Op grond van het Besluit
Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten (BRRM) wordt jaarlijks in oktober het
rijkssubsidiebudget voor de restauratie van rijksmonumenten bekend gemaakt voor
het ‘zesde’ opvolgende jaar. Zo is in oktober 2000 het budget bekend gemaakt
voor 2006. De subsidiebudgetten voor de periode 2001 tot en met 2006 staan
daarmee vast. Alleen rijksmonumenten die voorkomen in het Gemeentelijk
Restauratie-Uitvoeringsprogramma (GRUP) kunnen voor subsidiëring in aanmerking
komen. De gemeenteraad moet daartoe het uitvoeringsprogramma vaststellen.
De in het GRUP opgenomen
verdeling van subsidiegelden kan het door het rijk toegekende budget niet
overschrijden. Aan het opnemen van een project in het GRUP kunnen géén rechten
worden ontleend. Dat kan alleen als de Rijksdienst voor de Monumentenzorg
daarvoor een subsidiebeschikking heeft afgegeven.
Eigenaren van
rijksmonumenten hoeven met de uitvoering van de restauratie echter niet te wachten tot het jaar waarop in
het GRUP een subsidiebedrag staat ingepland. Zodra de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg de subsidiabele kosten heeft vastgesteld, kan met de restauratie
worden begonnen. Op het moment dat het rijk daarvoor een subsidiebeschikking
heeft afgegeven, kan bovendien via het Nationaal Restauratiefonds een zeer
gunstige, laagrentende voorfinanciering worden verkregen. Dit alles
vooruitlopend op de daadwerkelijke uitkering van de subsidie, soms jaren later.
De restauratiebehoefte van de
in het GRUP opgenomen rijksmonumenten is groot. De subsidiebudgetten die het
rijk beschikbaar stelt, zijn helaas ontoereikend om al die restauraties te
subsidiëren. De monumenten waarvoor geen
subsidiebedragen worden ingepland, staan cursief
in het programma vermeld. Dat geldt ook voor de (geschatte) restauratiekosten
die daarbij horen. Zoals gezegd, kan alleen voor panden die voorkomen in het
GRUP subsidie worden gegeven. Door het opnemen in het GRUP van de
rijksmonumenten met een restauratiebehoefte kunnen mogelijke verschuivingen
binnen de budgetten makkelijker en vlotter worden doorgevoerd.
Bij het opstellen van dit
GRUP is geen rekening gehouden met andere bijdragen. In het
uitvoeringsprogramma komen daarom enkele rijksmonumenten voor, waarvoor gedeeltelijk uit de EZH-gelden een
bijdrage in de restauratiekosten wordt verstrekt. De EZH-bijdrage is echter aan
een maximum gebonden. Er resteert derhalve een gedeelte van de subsidiabele
restauratiekosten, waartegenover geen bijdrage in de kosten staat.
Van de nieuwe
(restauratie)behoefteraming van rijksmonumenten die op dit moment in uitvoering
is, zijn de gegevens nog niet beschikbaar en deze zijn dus niet verwerkt in het
voorliggende GRUP. Het daarin genoemde totaalbedrag van ¦ 13.741.728,- aan (geschatte) benodigde subsidie
inclusief restauratiehypotheek zal na afronding van de behoefteraming zeker
hoger uitkomen, ook als de rijksmonumenten met een EZH-bijdrage daarin niet
zouden zijn meegenomen. De indicatie dat Delft een veel grotere
restauratiebehoefte heeft dan er subsidiegelden beschikbaar zijn, blijkt
duidelijk uit het GRUP.
Het voorstel aan de
gemeenteraad om het GRUP 2001-2006 vast te stellen treft u hierbij aan.
Hester Postma,
vakteam Bouwtoezicht en
monumenten.
Bijlagen: voorstel
besluit
Gemeentelijke
Restauratie-Uitvoeringsprogramma 2001-2006