Nota - Herstructurering bedrijventerrein Schieoevers | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aanleiding Op 6 augustus 1998 is in een overleg tussen het bestuur van de Bedrijvenkring Schieoevers (BKS) en wethouder Meine Oosten en hoofd afdeling Economische zaken Cees van Laren een serie knelpunten inzake het optimaal functioneren van het bedrijventerrein besproken. In dit overleg is vastgesteld dat de knelpunten in aard en aantal een zodanige omvang hebben en onderling een zodanige samenhang vertonen dat een integrale aanpak noodzakelijk is. In februari 1999 presenteert de BKS een nota waarin de knelpunten op het bedrijventerrein systematisch zijn geïnventariseerd en voorstellen voor verbetering van de kwaliteit van het terrein worden gedaan. Op 3 juni 1999 is een overleg over deze nota tussen het bestuur van de Bedrijvenkring en de wethouders Meine Oosten en Rik Grashoff. In dit overleg is toegezegd binnen de gemeente een medewerker te belasten met de coördinatie van de werkzaamheden ter oplossing van de knelpunten. Parallel aan deze gesprekken en inventarisatie is bedrijventerrein Schieoevers onderwerp van gesprek geweest tijdens de bijeenkomsten inzake het Duurzaamheidsplan 2000-2003 (3D). In de projectenkrant, uitgereikt op de 3D-slotbijeenkomst op 23 juni 1999 wordt een project Samen werken aan een duurzaam Schieoevergebied gepresenteerd. Dit project heeft ten doel om in samenwerking met betrokkenen kansrijke uitwerkingen ter verduurzaming van het terrein te realiseren. Naar aanleiding van voorgaande heeft het Projectbureau Stadsontwikkeling van het college van B&W op 30 juni de opdracht gekregen terzake bedrijventerrein Schieoevers de coördinatie ter hand te nemen ter oplossing van de gesignaleerde knelpunten en het realiseren van gestelde in het duurzaamheidsplan 3D. Tevens is het bedrijventerrein als gebiedsgericht programma opgenomen in het Delfts Ontwikkelingsprogramma (DOP). Per 9 september 1999 is Ronald de Groot als projectleider met de uitvoering van deze opdracht belast.
Projectbeschrijving Doelstelling: Het project beoogt het bedrijventerrein te revitaliseren en te verduurzamen zodat een volgende periode van goed functioneren ingegaan kan worden. Revitaliseren betekent alhier zowel het oplossen van knelpunten die door de gebruikers ervaren worden als het optimaliseren van de uitnutting van het terrein. Verduurzaming wil in dit verband zeggen het realiseren van concrete resultaten gericht op verbetering van bedrijfsresultaten en ruimtelijke kwaliteit door vermindering van de belasting van milieu en ruimte. De principes uit het Duurzaamheidsplan 2000-2003 (3D) zijn hierin uitgangspunt. Proceskenmerken: Het project herstructurering bedrijventerrein Schieoevers is een project dat de gemeente samen met het op het terrein gevestigde bedrijfsleven, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid, uitvoert. Deze samenwerking is dan ook een wezenskenmerk van het realisatieproces. Het realiseren van de projectdoelstelling is in belangrijke mate afhankelijk van dit proces. Het proces is succesvol als het leidt tot concrete resultaten die op integrale en interactieve wijze behaald worden. Door integraliteit kan een reductie in kosten en een kwalitatieve meerwaarde verkregen worden door systematisch gebruik te maken van processen die elders, zowel binnen als buiten de gemeente spelen. Dit vereist wel een uiterste zorg voor coördinatie en afstemming en een open en heldere communicatie. Door interactiviteit krijgt iedereen die op enigerlei wijze belanghebbend is of kan zijn de mogelijkheid te participeren. Dit betekent enerzijds dat in vroeg stadium al duidelijk is of een beoogd resultaat draagvlak heeft en daarmee of een activiteit op dat moment zinvol is en anderzijds dat een groot reservoir aan nu nog niet aangeboorde expertise ter beschikking kan komen. Succesvol interactief werken vereist een open en onbevangen attitude bij de deelnemers. Gebiedsbegrenzing: Het gebied waar het project betrekking op heeft behoeft een duidelijke en éénduidige territoriale projectgrens. Om deze reden is er voor gekozen de plangrens uit het bestemmingsplan Schieoevers noord en zuid als projectgrens te hanteren. Globaal betekent dit een begrenzing aan de noordkant door de Abtswoudseweg/ Abtswoudsepad, het spoor als grens aan de westkant, de Rotterdamse weg aan de oostkant en recreatiegebied Midden Delfland aan de zuidkant. Tijdbegrenzing: Het project wordt beëindigd als concreet geformuleerde doelen behaald zijn of duidelijk is (geworden) dat deze doelen niet te realiseren zijn. De doelen zijn de resultaten van de activiteiten geformuleerd onder projectfasering. Het project wordt vier jaar na tekening van het in deze notitie voorgestelde convenant geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie wordt besloten het project al dan niet voort te zetten.
