concept OVEREENKOMST
De
Reconstructiecommissie Midden-Delfland, verder genoemd "de RC
Midden-Delfland", krachtens .....................
........................... vertegenwoordigd door
................................................................., die handelt
ter uitvoering van
...................................................................,
De gemeente Delft,
verder genoemd “de gemeente”, krachtens artikel 171, lid 1 van de Gemeentewet
vertegenwoordigd door mr. H.M.C.M. van Oorschot, die handelt ter uitvoering van
het besluit van de raad van die gemeente van
.............................................................................................,
en
NS Railinfrabeheer
B.V., gevestigd te Utrecht, verder genoemd “NS Railinfrabeheer”,
overwegende, dat
- de RC
Midden-Delfland uitvoering geeft aan het reconstructieproject Midden-Delfland;
- in het
kader van dit reconstructieproject een onderdoorgang, gelegen bij km 73.250 van
de spoorweg
Den Haag - Schiedam, plaatselijk bekend als Abtswoude
zal worden gerealiseerd die de verbinding tussen
fietspaden completeren (verder genoemd “de
onderdoorgang”);
- de
realisatie door NS Railinfrabeheer zal plaatsvinden voor rekening en risico van
de RC Midden-Delfland;
- na
oplevering van de onderdoorgang de RC Midden-Delfland deze (behoudens het
spoorkruisend gedeelte dat in beheer blijft bij NS Railinfrabeheer) met
inbegrip van alle rechten en plichten zal overdragen aan de gemeente, één en
ander zoals aangegeven op de door partijen gewaarmerkte tekening DT/1/1, welke
tekening integraal onderdeel uitmaakt van de overeenkomst;
- onderzoek
is verricht naar mogelijke bodemverontreiniging ter plaatse van de
onderdoorgang, van welk onderzoek de resultaten zijn vastgelegd in het rapport
van BKH Adviesbureau, d.d. 7 augustus 2000;
- op
grond van dit rapport is geconcludeerd dat er geen situatie wordt verwacht
waarin saneringsmaatregelen nodig zijn;
- de RC
Midden-Delfland ter zake van het aanleggen, hebben, onderhouden, vernieuwen,
wijzigen en opruimen van de onderdoorgang een vergunning ex artikel 15 van het
Reglement Dienst Hoofd- en Lokaalspoorwegen behoeft, welke vergunning op
................ 2001 aan de RC Midden-Delfland is verleend,
zijn het volgende
overeengekomen:
Hoofdstuk I (Aanleg)
Artikel
1
(aanleg
NS Railinfrabeheer)
1. NS
Railinfrabeheer zal voor rekening en risico van de RC Midden-Delfland doen
uitvoeren de op de bij deze overeenkomst gevoegde en door partijen gewaarmerkte
tekening DT 10/1/1 schetsmatig aangegeven werken, nodig voor of in verband met
het maken van de onderdoorgang. Partijen constateren dat onder
"risico" onder meer moet worden verstaan: onverwacht bezwaarlijke
uitvoering, bodemverontreiniging, moeilijkheden met aannemers, loon- en
prijsschommelingen, meer en minder werk, vertraging in de planning, enz..
