Raamnotitie Verbeteragenda Parkeerbedrijf

 

 

1. Inleiding

Het parkeerbedrijf van de gemeente Delft is sinds de kanteling van de gemeentelijke organisatie nog niet volledig op orde gekomen. Om een transparant en goed georganiseerd parkeerbedrijf neer te kunnen zetten dat het mobiliteitsbeleid van de gemeente dient is een Regiegroep Parkeren[1] ingesteld. Deze heeft een verbeteragenda opgesteld die eind 2002 op hoofdlijnen moet zijn gerealiseerd en hierna kort wordt toegelicht.

 

 

2. Wat is er nodig voor een goed parkeerbedrijf

De verbeteragenda van de regiegroep parkeren ziet er als volgt uit.

  1. Maken van een integrale Nota Parkeren waarin al het beleid inzake parkeren helder en samenhangend is gebundeld  en waar nodig aangevuld
  2. Beschrijven van de Keten Parkeren in de gemeentelijke clusterorganisatie en zorgdragen voor een stevige verankering ervan in de organisatie;
  3. Beschrijven van goede voorwaarden voor de uitvoering, handhaving en evaluatie van het beleid; tenminste:

 

De agenda van de regiegroep heet niet voor niets verbeteragenda. Het parkeerbedrijf bestaat immers al geruime tijd en op verschillende plaatsen in de organisatie wordt gewerkt aan verbeteracties die passen in de agenda van de regiegroep. Eerste prioriteit heeft daarom het aanbrengen van samenhang tussen de verschillende acties. 

 

 

3. Toelichting op de agenda

 

A. Het parkeerbeleid

Het parkeerbeleid van de gemeente Delft is te vinden in verschillende notities en documenten (waaronder de parkeerverordening en de nota ‘Een Bereikbare Binnenstad’ uit 2000) Wat nog ontbreekt, is een integrale Nota Parkeren waarin wordt aangegeven hoe de gemeente het parkeerbeleid als instrument voor het mobiliteitsbeleid wil inzetten; welke doelen zij zich daartoe stelt en welke middelen zij daarvoor wil inzetten. De nota is ook een belangrijk instrument om te toetsen welke maatregelen uit het parkeerfonds kunnen worden gefinancierd en welke ten laste van de algemene middelen moeten worden gebracht.

 

Als de nota er is kan het uitvoeringsbeleid daarop worden afgestemd. Op dit moment ontbreekt een toetsingskader voor beoordelen van wensen van bewoners en ondernemers bij het vaststellen van het uitvoeringsbeleid. De parkeerregimes van de verschillende wijken lopen sterk uiteen.

 

Het vakteam mobiliteit van WSZ is bezig met een verbetertraject dat zijn vruchten nog moet afwerpen. Er moeten daarom prioriteiten worden gesteld. Voorrang krijgt de voortgang van de uitvoering van het beleid inzake schilparkeren. Eind 2002 wordt gestart met het voorbereiden van een integrale Nota Parkeren waarin tevens de evaluatie van het huidige beleid wordt meegenomen.

 

B. De Keten Parkeren in de gemeentelijke clusterorganisatie

Het “parkeerbedrijf” is een virtuele organisatie. De facto worden alle parkeergerelateerde taken, door medewerkers van verschillende vakteams, verspreid over alle clusters uitgevoerd. In bijlage 1 is een schema op hoofdlijnen van alle deeltaken opgenomen.

Om het bedrijf goed te kunnen beheren en beheersen is het nodig dat alle deelprocessen, verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden duidelijk en geaccepteerd zijn. Dat proces is al in gang gezet. Er zal nog tot het eind van het jaar aan moeten worden gewerkt

 

 

C. Voorwaarden voor de uitvoering en handhaving van het beleid

Er moeten heldere procedures voor begroting, goedkeuring en verantwoording van uitgaven per fase van de invoering van nieuw beleid worden vastgesteld.

 

Elke structurele of incidentele parkeergerelateerde uitgave zal vooraf zo exact mogelijk worden bepaald en van een dekkingsvoorstel voorzien. Vooraf wordt fiat gevraagd volgens de geldende regels. Voor Publiekszaken is in kaart gebracht welke de in 2002 benodigde personele en materiele middelen zijn. Voor de overige clusters wordt dit op korte termijn inzichtelijk gemaakt.

