Stuk
176 I Delft,
3 december 2002.
02/033869
Onderwerp: Aanpassing Subsidieverordening
Stadsvernieuwing
Hoofdstuk 3: Beschermde
rijksmonumenten en
beschermde gemeentelijke
monumenten
Aan
de gemeenteraad.
Geachte
dames en heren,
Vanaf
1 september 2002 kunnen belastingplichtige eigenaren van rijksmonumenten
gebruik maken van een nieuwe financieringsfaciliteit, te weten de
restauratiefondshypotheek met een zeer lage rente (1%). Dat betekent dat deze
categorie eigenaren geen gebruik meer hoeft te maken van de gemeentelijke
subsidieregeling uit het stadsvernieuwingsfonds. Daarom wordt hoofdstuk 3
(beschermde monumenten) van de Subsidieverordening Stadsvernieuwing aangepast.
Na
1998 is de subsidieregeling voor monumentenrestauraties meermaals gewijzigd.
Daarmee inspelend op praktijkervaringen en ontwikkelingen in de monumentenzorg.
Vanwege vroegtijdige budgetuitputting in de jaren vóór 1999, is de verordening
per 1 januari 1999 aangescherpt. Met als gevolg dat in de jaren daarna sprake
was van onderuitputting van het jaarbudget. Geleidelijk is daarom de
verordening weer wat verruimd om de beschikbare subsidiegelden zo effectief
mogelijk te besteden.
Mede
vanwege de verruiming ten gunste van eigenaren van rijksmonumenten is in 2002
het budget overschreden met ca. € 95.000. Dit ondanks de afkondiging van een
subsidiestop op 20 september 2002.
Inventarisatie
(begin september) van restauratieplannen waarover medewerkers van monumentenzorg
in gesprek waren en waarvoor in principe subsidiemogelijkheid was toegezegd, toonde
aan dat het budget 2002 daarmee overschreden zou worden. Het ging daarbij om
zowel gemeentelijke als om rijksmonumenten. Subsidieaanvragen betrekking
hebbend op gemeentelijke monumenten kunnen vanaf 1 januari 2003 weer worden
ingediend. Echter, subsidieaanvragen van belastingplichtige eigenaren van
rijksmonumenten niet meer.
In
overleg met de budgethouder (vakteam Projecten – MRSV) is besloten om daarom de
restauratieplannen van monumenteigenaren waarvoor subsidieverwachtingen zijn
gewekt, toch in behandeling te nemen en de budgetoverschrijding die daardoor
ontstaat in mindering te brengen op het budget voor monumentensubsidies 2003.
Een zorgvuldiger subsidieregistratie en striktere naleving van de
subsidieverordening moeten een herhaling van budgetoverschrijding voorkomen.
Zoals
gezegd, kunnen belastingplichtige eigenaren van rijksmonumenten vanaf 1 januari
2003 gebruik maken van de nieuwe financieringsfaciliteit van het rijk, de
restauratiefondshypotheek. Voor restauratie van goten (subsidie 30% van
subsidiabele kosten met maximum subsidiebedrag van € 5.000,-), stoepen
(subsidie 60% van subsidiabele kosten met maximum van € 10.000,-) en bijzondere
monumentale onderdelen zoals consoles, plafonds, enz., zo stellen wij u voor,
kunnen deze eigenaren wel gebruik maken van de gemeentelijke subsidieregeling.
Voor
de eigenaren van rijksmonumenten die niet in aanmerking komen voor de
restauratiefondshypotheek, zoals bijvoorbeeld stichtingen en verenigingen of
wanneer er volgens de belastingdienst sprake is van fiscale bronwijziging,
stellen wij andere financieringsmogelijkheden voor. Voor kleinschalige
restauraties tot € 30.000,- deze categorie eigenaren gebruik laten maken van de
gemeentelijke subsidieregeling.
Voor
grootschalige restauraties zijn er twee mogelijkheden. Tot 2010 beschikt de
gemeente over rijkssubsidiebudget. Afhankelijk van de gewenste
prioriteitstelling kunnen noodzakelijke restauraties ingepland worden in het
Gemeentelijk Restauratie-Uitvoerings Programma (GRUP), waardoor subsidie
mogelijk is. Een tweede mogelijkheid kan zijn de gebruikmaking van het SVN-fonds
(zie hieronder). Een aantrekkelijke optie voor met name woningcorporaties e.d.
De
gemeente Delft heeft in 2000 € 6,35 miljoen gestort in het Stimuleringsfonds
Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVN). In principe heeft ABN Amro dat
bedrag verdubbeld. SVN verstrekt (laagrentende) leningen op aanwijzing van
gemeenten aan ‘derden’ (bijvoorbeeld corporaties). De gemeente kan deze
middelen inzetten voor de financiering van lopende of geplande investeringsprojecten.
