Onderwerp
Gereguleerd parkeren gebied D
Achtergrond
Naar aanleiding van vragen
en verzoeken van bewoners is een onderzoek gestart naar de mogelijke invoering
van gereguleerd parkeren in de omgeving van het Agnetapark. In juni 2003 heeft
de eerste bewonersavond plaatsgevonden. Op deze bewonersavond is een werkgroep
samengesteld die regelmatig bij elkaar is geweest. Daarnaast zijn door een
onafhankelijk bureau parkeertellingen en telefonische interviews gehouden. Het
resultaat van dit proces is het voorstel wat nu voor u ligt.
De
werkgroep Agnetapark en omgeving bestaat uit 14 leden waarvan 13 bewoners en 1
medewerker van de gemeente Delft. Het doel van de werkgroep was met een
gezamenlijk voorstel te komen voor B&W over het al of niet invoeren van
gereguleerd parkeren in de omgeving van Agnetapark. Om dit te bereiken hebben 3
werkgroepbijeenkomsten plaatsgevonden en zijn diverse onderzoeken gehouden.
Middels een nieuwsbrief zijn de tussenresultaten teruggekoppeld aan alle
bewoners
In
september zijn in het hele gebied parkeertellingen gedaan. Dat is gebeurd op
verschillende tijdstippen, zowel door de week als in het weekend. Geteld zijn
het aantal parkeerplaatsen en het aantal geparkeerde auto’s (in en buiten de
vakken). Daarnaast zijn door Intomart in oktober 249 telefonische interviews
gehouden om de subjectieve parkeerdruk en het draagvlak voor invoering van
gereguleerd parkeren te meten. Tot slot is bij een deel van de bewoners (gebied
2, zie hoofstuk 2) een huis-aan-huis meting gedaan om nog een laatste keer het
draagvlak voor gereguleerd parkeren in dat gebied te meten.
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 is aangegeven wat het
onderzoeksgebied is en hoe en waarom dat is ingedeeld in deelgebieden. In
hoofdstuk 3 komen de resultaten van de parkeertellingen en de telefonische
interviews aan bod en wordt iets gezegd over het draagvlak voor invoering van
gereguleerd parkeren en de parkeerdruk (subjectief en objectief) in het gebied.
In
hoofdstuk 4 wordt een voorstel gedaan voor de tarieven van de verschillende
vergunningen en in hoofdstuk 5 voor de bloktijden.
In
hoofdstuk 6 wordt het voorstel dat gedaan wordt samengevat. Tenslotte wordt in
hoofdstuk 7 nog iets gezegd over de communicatie tijdens het proces en na de
besluitvorming.
Bij
de start van het proces is uitgegaan van een afgebakend onderzoeksgebied. Dit
onderzoeksgebied is begrensd door de Ruys de Beerenbrouckstraat, de PW15, de
terreingrens van de DSM en de spoorlijn.
Ten
behoeve van de analyse van de parkeerdruk en het draagvlak is het gebied
opgedeeld in deelgebieden. Per deelgebied is nagegaan wat de parkeerdruk is en
het draagvlak voor gereguleerd parkeren. De deelgebieden zijn als volgt:
4.
Verkadestraat O-W, Verkadestraat W-O, WH van Leeuwenlaan, Meeslaan,
Knuttelstraat, vd Haertstraat, Storklaan, Libourellaan.
Figuur1 Deelgebieden
Uiteindelijk
is als gevolg van het onderzoek en de discussie in de werkgroep per deelgebied
een voorstel geformuleerd voor al of niet
invoering van gereguleerd parkeren.
Telefonische interviews
Het
doel van de interviews was een eerste indruk te krijgen van het draagvlak voor
invoering van gereguleerd parkeren en
van de parkeerdruk. Ongeveer 35 % van
alle ondervraagden ervaart parkeren als een probleem. Per deelgebied is dit
echter verschillend (figuur 2).
De
ervaren parkeerdruk is vastgesteld aan de hand van drie vragen. Er is gevraagd
naar de parkeerafstand, de zoektijd naar een parkeerplaats en naar de beleving
van de parkeercapaciteit. Deze drie vragen samen hebben geleid tot een beeld
van de parkeerdruk per gebied (figuur 3).
