Memo

 

Onderwerp

     

 


Samenvatting en nadere toelichting op Oeverplan Delft

Een van de concrete maatregelen van het Waterplan Delft is de realisatie van natuurvriendelijke oevers. Om deze maatregelen te effectueren is in de zomernota 2000 een bedrag van f 900.000,-- (€ 408.402,--) beschikbaar gesteld.  De bijgaande nota ‘Oeverplan Delft’ is het plan van aanpak dat beschrijft op welke wijze deze middelen zullen worden ingezet om deze doelstelling te realiseren. De nota omschrijft de werkwijze, de prioriteitstelling en de fasering en resulteert uiteindelijk in een concreet voorstel om twaalf deelprojecten verder uit te werken en te realiseren.

 

Werkwijze

De voor het oeverplan gekozen werkwijze kenmerkt zich door een integrale benadering en het creëren van een zo breed mogelijk draagvlak.

 

Integraal

De veelheid aan beleidsnotities en plannen die zich bezig houden met de oevers, kades en aangrenzende groengebieden maakt duidelijk dat het opstellen van een oeverplan voor de realisatie en het beheer van natuurvriendelijke oevers alleen via een integrale benadering tot stand kan komen. In de gebieden waar veel plannen elkaar overlappen liggen immers ook de beste kansen om inspanningen en middelen te bundelen voor de realisatie van de gemeenschappelijke doelstellingen. Alleen op deze wijze kan het resultaat van de afzonderlijke plannen uiteindelijk meer worden dan de som der delen.

 

Draagvlak

Net zo belangrijk voor het slagen van het oeverplan is het creëren van een breed draagvlag door participatie van alle betrokken partijen. Direct bij de start van het oeverplan is daarom een werkgroep samengesteld om de planvorming te begeleiden. Deze werkgroep is opgebouwd uit vertegenwoordigers van natuur- en milieuorganisaties, hoogheemraadschap en betrokken vakteams van de Gemeente Delft. In deze werkgroep is gewerkt aan de inhoud van het oeverplan. Hierdoor zijn vakkennis en zienswijzen van betrokken partijen direct, en in en vroeg stadium in de planvorming ingebracht en is een breed draagvlak voor het gezamenlijke product gecreëerd.


Prioriteitstelling

Uit de integrale benadering, waarbij de parallellen tussen de verschillende nota’s, plannen en projecten zijn geanalyseerd (o.a. Ruimte voor de Natuur, Duurzaamheidplan, Waterplan Delft, Ecologische hoofdstructuur, en de Waterkansenkaart),  kwam naar voren dat in alle stukken de realisatie van ecolo-gische verbindingslijnen wordt benadrukt. Omdat in deze verbindingslijnen ook de beste kansen liggen om de gemeenschappelijke doelstellingen van deze plannen te realiseren is ook in het Oeverplan aan deze locaties de hoogste prioriteit gegeven. Hierdoor zijn in fase 1 van het oeverplan de volgende 17 deelprojecten gedefinieerd Door geografische overlappingen in werkelijkheid (12)

 

  1. Esdoornlaan  (1)
  2. Oude IJsbaan (achterzijde) (2)
  3. Oude IJsbaan (2)
  4. Maria Duystlaan (3)

5a   Korftlaan (4)

5b   Bieslandsekade (4)

6a   Tweemolentjeskade (5)

6b   Aan ’t Verlaat (5)

7.    Prof. Telderslaan (6)

8.    Prof. Evertlaan (6)

  1. TNO-vijver (7)
  2. Delftechpark Oost (8)
  3. Delftechpark zuid (8)
  4. Tanthofkade (9)
  5. Kerstanjewetering (10)
  6. Ecodus (11)
  7. Voordijkhoonsepad (12)

 

Om te voorkomen dat tijdens de uitwerking van het oeverplan belangrijke kansen worden gemist om de bestaande onderhouds- en renovatiebudgetten nu al in te zetten voor de realisatie van natuurvriendelijke oevers, zijn/worden de volgende onderhoudswerken al geheel conform het oeverplan uitgewerkt..

 

·         Overige nieuwe aanleg en renovatieprojecten waar de realisatie van nat.vr.oevers direct in de lopende planvorming kan worden gerealiseerd.

 

Bij deze projecten worden alleen de eventuele meerkosten van de natuurvrien-delijke inrichting vanuit het oeverplan gefinancierd.

 


Planvorming

Bij de uitwerking van de gedefinieerde deelprojecten zal de gekozen werkwijze worden doorgezet. Dit houdt in dat de samengestelde werkgroep ook bij de planuitwerking zal worden betrokken. In deze werkgroep zal, op basis van de in de nota ecologische hoofdstructuur genoemde kensoorten, per deelproject een inrichting- en een beheersplan worden opgesteld. Per deelproject ontstaat uiteindelijk een projectdocument dat inzicht verschaft in de volgende onderdelen.

 

-          Waterplan

-          Ruimte voor de natuur

-          Ecologische hoofdstructuur

-          Waterkansenkaart

 

 

Budgetverdeling

Voor de maatregelen uit de ecologische hoofdstructuur is in de zomernota 2000 een budget van f 900.000,-- (€408.400,--) beschikbaar gesteld. In het Oeverplan wordt voorgesteld dit budget als volgt volledig1 aan te wenden voor de planuitwerking en realisatie van de in het oeverplan genoemde deelprojecten. 

 

Projectleiding                            f   25.000,--          11.345,--

            Werkvoorbereiding                     f   90.000,--          40.840,--

            Uitvoering                                 f 785.000,--       € 356.215,--

            Totaal budget                         f 900.000,--       € 408.400,--

 

Hoewel er mogelijkheden worden gezien voor het verkrijgen van subsidie is hier in de nota nog geen rekening mee gehouden. Het onderzoek naar bruikbare subsidieregelingen is onderdeel van het in de nota voorgestelde plan van aanpak.

Het betreft hier overigens de verdeling van het investeringsbudget. De beheerkosten zullen per deelproject apart in beeld gebracht worden. Indien de beheerkosten van de natuurvriendelijke oever hoger uitvallen dan de huidige beheerkosten zal aanvullend onderhoudsbudget worden aangevraagd. Indien mogelijk wordt getracht de toekomstige beheerkosten per saldo tenminste niet te laten stijgen

 

Ad 1

Ter onderbouwing van dit voorstel is de volgende aanvullende toelichting wellicht noodzakelijk.

Het in de nota genoemde budget is in de begroting 2000 - 2003  gelabeld aan de realisatie van de ecologische hoofdstructuur.  Het creëren van goede ecologische verbindingen tussen buitengebied en stad en de realisatie van natuurvriendelijke oevers zijn de twee belangrijkste speerpunten uit de nota ecologische hoofdstructuur.  Doordat de in het oeverplan gedefinieerd deelprojecten onderdeel zijn van deze ecologische hoofdstructuur liggen daar goede kansen om beide doelstellingen in een keer te realiseren.  Deze integrale benadering zal bij de planuitwerking worden doorgezet door de gehele ecologische verbindingslijn, van trottoirband tot en met de oever, in de planvorming te betrekken.  Op deze wijze wordt bij de realisatie van de deelprojecten uit het oeverplan gelijktijdig gewerkt aan de realisatie van de doelstellingen uit de nota ecologische hoofdstructuur.

Tijdsplanning

Voor de uitwerking van de deelprojecten is de volgende globale tijdsplanning aangehouden. De min of meer op zichzelf staande projecten, die daardoor snel opgepakt kunnen worden, zijn in de planning gezet voor de eerste helft van 2002. De meer complexe projecten, waar nog nadere afstemming met andere partijen (hoogheemraadschap, TNO/TU) en projecten (waterkansenkaart) noodzakelijk is, staan voor de tweede helft 2002 tot begin 2003 gepland. Een en ander is ook sterk afhankelijk van seizoengebonden (beplantings)werkzaamheden.

 

Eerste helft 2002

Tweede helft 2002 / begin 2003

·          Park Buitenhof (in 2000 uitgev.)

·          Kon.Emmalaan (in voorbereiding)

·          Park Hof van Delft (in voorbereiding)

·          Esdoornlaan (1)

·          Oude IJsbaan (2 en 3)

·          Maria Duystlaan (4)

·          Prof. Telderslaan (7)

·          Waterpartij oostzijde Delftechpark (10)

·          Waterpartij zuiddzijde Delftechpark (11)

 

·          Korftlaan (relatie waterkansenkaart) (5A)

·          Bieslandsekade (relatie waterkansenkaart) (5B)

·          Tweemolentjeskade (relatie waterkansenkaart) (6A)

·          Aan ‘t Verlaat (relatie waterkansenkaart) (6B)

·          Prof. Evertslaan (8)

·          TNO-vijver (overleg met TU/TNU) (9)

·          Kerstanjewetering (relatie waterkansenkaart)

·          Tanthofkade (relatie waterkansenkaart)

·          Voordijkshoornsepad

·          Ecodus

 

 

Kentallen

In deze fase van de planvorming is het nog niet mogelijk om de uitvoeringskosten van de afzonderlijke deelproject te ramen. Tijdens de planuitwerking ontstaat immers pas voldoende duidelijkheid over het ontwerp en kan op basis daarvan een kostenraming worden gemaakt. Naar mate technische oplossingen, zoals doorgroeibare matten, beschoeiingen, e.d., in het ontwerp de overhand krijgen nemen de uitvoeringskosten evenredig toe. De gemiddelde inrichtingkosten van een natuurvriendelijke oevers lopen uiteen van f 50,-- (ca. € 23,00)  tot f 180,-- (ca. € 82,--) per m1. Met het werkbudget van f 785.000,-- zal waarschijnlijk 5 a 15 km natuurvriendelijke oever te realiseren zijn. De 12 deelprojecten omvatten een potentiële oeverlengte voor ca. 8 km natuurvriendelijke oever.

Op basis van deze uitgangspunten zijn globaal de volgende streefgetallen te definiëren.

 

Totale oeverlengte deelprojecten: ca.                              10.300 m1

Te realiseren lengte natuurvr. oever (a)                             6.200 m1 (ca. 60%)

Te realiseren lengte beperkt natuurvr. oever (b)                  2.000 m1 (ca. 20%)

Totaal                                                                            8.200 m1 (ca. 80%)

 

Extra te realiseren waterberging*                                   (a)        1.850 m3

                                                                       (b)           400 m3

                                                                                  totaal    2.200 m3

 

*(= waterverbreding x oeverlengte x gemiddeld toelaatbare peilstijging)