Nota

 

Datum

29-06-2001

Ons kenmerk

01/018542

Opsteller

Th. Eekhout

Bijlagen

2

Onderwerp

aanvullende notitie op nota over de legionellapreventie

 


Op verzoek van het college is gekeken naar mogelijkheden van een andere / beperkte uitvoering van de “tijdelijke regeling” omdat het college twijfels heeft over de effectiviteit van de maatregel en daarmee ook de maatschappelijke kosten te hoog vindt. Het college heeft ons verzocht contact op te nemen met andere gemeenten en de GGD-Delfland.

Ook is het college van mening dat er sprake is van prijsopdrijving omdat het Rijk alle eigenaren van een collectieve leidingwaterinstallatie in Nederland verplicht binnen één jaar een risicoanalyse uitgevoerd te hebben. De veronderstelde normbedragen van het Rijk vallen daardoor in de praktijk hoger uit, terwijl het Rijk niet voornemens is een financiële vergoeding te verstrekken. Het college wil hierover een brief aan het ministerie van VROM schrijven.

 

Wijziging uitvoering risicoanalyse

In de oorspronkelijke kostenraming is uitgegaan van het principe dat bijna elk object uitgebreid onderzocht moet worden omdat in elke object wel brandhaspels aanwezig zijn, naast andere risicobronnen als douches en dergelijke. In de brandslagen kunnen zich ook legionellabacteriën vormen die bij oneigenlijk gebruik van de brandslangen - indirect - voor besmetting kunnen zorgen. Door nu al te besluiten deze brandhaspels te verzegelen, om oneigenlijk gebruik te voorkomen, en een terugslagklep in te bouwen, waardoor eventueel besmet water niet alsnog in het leidingwater terecht komt, kunnen we voor een groter aantal gebouwen volstaan met een beperkte analyse en dus lagere kosten.

 

Kosten uitgebreide analyse per object ƒ 7.250,--

Kosten beperkte analyse per object ƒ 470,--

Kosten bevestiging zegel en terugslagklep ƒ 360,--

per brandhaspel (aantal onbekend)

 

De kans is daarbij echter wel aanwezig dat tot een uitgebreide analyse overgegaan moet worden als alsnog een, onverwachte, risicobron wordt aangetroffen op een adres waar een beperkte analyse was gepland.

 

Daar waar bekend is dat andere risicobronnen aanwezig zijn wordt al uitgegaan van een uitgebreid onderzoek, zoals voorgeschreven.

 

De totale gewijzigde kostenraming ziet er dan als volgt uit:

 

Type maatregel

prijs per stuk

totaal in gulden

Uitgebreide analyse (57 adressen)

7.250,--

ƒ 413.250,--

Beperkte analyse (100 adressen)

470,--

ƒ 47.000,--

Totaal

 

ƒ 460.250,--

 

(Waarvan 30 uitgebreide analyses en 13 beperkte analyses voor de schoolgebouwen)

 

Door deze gewijzigde plan van aanpak zakken de totale kosten van oorspronkelijk ƒ 650.000 naar ƒ 460.000. De bijgestelde zomernotaclaim ziet er dan als volgt uit:

 

Thema Leefbaarheid: Onderwijs (43 adressen)

 

In Euro

2001

2002

2003

2004

2005

Personeel

 

 

 

 

 

Materieel

101.500

5.000

5.000

5.000

5.000

Subtotaal

101.500

5.000

5.000

5.000

5.000

Dekking

 

 

 

 

 

Claim

101.500

5.000

5.000

5.000

5.000

 

Thema Duurzaamheid: Grond (114 adressen)

 

In Euro

2001

2002

2003

2004

2005

Personeel

 

 

 

 

 

Materieel

107.500

13.000

13.000

13.000

13.000

Subtotaal

107.500

13.000

13.000

13.000

13.000

Dekking

 

 

 

 

 

Claim

107.500

13.000

13.000

13.000

13.000

 

 

Naast bovengenoemde kosten is het denkbaar dat de inventarisatie leidt tot de noodzaak van het verrichten van spoedeisende aanpassingen, inclusief het verzegelen van de brandhaspels en het plaatsen van terugslagkleppen.. Voorgesteld wordt om deze aanpassingen uit de lopende exploitaties te financieren, al of niet aangevuld met middelen uit de al eerder genoemde “reserve verhuurde eigendommen”. Mocht uit de risicoanalyse blijken dat er meer spoedeisende maatregelen nodig zijn dan redelijkerwijs via de lopende exploitaties en uit de “reserve verhuurde eigendommen” gedekt kan worden, zal een aanvullende claim als tegenvaller op het bestaand beleid worden ingediend.

 

Reactie andere gemeenten

De vier grote gemeenten hebben een brief gestuurd naar de minister. De directeuren van de gezondheidsdiensten in de vier grote steden hebben een brief geschreven naar de ministeries van VROM en VWS. Een kopie van deze brieven treft u bijgaand (bijlage 1) aan. 

In grote lijnen wordt duidelijk dat de vier grote steden twijfels hebben aangaande de effektiviteit van de regeling , de kosten te hoog vinden en het Rijk ten onrechte géén financiële vergoeding verstrekt. Hetgeen op basis van het onlangs gesloten Bestuursakkoord Nieuwe Stijl ook tegen de afspraak is. De vier grote gemeenten gaan de regeling echter wel uitvoeren, ook al zijn ze zeer waarschijnlijk niet op tijd klaar.

 

Uit een belronde met een paar andere gemeenten in de regio en de VNG blijkt dat elke gemeente “naar eer en geweten” probeert de regeling uit te voeren. Ook daar wordt door ambtenaren geconstateerd dat de uitvoeringstermijn krap is, en wellicht dus niet gehaald zal worden, en de kosten hoger zijn dan door het ministerie van VROM werd verondersteld. Het is echter nog niet duidelijk of en hoe ook andere gemeenten gaan reageren naar het Rijk.

 

Reactie GGD-Delfland inzake de risico’s

De artsen infectieziektebestrijding van GGD-Delfland, geven in een telefonische reactie aan géén onderverdeling te kunnen en willen maken voor een eventuele gedeeltelijke uitvoering c.q. prioriteitenstelling in de uitvoering van de “tijdelijke regeling”. Zij wijzen erop dat de wet die ruimte niet biedt, hetgeen ook feitelijk juist is. De “tijdelijke regeling” gaat er vanuit dat voor 15 oktober a.s. alle panden overeenkomstig de regeling geanalyseerd zijn.

 

Brief naar de minister

GGD-Delfland verwijst naar een schriftelijk standpunt van GGD-Nederland aangaande de “tijdelijke regeling”. Dit standpunt wordt meegenomen in uw brief naar de minister, gecombineerd met de al bekende reacties van de vier grote steden en wellicht met informatie van de VNG over de laatste stand van zaken rondom de contacten met het ministerie en de ontvangen reacties van andere gemeenten. In de ontwerp-brief wordt daarnaast in ieder geval ingegaan op:

 

·       de effectiviteit van de “tijdelijke regeling”

·       de maatschappelijke kosten van de uitvoering van de “tijdelijke regeling”

·       het effect van prijsopdrijving (korte uitvoeringstijd versus beperkte uitvoerders)

·       het standpunt van de minister waarom zijns inziens géén vergoeding voor de uitvoering door het Rijk verstrekt hoeft te worden.

 

Conclusie

De regelgeving is ondubbelzinnig: voor 15 oktober 2001 moeten alle gebouwen overeenkomstig de regeling geanalyseerd zijn. Een beperkte uitvoering van de regeling is in strijd met de wet en levert aansprakelijkheidsisico’s op. Uw college wordt in verband hiermee geadviseerd om de regeling conform de wet uit te voeren.

 

Voorstel

Samenvattend wordt u voorgesteld om voor alle gemeentelijke eigendommen (onderwijs en niet onderwijsgebouwen):

 

1. akkoord te gaan met de uitvoering van de “tijdelijke regeling legionella in leidingwater”;

2. de autonome tegenvallers, genoemd in deze aanvullende notitie, in de zomernota op te nemen en daarmee de financiële dekking te regelen;

3. de geschatte kosten ad ƒ 250.000,-- (of 113.500 Euro) voor het vervaardigen en actualiseren van de (bouw)tekeningen te dekken uit de reserve “verhuurde eigendommen” en deze kosten, evenals de beheervergoeding van 5%, in de huurprijs door te berekenen;

4. akkoord te gaan met bijgaande ontwerp-brief aan de huurders (bijlage 2).

5. noodzakelijke spoedeisende aanpassingen zullen uit de lopende exploitaties worden gefinancierd, al dan niet aangevuld uit de reserve verhuurde eigendommen.

 

 

Aantekening bij beslispunt 3:

Voor de risicoanalyse is het nodig dat er gewerkt kan worden met schematische weergaven of tekeningen van de aanwezige tapinstallaties.

Deze tekeningen zijn nauwelijks of niet actueel voorhanden. Ze dienen derhalve gemaakt te worden, hetgeen extra kosten met zich brengt. Dit is niet een specifiek Delfts probleem. Ook de VNG meldt dit als algemeen probleem in haar circulaire over de legionellaproblematiek.