Figuur
3 Ervaren parkeerdruk
Uit
de figuur blijkt dat met name in gebied 1 parkeren als een probleem wordt
ervaren. In gebied 3 en 4 wordt parkeren niet als een probleem gezien en in
gebied 2 is de mening verdeeld. De subjectieve parkeerdruk is alleen in gebied
1 gemiddeld tot hoog, in gebied 2, 3 en 4 is de beleefde parkeerdruk laag tot
gemiddeld.
In
september zijn in het hele gebied parkeertellingen gedaan op verschillende
tijdstippen. Geteld zijn het aantal parkeerplaatsen en het aantal geparkeerde
auto’s. In tabel 1 is samengevat hoeveel parkeerruimte er over is op de diverse
tijdstippen op de dag en in de verschillende gebieden. Dit getal is berekend
door het totaal aantal geparkeerde auto’s te delen door het aantal aanwezige
parkeerplekken.
Tabel 1. Bezettingsgraad per gebied
|
03-03 |
23-09 |
23-09 |
30-09 |
23-09 |
21-09 |
|
Nacht |
10.00 |
15.30 |
17.30 |
19.30 |
24.00 |
G 1 |
103% |
87% |
103% |
89% |
84% |
103% |
G 2 |
60% |
86% |
79% |
72% |
55% |
72% |
G 3 |
53% |
37% |
43% |
47% |
33% |
58% |
G 4 |
79% |
42% |
67% |
- |
72% |
- |
|
|
|
|
|
|
|
|
Uit
de parkeertellingen kan het volgende geconcludeerd worden:
-
In gebied 1 heeft men in bijna alle waarnemingperioden te maken
met een hoge tot zeer hoge parkeerdruk.
-
In gebied 2 is de parkeerdruk minder, maar overdag en in de avond
hoger dan in de nacht. (dit wijst op andere parkeerders dan bewoners overdag)
-
In gebied 3 en 4 zijn nauwelijks parkeerproblemen geconstateerd.
Uit
zowel de parkeertellingen als de interviews bleek dat het parkeerprobleem in
gebied 1 het grootst is. In gebied 2 is het beeld niet zo duidelijk. Ongeveer
50% van de respondenten ervaart parkeren als een probleem en 50% ervaart
parkeren niet als een probleem.
Het
is echter goed mogelijk dat de parkeerdruk in gebied 2 toeneemt als gevolg van
invoering van gereguleerd parkeren in gebied 1. Uit het onderzoek in gebied 3
en 4 blijkt dat parkeren daar geen problemen oplevert.
De werkgroep heeft op grond
van deze uitslag de gemeente geadviseerd om:
1.
In gebied 1 het gereguleerd parkeren in te stellen
2.
De bewoners van gebied 2 nogmaals de keuze voor te leggen op basis van
voorstel 1.
3.
In gebied 3 en 4 niks te doen.
De gemeente heeft dit
advies overgenomen.
Bij
het vast stellen van een prijs voor de vergunning zijn drie aspecten van
belang:
1. De
verhouding in prijs tussen bezoekerskaart, eerste vergunning, tweede vergunning
en bedrijfsvergunningen, moet zo zijn dat dit binnen het beleid past.
2. Het
totale vergunningparkeren in gebied D moet kostendekkend zijn.
3. Het
tarief van de vergunning moet maatschappelijk aanvaardbaar zijn.
Tariefstructuur
In
totaal moeten 6 tarieven worden vastgesteld:
De bezoekerskaart voor bewoners is een faciliteit die
geschapen is om het bewoners mogelijk te maken sociaal bezoek te ontvangen
zonder dat meteen parkeergeld betaald moet worden. Voorkomen moet worden dat de
bezoekerskaart als (tweede) vergunning wordt gebruikt of als vergunning voor
niet-bewoners. Aan de bezoekerskaart wordt daarom een beperkte parkeerduur
verbonden.
Het tarief op de betaalde plekken in gebied D is [€1,50].
