gebracht. (Samengevat) wordt het volgende naar voren gebracht:

·         De ‘’vondsten’’ van reclamante betreffende een atelier van Vermeer is niet bewezen of zelfs niet aannemelijk gemaakt;

·         Van een tegenwerking door de gemeente om persoonlijke redenen is geen sprake. Er is sprake geweest van een zorgvuldige inhoudelijke toetsing die de beweringen van de Stichting hebben weerlegd;

·         Het feit dat de heer Weve nu ineens het pand aan de Voorstraat 19 niet mag bezoeken kan worden uitgelegd als een bevestiging van het vermoeden dat de ‘’ bewijzen’’ die in het pand aanwezig zouden zijn niet blijken te bestaan en dat daarom het interieur voor de gemeente verborgen moet blijven.

·         Blijkens een advertentie in de Haagsche Courant van 20 mei 2005 zal het pand (met erf en tuin) aan de Voorstraat 19 in een openbare executieveiling worden verkocht op 28 juni 2005, waarna de veilingkoper kan ontruimen krachtens de grosse van de veilingakte.

 

Bij brief van 22 september 2005 heeft reclamante nog een schriftelijke reactie gegeven op de brief van de gemeente van 25 mei 2005. Samengevat wordt het volgende naar voren gebracht:

·         reclamante ontkent de stellingen en de beweringen van de gemeente Delft uitdrukkelijk;

·         Internationaal worden de door reclamante aangevoerde bewijzen geaccepteerd;

·         De veiling van het pand aan de Voorstraat 19 heeft nooit plaatsgevonden;

·         Er is sprake van een twijfelachtig niveau bij de gemeente Delft, aangezien wetenschappelijk onderzoek belachelijk wordt gemaakt;

·         De gemeente is niet deskundig en treedt buiten haar boekje;

·         Door de gemeente wordt niet ingegaan op de oude staat van de gebouwen;

·         Volgens reclamante had het geen zin om in discussie te gaan met de heer Weve en is de heer Hartman ontraden om persoonlijk contact met hem te onderhouden.

 

6. Wettelijke voorschriften

 

Voor de tekst van die artikelen wordt u verwezen naar bijlage 1.

 

7. Beoordeling van de ontvankelijkheid

 

Het besluit van 16 december 2004 is een beschikking in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De termijn voor het indienen van een bezwaar­schrift bedraagt 6 weken. De Commissie constateert dat het bezwaarschrift tijdig is ingediend. Ook overigens is niet gebleken van feiten of omstandighe­den op grond waarvan tot niet-ontvan­kelijkheid geconclu­deerd zou moeten worden.                Het bezwaar dient dan ook ontvanke­lijk te worden verklaard.

 

8. Beoordeling van de inhoud van het bezwaarschrift

 

Het bezwaar van reclamante is gericht tegen het besluit van 16 december 2004, waarin is besloten dat voldoende argumenten te vinden zijn om de subsidieaanvraag af te wijzen en om het verzoek tot steun aan de activiteiten van de Stichting met het pand aan de Voorstraat 19 af te wijzen. Gelet op het feit dat de Subsidieverordening Maatschappelijke Activiteiten gemeente Delft 2002 geen bepalingen bevat met betrekking tot criteria voor het weigeren en of verlenen van een aangevraagde subsidie zal de Commissie zich baseren op de Algemene subsidieverordening, waarvan eerdergenoemde verordening een uitwerking is.

 

Op grond van artikel 9 van de Algemene subsidieverordening kan slechts subsidie worden verleend indien de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd een gemeentelijk belang dienen.. De Commissie is op grond van de aan haar ter beschikking staande stukken van oordeel, dat verweerder op juiste gronden het besluit heeftb genomen dat tot op heden niet voldoende is komen vast te staan dat het pand aan de Voorstraat 19 heeft toebehoord aan dan wel gebezigd werd door de schilder Johannes Vermeer als gesteld door reclamant. Naar de mening van de Commissie stelt de gemeente zich op grond daarvan terecht op het standpunt dat een ‘gemeentelijk belang’ als bedoeld in genoemde bepaling niet met voldoende zekerheid aanwezig is. Dientengevolge is het verzoek tot subsidie en ondersteuning van activiteiten, zoals aangevraagd door de Stichting ‘’ Huizen van Johannes Vermeer’’, naar de mening van de Commissie terecht afgewezen.