 

Er is een nieuw beleidsondersteunend rekenmodel voor het parkeerfonds nodig. Effecten van beleidswijzigingen, waaronder tariefstellingen, aantallen parkeerplaatsen en het gebruik ervan moeten zichtbaar kunnen worden gemaakt; wijzigingen daarin kunnen aanzienlijke  financiële consequenties hebben in zowel positieve als negatieve zin. Het programma van eisen voor het nieuwe rekenmodel is gereed. Het model zelf zal in november 2002 operationeel zijn. Tot die tijd kan het effect van uitgaven ten laste van de reserve parkeervoorziening alleen worden berekend met het huidige, verouderde, model.

 

Het ‘parkeerdossier’ is een gecompliceerd dossier. Er is veel nieuw beleid gemaakt waarvan de evaluatie nog moet plaatsvinden er is nog onvoldoende duidelijkheid over de financiering en de uitvoeringsorganisatie schiet nog tekort. Bij WijkStadsZaken en Publiekszaken dient de formatie met spoed op sterkte te worden gebracht. 

 

In het kader van het pollerproject zijn er twee grote nieuwe softwaresystemen ontwikkeld. Eén voor de bediening van de pollers (TPA). Eén voor het uitgeven van ontheffingen, vergunningen, kras-, bezoekers- en dagkaarten (DPA). Door de hoge tijdsdruk binnen het project en het ontbreken van ondersteuningscapaciteit van ICT Delft  (ivm de invoering van de euro) is een aantal ad hoc oplossingen geconstrueerd om in ieder geval de ontheffingen op tijd uit te kunnen geven en de pollers op 14 januari omhoog te laten gaan. Door de gemaakte keuzes zijn echter ook onwenselijke situaties en achterstanden ontstaan. Zo heeft de ontwikkeling van het vergunningendeel van DPA achterstand opgelopen en kunnen de systemen nog niet met elkaar communiceren. Eerste prioriteit heeft nu het volledig opleveren van beide systemen en het in het Delftnet hangen van het tot nu toe ‘stand alone’ functionerende DPA zodat ook de publieksbalie er mee kan werken . Daarna kan worden begonnen met het inrichten van een samenhangend, gebruiks- en klantvriendelijk systeem dat in staat is om de voor de evaluatie van het beleid zo belangrijke managementinformatie over verkeersbewegingen, pasgebruik en incidentele toegang te genereren. Naar verwachting is e.e.a. begin september operationeel.

De invoering van gereguleerd parkeren in een nieuw gebied vergt een zorgvuldige voorbereiding. Daartoe behoort een juridisch sluitend raadsvoorstel waarin een solide begroting en bijbehorend dekkingsvoorstel is opgenomen maar ook een intensive technische en administratieve voorbereiding en een goede voorlichting aan de burger. Er is een afzonderlijke planning gemaakt waarmee dit ingewikkelde proces goed beheerst kan worden.
 

 

Bijlage: Parkeerketen

 

Vaststellen          Beleidsinstructies                  Operationalisering richtlijnen                          Implementatie traject                                        Beheer

Beleidsdoelen              

 

Tekstvak: BeleidsnotaTekstvak: Parkeer verordeningTekstvak: Belasting verordeningTekstvak: Financieel kaderTekstvak: Borden/Apparaten planTekstvak: VerkeersbesluitenTekstvak: Plan van eisen + marktverkenning Apparaten / Waarde documenten Tekstvak: Plan van aanpak: Communicatie, Uitgifte documenten, Infrastructuur en Handhaving Tekstvak: Detail begrotingTekstvak: Apparatuur / Waarde documenten Bestellen Tekstvak: Communicatie ExternTekstvak: Communicatie InternTekstvak: Documenten uitgiftenTekstvak: Infrastructuur aanpassenTekstvak: Handhavingapparaat op orde brengen Tekstvak: Waarschuwing fase 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


[1] De regiegroep bestaat uit Chris Kruizinga (voorzitter) directeur cluster Publiekszaken;  Fenny de Graaf, directeur cluster WijkStadszaken; Ronald de Groot, hoof vakteam Mobiliteit a.i.; Ton Cornax, hoofd vakteam TOR; Michel Schoemaker, controller Publiekszaken  en Elisabeth Friederichs, extern adviseur TOR.