Stuk
112 I Delft,
10 juni 2003.
03/017169
Onderwerp: Gemeenschappelijke
Regeling Bedrijvenschap
Harnaschpolder annex Uitvoeringsconvenant
Aan
de gemeenteraad.
Geachte
dames en heren,
Hiermee
leggen wij ter goedkeuring aan u voor Gemeenschappelijke Regeling
Bedrijvenschap Harnaschpolder alsmede het bijbehorende
Uitvoeringsconvenant.
De Gemeenschappelijke regeling vormt de basis
voor de oprichting van het Bedrijfschap Harnaschpolder waarin de gemeenten
Schipluiden, Den Haag en Delft gezamenlijk de ontwikkeling, realisatie en
exploitatie van het Bedrijvenpark ter hand nemen.
De
concept Gemeenschappelijke Regeling alsmede een concept Uitvoeringsconvenant
zijn in de bijlage opgenomen. De onderhavige stukken worden gelijktijdig aan de
gemeenteraden van Schipluiden, Den Haag en Delft ter besluitvorming voorgelegd.
De
relevante onderdelen worden in het navolgende successievelijk behandeld.
1. Convenant Delft, Schipluiden
Op 28 september 2000 heeft uw raad ingestemd met de
samenwerkingsovereenkomst d.d. 22 augustus 2000 tussen Delft en Schipluiden
(stuk 141.I -nr. 00/021853). In deze overeenkomst is gekozen voor een duurzame
samenwerking met betrekking tot de ontwikkeling van de Harnaschpolder en
omgeving en een gezamenlijk beleid ten aanzien van het gebied Midden-Delfland.
In goed overleg tussen beide gemeenten is de voorbereiding van uitwerking op de
diverse onderdelen op voortvarende wijze ter hand genomen. Een stuurgroep
bestaande uit vertegenwoordigers van beide colleges van burgemeesters en
wethouders geeft bestuurlijke leiding aan de uitvoering van het convenant.
2. Convenant Delft, Schipluiden, Den Haag
Ten
tijde van het sluiten van de hiervoor genoemde samenwerkingsovereenkomst was er
reeds sprake van door derden verworven grondposities in de Harnaschpolder en de
Voordijkshoornsepolder.
Dit
(de zogenoemde Verwelius-deal) heeft geleid tot het op 17 april 2001 door ons
ondertekende convenant ‘Ontwikkeling bedrijventerrein Harnaschpolder’ tussen
Schipluiden, Delft en Den Haag. Dit convenant regelt onder meer doorverkoop van
gronden aan onder andere de gemeente Delft, alsmede een afspraak over
mede-participatie van de gemeente Den Haag in het toekomstig bedrijfschap
Harnaschpolder op grondgebied van Schipluiden. Dit convenant heeft uw raad bij
besluit van 15 mei 2001 (stuk 88.1 nr. 01/010275) bekrachtigd.
In het
samenwerkingsconvenant zijn op hoofdlijnen de volgende afspraken gemaakt:
de drie gemeenten nemen op paritaire basis deel in het op te richten
bedrijvenschap;
van de in totaal 80 hectare bruto
te realiseren bedrijventerrein is 30 hectare bestemd voor standaard
bedrijventerrein en 50 hectare voor hoogwaardig bedrijventerrein;
van het standaard bedrijventerrein is 65% ofwel 20 hectare gereserveerd
voor de uitplaatsing van MKB-bedrijven uit Den Haag en 35 % voor bedrijven uit
de regio, met voorrang voor bedrijven afkomstig uit Delft;
versnelling van de start van de uitgifte van standaard bedrijventerrein
van 2010 naar 2006;
streven naar een sluitende grondexploitatie van het bedrijvenschap door
optimalisering van de terreinen met een hoogwaardige bedrijvenbestemming;
bij een negatief saldo van de grondexploitatie tot een bedrag van € 5,44
mln (NLG 12 mln) wordt het negatieve saldo gelijkelijk verdeeld over de drie
deelnemende gemeenten; daarboven zullen Den Haag en Delft het eventueel
resterende negatieve saldo in een verhouding 65:35 voor hun rekening nemen. Bij
een positief saldo geldt dezelfde verdeling;
Naast de bijdragen van de gemeenten Delft en Schipluiden levert de
gemeente Den Haag een bijdrage van € 2,27 mln (NLG 5 mln) aan het startkapitaal
van het op te richten Groenfonds Midden Delfland.
