|
Ontwikkeling lokaal verkeers- en vervoerplan
LVVP
In 1998 is het Verkeers- en Vervoerplan
(VVP) door de raad aangenomen. In dit plan wordt een beeld geschetst van het
Delftse verkeersnetwerk in 2010. In de jaren na de vaststelling van het VVP
zijn in de stad voor diverse locaties voorstellen gedaan die op onderdelen
afwijken van dit VVP-beleid. Te denken valt hierbij aan de voorstellen ter
versmalling van de Zuidwal, de Provincialeweg en de Papsouwselaan en het
aansluiten van de Reinier de Graafweg op Rijksweg 4. Daarnaast waren de
stedenbouwkundige ontwikkelingen in de Harnaschpolder, de Spoorzone en de
TU-zuid ten tijde van het opstellen van het VVP nog niet bekend. Bovendien
heeft het vorige college van B&W (1998-2002) reeds het ambitieniveau van de
gestelde doelen verhoogd en prioriteiten verschoven.
Het LVVP wordt het kader voor toekomstige
bestuurlijke en ambtelijke besluitvorming op het gebied van verkeer en vervoer.
Het LVVP bevat de beleidsdoelen op het gebied van verkeer en vervoer en de
visie op het toekomstige verkeersnetwerk in samenhang met de andere Delftse
plannen, inclusief maatregelen om dat doel te bereiken. De maatregelen leiden
tot een toename van het gebruik van de fiets en het openbaar vervoer en afname
van het gebruik van de auto met behoud van het functioneren van de stad. De
maatregelen voor het fietsverkeer zijn voldoende om tenminste de status
"Delft fietsstad nummer 3" te bereiken.
De startnotitie voor de ontwikkeling van het
LVVP is opgesteld en wordt in
augustus 2003 in de commissie Duurzaamheid besproken worden. Naar verwachting
zal eind 2004 het LVVP klaar zijn.
Nieuw verkeersmodel Visum
In het najaar van 2002 heeft het vakteam
Mobiliteit een nieuw verkeersmodel Visum aangeschaft. Het oude model Pandora
werd door de leverancier niet meer ondersteund en bleek bovendien niet in staat
om betrouwbare autoverkeersberekeningen te maken voor wegen die tot aan de
capaciteit belast worden. Alle gegevens uit het oude verkeersmodel Pandora zijn
gebruikt als invoer voor het nieuwe verkeersmodel. Dit heeft een grof model
opgeleverd dat bijvoorbeeld gebruikt is voor een quick scan van de provinciale weg en de
eerste berekeningen van de Spoorzone. Vervolgens is de kwaliteit van het nieuwe
verkeersmodel stapsgewijs verbeterd. Zo is het wegennetwerk gecontroleerd en
aangevuld. Vervolgens zijn de socio-economische gegevens per zone aangevuld en
verwerkt in een nieuwe herkomst-bestemmingsmatrix. Eind 2002 is het etmaalmodel
gebruiksklaar geworden.
In 2003 zal de kwaliteit van het model
verder verbeterd worden. Het netwerk buiten Delft wordt uitgebreid en de
koppeling tussen de socio-economische gegevens en het aantal autoritten wordt
gelegd. Zodra deze stappen voltooid zijn zal
het model voor de ochtendspits, de avondspits en de rest van de dag
worden opgesteld.
Monitor fietsverkeer
In 2002 is op 37 punten in de stad
fietsverkeer visueel geteld. Op basis van deze gegevens moet nog een monitor
ontwikkeld worden. Gezien de hoge kosten van de tellingen is het de bedoeling
om jaarlijks op een beperkt aantal (4) punten te tellen en eens in de 5 jaar
uitgebreid. De jaarlijkse telpunten zullen waarschijnlijk de volgende zijn:
Irenetunnel, Bolwerk, Koepoortbrug en fietstunnel Abtswoudseweg.
Vooraf
Voor een aantal
indicatoren zijn, evenals in voorgaande jaren, geen gegevens verzameld omdat
geen (representatieve) gegevens beschikbaar zijn. Het gaat om onderstaande
indicatoren:
·
Intensiteit langzaam verkeer
·
Vervoersbewegingen medewerkers gemeente Delft
·
Reistijdverhouding belangrijke relaties
·
Lidmaatschap auto-op-afroep organisatie
·
Carpooling Delftenaren
·
Vervoersmanagement bij bedrijven
In 2004 wordt het
Lokaal Verkeer- en Vervoersplan (LVVP) ter politieke besluitvorming aangeboden.