Projectorganisatie Convenant als basis voor samenwerking De samenwerking is een wezenskenmerk van het project. Succesvolle samenwerking is vrijwillig, doch niet vrijblijvend. Om deze reden is er voor gekozen de samenwerking te funderen met een convenant dat de gemeente sluit met de BKS. In dit convenant wordt overeengekomen dat beide partijen de doelstelling van het project onderschrijven en zich zullen inzetten voor het realiseren van deze doelstelling. Verder staan spelregels beschreven hoe de gemeente en het bedrijfsleven in het kader van dit project met elkaar omgaan en wat we van elkaar mogen verwachten. Tenslotte zal de gemeente zich verplichten concreet te noemen knelpunten op te lossen en zal de Bedrijvenkring zich verplichten alles te doen wat in haar vermogen ligt om bedrijven te bewegen op en om de eigen bedrijfsvestiging al datgene na te laten en weg te werken wat knelpunten veroorzaakt of verergert. De gemeente zal in haar oplossen van knelpunten prioriteit geven aan die locaties op het bedrijventerrein waar bedrijven zich daadwerkelijk hebben uitgesproken mee te werken en in zich willen binden aan een termijn en een bepaald kwaliteitsniveau van uitwerking. Monitoring van de samenwerking Bewaking van de correcte uitvoering van het convenant is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de ondertekenaars. De wethouders Meine Oosten (Economie) en Rik Grashoff (Duurzaamheid); zijnde de stuurgroep (zie aldaar) overleggen 4 x per jaar (of zoveel vaker als nodig) met een afvaardiging van het bestuur van de BKS over de voortgang van het project. In dit overleg kunnen knopen doorgehakt worden over knelpunten en afspraken gemaakt worden over het nemen of uitwerken van nieuwe initiatieven. Het ambtelijk secretariaat van dit overleg berust bij de projectleider. Projectleiding De verantwoordelijkheid voor het sturen van het proces berust bij de projectleiding. Deze verantwoordelijkheid behelst het opstellen en bewaken van de planning, de budgettering en het bewaken van de budgetten, de organisatie van in- en externe communicatie, de externe participatie en het voorbereiden van besluitvorming. De projectleider is Ronald de Groot. Hij wordt bijgestaan door het secretariaat van het projectbureau Stadsontwikkeling, Jan Boumans waar het de accountmanaging richting de individuele bedrijven betreft en Marja Otten voor wat betreft de communicatie. Bij het project zijn veel gemeentelijke disciplines betrokken. Zowel de voorbereidende als de uitvoerende werkzaamheden vinden in de lijn plaats. Dit betekent dat de desbetreffende (beleids)ambtenaar zelf (inhoudelijk) verantwoordelijk voor het aangeleverde werk en zorgt er zelf voor zorgt dat de output past binnen de gestelde criteria en binnen de beschikbare budgetten en op tijd gerealiseerd wordt. Aansturing projectleiding (Stuurgroep) De eerst verantwoordelijke wethouder voor het project is Rik Grashoff (Duurzaamheid). De politiek bestuurlijke aansturing vindt plaats door een stuurgroep bestaande uit de wethouders Rik Grashoff en Meine Oosten (Economie). De sturing voortvloeiend uit de afspraken neergelegd in het convenant berust bij de eerder genoemde monitorgroep Schieoevers. Werkgroepen Er worden twee werkgroepen geformeerd, die ieder de uitwerking van een deel van de doelstelling voor haar rekening nemen: de werkgroep revitalisering en de werkgroep duurzame herontwikkeling. De reden dat gekozen wordt voor twee werkgroepen ligt in de het sterk onderscheiden takenpakket met eigen momenten van (voorbereidend) onderzoek en uitvoering. Ter realisering van de integraliteit wordt de inhoud der werkzaamheden regelmatig bediscussieerd en de voortgang afgestemd in de werkgroepen. In deze werkgroepen zijn van gemeente zijde alle disciplines vertegenwoordigd om de taak van de desbetreffende werkgroep tot een goed einde te brengen. Deelname van zijde van het bedrijfsleven aan deze werkgroepen staat uitdrukkelijk open. Deze aanwezigheid kan ook incidenteel zijn om een specifiek aspect goed tot uitvoer te krijgen. De taak van de eerste werkgroep, de werkgroep revitalisering Schieoevers is het oplossen van allerlei knelpunten. Uitgangspunt is het knelpuntenoverzicht zoals geformuleerd door de BKS. De tweede werkgroep, de werkgroep duurzame herontwikkeling Schieoevers heeft als taak het opstellen van een integraal plan tot het realiseren van een verduurzaam herontwikkeld bedrijventerrein; onderzoek naar de haalbaarheid van deelaspecten en in een later stadium begeleiding van de invoering van haalbare aspecten.