In 2001 heeft het college zes projecten aangewezen die in aanmerking komen voor
de laagrentende lening. Aangezien SVN een revolving fund is, komen er
wellicht vanaf 2003 nieuwe mogelijkheden voor laagrentende leningen voor
restauraties van monumenten door bijvoorbeeld woningcorporaties. Wij stellen
voor dit te onderzoeken en u daarover nadere voorstellen te doen.
Met
de aanpassing van de verordening voor eigenaren van rijksmonumenten, worden tegelijk
wat kleine “reparaties” uitgevoerd. Zoals het maximum te verkrijgen
subsidiebedrag per monument in een periode van 15 jaar inclusief de
eventuele restauratie van een stoep, goot of bijzonder monumentaal onderdeel
(voor gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden € 91.000,- en voor
rijksmonumenten € 69.000,-). De eis dat de restauratie moet aanvangen binnen 3
maanden na subsidietoekenning wordt gewijzigd in een reëlere termijn van 6 maanden.
Bij
de voorwaarde dat de restauratie moet voldoen aan duurzaamheideisen wordt toegevoegd
welke houtsoort acceptabel is en wanneer pvc-gebruik is toegestaan.
Onder
voorbehoud van gunstig advies van de commissie Duurzaamheid stellen wij u voor:
1.
in te stemmen met de nota en aanpassingen van Hoofdstuk 3 van de
Subsidieverordening Stadsvernieuwing;
2.
daartoe de in concept bijgevoegde wijzigingsverordening vast te stellen.
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,
H.M.C.M.
van Oorschot ,burgemeester.
N.
Roos ,secretaris.
Stuk
176 II
02/033869
De
raad van de gemeente Delft,
Gelezen
het voorstel van het college van 3 december 2002;
b e s l u i t
I.
Artikel
3.2 van de (subsidie-)verordening Stadsvernieuwing als volgt te wijzigen:
1.
in te trekken het zesde lid;
2.
op te nemen een nieuw zesde lid, dat als volgt luidt:
De subsidie ineens zoals bedoeld in het derde en
vierde lid van dit artikel, geldt alleen voor restauraties tot € 30.000,- en bedraagt
maximaal 30% van de kosten van voorzieningen, doch ten hoogste 30% van €
30.000,-.
3.
in te voegen een nieuw achtste lid, dat als volgt luidt:
De in het derde en vierde lid genoemde subsidies
worden slechts verleend als de eigenaar volgens opgave van de belastingdienst niet
belastingplichtig is of wanneer sprake is van bronwijziging.
4.
in te voegen een nieuw negende lid, dat als volgt luidt:
a. Burgemeester
en wethouders kunnen aan een eigenaar als bedoeld in het derde en vierde lid
subsidie verlenen voor het
herstel van goten en
monumentale onderdelen zoals consoles, plafonds e.d.
5.
het ‘oude’ lid 8 te hernummeren in lid 10 en te wijzigen in:
Burgemeester en wethouders kunnen aan een eigenaar
als bedoeld in het eerste, tweede, derde en vierde lid, subsidie verlenen voor
het herstel van monumentale stoepen, welke maximaal 60% van de subsidiabele
kosten bedraagt met een maximum subsidiebedrag van € 10.000,-.
6.
het hernummerde lid 11 (‘oude’ lid 9) te wijzigen in:
De in het tweede en vierde lid van dit artikel
genoemde subsidies worden slechts verleend als de eigenaar een natuurlijk persoon,
een stichting of een vereniging is.
7.
in te voegen een nieuw twaalfde lid, dat als volgt luidt:
a. Voor
gemeentelijke monumenten geldt een maximaal te verkrijgen subsidiebedrag over
een periode van 15 jaar van
€ 36.400,-
8.
de ‘oude’ leden 10 t/m 15 te hernummeren in nieuwe leden 13 t/m 17.
II
artikel
3.4 van de verordening als volgt te wijzigen:
1.
aan lid 1.f toevoegen:
zoals bij de toepassing van hout (buiten:
gebruik van uitsluitend hout met fsc-keurmerk;
binnen: gebruik van uitsluitend Europees
hout met fsc-keurmerk, geen tropisch hardhout) en pvc (uitsluitend gebruik van
pvc met
hergebruikgarantie of gerecycled
pvc).
III
artikel
3.6 van de verordening als volgt te wijzigen:
1.
lid a wijzigen in:
binnen 26 weken na datum
subsidietoekenning met het treffen van de voorzieningen een aanvang wordt gemaakt.
IV
dat
deze wijzigingsverordening referendabel is.
V
tot
inwerkingtreding van bovenstaande wijzigingen zes weken na dit
vaststellingsbesluit.
VI
de
wijzigingen gelden met terugwerkende kracht tot 1 januari 2003.
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 december 2002.
,burgemeester
,lo.secretaris.