FUNCTIELIMITERING IN HET
NIEUWE BESTEMMINGSPLAN
VOOR DE BINNENSTAD.
In 2000 is een begin gemaakt
met het opstellen van een nieuw bestemmingsplan voor de binnenstad. Het
voorontwerp heeft eind 2001 in het kader van de inspraakprocedure ter inzage
gelegen. Aan dat voorontwerp ontbrak nog de uitwerking van het
FunctieLimiteringsSysteem (FLS). Daaronder wordt verstaan een methode van het
toekennen van gebruiks- en verandermogelijkheden van panden met behulp waarvan
de gemeente hoopt te bereiken dat de verdeling van de hoofdfuncties
overeenstemt met hetgeen daarover beleidsmatig is vastgelegd, zonder de normale
bewegelijkheid van gebruiksveranderingen nodeloos te belemmeren.
Het voor ogen staande systeem
is in de toelichting bij het voorontwerp bestemmingsplan weliswaar
verduidelijkt; het FLS zelf moest nog gedetailleerd uitgewerkt worden.
Deze notitie dient ervoor de aan het FLS ten grondslag
liggende gedachten naar voren te halen, de ruimtelijke principes aan te geven
en de voornaamste aspecten van de werking uit te leggen.
Er zijn drie vragen:
Waarom grenzen stellen aan veranderingen in de
binnenstad? Wat zijn de uitgangspunten
? Hoe werkt het systeem ? |
De binnenstad is levendig en
bewegelijk. De aantrekkelijkheid van die binnenstad wordt sterk bepaald door de
afwisseling van functies: er zijn winkels, dienstverlenende bedrijven,
kantoren, voorzieningen, woningen en nog veel meer.
In het nieuwe bestemmingsplan
dat in voorbereiding is wordt die afwisseling van gebruiksvormen
(functiediversiteit) erkend en gerespecteerd. Toekomstige veranderingen daarin
kunnen gewoon doorgang vinden zoals dat in het verleden ook het geval is
geweest. Maar: de ene functie mag de andere niet wegdrukken. Een paar
voorbeelden:
Daarom is in het ontwerp
bestemmingsplan voor de binnenstad een
methode opgenomen om te waarborgen dat:
-
de bewegelijkheid in de
functies bewaard blijft
-
verkregen rechten worden
gerespecteerd
-
zichtbaar is welke
planologische ruimte er is voor een of meer functies;
-
er duidelijke limieten
gesteld worden voor de functies die daarvoor in aanmerking komen;
-
mutaties op eenvoudige
wijze verwerkt kunnen worden;
Dit is uitgewerkt in het zgn.
FunctieLimiteringsSysteem (FLS)
2.
De
uitgangspunten.
Om een goed inzicht te krijgen in de werking van het FLS is het nodig eerst de
uitgangspunten aan te geven. De binnenstad heeft een ruimtelijke structuur
en een functionele structuur die samenhangt met het ruimtelijke beeld.
Bijgaand een kaartje waarop een en ander wordt aangegeven. Hiervoor geldt de
volgende toelichting.
De kern bestaat uit
het winkelgebied dat een langgerekte vorm heeft en van de Klis tot Zuidpoort
loopt in de richting noordwest – zuidoost met een monumentale pleinruimte: de
Markt.
Daaromheen een eerste
schil bestaande uit:
-
Hoofdgrachten die noord
–zuid gericht zijn en bestaan uit
grotere panden, voor vele doeleinden geschikt.
-
De westrand,
bestaande uit kantoorpanden en woningen.
-
Aanloopstraten naar het winkelgebied.
Een tweede schil die
vooral in het noorden en het oosten en het zuidoosten van de binnenstad
aanwezig is bestaat uit:
-
woongebieden: Nieuwe Plantage, Paardenmarkt en Oostplantsoen.
-
het zuidoostelijk
deel van de binnenstad
-
een kleiner,
vergelijkbaar gebied: Zuiderstraat, Oosteinde, Harmenkokslaan.
Op het kaartje zijn deze
deelgebieden die samen de hele binnenstad bestrijken globaal aangegeven. Het
Zuidpoortgebied is niet meegenomen. De kern en beide schillen liggen feitelijk
gezien ook over de Zuidpoort.
II.
Uitgangspunten voor de functionele structuur:
Per
grachten- of straat wand zijn standaardpercentages worden bepaald voor de
verschillende functies zodat de functiediversiteit optimaal tot haar recht
komt. Deze worden hieronder in B. tot en met E genoemd. Daarnaast is de
bestaande toestand bepalend geweest voor de toekenning van percentages:
-
waar
het percentage dat de bestaande toestaand aangeeft veel lager is dan de norm
zijn de groeimogelijkheden beperkt gehouden
-
als
het percentage bestaand de norm nadert, is in het algemeen een groei tot de
norm toegestaan
-
wanneer
de bestaande toestand al hoger is dan de norm is geen groei mogelijk.
Op het kaartje zijn de
grachten- en straatwanden die onder het FLS vallen met kleuren aangeduid.
-
Maatschappelijke
functies zijn overal in beperkte mate in de gemengde en in de winkelgebieden
gebieden mogelijk na afweging van het omgevingsbelang.