2. De in lid 1
bedoelde werken bestaan in hoofdzaak uit:
a. het
doen van onderzoek naar mogelijke bodemverontreiniging;
b. het
doen van aanvullend onderzoek naar mogelijke bodemverontreiniging van welk
onderzoek de resultaten zullen worden vastgelegd in een rapport ter aanvulling
op het in de considerans genoemde rapport;
c. in
voorkomend geval afgraven, afvoeren, opslaan, reinigen, verwerken of anderszins
saneren van verontreinigde grond en vrijkomende materialen, voor zover dit op
basis van voornoemd(e) rapport(en)/onderzoek, milieuwetgeving of overig
overheidsbeleid vereist wordt;
d. gewapend
betonnen tunnelbakken ten behoeve van de onderkruisende infrastructuur met ter
plaatse van de bovenkruisende infrastructuur gewapend betonnen dekken monoliet
verbonden met de bakconstructie;
e. rioleringswerken
ten behoeve van de waterafvoer van de onderdoorgang;
f. een
openbare verlichtingsinstallatie in de onderdoorgang;
g. de
aanleg van een pompkelder inclusief een pompinstallatie;
h. het inzetten
van bussen, taxi's, alternatief vervoer e.d. voor het vervoer van reizigers en
goederen als gevolg van het voor de uitvoering van de werken stremmen van het
treinverkeer;
i. het
maken van taluds met taludbekledingen, het aanbrengen van hekwerken op de
onderdoorgang
alsmede
het verder afwerken van de onderdoorgang;
j. het
ten behoeve van voornoemde werken uitvoeren van de nodige grond‑, hulp‑ en
spoorwerken;
het
wijzigen van de seinwezen‑, telecommunicatie‑ en
energievoorzieningsinstallaties, van
telefoongeleidingen,
alsmede de bescherming van deze installaties en geleidingen van
NS
Railinfrabeheer tijdens de uitvoering der werken;
k. alle
bijkomende werken, werkzaamheden en voorzieningen, zowel van tijdelijke als van
blijvende
aard
welke NS Railinfrabeheer in het belang van het veilig en ongestoord verkeer
over de spoorweg nodig acht, inbegrepen het bijgeval stellen van extra
personeel anders dan voor technisch toezicht;
l. het ‑
met inachtneming van artikel 6, lid 4, sub a, ‑ plegen van na-onderhoud
gedurende drie jaren, nadat de oplevering van de onderdoorgang door de
desbetreffende aannemer is geschied, voor het op de vereiste hoogte houden van
het baanlichaam onmiddellijk ter weerszijden van de onderdoorgang en de daaruit
voortvloeiende werkzaamheden aan sporen, wissels, seinwezen‑,
telecommunicatie‑ en energievoorzieningsinstallaties enz.
Artikel
2
(opruimen
werken derden)
Indien ten behoeve van
of in verband met de uitvoering van de in deze overeenkomst bedoelde werken, op
of in gronden van NS Railinfrabeheer aanwezige werken en inrichtingen van
derden moeten worden gewijzigd, dan wel opgeruimd, zal NS Railinfrabeheer ter
zake in overleg met en voor rekening en risico van de RC Midden-Delfland een
regeling met de betrokkenen treffen.
Artikel
3
(aanleg
RC Midden-Delfland)
1. De RC
Midden-Delfland zal voor eigen rekening en risico de volgende werken doen
uitvoeren:
a. het
aanleggen van wegverhardingen voor het wegverkeer in en ter weerszijden van de
onderdoorgang, met inbegrip van de nodige opsluitingen;
b. het
eventueel aanleggen c.q. wijzigen van kabels en leidingen, onder voorwaarde,
dat leidingen voor het transport van ontplofbare stoffen, brandbare
vloeistoffen, zomede andere stoffen onder een hogere overdruk dan 5 bar, niet
in de onderdoorgang of in de onmiddellijke omgeving daarvan gelegd worden.
2. Voor zover de
in lid 1 bedoelde werken met de spoorweg in aanraking komen, moet de aanleg
geschieden in overleg met NS Railinfrabeheer.
Artikel
4
(algemeen/voorbereiding aanleg)
1. Het
opmaken van de plannen en bestekken voor, alsmede de aanbesteding en gunning
van de in deze overeenkomst begrepen werken gebeurt in overleg tussen partijen.
2. Partijen
treden tijdens de uitvoering van de werken, voor zover zij zulks nodig of
wenselijk achten, met elkaar in overleg.
3. De RC
Midden-Delfland zorgt voor het tijdig in gang zetten en voltooien van de voor
de uitvoering van de werken nodige planologische procedures.
4. NS
Railinfrabeheer zorgt voor het tijdig aan de RC Midden-Delfland ter beschikking
stellen van de technische gegevens van de door NS Railinfrabeheer uit te voeren
werken ten behoeve van het door de RC Midden-Delfland verkrijgen en hebben van
de ter zake nodige bouwvergunning als bedoeld in de Woningwet.
5. De RC
Midden-Delfland zorgt voor het tijdig
verkrijgen van alle voor de uitvoering van de in de artikelen 1 en 3 bedoelde
werken nodige vergunningen, beschikkingen of ontheffingen. De RC
Midden-Delfland zendt hiervan afschrift aan NS Railinfrabeheer en de gemeente
en betaalt alle kosten en vergoedingen, welke uit het verkrijgen en hebben van
die vergunningen en/of ontheffingen mochten voortvloeien.