In de afgelopen periode
zijn de afspraken uit het samenwerkingsconvenant in nauwe samenwerking tussen
de drie gemeenten uitgewerkt. Dit heeft geresulteerd in een stedenbouwkundig
concept, een bijbehorende grondexploitatie, een concept-uitvoeringsconvenant en
een concept-gemeenschappelijke regeling voor het bedrijvenschap. Daarnaast is
in opdracht van de gemeente Schipluiden een structuurschets voor de gehele
Harnaschpolder vervaardigd, waarin vooral de samenhang tussen de verschillende
deelgebieden duidelijk wordt beschreven.
3. Raadsbesluit 19 december 2002 (stuk 183 -nr. 02/036164)
Op
19 december 2002 heeft uw raad ingestemd met de Structuurschets
‘’Harnaschpolder e.o. 2002’’,
De
‘Structuurschets Harnaschpolder e.o. 2002’ vormt het ruimtelijk kader voor de
uitwerking van concrete ruimtelijke plannen voor de diverse onderdelen van het
gebied, te weten voor woongebieden, bedrijfsterreinen, groen en water, voor
recreatieve- en ecologische verbindingen en voor de AWZI, alsmede voor de
ontsluitingen voor verkeer en openbaar vervoer.
Tevens
heeft u ingestemd met de stedenbouwkundige studie voor het Bedrijvenpark als
ruimtelijk functionele onderlegger voor de uitwerking van het bestemmingsplan
Bedrijvenpark.
Voorts
heeft u ingestemd met het openen van de grondexploitaties m.i.v. 1 januari 2003
voor de beide Delftse bouwlocaties. De projectgroep (o.l.v. de procesmanager)
is opgedragen de ontwikkeling en exploitaties van de deelgebieden - met
inbegrip van het Bedrijvenpark - onderling af te stemmen binnen de
uitgangspunten van een voor Delft budgettair-neutrale ontwikkeling van de
Harnaschpolder.
Met
betrekking tot de oprichting van het Bedrijvenschap is toegezegd dat wij te
zijner tijd een concreet uitgewerkt voorstel, met inbegrip van de financiële
kaders, aan uw raad zullen voorleggen.
4. Bedrijvenpark en
bedrijvenschap Harnaschpolder
4.1
Vorming bedrijvenschap:
In
het samenwerkingsconvenant Delft, Schipluiden en Den Haag is onder meer
afgesproken dat de drie gemeenten op paritaire basis participeren in een
bedrijfschap dat een circa 90 ha groot bedrijventerrein in de Harnaschpolder
gaat ontwikkelen en exploiteren. Belangrijk onderdeel van de afspraak is de
ontwikkeling van een deel ter grootte van circa 30 ha (bruto uitgeefbaar) in
relatie met de verplaatsingsbehoefte van bedrijven uit het stedelijk gebied van
Den Haag en Delft.
In
de voorbereidende werkzaamheden voor de Harnaschpolder is prioriteit gegeven
aan planologische, exploitatieve en verwervingsvraagstukken.
4.2
Werkingsgebied Bedrijvenschap
Recentelijk
heeft de Tweede Kamer met het wetsvoorstel voor de Bestuurlijke Herindeling
voor het Westland ingestemd. Zoals eerder is aangegeven zullen de
grenscorrecties voor beide gemeenten per 1 januari 2004 hun beslag krijgen.
Het
werkingsgebied van het schap blijft voorshands beperkt tot grondgebied van
Schipluiden (zie het kaartje bij de Gemeenschappelijke Regeling).
In dit verband wordt nog opgemerkt dat Schipluiden in het
Bestuurlijk Overleg de bereidheid heeft uitgesproken om ook de geplande
bedrijvenzone in het reeds geldende bestemmingsplan Look-West (1,3 ha) en in de
zogenoemde vastgoedzone (5 ha in de oksel van de Harnaschknoop naast de AWZI)
in te brengen in het toekomstige bedrijfschap.