-
Ambacht en verzorgende
kleine bedrijven zijn in beperkte mate in de gemengde gebieden mogelijk.
-
Overal is wonen
mogelijk, behalve op de begane grond in het kernwinkelgebied met het
aaneengesloten winkelfront.
-
De horeca wordt
gereguleerd conform de nota Horeca Binnestad.
Verder geldt per deelgebied
het volgende:
-
100 % winkels met een
aaneengesloten winkelfront waar dat in het bestemmingsplan Komplan 1976 ook zo
bepaald was.
-
Maximaal 15%
dienstverlening
-
Maximaal 20%
winkelondersteunende horeca.
-
Toevoeging van winkels
op het oostelijk stuk van de Burgwal en de Oude Langedijk als onderdeel van de
looproute van Zuidpoort naar De Klis.
- 100% winkels
- Maximaal 15% dienstverlening
-
Horeca tot 50% van het
aantal panden toegestaan: winkelondersteunende horeca en horeca die betrekking
heeft op uitgaan.
-
Geen verplicht gesloten
winkelfront
Horecanota
Binnenstad vertalen:
-
Beestenmarkt: geheel
horeca, uitgezonderd de westelijke wand die een winkelfunctie behoudt;
-
Markt: Toevoeging horeca
mogelijk mits evenwicht met de winkelfunctie behouden blijft
-
Kromstraat en
Doelenplein: geen horeca toevoegen
-
Oude Kerk en Omgeving:
bescheiden toevoeging.
► accent
op woon- en kantoorfunctie:: bescheiden toeneming van kantoren met behoud
van de woonfunctie: maximaal 20% van de panden mag mede als kantoor worden
gebruikt. Waar reeds een hoger percentage kantoren aanwezig is een kleinere
groei met als bovengrens 40%. Grondoppervlakte per kantoor maximaal 500 m².
► accent op winkelfunctie:
winkels tot 100% mogelijk
Dienstverlening:
maximaal 25%; Aaneengesloten winkelfront niet verplicht
Toevoeging
winkels door omzetting van woningen naar winkels gewenst; winkelondersteunende
horeca: maximaal 20%, maar afhankelijk van het aantal winkels per FLS-strook
► accent op woonfunctie:
toevoeging niet-woonfuncties (zoals ambacht en verzorgende
bedrijven) in
geringe mate mogelijk. (b.v. 10%)
-
Geen toevoeging van
winkels, horeca en kantoren.
-
Bestaande
niet-woonfunctie mogen gevestigd blijven
-
Praktijk aan huis e.d
toegestaan mits woonfunctie per pand behouden blijft.
III.
Functionele opbouw passend in de ruimtelijke structuur:
► Kernwinkelgebied: In de Veste, In de Stede en De Klis
► Winkel- en uitgaansgebied: de
Markt en de Voldersgracht, westzijde
► Uitgaansgebieden:
Beestenmarkt, Markt, Voldersgracht (westzijde) Oude Kerk en
omgeving, Kromstraat en Doelenplein
► Gemengde gebieden:
accent
op wonen en kantoren: Westvest, Phoenixtraat en gedeelte van de Oude Delft
accent
op winkelfunctie: Binnenwatersloot, Peperstraat, Nieuwstraat en
Nieuwe
Langedijk Vrouwenregt, Vrouw Juttenland, oostzijde
accent
op woonfunctie: Verwersdijk, Voorstraat, , Achterom, Lange Geer, Kolk,
Molenstraat,
Oosteinde e.d.
► Woongebieden:
Geerweggebied, Nieuwe Plantage, Paardenkmarkt, Van der
Mastenstraat,
Doelenstraat, Rietveld, Vlamingstraat, Oostplantsoen, Oranjeplantage, Zuiderstraat e.d.
3.
Werking
van het FLS.
A.
Definities.
Functielimitering
is niet mogelijk als niet vaststaat
welke functies onderscheiden kunnen worden en waar de scheidslijnen
liggen tussen functies die elkaar kunnen overlappen. Voorbeeld: detailhandel
wordt vaak gecombineerd met horeca en dienstverlening en omgekeerd.
Het FLS onderscheidt de volgende basisfuncties:
1.
wonen
2.
detailhandel: verkoop
van goederen
3.
dienstverlening:
adviezen en andere diensten
4.
horeca:
winkelondersteunend, cafés, restaurants, uitgaansgelegenheden, horeca in
warenhuizen en musea; sociëteiten en buurthuizen
5.
hotels
6.
ambacht en kleine
industriële activiteiten passend in de binnenstad
B.
Nadere
gebiedsbepaling en verdere uitwerking
FLS stroken |
In hoofdstuk 2. is aangeven hoe de functionele hoofdsstructuur eruit ziet. Om
het FLS hanteerbaar te maken is een nadere verdeling van de deelgebieden
noodzakelijk. Uitgegaan wordt van grachten- en straatwanden die functionele en
stedenbouwkundige samenhang vertonen. Het zijn gedeelten met een lengte die
varieert van ca. 100 tot 300 meter lengte. Dit worden de FLS-stroken genoemd.