Hoofdstuk II (Kosten aanleg)
Artikel 5
(kosten aanleg NS Railinfrabeheer)
De RC Midden-Delfland
verbindt zich op de in artikel 6 omschreven wijze aan NS Railinfrabeheer te
betalen:
1.
Alle kosten nodig voor of in verband met het door NS
Railinfrabeheer doen uitvoeren van de in de artikelen 1 en 2 bedoelde werken,
werkzaamheden en het daarvoor doen treffen van voorzieningen.
2.
De in opdracht van NS Railinfrabeheer te maken
engineeringskosten voor de in artikel 1 bedoelde werken.
3.
De onder 1 bedoelde kosten worden verhoogd met een
opslag van 3% in verband met door NS Railinfrabeheer gemaakte overheadkosten.
Artikel 6
(kostenverrekening/betaling)
Verrekening
tussen NS Railinfrabeheer en de RC Midden-Delfland van de in artikel 5 bedoelde
kosten vindt als volgt plaats:
1. Op
of omstreeks 15 januari, 15 april, 15 juli en 15 oktober zal NS Railinfrabeheer
aan de RC Midden-Delfland een voorschotfactuur doen toekomen van de geraamde,
in het alsdan lopende kwartaal te verwachten kosten, als omschreven in artikel
5.
2. Na
afloop van elk kwartaal zal NS Railinfrabeheer aan de RC Midden-Delfland een
declaratie doen toekomen van de op dat moment bekende werkelijke uitgaven
volgens artikel 5, verminderd met het desbetreffende voorschot. Indien het
eindbedrag van die declaratie lager is dan het desbetreffende voorschot, zal NS
Railinfrabeheer het verschil binnen dertig dagen na dagtekening van die
declaratie aan de RC Midden-Delfland restitueren. Indien het eindbedrag van die
declaratie hoger is dan het desbetreffende voorschot, zal de RC Midden-Delfland
het verschil aan NS Railinfrabeheer betalen.
3. Indien
en voor zover door de RC Midden-Delfland vóór de inwerkingtreding van de in dit
artikel bedoelde verrekeningswijze reeds voorschotbedragen voor een of meer
werkonderdelen zijn betaald, welke nog niet (geheel) met de RC Midden-Delfland
werden verrekend, zullen de (restanten van de) desbetreffende voorschotbedragen
op de in lid 1 bedoelde voorschotten in mindering respectievelijk in meerdering
worden gebracht.
4. Bij
de slotafrekening zal worden verrekend:
a. een
bedrag ad tweehonderdduizendtweeduizendnegenhonderd gulden (ƒ 202.900,=) te verhogen met de wettelijk verschuldigde
omzetbelasting, als vergoeding ineens voor de geraamde kosten van het krachtens
artikel 1, lid 2, sub k, vanwege NS Railinfrabeheer te plegen na‑onderhoud.
b. het
saldo van de werkelijk gemaakte kosten voor het langzaam rijden als bedoeld in
lid 2 en de aldaar vermelde voorschotbedragen indien en voor zover een
afwijking heeft plaats gevonden van genoemde snelheid en/of tijdvak.
c. het
saldo van de resterende, werkelijk gemaakte (engineerings)kosten verminderd met
de laatste voorschotbetaling als bedoeld in lid 1.
5. Over
de verschillen tussen het in enig kwartaal betaalde voorschot en de werkelijke
kosten over dat kwartaal zal geen renteverrekening plaatsvinden.
Hoofdstuk
III (Eigendom, Beheer en Instandhouding)
Artikel 7
(eigendom en onderhoud NS Railinfrabeheer)
1. Het
spoorkruisend gedeelte van de onderdoorgang zal na voltooiing deel uitmaken van
de spoorweg Den Haag -Rotterdam, eigendom zijn van NS Railinfrabeheer, en als
zodanig door NS Railinfrabeheer ‑
met inachtneming van artikel 8 ‑
voor rekening van de RC Midden-Delfland constructief worden onderhouden.