4.3
Financieel-economische aspecten:
In
december hebben wij u geďnformeerd over de financieel-economische aspecten van
het Bedrijvenpark.
Vertrekpunt
in het samenwerkingsconvenant Delft-Schipluiden-Den Haag was een sluitende
exploitatieopzet te bereiken onder andere door optimalisering van de uitgangspunten
en door gebruikmaking van subsidiemogelijkheden. De (relatief) hoge
verwervingskosten (Verwelius-deal) en de standaardbedrijvenbestemming (30 ha)
zijn voor het Bestuurlijk Overleg
aanleiding geweest om een specifieke risicoverdeling af te spreken.
Op basis van het
bovengenoemde stedenbouwkundig concept heeft het bureau Ecorys-Kolpron een
grondexploitatie opgesteld. De gehele exploitatieperiode bedraagt circa 10
jaar. Verwacht wordt dat de uitgifte plaatsvindt in een periode van 8 jaar,
gerekend op basis van een uitgiftetempo van gemiddeld 6 hectare per jaar. De
eerste uitgifte wordt voorzien in 2006.
In
december 2002 werd - op basis van toen beschikbare informatie - een resultaat
voorzien dat gelegen is tussen ca. € 1,7 en € 9,3 mln. negatief.
Indien
externe subsidiebronnen kunnen worden benut zou wellicht een sluitende
exploitatie kunnen worden bereikt. Ingevolge de in het convenant overeengekomen
risicoverdeling werd in december 2002 voor rekening van Delft een risico
voorzien dat zich bevindt in een bandbreedte oplopend van budgettair-neutraal
tot € 3,16 mln. negatief.
De afgelopen periode is
benut voor het verrichten van verkenningen naar optimalisering van
uitgangspunten en subsidiemogelijkheden. Optimalisaties hebben betrekking op
intensivering van het ruimtegebruik, maximalisering van grondopbrengsten in
aansluiting op de beoogde kwalitatieve ambities van het Bedrijvenpark en het
streven naar opbrengsten uit voortgezet gebruik van de kassencomplexen tot aan
het moment van sloop.
De geactualiseerde
grondexploitatie sluit mede op basis van nieuwe inzichten opnieuw op een
negatief saldo van € 1,7 mln (netto contante waarde per 1-1-2003). Gegeven de financiële afspraken uit het
samenwerkingsconvenant komt hiervan € 566.667,- voor rekening van Delft.
In de bijbehorende
risico-analyse is aangegeven binnen welke bandbreedte het uiteindelijke
resultaat uit zou kunnen komen. Wanneer alle positieve “risico’s” zich voordoen
verbetert het exploitatieresultaat naar + € 1,1 mln . Wanneer alle negatieve
risico’s zouden optreden dan verslechtert het exploitatieresultaat naar -/- €
7,1 mln. Conform de financiële afspraken uit het samenwerkingsconvenant zou in
het meest negatieve scenario € 2,4 mln van het negatieve saldo voor rekening
komen van Delft.
Indien mogelijke
subsidiebronnen buiten beschouwing worden gelaten wordt thans voor rekening van
Delft een risico voorzien dat zich bevindt in een bandbreedte oplopend van €
0,6 tot € 2,4 mln. negatief.
Hierbij dient te worden
aangetekend dat ingevolge de toerekening van de kosten voor de aanleg van de
hoofdinfrastructuur Delft voor een bedrag van € 1,127 mln. bijdraagt in de
kosten van aanleg van de in de Structuurschets Harnaschpolder 2002 neergelegde
hoofdinfrastructuur. De aanleg komt voor rekening en risico van de
grondexploitatie van het Bedrijvenschap.
Naar verwachting zal
tenminste een gedeelte van het woongebied Look Watering West worden aangetakt
op deze hoofdinfrastructuur. In de grondexploitatie voor Look Watering West
werd in de risico-paragraaf reeds rekening gehouden met een bijdrage van
vergelijkbare hoogte aan het Bedrijvenschap, die ten laste van de post
onvoorzien worden gedekt. Met deze bijdrage kunnen de nieuw te realiseren
woongebieden desgewenst via deze hoofdinfrastructuur worden ontsloten. In het
ontwikkelingsplan voor de Delftse woongebieden, dat u na de zomerperiode zal
worden aangeboden, wordt nader ingegaan op de ontsluitingsstructuur.