 

Ook de overige door reclamant aangevoerde argumenten geven de Commissie geen aanleiding het bezwaar geheel of gedeeltelijk gegrond te achten en het betrokken besluit geheel of gedeeltelijk te doen herroepen.

 

Ingevolge artikel 6:22 Awb kan de motivering bij heroverwegingsbesluit worden aangevuld.

 

9. Advies

 

De Commissie adviseert om het bezwaar ongegrond te verklaren en de beschikking van 16 december 2004, waarbij de aanvraag om subsidie en het verzoek tot steun aan de activiteiten werd afgewezen, niet te herroepen, met aanvulling van de motivering als hiervoor is bedoeld.

 

Adviescommissie voor bezwaarschriften, Kamer III

 

 

 

 

voorzitter,                                                                    secretaris,

 

 

 

 

                                                                      

mr. A.K. Visser                                                            mr. M.G.O. de Lange

 

 

 

Bijlage 1 : relevante wettelijke bepalingen

 

 

Algemene subsidieverordening gemeente Delft 2002

 

 Artikel 9

 

1. Subsidie wordt slechts verleend indien de activiteiten waarvoor subsidie gevraagd wordt een gemeentelijk belang dienen.

2. Subsidie aan instellingen die personeel in dienst hebben kan slechts verleend worden aan rechtspersonen met een volledige rechtsbevoegdheid.

3. De activiteiten waarvoor subsidie gevraagd wordt moeten open staan voor personen binnen de doelgroep, waarbij binnen de doelgroep door de aanvrager geen onderscheid gemaakt mag worden naar levensbeschouwing, ras, geslacht of seksuele voorkeur, tenzij dit onderscheid een emancipatorisch doel dient.

4. Doel en werkwijze van de subsidieontvanger mogen niet strijdig zijn met bepalingen van (inter)nationaal recht.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bijlage 2 : verslag hoorzitting  

 

Verslag van de hoorzitting op 11 mei 2005 van de Adviescommissie voor bezwaarschriften, Kamer III, inzake het bezwaarschrift nummer 05-07 van de Stichting huizen van Johannes Vermeer

 

Aanwezig

 

Commissieleden: De heer mr. A.K. Visser (voorzitter), Mevrouw mr. E.C.H.Kouwenhoven 

Secretariaat: De heer mr. J.R. Frederici             

Namens B & W: De heer mr. drs. J. van der Hoest, De heer W.F. Weve  

Reclamante: Namens de Stichting huizen van Johannes Vermeer, de bestuursleden: De heer A.E.D. Hartman, Mevrouw de Jong, dhr M. Balink                 

 

Afwezig

 

Commissielid:  Mevrouw L.J.F. De Jongh - Swemer (lid, achteraf heeft zij de ter zitting behandelde zaken medeberaadslaagd).

 

De heer Visser geeft aan dat in onderhavige zaak de vraag aan de orde is of de subsidieaanvraag, van de Stichting huizen van Johannes Vermeer, terecht is afgewezen. In tegenstelling tot wat de heer Hartman aangeeft, kan hier niet aan de orde zijn de vraag of er al dan niet erkenning van de zijde van de gemeente is voor het pand in kwestie als zijnde een “Vermeerhuis”.

Tevens geeft de heer Visser aan dat hem niet geheel duidelijk is wat de juridische grondslag van het besluit is. De heer Van der Hoest geeft aan dat het besluit inderdaad beter gemotiveerd had moeten worden; hij wijst in dit kader op artikel 9 van de Algemene subsidieverordening gemeente Delft 2002. Er dient volgens de heer Van der Hoest een gemeentelijk belang te zijn voordat aanspraak gemaakt kan worden op subsidie. Op dat onderdeel zal hij in een aanvullend stuk ingaan.

De heer Visser merkt op dat de aanvraag is afgewezen, terwijl op dat moment niet alle benodigde informatie aanwezig was, die van belang is voor de goede beoordeling van de aanvraag. Het had dan ook voor de hand gelegen om eerst op grond van artikel 4:5 Awb aan reclamante te verzoeken om de door haar gedane aanvraag aan te vullen.  

Mevrouw de Jong merkt tenslotte op dat ‘’Vermeer’’ één van de drie speerpunten is van de gemeente Delft.

De heer Visser maakt met de heer Van der Hoest en de heer Weve de afspraak dat het aanvullende stuk binnen drie weken overgelegd zal worden en sluit vervolgens de hoorzitting. 

 

 

Einde verslag.