2. In
verband met het bepaalde in lid 1 is de RC Midden-Delfland een éénmalige
vergoeding (afkoopsom) verschuldigd van vierhonderdzesduizendvijfhonderd gulden
(ƒ 406.500,=), als vergoeding voor het door NS Railinfrabeheer te verrichten
onderhoud aan de betonconstructie met hekwerk van het spoorkruisende gedeelte
van de onderdoorgang.
Artikel 8
(onderhoud door gemeente)
1
0. De
gemeente zal voor eigen rekening en risico (doen) zorgdragen voor:
a. het
onderhouden van:
1. de
toeritten tot de onderdoorgang;
2. wegverhardingen
voor het wegverkeer in en ter weerszijden van de onderdoorgang;
3. rioleringswerken
ten behoeve van de waterafvoer van de onderdoorgang;
4. een
openbare verlichtingsinstallatie in de onderdoorgang;
5. de
in artikel 1, lid 2, sub g bedoelde pompinstallatie en de in artikel 1, lid 2,
sub i bedoelde taludbekledingen;
6. de
ten behoeve van de sub a1 genoemde wegverhardingen aanwezige opsluitingen
(rijroosters, voegovergangen, strips, trottoirbanden, e.d.);
7. de
van de weg af in zicht komende oppervlaktelagen (onder meer betegeling, coating
en beschildering) van de onderdoorgang;
b. het water‑ en sneeuwvrijhouden van de onderdoorgang
en de op gronden van NS Railinfrabeheer gelegen weggedeelten van de
onderdoorgang;
c. het
geregeld reinigen (inclusief
graffitiverwijdering) van de onderdoorgang en de op gronden van NS
Railinfrabeheer gelegen weggedeelten, onder voorwaarde, dat de reiniging van de
sub a7 genoemde oppervlaktelagen door het gebruik van agressieve middelen of
hogedrukreiniging niet mag plaatsvinden dan na toestemming van en in overleg
met NS Railinfrabeheer;
d. de
energielevering voor de in lid 1, sub a4 bedoelde openbare verlichtingsinstallatie,
zomede voor de in artikel 1, lid 2, sub f bedoelde pompinstallatie.
1. Voor
zover de in lid 1, sub a bedoelde werken met de spoorweg in aanraking komen,
moet het onderhoud geschieden in overleg met NS Railinfrabeheer.
Artikel 9
(herstel gebreken door NS
Railinfrabeheer)
1.
Het doen herstellen van gebreken
aan de onderdoorgang met wat daartoe behoort geschiedt, voor zover niet
verhaalbaar op derden, zoals aannemer en/of ontwerper, gedurende de eerste 10
jaar na de oplevering van de onderdoorgang door NS Railinfrabeheer voor
rekening en risico van de RC
Midden-Delfland.
2.
Het doen herstellen van gebreken
aan de onderdoorgang met wat daartoe behoort, geschiedt na de in lid 1 genoemde
periode van 10 jaar, door NS Railinfrabeheer tegen een door de RC
Midden-Delfland te betalen éénmalige vergoeding (afkoopsom) van twaalfduizendentien
gulden (ƒ 12.010,=) .
Artikel 10
(vernieuwing door NS Railinfrabeheer)
1.
Wanneer het naar het oordeel van
NS Railinfrabeheer nodig mocht worden geacht tot gedeeltelijke of algehele
vernieuwing van de onderdoorgang over te gaan, zal zulks geschieden door NS
Railinfrabeheer in overleg met en voor rekening en risico van de gemeente, met
inachtneming van artikel 11 en 22. Voor rekening en risico van de gemeente
komen uitsluitend die kosten van vernieuwing voorzover deze vernieuwing van
(een gedeelte van) de onderhavige onderdoorgang in haar huidige vorm en
dimensie betreffen. Kosten van eventuele uitbreidingen zullen voor rekening van
NS Railinfrabeheer komen.
2.
De wijze van betaling van de
ingevolge lid 1 door de gemeente verschuldigde kosten zal bij het in dat lid
bedoelde overleg worden vastgesteld.