Dit plan zal een voorstel bevatten voor de te monitoren indicatoren in relatie
tot de uitgangspunten en doelen van het LVVP. In de Delftse
Duurzaamheidsmonitor 2004 (gegevens 2003) zal, voor zover mogelijk,
gerapporteerd worden over de uitvoering van het mobiliteitsbeleid aan de hand
van ten minste deze nieuw benoemde indicatoren. Bovendien zal de
Duurzaamheidsmonitor vanaf die editie een uitgebreider ‘jaarverslag’ op het
gebied van Mobiliteit bevatten.
Beleid
· Geluidsanering wegens wegverkeer
Doelstelling
De Wet geluidhinder
hanteert voor woningen met een geluidbelasting door wegverkeer een zogenaamde
A-lijst (woningen met een geluidbelasting aan de gevel ³ 65 dB(A) maar £ 70 dB(A)) en een B-lijst (woningen met een
geluidbelasting aan de gevel ³ 60 dB(A), maar < 65 dB(A)). Woningen op de A-lijst dienen uiterlijk
in 2003 gesaneerd te zijn, woningen op de B-lijst uiterlijk in 2010. Onder
sanering wordt verstaan dat de binnenwaarde wordt teruggebracht tot £ 40 dB(A).
Doelstelling
gemeente (Stedelijke Vernieuwing 2000-2010: Delfts OntwikkelingsProgramma): In
2003 zijn er 86 geluidsaneringswoningen aangepakt, per 1-1-2005 moeten minimaal
90 woningen zijn gesaneerd.
Resultaat
In 2002 was 86% van
de woningen op de A-lijst en 27% van de woningen op de B-lijst gesaneerd. Dit
is 5% meer dan in 2001. Dit komt door de afronding van de sanering van 29
woningen aan de Oostsingel/Vrijenbanselaan. Naar verwachting komen daar in 2003
30 woningen bij (Delfgauwseweg, deels A-lijst, deels aanvullende
gevelmaatregelen).
In totaal dienen nu
nog 2.032 woningen van de B-lijst en 80 woningen van de A-lijst gesaneerd te
worden.
Conclusie
Naar verwachting
wordt de sanering van de A-lijstwoningen in 2004 afgerond. De einddatum voor de
sanering van de B-lijstwoningen ( 2010)
is niet haalbaar. Dit wordt voor een
belangrijk deel veroorzaakt door het krappe saneringsbudget. De einddata worden
door het Ministerie van VROM verlengd. In 2002 is de sanering van 29 woningen aan
de Oostsingel/Vrijenbanselaan afgerond.
· Geluidsanering wegens railverkeer
Doelstelling
Landelijke
doelstelling (Wet geluidhinder): woningen met een geluidbelasting aan de gevel
vanwege railverkeer ³ 73 dB(A) dienen uiterlijk in 2010 te zijn gesaneerd. Onder sanering
wordt verstaan dat de binnenwaarde wordt teruggebracht tot £ 40 dB(A).
Resultaat
Het percentage
geluidgesaneerde woningen is hetzelfde gebleven als in voorgaande jaren, te
weten 19%. In totaal zijn over alle jaren heen 155 woningen gesaneerd. Er
dienen nog steeds 641 woningen te worden gesaneerd.
Conclusie
De einddatum voor
sanering, 2010, is waarschijnlijk niet haalbaar. Een groot deel van de
woningen, circa 390, wordt gesaneerd door de realisatie van de spoortunnel. De
overige woningen kunnen tijdens de uitvoering van de spoorverdubbeling worden
gesaneerd (bijv. door plaatsing van geluidsschermen).
Doelgroepen
Voor de ISV-monitor
en het LVVP monitort de gemeente verschillende doelstellingen, die een sterke
relatie hebben met duurzaamheid. Vanaf 2002 worden gegevens bijgehouden.
·
Gebruik van openbaar vervoer, fiets en auto
Doelstelling
Stimuleren
van het gebruik van het openbaar vervoer en de fiets in combinatie met een zo
laag mogelijk autogebruik.
