Verslag

 

Datum

4-02-2002

Ons Kenmerk

02/003489

Opsteller

Jeroen Huten

Bijlagen

0       

Onderwerp

EZH-bestedingsvoorstellen verkeer en vervoer

 

 

 

 

 


In het kader van de EZH-campagne zijn voorstellen ingediend voor de besteding van de EZH-gelden. Over deze voorstellen heeft, na stemming door de bevolking, de gemeenteraad een besluit genomen over de daadwerkelijke honorering van de voorstellen. Per deelproject dient een bestedingsvoorstel te worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Alvorens dit bestedingsvoorstel aan de raad voor te leggen is toegezegd dat dit met de indieners van de voorstellen wordt besproken. Voor deze bijeenkomst zijn de indieners van voorstellen op het gebied van verkeer en vervoer uitgenodigd om te reageren op de aan hen toegestuurde bestedingsvoorstellen:

1.       investeren in fietsvoorzieningen (toegekend € 3,18 miljoen/ƒ7 miljoen)

2.       verbetering van het openbaar vervoer, m.n. lijn 61 (toegekend € 1,70 miljoen/f 3,75 miljoen)

3.       beperken autoverkeer (toegekend € 0,28 miljoen/f 0,625 miljoen).

 

T.a.v. de punten 2 en 3 zijn geen indieners aanwezig. T.a.v. punt 2 maakt de betreffende indienster geen gebruik van de uitnodiging voor deze bijeenkomst (telefonisch nagevraagd). Van de indieners van voorstellen van punt 3 is van de heer Verhoeven (auto-delen) een instemmende reactie ontvangen met het voorstel initiatieven op dit gebied actief te stimuleren (verkenning markt, financiële prikkels).

 

De heer Ruijs licht zijn voorstel toe en benadrukt de inzet van Delft ten aanzien van de bovenlokale routes. In een toelichting van de zijde van de wethouder wordt aangegeven dat de EZH-gelden worden ingezet op Delfts grondgebied en dat de gewenste verbeteringen vooral op grondgebied van andere gemeenten moeten plaatsvinden. Momenteel vindt een afstemming plaats tussen de regionale en provinciale plannen voor fietsvoorzieningen inclusief de financiering daarvan. In dat verband worden gemeenten zeer binnenkort aangesproken op hun verantwoordelijkheid voor bovenlokale fietsvoorzieningen. In dit verband zegt de wethouder toe ook omliggende gemeenten aan te spreken op hun verantwoordelijkheid.

 

Ten aanzien van het extra geld voor de onderhoud van fietsvoorzieningen  merkt de heer Ruijs op dat EZH-geld incidenteel beschikbaar is maar dat  structureel meer geld voor onderhoud beschikbaar moet zijn. Door de wethouder wordt hierop geantwoord dat dit onderkend wordt en er momenteel in de gemeentelijke organisatie een afstemming plaatsvindt van de budgetten die voor onderhoud worden ingezet.

 

De heer Muller heeft het voorstel ingediend voor een fietstunnel tussen Tanthof en Schie-Oevers. Hij is teleurgesteld dat dit voorstel niet als zodanig is gehonoreerd in het bestedingsvoorstel. Er was immers grote steun voor dit voorstel. De wethouder deelt de teleurstelling voor het niet kunnen honoreren van dit voorstel. Door de fors hogere kosten is het voorstel binnen de beschikbare EZH-gelden niet haalbaar. In de eerdere raming zijn de kosten waarschijnlijk onderschat, mogelijk als gevolg van de 4-sporigheid. Daar merkt de wethouder bij op dat er in dit geval ook voor gekozen is om één zekere maatregel op te nemen (kruising Nassaulaan/ Delfgauwseweg) tegenover twee maatregelen gedeeltelijk (tunnel en kruising).

In het bestedingsvoorstel is voor de reconstructie van de kruising uitgegaan van de meerkosten ten opzichte van de onderhoudswerkzaamheden. Nog geen rekening is gehouden met de mogelijkheid dat hiervoor een subsidie van Haaglanden kan worden verkregen (50%, fietsvoorzieningen). De wethouder zegt toe dat vrijkomende middelen voor de kruising ten gevolge van een subsidie worden toegevoegd aan de reservering voor de fietstunnel.

Inmiddels wordt gewerkt aan de tunnel in het Midden-Delfland gebied, ca. 800 meter ten zuiden van de bedoelde tunnel. Deze tunnel krijgt een recreatieve functie waar de voorgestelde tunnel zowel recreatieve als dagelijkse ritten bedient. In dit licht wordt ook door de wethouder erkend dat het besluit tot aanleg van de tunnel in Midden Delfland heroverwogen zou moeten worden. De wethouder zegt toe op zeer korte termijn initiatief te nemen richting Midden Delfland om, zo mogelijk, de aanleg van de tunnel dan wel de locatie ervan nog ter discussie te kunnen stellen.

Voor de oost-west verbinding wordt door de wethouder nog vermeld dat er in het kader van de plannen voor Station Zuid gekeken wordt naar een fietsverbinding ‘onderlangs’, d.w.z. niet via de Kruithuisweg. Deze maken de oost-west route niet korter maar wel aantrekkelijker dan de huidige route.