Artikel 11
(vernieuwing door de gemeente)
1. De
gemeente zal voor eigen rekening en risico (doen) zorgdragen voor het
vernieuwen van:
a. wegverhardingen
voor het wegverkeer in en ter weerszijden van de onderdoorgang;
b. rioleringswerken
ten behoeve van de waterafvoer van de onderdoorgang;
c. een
openbare verlichtingsinstallatie in de onderdoorgang;
d. de
in artikel 1, lid 2, sub g bedoelde pompinstallatie en de in artikel 1, lid 2 ,
sub i bedoelde taludbekledingen;
e. de
ten behoeve van de sub a genoemde wegverhardingen aanwezige opsluitingen
(rijroosters, voegovergangen, strips, trottoirbanden, e.d.);
f. de
van de weg af in zicht komende oppervlaktelagen (onder meer betegeling, coating
en beschildering) van de onderdoorgang;
2. Voor
zover de in lid 1 bedoelde werken met de spoorweg in aanraking komen, moet de
vernieuwing geschieden in overleg met NS Railinfrabeheer.
Artikel 12
(beheer NS
Railinfrabeheer/vergunningen aan derden)
1. Het
beheer zoals dat voortvloeit uit de spoorwegwetgeving over het ingevolge de in
de artikelen 1 en 3 bedoelde werken in gebruik genomen spoorwegterrein blijft
geheel in handen van NS Railinfrabeheer, die met uitsluiting van anderen
bevoegd is aan derden het uitvoeren van werken in, op, boven of onder dat
terrein op door haar vast te stellen voorwaarden toe te staan, terwijl ook voor
het aanbrengen door de gemeente van werken en inrichtingen aan, op, in, of
langs het op spoorwegterrein gelegen gedeelte van de onderdoorgang vergunning
van NS Railinfrabeheer vereist is.
2. Vergunningen
aan derden, als in lid 1 bedoeld, zullen door NS Railinfrabeheer slechts worden
verleend nadat ter zake met de gemeente overleg is gepleegd, die bevoegd is aan
die vergunningen voorwaarden te verbinden in het belang van het verkeer en van
de op haar kosten krachtens deze overeenkomst gemaakte werken.
Artikel 13
(beheer gemeente/bestemming)
1.
Het beheer van de weg in en ter
weerszijden van de onderdoorgang, zoals dat voortvloeit uit de
wegenverkeerswetgeving, berust bij de gemeente.
2.
Ten bewijze dat de onderdoorgang
alleen bestemd is voor fietsverkeer zal de gemeente voor eigen rekening de
daartoe volgens de wegenverkeerswetgeving nodige maatregelen treffen, alsmede
bebording plaatsen, onderhouden en vernieuwen.
Hoofdstuk IV (Algemeen)
Artikel 14
(verlichting)
1.
Het wijzigen en vernieuwen van de
in artikel 1, lid 2 sub f bedoelde verlichtingsinstallatie, alsmede de aanleg van
een verlichtingsinstallatie op de toeleidende weggedeelten moet, voor zover
nodig in verband met de duidelijkheid van de seinbeelden op de spoorweg, door
de gemeente in overleg met NS Railinfrabeheer geschieden.
2.
Indien blijkt, dat het
spoorwegverkeer hinder ondervindt van lichten of reflectoren van het
wegverkeer, zal de gemeente voor eigen rekening in overleg met NS
Railinfrabeheer de ter zake nodige voorzieningen treffen en instandhouden.
Artikel 15
(reglementen)
Op
de in deze overeenkomst door de gemeente uit te voeren werken is het Reglement
Veilig Werken aan Railinfra (RVW) van toepassing. Het RVW is een reglement dat
conform het Bouw Proces Besluit (ARBO-wet) is opgesteld en geldt voor iedereen
die zich in opdracht of met toestemming van NS Railinfrabeheer binnen het
"profiel van vrije ruimte"+ 3 m" bevindt.
Artikel
16
(werk-
en/of opslagterrein)
Indien ten behoeve van
of in verband met de uitvoering van de in deze overeenkomst bedoelde werken
door partijen over enig werk‑ of opslagterrein moet worden beschikt,
wordt dit terrein, voor zover partijen daarover de beschikking hebben, tijdig
en kosteloos aan elkaar ter beschikking gesteld. Dit terrein dient zich –
zoveel mogelijk - in de directe omgeving van de onderdoorgang te bevinden.