Resultaat
Monitor
Autoverkeer
De gemeente kan
sinds kort bij een groot aantal verkeerslichteninstallaties automatisch
autoverkeer tellen. In november 2002 zijn van ruim 30
verkeerslichten-installaties de telgegevens verzameld. Op basis van deze
telgegevens is een gemiddelde werkdag-etmaalintensiteit uitgerekend. Vervolgens is in de stad een binnenkordon en een
buitenkordon van telpunten samengesteld. Het buitenkordon bestaat uit de A13,
de Kruithuisweg, de Provinciale weg en de noordelijke gemeentegrens. Op het
buitenkordon is geteld hoeveel autoverkeer de kordonlijnen passeert. Het
binnenkordon ligt rondom de historische binnenstad. Er is geteld hoeveel
verkeer de telpunten op de centrumring passeert. Hierbij is onderscheid gemaakt
tussen verkeer wat linksom en rechtsom de binnenstad rijdt.
Op locaties waar
geen telpunt aanwezig is, is gebruik gemaakt van een telpunt in de nabije
omgeving. Als dat telpunt niet bestaat is een berekende intensiteit uit het
verkeersmodel ingevuld. De resultaten voor 2002 zijn
weergegeven in de onderstaande tabel.
Werkdag-gemiddelde
verkeersintensiteiten kordontellingen november 2002 |
|
Buitenkordon |
297.000 |
- noord (gemeente grens) |
50.000 |
- west (provinciale weg) |
83.000 |
- zuid (Kruishuisweg) |
61.000 |
- oost (A13) |
103.000 |
|
|
Binnenkordon |
128.000 |
- linksom |
64.000 |
- rechtsom |
64.000 |
Over de jaren heen
kan worden vastgesteld of het autoverkeer in Delft toeneemt of afneemt.
Monitor
fietsverkeer
In 2002 is op 37
punten in de stad fietsverkeer visueel geteld. Op basis van deze gegevens moet
nog een monitor ontwikkeld worden. Gezien de hoge kosten van de tellingen is
het de bedoeling om jaarlijks op een beperkt aantal (4) punten te tellen en
eens in de 5 jaar uitgebreid.
Verhouding
fiets/auto/OV
Ook deze monitor is
nog in ontwikkeling.
·
Concentratie autoverkeer op hoofdroutes
Doelstelling
Een
concentratie van het autoverkeer op hoofdroutes.
Resultaat
De
gemeente neemt verschillende maatregelen om de doelstelling te bereiken:
creëren van verblijfsgebieden en beperking van doorgaand verkeer op vier grote
wegen.
Inmiddels is naar
schatting 70% van het Delftse wegennet aangewezen als verblijfsgebied. Er is
1177 km wegvaklengte ingericht als 30 km-zone. In 2002 zijn de volgende
gebieden aangepast:
- Hof van Delft:
114 km wegvaklengte
-
Voorhoornsepolder: 124 km wegvaklengte
-
Voorhof:
ongeveer 80 km
De Hugo de
Grootstraat is in 1999 ingericht.
In 2002 is de
Rijksstraatweg (de parallelle route van de A13) ter hoogte van Delfgauw
voorzien van snelheidsremmende maatregelen. Een blocker met
pasjessysteem ter hoogte van de manege Prinsenstad is nog in voorbereiding. De
blocker heeft tot doel sluipverkeer van de A13 fysiek onmogelijk te maken. De blocker
is in 2004 gepland.
Ook het
sluipverkeer in Midden-Delfland zal worden geweerd. Er wordt voorgesteld om
alle routes (o.a. Schieweg, Abtswoude, Zoutveenseweg) te voorzien van pollers
met een pasjessysteem. Er wordt nu gewacht op instemming van de gemeente
Vlaardingen.
· Bereikbaarheid en voorzieningen
Gewaarborgde
bereikbaarheid van economische activiteiten.
Wat betreft
parkeervoorzieningen: in 2001 is de Phoenixgarage geopend, bewonersparkeren op
het terrein van het voormalige Overlaadstation is in aanleg, en de
parkeergarage in Zuidpoort zal in november 2004 klaar zijn (800
bezoekersvakken).
De autoluwe
binnenstad is gereed. De inrichting is voltooid en de pollers zijn in bedrijf.
De structurele storingen zijn verholpen.
In 2002 zijn voor
fietsers 300 extra fietsklemmen geplaatst.
Er is nog geen
hoogwaardig openbaar vervoer naar de TU-wijk. De vervoersvraag is aanwezig,
maar de financiering blijft een groot probleem.
· Verkeersveiligheid
Doelstelling
Een afname van het aantal verkeersslachtoffers.
Resultaat
Het aantal
slachtoffers is gemiddeld over 3 jaren om de effecten van een bijvoorbeeld een
zachte winter te dempen. Het 3 jarig-gemiddelde geeft een beter beeld van de
trend in verkeersveiligheid dan de jaarcijfers. Uit de cijfers blijkt dan eind
jaren ’90 een flinke reductie van het aantal slachtoffers is bereikt maar dat
sindsdien de situatie stabiel is.
Gemiddeld aantal verkeersslachtoffers en
schade-ongevallen per 3 jaar
Periode |
Dodelijk |
Letsel |
Schade |
Totaal |
1993 tot 1995 |
4 |
264 |
1233 |
1502 |
1994 tot 1996 |
3 |
275 |
1256 |
1535 |
1995 tot 1997 |
2 |
253 |
1257 |
1512 |
1996 tot 1998 |
1 |
218 |
1271 |
1490 |
1997 tot 1999 |
2 |
198 |
1077 |
1277 |
1998 tot 2000 |
3 |
199 |
1108 |
1309 |
1999 tot 2001 |
4 |
195 |
1042 |
1242 |
2000 tot 2002 |
5 |
193 |
1130 |
1329 |
Bron: Verkeersongevallenregistratie; Veras-gegevens Delft (2002: aantal
slachtoffers is geschat op basis van het wel bekende aantal ongevallen met
letsel en dodelijke afloop)
In 2002 is de
verkeerslichtenregeling van het gevaarlijkste kruispunt van Delft (de
Provincialeweg - Westlandseweg) aangepast. Er zijn extra detectielussen
geplaatst. Door de extra lussen wordt het mogelijk om het moment dat een
doorgaande richting naar rood springt zodanig te kiezen dat geen auto’s in de
besliszone stoppen of doorrijden zitten. Als blijkt dat er toch een potentiële
roodrijder hard komt aanrijden wordt een groen-signaal voor de conflicterende
langzaam verkeer richtingen uitgesteld. De indruk bestaat dat deze aanpassingen
zeer effectief zijn.
Kwaliteit
·
Wegvakoverschrijding NO2, fijn
stof, benzeen en CO.
Doelstelling
Landelijke normen
(Besluit Luchtkwaliteit bij algemene maatregel van bestuur):
-
de
benzeenconcentratie langs wegen ligt onder de grenswaarde van 10 mg/m3 (jaargem.);
-
de
CO-concentratie langs wegen ligt onder de grenswaarde van 6000 mg/m3 (uurgem.).
Voor NO2
en fijn stof zijn nieuwe, strengere normen vastgesteld als gevolg van Europese
regelgeving. In 2010 bedraagt de grenswaarde voor NO2 40 mg/m3 (jaargem.). Op basis van
deze norm wordt jaarlijks een plandrempel berekend, voor 2002 bedroeg deze 56 mg/m3. Voor fijn stof bedraagt de
grenswaarde voor 2010 ook 40 mg/m3. (jaargem.). De plandrempel voor 2002 is voor fijn stof
45 mg/m3.
Alle wegvakken in
Delft voldeden in 2002 aan de geldende normen voor benzeen en CO.
Langs één
binnenstedelijke weg (Delfgauwseweg) en in een zone langs de A13 werd de
plandrempel voor NO2 overschreden. Verder werden langs twee
binnenstedelijke wegen (Zuidwal en Wateringsevest) de plandrempel voor fijn
stof (PM10) overschreden. In totaal betreft het ca. 600 meter wegvak in de
stad, en 4 km. van de A13 waar deze loopt langs stedelijk gebied met gevoelige
functies.
Op drie locaties in
Delft werd de geldende plandrempel voor NO2 en fijn stof in 2002
overschreden. Begin 2004 wordt beleid geformuleerd m.b.t. de overschrijdingslocatie Delfgauwseweg (nabij
viaduct onder rijksweg A13) en de zone langs de rijksweg A13. Een en ander
heeft een relatie met het Lokaal Verkeers- en Vervoerplan dat in 2004 wordt
aangeboden ter besluitvorming. Hierin kunnen eventuele maatregelen worden
opgenomen om het aantal overschrijdingslocaties c.q. de ernst van de
overschrijding te voorkomen.
Aangezien er nooit
overschrijdingen zijn voor benzeen en CO zullen deze indicatoren worden
geschrapt. Wel een belangrijke indicator is PM10 (fijn stof). Daar is een
Europese norm voor gesteld. Vanaf volgend jaar zal deze indicator in de monitor
worden opgenomen. Zowel voor fijn stof als voor NO2 zal de
jaarlijkse plandrempel als uitgangspunt genomen worden en niet meer de
grenswaarde (is pas voor 2010).