Projectfasering Voorbereiding en besluitvorming Periode: 1 september - 31 december 1999 Activiteiten:
Resultaatgebieden:
Korte termijn Periode: 2000 en 2001 Activiteiten in het kader van revitalisering (e.e.a. onder voorbehoud inhoud convenant, advies commissie duurzaamheid en financiële mogelijkheden):
Resultaatgebieden:
NB. Bij onderzoek naar en uitwerking van verkeerskundige maatregelen dienen de onderzoeksresultaten uit het Verkeersonderzoek Bedrijventerrein Schieoevers van februari 1997, uitgevoerd door Heidemij-advies, alsmede de nota Verkeersontsluiting gebied Schieoevers Zuid, opgesteld door de sector Infra als uitgangspunt. Activiteiten in het kader van verduurzaming (e.e.a. onder voorbehoud inhoud convenant, advies commissie duurzaamheid en financiële mogelijkheden):
Resultaatgebieden:
Middellange termijn Periode: 2002 en 2003 Activiteiten in het kader van revitalisering (e.e.a. onder voorbehoud inhoud convenant, advies commissie duurzaamheid en financiële mogelijkheden):
Resultaatgebieden:
Activiteiten in het kader van verduurzaming (e.e.a. onder voorbehoud inhoud convenant, advies commissie duurzaamheid en financiële mogelijkheden):
Resultaatgebied:
NB einde 2003 wordt het project geëvalueerd en vindt besluitvorming over voorzetting plaats. Lange termijn Periode: na 2003 Thans is nog niet voldoende inzicht in alle lange termijn activiteiten. Deze hangen immers onder andere af van de resultaten behaald in de tussenliggende periode en de uitkomsten van de eerder genoemde evaluatie. Activiteiten in het kader van revitalisering (e.e.a. onder voorbehoud inhoud convenant, advies commissie duurzaamheid en financiële mogelijkheden):
Resultaatgebied:
Activiteiten in het kader van verduurzaming (e.e.a. onder voorbehoud inhoud convenant, advies commissie duurzaamheid en financiële mogelijkheden):
Resultaatgebied:
Overigen: 1. Overwogen wordt om in de omgeving van Station Zuid kantoor-ontwikkeling plaats te laten vinden en het station aan te sluiten op randstadrail. Tevens is een betere aansluiting tussen het TU gebied en Station Zuid voorgenomen. Met deze activiteiten zal naar verwachting na 2003 gestart worden. Voor deze activiteiten zal te zijner tijd een apart project worden gestart. Goede afstemming van dit herontwikkelingsproject met de dit project is noodzakelijk. 2. In verband met eventuele, uit oogpunt van mogelijke hinder wenselijke verplaatsing van bedrijven gevestigd aan de Vulcanusweg, behoeft het project herstructurering bedrijventerrein Schieoevers afstemming met het wijkplan Voorhof. Projectfinanciering Beoogd wordt de realisatie van het project te financieren uit drie bronnen: geldelijke bijdragen van de betrokken bedrijven, subsidies van derden en budgetten ter beschikking gesteld door de gemeente. De financiering uit de eerste bron wordt geformaliseerd in het convenant. Terzake de tweede bron worden thans subsidieaanvragen voorbereid. De derde bron, de gemeentelijke financiële bijdrage, bestaat uit gelden die specifiek voor dit project beschikbaar gesteld worden en gelden die gedurende de periode dat het project loopt beschikbaar zijn c.q. komen voor (de uitvoering van) reguliere en additionele werkzaamheden in of voor het Schieoevergebied. Hieronder zijn de gelden ten behoeve van Schieoevers uit het Delfts ontwikkelingsprogramma (DOP) begrepen. De omvang van de eerste twee bronnen is op dit moment dus nog niet bekend. De omvang van de in te zetten gemeentelijke middelen is het verschil tussen de twee genoemde bronnen en de totaal aan benodigde middelen. Dit totaal aan middelen is weer een uitvloeisel van de gewenste omvang en kwaliteitsniveau van de projectuitkomst. Deze omvang en het ambitieniveau wordt weer mede bepaald door de (toekomstige) partners en vastgelegd in het convenant. Deze afhankelijkheid voorkomt overigens weer dat sprake zou zijn van een blanco cheque. Teneinde een voortvarende start te kunnen maken is fl. 300.000,-- benodigd voor financiering van de kosten genoemd onder voorbereiding en van de kosten die in 2000 gemaakt worden voor de voorbereiding, het onderzoek en een deel van de uitvoering van het genoemde onder korte termijn. In de dekking van deze fl. 300.000,-- kan worden voorzien door een deel van het aan het einde van dit boekjaar voorziene voordelige exploitatiesaldo van de exploitatie Schieweg 2 te bestemmen voor het project herstructurering bedrijventerrein Schieoevers. Voor de uitgaven vanaf 1-1-2001, zal in een later stadium dekking moeten worden gevonden. Globale projectbegroting
Aanbeveling Het project kan van start gaan indien en nadat politiek bestuurlijk wordt ingestemd met het navolgende:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |