Regeling
Tegemoetkoming huurders van De Genestetstraat:
Gemeente
Delft neemt tegemoetkoming in de kosten voor haar rekening waar deze het eerder
vertrek van bewoners van De Genestetstraat betreft dan 1 januari 2007. De
regeling treedt in werking na bestuurlijke goedkeuring. Waar in onderstaand
aanbod sprake is van een bijdrage van Vestia Delft, maakt dit onderdeel uit van
het standaardaanbod dat Vestia Delft aan al haar huurders doet, in het kader
van een sociaal plan met betrekking tot verhuizing uit een te slopen
wooncomplex. De gemeente en Vestia zullen tegemoetkomingen welke vanuit beide
partijen beschikbaar zijn eventueel samenvoegen. De tegemoetkoming en/of
ondersteuning van de gemeente betreft, gezien de unieke situatie, een eenmalige
en bijzondere afspraak tussen de gemeente en de huidige bewoners van de
Genestetstraat.
Deze kosten
betreffen een tegemoetkoming door de gemeente van:
1.
De meerkosten van huur van een andere woning, o.a. huurcompensatie oude huur,
dubbele huur, etc.
2.
Een verhuiskostenvergoeding
3.
Een vergoeding voor zelf aangebrachte voorzieningen
4.
Voorrangsverklaring
5.
Een sociaal fonds voor bijkomende kosten in de toekomst.
Waar in
onderstaand aanbod sprake is van een bijdrage van Vestia Delft, maakt dit
onderdeel uit van het eerder genoemde sociaal plan voor huurders in te slopen
woningen.
De te
verstrekken tegemoetkoming zal zodanig geschieden dat het netto rendement voor
de bewoners zo groot mogelijk is. Hiervoor zal, indien noodzakelijk, iedere
huurder de mogelijkheid krijgen financieel deskundig advies in te winnen.
1.
De meerkosten van huur van een
andere woning
a)
De
tegemoetkoming in de meerkosten van huur worden berekend vanaf het moment dat
voor de nieuwe woning feitelijk betaald moet worden. Voor de maximale huur van
de nieuwe woning wordt aangehouden de individuele huursubsidiegrens.
b)
De
gemeentelijke tegemoetkoming in de meerkosten van huur betreft de periode van
aanvaarding van de woning tot 1 januari 2007.
c)
Op het
moment van aanvaarding van de nieuwe woning zal voor de oude woning geen huur
meer in rekening worden gebracht, mist de verhuizing plaats vindt binnen 8
weken, te rekenen vanaf het moment van aanvaarding. Deze vergoeding zal zijn
opgebouwd uit een tegemoetkoming van de gemeente voor max. 4 weken en vanuit
Vestia ook voor max. 4 weken.
d)
De
wijze van uitkering van de tegemoetkoming in huur is maatwerk, die in overleg
met de individuele huurder wordt vastgesteld. Op hoofdlijnen bestaat de
mogelijkheid tot:
• verrekening met de te betalen huur van de nieuwe woning tot 1-1-2007, zodat
bewoner tot 1-1-2007 op het huurniveau blijft zitten alsof hij de woning in De
Genestetstraat bewoont, rekening houdend met de reguliere jaarlijkse
huurverhoging.
• de tegemoetkoming (gekapitaliseerd) ineens te ontvangen.
• de tegemoetkoming (gekapitaliseerd) te ontvangen ‘in natura’, waaronder
verstaan wordt het treffen van aanpassingen en voorzieningen aan de nieuwe
woning en/of het schilderen van de nieuwe woning en/of het stofferen van de
nieuwe woning.
Huurders kunnen ter oriëntatie op de te kiezen variant een individueel
financieel advies van ca. 2 uur per huishouden verkrijgen, bij een gezamenlijk
aan te wijzen adviseur.
2.
Een verhuiskostenvergoeding
a)
De
door Vestia uit te keren verhuiskostenvergoeding in herstuctureringsgebieden
bedraagt ƒ 8.000,- per huishouden. Hiervan neemt de gemeente volgens de
geldende regelgeving ƒ 3.500,- voor
haar rekening.
b)
Daarnaast
zal de gemeente specifiek voor deze situatie een extra uit te keren
tegemoetkoming in de verhuiskosten beschikbaar stellen van ƒ 2.000,- per
huishouden; De totale verhuiskostenvergoeding bedraagt aldus ƒ 10.000,-.
c)
De
wijze van uitkering van deze tegemoetkoming in kosten van verhuizing is
maatwerk, die in overleg met de individuele huurder wordt vastgesteld. Op
hoofdlijnen heeft de huurder de mogelijkheid:
• dit bedrag ineens te ontvangen bij aanvaarding van de nieuwe woning, conform
de verdeelsleutel zoals Vestia Delft die bij uitbetaling van dergelijke
bedragen hanteert (zie sociaal plan): 60% bij huuropzegging van de oude woning,
40% na oplevering van de oude woning aan Vestia.
• dit bedrag te betrekken bij de uitkering bedoeld onder 1d.
3.
Een vergoeding voor de zelf
aangebrachte voorzieningen
a)
De
gemeente vergoedt de versnelde afschrijving
van in de oude woning zelf aangebrachte voorzieningen op basis van het verschil
tussen de taxatiewaarde per moment van lege oplevering van de woning en de
taxatiewaarde per 1 januari 2007. Een eventuele uitkering volgens de regeling
zoals deze door Vestia wordt gehanteerd (normbedrag) wordt op de gemeentelijke
uitkering in mindering gebracht. De periode van afschrijving waarop deze
tegemoetkoming betrekking heeft, is de periode gelegen tussen het moment van
leeg opleveren van de woning en 1 januari 2007. De taxatie zal plaatsvinden
conform de regeling zoals deze door Vestia wordt gehanteerd, hierin is de
mogelijkheid opgenomen eventueel een onafhankelijke en door partijen samen aan
te wijzen deskundige te raadplegen.
b)
De
zelf aangebrachte voorziening waarop de tegemoetkoming betrekking heeft zijn
alle door huurders aangebrachte voorzieningen die bij een gewone verhuizing
door Vestia zouden worden overgenomen.
c)
De
zelf aangebrachte voorziening waarop de gemeentelijke tegemoetkoming betrekking
heeft is de voorziening aangebracht voor het moment van eerste melding van
sloop. Als datum wordt hiertoe 1 juni 1999 gehanteerd.
4. Voorrangsverklaring
a)
De
huurder krijgt vanaf het moment van inwerking treden van deze regeling een
woning bij voorrang verleend. De voorrangsregeling die gehanteerd wordt is de
herstructureringsurgentie.
b)
Uitgangspunt
is dat de huurder in principe voor eenzelfde type woning in aanmerking komt al
het woningtype dat men verlaat. Met betrekking tot de vervangende woonruimte
geldt dat deze qua grootte en qua inkomen zo veel mogelijk passend moet zijn.
c)
Over
woonwensen en mogelijkheden om in aanmerking te komen voor een ander type
woning kan met Vestia individueel contact worden opgenomen.
5. Sociaal
Fonds
a)
Ter
compensatie van de mogelijke toename van de algemene kosten (zoals OZB,
waterschapsbelasting, etc.) zal een sociaal fonds worden opgericht.
b)
De
gemeente zal naar rato van de duur van een eerder vertrek dan 1 januari 2007,
een maximale bijdrage van ƒ 500,- per huishouden in het fonds storten.
c)
De
bewonerscommissie zal zelf met een voorstel komen op welke wijze uit het fonds
de individuele bijdragen zullen worden verleend.