In reactie op het verzoek om
overleg ex artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening inzake het
bestemmingsplan Regeling seksinrichtingen in Delft heeft u opgemerkt graag een
grotere afstand verplicht te stellen tussen seksinrichtingen en gebedshuizen en
woningen.
Het college stelt zich op het
standpunt dat met een maximum van twee seksinrichtingen
vrije vestiging van seksinrichtingen mogelijk moet zijn. Uitgesloten worden
alleen die locaties waar een prostitutiebedrijf echt ongewenst is. Uit
maatschappelijke overwegingen wil het college enige afstand in acht nemen
tussen seksinrichtingen en gebedshuizen en scholen. Een afstand van 50 meter
biedt daartoe voldoende waarborgen.
Voorts stelt u voor om aan de
gebedshuizen en scholen toe te voegen: “crčches en blijf-van-mijn-lijf-huizen”.
“Blijf-van-mijn-lijf-huizen” zijn doorgaans gevestigd in woonwijken. In het
paraplubestemmingsplan is geregeld dat de afstand tussen seksinrichtingen en
woningen minimaal 10 meter dient te bedragen. “Blijf-van-mijn-lijf-huizen”
hebben tot doel de bewoners een veilige plaats te bieden waarbinnen zij
afgeschermd worden van vroegere relaties. Het college acht deze afstand geen
bezwaar voor het doel van de “Blijf-van-mijn-lijf-huizen”.
In het paraplubestemmingsplan
is opgenomen dat er binnen een straal van 50 meter rond de ingang van scholen
geen seksinrichting mag worden gevestigd. Kinderen gaan doorgaans zelfstandig
naar school en van school weer naar huis. Bij crčches is dit anders. Kinderen
die crčches bezoeken worden begeleid door hun ouders of staan onder toezicht
van groepsbegeleiders. Het college acht het niet nodig voor deze categorie een
uitzondering in de voorschriften van het bestemmingsplan op te nemen.
In uw brief vraagt u zich af
of de afstand van 10 meter tussen seksinrichting en woning zowel horizontaal
als verticaal geldt. De vereiste afstand geldt inderdaad in beide richtingen.
Tot slot een verklaring voor
gebruikte afkortingen:
UP is de afkorting van
Uitbreidingsplan; en PH UP is een partiële herziening van een uitbreidingsplan.
Met dank voor uw reactie.
Hoogachtend,
hoofd sector duurzaamheid,
J.H. Koetsenruijter