Artikel 17
(schade en verzekering)
1. Alle
schaden, hoegenaamd en van welke aard dan ook, veroorzaakt door c.q. optredend
gedurende het maken, hebben, gebruiken, onderhouden, vernieuwen, wijzigen of
opruimen van de in deze overeenkomst bedoelde werken, zullen voor rekening van
de RC Midden-Delfland worden hersteld en/of vergoed, zulks met uitzondering
van:
a. schaden
die vallen onder de in lid 3 bedoelde afkoopregeling;
b. schaden
aan of veroorzaakt door in opdracht van NS Railinfrabeheer krachtens deze
overeenkomst te maken werken, die
gedekt
zijn door de in lid 2 bedoelde CAR-verzekering, doch uitsluitend voor dat deel
van die schaden waarvoor door verzekeraars schadepenningen zijn uitgekeerd;
door
NS Railinfrabeheer op door haar in te schakelen ingenieursbureaus en/of
aannemers kunnen worden verhaald, uitgaande van gebruikelijke RVOI- en
UAV-voorwaarden, doch uitsluitend voor het verhaalbare deel van die schaden;
aantoonbaar het gevolg zijn van een verwijtbare tekortkoming van NS
Railinfrabeheer gedurende de
totstandkoming van die werken, met dien verstande dat de maximale
verhaalbaarheid van de gemeente op NS Railinfrabeheer in dat geval, ongeacht de
aard en omvang van die schaden, in totaliteit beperkt is tot een bedrag van ƒ
128.035,=. Deze beperking geldt niet indien aantoonbaar sprake zou zijn van
bewuste roekeloosheid en/of opzet van de zijde van NS Railinfrabeheer.
2. NS
Railinfrabeheer zal ten behoeve van de in haar opdracht krachtens deze
overeenkomst te maken werken voor rekening van de RC Midden-Delfland een
CAR-verzekering sluiten, uitgaande van de gebruikelijke condities van de
doorlopende NS Railinfrabeheer CAR-polis.
NS
Railinfrabeheer zal desgevraagd een kopie van de voor onderhavige werken
geldende CAR-verzekerings-condities aan de RC Midden-Delfland en de gemeente
verstrekken.
3. Alle uit
materiële schaden voortvloeiende gevolgschade die NS Railinfrabeheer zelf mocht
lijden, met inbegrip van zuivere vermogensschade die vervoerders in verband met
uit die materiële schaden voortvloeiende gehele of gedeeltelijke versperring
van spoorweginfrastructuur op NS Railinfrabeheer mochten claimen, zijn voor
rekening en risico van NS Railinfrabeheer mits door de RC Midden-Delfland aan
NS Railinfrabeheer een afkoopsom ten bedrage van ƒ 72.050,= door NS
Railinfrabeheer is ontvangen. Deze afkoop geldt uitsluitend indien dergelijke
gevolg- en/of zuivere vermogensschade is veroorzaakt door het in opdracht van
NS Railinfrabeheer maken, hebben gebruiken en/of onderhouden van de in deze
overeenkomst begrepen werken. Bij vernieuwing en/of eventuele wijziging of
opruiming van die werken zullen partijen de afkoop opnieuw overeenkomen naar de
alsdan geldende omstandigheden.
Artikel 18
(bodemverontreiniging)
Voor
zover uit het krachtens artikel 1, lid 2 sub b gemaakte onderzoeksrapport
blijkt dat de bodem, waarin de onderdoorgang zal worden gerealiseerd, is
verontreinigd en wel in een mate dat sanering voor de RC Midden-Delfland
redelijkerwijs financieel niet acceptabel is gelet op het beoogde gebruik,
heeft de RC Midden-Delfland het recht om deze overeenkomst te ontbinden door
een schriftelijke mededeling aan NS Railinfrabeheer binnen een maand nadat het
desbetreffende onderzoeksrapport door NS Railinfrabeheer ter kennis van de RC
Midden-Delfland is gebracht. Alsdan zal de RC Midden-Delfland aan NS
Railinfrabeheer vergoeden de tot dan door of vanwege NS Railinfrabeheer ter
zake van het werk gemaakte en/of voor het in oude staat terug brengen van het
werkterrein nog te maken voorbereidings-, engineerings-, en uitvoeringskosten
en vrijwaart de RC Midden-Delfland NS Railinfrabeheer voor vorderingen van
derden in verband met het niet doorgaan van de in deze overeenkomst bedoelde
werken.