Gezien dit tarief en de frequentie en duur waarop men gemiddeld per jaar bezoek
ontvangt lijkt €15,= een redelijke prijs voor de bezoekerskaart (10 uur betaald
parkeren per jaar). Onafhankelijk van de kostendekkendheid moet dit tarief
[€15,=] blijven. Dit tarief wordt met het straatparkeren verhoogd en blijft
altijd gelijk aan 10 uur betaald parkeren in gebied D.
De prijsverhouding tussen de eerste vergunning op
kenteken en de tweede vergunning op kenteken, moet zo zijn dat voor de eerste
vergunning een acceptabel tarief ontstaat, terwijl de tweede vergunning een
afremmend effect heeft. Iedereen die woont in het gebied waar gereguleerd
parkeren is en die een auto heeft moet in principe een eerste vergunning op
redelijke wijze kunnen betalen. De tweede vergunning is meer een luxe-product.
De tweede vergunning mag daarom duurder worden dan de eerste vergunning.
Voorgesteld wordt om hier een factor 2 aan te houden (tussen de eerste en
tweede vergunning per adres).
De vergunning voor bedrijven heeft een commercieel doel.
De vergunning op kenteken biedt een bedrijf de mogelijkheid bedrijfsauto’s in
de wijk te parkeren zonder daarvoor iedere keer te hoeven betalen, de
bezoekerskaart geeft bedrijven de mogelijkheid op eenvoudige wijze het
parkeertarief voor hun klanten te voldoen. Voor bedrijven zijn de kosten van de
vergunning onderdeel van de bedrijfskosten. Voorgesteld wordt om de
vergunningen voor bedrijven duurder te maken dan vergunningen voor bewoners.
Kostendekkendheid
Rekening
houdend met bovengenoemde verhoudingsfactoren moet een kostendekkend tarief
ontstaan voor gereguleerd parkeren in gebied D. Dit kostendekkende tarief moet
nog worden berekend. De tariefsberekening wordt uitgevoerd met onderstaande parameters
als uitgangspunt.
4.
Prijs eerste vergunning op kenteken bedrijf: [€
Y,=]
6.
Prijs bezoekerskaart bedrijf: [€½Y,=]
Het
gereguleerd parkeren is niet gedurende de hele dag van kracht, maar alleen
tijdens bloktijden. Bloktijden zijn tijden waarin alleen met een vergunning of
tegen betaling geparkeerd mag worden. De bloktijden zijn zo gekozen dat
bezoekers van de binnenstad met name in de avond en de nacht uit de wijk worden
geweerd omdat dit de tijden zijn dat de parkeerdruk het hoogst is.
In gebied D zijn op dit moment de volgende
bloktijden van kracht: maandag tot en met zaterdag van 9:00 uur tot 11:00 uur
en van 16:00 uur tot 20:00 uur. Het beleid van de Gemeente is om de bloktijden
binnen een gebied gelijk te houden. Het voorstel is dan ook om bovengenoemde
bloktijden ook te laten gelden voor de nieuw toe te voegen straten.
Voorgesteld
wordt om per 1 maart 2004 definitief gereguleerd parkeren in te voeren in
gebied D (Schil Noord). Daarbij wordt voorgesteld de volgende veranderingen in
het regime vast te stellen:
Het
voorstel zoals dat hier voorligt is in goed overleg met de werkgroep tot stand
gekomen. Naast overleg met de belangenvereniging is ook de hele wijk regelmatig
geïnformeerd:
-
Twee maal is een bewonersavond georganiseerd
-
Eenmaal is een nieuwsbrief verzonden
-
Regelmatig zijn berichten in de pers verschenen
-
Tweemaal is de mening van bewoners gevraagd door middel van een enquête
Nadat dit voorstel door de raad (eventueel met
wijzigingen) is goedgekeurd onstaat er weer een communicatiemoment met de
bewoners en bedrijven. Via persberichten zullen bewoners op de hoogte worden
gebracht van de genomen besluiten. Bewoners van de straten die toegevoegd worden
aan het reguleringsgebied zullen persoonlijk geinformeerd worden.