Stuk 7 I                                                                                   Delft, 10 januari 2006.

818882

 

Onderwerp:       Nota “Evaluatie Autoluwe Binnenstad Fase 1 - 3”

 

 

Aan de gemeenteraad.

 

Geachte dames en heren,

 

Op 29 juni 2000 is de raad akkoord gegaan met de nota “Bereikbare binnenstad, parkeerbeleid sleutel tot autoluw (plus)”. Vervolgens is begonnen met fase 1 van de uitvoering van dat beleid, bestaande uit met name het autoluw-plus maken van het Noordelijk Winkelgebied en het instellen van een nieuw parkeerregime in de gehele binnenstad. Conform goedgekeurd wijzigingsvoorstel nr. 2 is destijds afgesproken dat niet eerder gestart zou worden met de uitvoering van de volgende fase van het Autoluw (plus) maken van de binnenstad voordat de uitkomsten van de evaluatie van de eerdere fase afgewogen zijn.

De voor u ter inzage gelegde nota is de uitkomst van de evaluatie van fase 1 - 3. Deze evaluatie is enerzijds gebaseerd op een door de Stichting Centrum Management Delft geleide monitoring, zoals uitgevoerd door een extern adviesbureau. Het integrale verslag is als bijlage I op het RIS geplaatst. Anderzijds is bij deze evaluatie gebruik gemaakt van uitgebreid intern onderzoek, alsmede diverse informatiebronnen vanuit de bewoners(organisaties), het Delft Internet Panel, handhavers en andere betrokken instanties.

 

Uit de evaluatie is gebleken dat de ervaringen met de eerdere fasen overwegend positief zijn. Wij stellen dan ook voor om op basis hiervan in principe in te stemmen met de  uitvoering van fase 4 van de invoering van de autoluwe binnenstad.

 

Daarnaast stellen wij u voor akkoord te gaan met de volgende aanbevelingen, zoals ook in de nota staan verwoord:

.

 

1-       Voorstel is om fase 4 van de autoluwe binnenstad, zoals gepland in 2000, te starten ná oplevering van de Koepoortgarage. Daarmee ontstaat een toename van netto ca 200 bezoekersparkeerplaatsen (320 nieuw, -/- ca 120 op te heffen). De bouw van de Koepoort garage is (na recente positieve uitspraak van de voorzieningenrechter) thans onomkeerbaar en is intussen gestart. Oplevering is gepland medio 2007. De concrete voorstellen betreffende fase 4 staan vermeld in een aparte nota waarover separaat wordt besloten.

2-       Gezien het feit dat met name het functioneren van de detailhandel in de niet-dagelijkse goederen nog geen duidelijk positieve ontwikkeling doormaakt wordt aanbevolen om al het mogelijke te doen om een extra economische impuls aan de binnenstad te geven. Hierbij wordt met name gedacht aan een verbeterd stadsmarketing beleid, een pro-actief brancheringsbeleid en de oprichting van een Vastgoed Ontwikkelingsmaatschappij. (zie opsomming te onderzoeken maatregelen hieronder).

3-       Aanbevolen wordt om –nu ook de realisatie van de Spoorzone zeker is gesteld- de parkeercapaciteit onder het nieuw te bouwen stadskantoor aan de Houttuinen, nabij de Binnenwatersloot, nadrukkelijk aan te duiden als extra bezoekersparkeercapaciteit (ad ca 300 parkeerplaatsen) voor de binnenstad (inclusief stationsomgeving). Realisatie is thans voorzien per 2012.

4-       In de komende collegeperiode extern advies in te winnen omtrent nut, noodzaak en haalbaarheid van een noord-garage in de omgeving van het Koningsplein/Nieuwe Plantage, welke voor bezoekers komende vanaf de noordzijde van de binnenstad een entrée voor de binnenstad zal zijn. Deze voorziening zou daarmee tevens vervanging kunnen zijn voor het huidige bezoekersparkeren op de Paardenmarkt.

5-       Na afronding van fase 4 zullen er nog slechts een beperkt aantal bezoekersparkeerplaatsen en mixparkeerplaatsen verspreid door de binnenstad aanwezig zijn, los van de –te behouden- 39 runshopplaatsen en de parkeerterreinen, zoals de Paardenmarkt. Aanbevolen wordt voor die resterende verspreide bezoekersparkeerplaatsen één regime van kort parkeren (1 uur parkeertijd) in te voeren. Daarmee ontstaat een voor de bezoeker eenvoudig en helder uitgangspunt: alléén kort parkeren kan nog op maaiveld in de binnenstad, voor langere parkeerduur is men op de garages en terreinen aangewezen. 

6-       Bewoners ervaren in de vroege avonduren en op zaterdag en zondag een forse parkeerdruk. Aanbevolen wordt om met ingangsdatum voorafgaand aan de realisatie van fase 4, voor de vergunninghouders in de binnenstad een regeling te treffen waarbij deze in de avond- en nachturen in alle drie de parkeergarages kunnen parkeren, als vaste faciliteit van de standaard binnenstadsvergunning. 

7-       Het gratis parkeren op de zondag levert voor vergunninghouders in toenemende mate een probleem op. Voorstel is echter om desondanks op zondag (nog) geen systeem van gereguleerd parkeren in te voeren vanwege een gebrek aan algemeen draagvlak bij binnenstadsbewoners en met name ondernemers.  

8-       Aanbevolen wordt zo spoedig mogelijk over te gaan tot realisatie van de voorstellen van de ANWB inzake een betere bebording richting (parkeergarages in de) binnenstad.

9-       Aanbevolen wordt om met kracht de uitvoering van het fietsactieplan II ter hand te nemen voor wat betreft de voor de binnenstad relevante aspecten. Mogelijk kunnen sommige maatregelen daaruit verder versneld worden.

10-   Nu dit het laatste moment van monitoring is geweest wat betreft de invoering van de autoluwe binnenstad wordt aanbevolen om tot een voorstel te komen om over te stappen op een goede algemene vorm van monitoring – bij voorkeur uitgevoerd door de gemeente in samenwerking met de Stichting Centrum Management Delft.

11-   Aanbevolen wordt om diverse op- en aanmerkingen van de gebruikers van de Markt, ondernemers, zowel als bewonersorganisaties, zoals die in deze evaluatie naar voren zijn gekomen nader te bestuderen op hun haalbaarheid en in goede communicatie met betrokken partijen vervolgstappen te nemen.

 

Vooralsnog zijn er geen financiële consequenties aan deze aanbevelingen verbonden.

 

Hoogachtend,

 

Burgemeester en wethouders van Delft,

 

 

mr. drs. G.A.A. Verkerk ,burgemeester.

 

 

mr. drs. H.G.L.M. Camps          ,secretaris.