Soms één gracht- of straatwand per strook; soms ook de overzijde van een straat
als de samenhang daartoe aanleiding geeft.
Op
deze wijze zijn ca. 100 FLS-stroken aangegeven. Deze staan op de plankaart die
deel uitmaakt van het bestemmingsplan. Tevens zijn die stroken benoemd op
lijsten.
FLSlijsten. |
Het
hele FLS-gebied is vanaf de straatzijde eind 2001 geïnventariseerd. Het betreft
de zgn. 0-meting. Van iedere strook is de inventarisatie vertaald in
percentages per functie voorzover die gelimiteerd moet worden. Per functie is
aangegeven wat het bestaande percentage is en tevens welk percentage maximaal
toelaatbaar is per FLS-strook. Meestal is laatstgenoemd percentage hoger dan
het percentage dat de uitkomst geeft van de inventarisatie. Als het
eindpercentage lager is dan het geïnventariseerde percentage betekent dat:
a.
Deze functie sterker is
gegroeid dan wenselijk is.
b. Verder toeneming van die functie niet mogelijk zal
zijn
c.
Gestreefd wordt naar
vermindering van de desbetreffende functie.
De
FLS-lijsten maken deel uit van de planvoorschriften.
Stratenregister FLS. |
De
inventarisaties zijn, zoals gezegd per FLS-strook geregistreerd. Ieder adres
met een FLS-functie is in een stratenregister aangetekend. Deze registers
worden bijgewerkt. Het meest voorkomende geval is een wijziging na een
verleende vrijstelling. Aldus ontstaat een dynamisch register. Binnen de
limieten kan het gebruik van panden dus fluctueren. Het FLS-stratenregister
maakt deel uit van planvoorschriften.
Bestemming
van de FLS panden |
Op
de plankaart komen drie hoofdbestemmingen voor:
1.
Detailhandelsdoeleinden,
kernwinkelgebied
2.
Gemengde doeleinden
3.
Woondoeleinden
Per
bestemming zijn de gebruiksvormen beschreven. Iedere FLS-strook heeft op een
gracht- of straatgedeelte betrekking met een bestemming.
De
woonbestemming (hoofdzakelijk het noordelijk en oostelijk deel van de
binnenstad) is niet in het FLS opgenomen.
Individuele panden binnen de bestemming
Detailhandelsdoeleinden
Kernwinkelgebied[1]
zijn bestemd voor:
1.
Detailhandel in goederen
2.
Dienstverlening
voorzover deze in het desbetreffende pand wordt uitgeoefend als hoofdfunctie
3.
Horeca voorzover
horecagebruik in het desbetreffende pand wordt uitgeoefend als hoofdfunctie.
4.
Wonen op de verdiepingen
Individuele panden
binnen de bestemming Gemengde doeleinden1
zijn bestemd voor:
1. Wonen op
alle verdiepingen
2.
Detailhandel,
dienstverlening, horeca, bedrijven, maatschappelijke doeleinden voorzover deze
functies in het desbetreffende pand worden uitgeoefend als hoofdfunctie.
Zoals reeds is
aangegeven is ieder individueel pand geregistreerd in het FLS-stratenregister
per FLS-strook.
De bestemming
Gemengde Doeleinden betreft het gehele gebied met deze bestemming, niet zozeer
de individuele panden. In de voorschriften is dit onderscheid nader uitgewerkt.
De juridische
bestemming sluit nauw aan bij het geregistreerde gebruik. Het FLS werkt met een
vrijstellingenstelsel (art. 15 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening). Gebruik
voor andere doeleinden dan het huidige verloopt via een door burgmeester en
wethouders te verlenen vrijstelling. Deze moet aangevraagd worden. De meest
functieveranderingen verlopen via een verbouwing waarvoor een bouwaanvraag
wordt ingediend. Aanvragers kunnen erop rekenen dat zij vrijstelling zullen
krijgen als het percentage in de desbetreffende FLS-strook daarvoor de ruimte
biedt. Als een FLS-strook in de loop der jaren volgelopen is, wordt het
vrijstellingsverzoek geweigerd. Datzelfde is het geval wanneer een strook nu al
vol is en het percentage dat de geïnventariseerde situatie aangeeft hoger is
dan de norm.
De percentages zijn
enerzijds tot stand gekomen op basis van de inventarisaties, anderzijds op
grond van de uitgangspunten zoals onder II.2. beschreven. Bijstelling daarvan
kan plaats vinden door toepassing van een wijzigingsbevoegdheid die in dit
geval aan de raad wordt toegekend.
Voor de verdere
verklaring van het systeem wordt verwezen naar hoofdstuk VIII (Functies en
gebruik) van de toelichting bij het bestemmingsplan Binnenstad. De onderhavige
notitie wordt opgenomen in hoofdstuk VI (Belangrijke aspecten van het
bestemmingsplan).
Abel de Jong
6 februari 2002.
[1] In de voorschriften bij het voorontwerp bestemmingsplan d.d. 31 oktober 2001 was de bestemmingsomschrijving nog niet aan de FLS methodiek aangepast.