Artikel 19
(belastingen)
Indien
als gevolg van het maken, c.q. het aanwezig zijn van de in deze overeenkomst
begrepen werken de aanslag van NS Railinfrabeheer in enige belasting mocht
worden verhoogd of NS Railinfrabeheer in enigerlei nieuwe belasting mocht
worden aangeslagen, zal de gemeente aan NS Railinfrabeheer telkenmale op de
eerste aanvraag van NS Railinfrabeheer een bedrag betalen, gelijk aan het
bedrag van die verhoging, onderscheidenlijk van de aanslag in die nieuwe
belasting.
Artikel 20
(stremming)
1.
Indien naar het oordeel van NS
Railinfrabeheer de uitvoering van werkzaamheden stremming van het wegverkeer in
de onderdoorgang noodzakelijk maakt, stremt de gemeente het verkeer.
2.
De kosten van de stremming op zich
en de kosten die het gevolg zijn van de stremming komen voor rekening van de
gemeente.
3.
Het voorgenomen tijdstip van de
werkzaamheden wordt door of namens NS Railinfrabeheer ‑ behoudens in
spoedeisende gevallen ‑ tenminste 6 weken tevoren of zoveel eerder als
mogelijk is aan de gemeente medegedeeld.
4.
Aanvang, omvang en duur van de
stremming worden door de gemeente in overleg met NS Railinfrabeheer bepaald.
Artikel 21
(betaling)
De
RC Midden-Delfland is verplicht alle krachtens deze overeenkomst aan NS
Railinfrabeheer verschuldigde bedragen, welke bij facturering verhoogd zullen
worden met de wettelijk verschuldigde omzetbelasting, te betalen binnen een
termijn van 30 dagen (of het andere aantal overeengekomen dagen) na dagtekening
van de desbetreffende facturen. Bij overschrijding van de gestelde termijn(en)
is de RC Midden-Delfland verplicht vanaf dat moment de wettelijke rente te
vergoeden op voet van de artikelen 6:119 en 6:120 van het Burgerlijk Wetboek,
voorzover in rekening gebracht.
1. Wijzigingen
van de onderdoorgang ten gevolge van verdubbeling van het spoor,
viersporigheid, zullen door NS Railinfrabeheer voor eigen rekening en risico
worden uitgevoerd.
2. Eventuele
(meer)kosten voortvloeiend uit de in lid 1 bedoelde spoorwijziging betreffende
de onderdoorgang, komen voor rekening en risico van NS Railinfrabeheer.
(wijzigingen)
1. Partijen kunnen de overeenkomst wijzigen.
2. Wijzigingen
gelden alleen als zij schriftelijk zijn overeengekomen en door alle
contractspartijen zijn ondertekend.
(geschillen en toepasselijk recht)
1. Een
geschil is aanwezig indien één der partijen zulks bij aangetekend schrijven
stelt.
2. Geschillen tussen partijen worden zoveel mogelijk door middel van
goed overleg beslecht.
3. Indien
partijen niet tot oplossing komen, worden geschillen bij uitsluiting voorgelegd
aan de daartoe bevoegde rechter in het arrondissement ’s-Gravenhage, tenzij
arbitrage of bindend advies wordt overeengekomen
4. Op de overeenkomst is Nederlands recht van
toepassing
(algemeen)
1. Mondelinge
mededelingen, toezeggingen of afspraken hebben slechts rechtskracht indien deze
schriftelijk zijn bevestigd.
2. Het
nalaten door één der partijen om terzake van enige bepaling van de overeenkomst
nakoming te verlangen, tast het recht om alsnog nakoming te eisen niet aan,
tenzij uitdrukkelijk en schriftelijk met niet-nakoming akkoord is gegaan.
3. Partijen
wijzen een contactpersoon en een vervangend contactpersoon aan die de contacten
over de wijze van uitvoering van de overeenkomst zullen onderhouden.
Aldus
in drievoud opgemaakt en ondertekend,
te Voorburg, 2001, te Delft, 2001,
de RC Midden-Delfland, de
gemeente Delft
..................................... mr.
H.M.C.M. van Oorschot
..................................... burgemeester
en
te Rotterdam, 2001,
NS
Railinfrabeheer B.V.,
Jhr.
M.J.H. van Asch van Wijck
directeur