Uw
raad heeft in december 2002 besloten dat de ontwikkeling van de Harnaschpolder
als geheel voor Delft tenminste budgettair-neutraal dient te verlopen. Een
eventueel deficit voorkomend uit participatie in het Bedrijvenpark dient te
worden gedekt uit de exploitatieresultaten van de Delftse locaties
Lookwatering-West en Voordijkshoornsepolder.
De
huidige inzichten geven geen aanleiding dit standpunt te herzien.
Zoals
ook in december 2002 aangegeven laat dit onverlet dat externe omstandigheden
(bijvoorbeeld een sterk wijzigende marktsituatie) aanleiding kunnen zijn om
toch te moeten terugvallen op dekkingsbronnen. Vanuit deze optiek is een
risicoreserve als ‘begrip’ een belangrijk gegeven binnen de Harnaschpolder.
Deze
uitgangspunten dienen nauwlettend te worden bewaakt binnen de opdracht van het
projectteam.
4.4 Juridisch planologische
aspecten
In 2002 is het Regionaal Structuurplan Haaglanden vastgesteld en
goedgekeurd. Over het bedrijventerrein in de Harnaschpolder is het navolgende
opgenomen:
aanleg van circa 75 hectare bedrijventerrein in het noordelijk en
westelijk deel en in het middengebied van de Harnaschpolder;
het profiel van het bedrijventerrein is hoogwaardig langs de A4 en rond
de Harnaschknoop en standaard bedrijventerrein aan de binnenzijde van de
polder. Op een deel van het terrein kunnen Westlands-gerelateerde bedrijven
worden gevestigd, passend binnen de beoogde profielen;
de inpassing van milieuhinderlijke bedrijvigheid (maximaal categorie 4)
binnen het hiervoor genoemde areaal van 75 ha, met dien verstande dat de
hinder- en veiligheidscontouren de buitengrenzen van de betreffende
bedrijventerreinen niet overschrijden en dat de bedrijven passen in het
kwaliteitsbeeld dat in deze zone wordt beoogd.
Het streekplan Zuid-Holland
West, waarin de ontwikkeling van het bedrijventerrein is opgenomen, is begin
dit jaar door Provinciale Staten goedgekeurd.
De juridisch planologische
uitwerking van het bedrijventerrein Harnaschpolder past binnen het hierboven
geschetste regionale kader. Voor het deelgebied Harnasch-Noord, dat volgens de
huidige planning als eerste zal worden ontwikkeld, is reeds een globaal
bestemmingsplan van kracht. Het uitwerkingsplan voor Harnasch-Noord is in
concept gereed en zal binnenkort door de gemeente Schipluiden in procedure
worden gebracht. Voor het Middengebied en de Weteringzone worden momenteel
bestemmingsplannen voorbereid.
Momenteel wordt gewerkt aan
de vervaardiging van beeld-kwaliteitsplannen waarin randvoorwaarden worden
opgenomen voor de inrichting van openbaar en uitgeefbaar terrein en de
kwaliteit van de bedrijfsbebouwing. Dit met het oog op een duurzame
ontwikkeling van het bedrijventerrein.
4.5 Verwervings- en
uitvoeringsaspecten
Eind 2002 zijn de aankopen
van Verweliuspercelen door Den Haag geëffectueerd. Momenteel zijn alle percelen
nog in gebruik bij de verkopende tuinders. Eind dit jaar vinden de feitelijke
opleveringen plaats. De mogelijkheden van tijdelijke pacht van de kassen, tot
het moment van sloop, worden momenteel nader onderzocht.
De gemeente Schipluiden was
reeds met vier eigenaren in de Harnaschpolder in onderhandeling over aankoop.
Inmiddels heeft Schipluiden overeenstemming met de betrokken eigenaren bereikt.
De uitkomsten hiervan zijn in de grondexploitatie voor het bedrijventerrein
verwerkt.
De Wet Voorkeursrecht
Gemeenten is door de gemeente Schipluiden als grondgebiedgemeente eind vorig
jaar gevestigd op de percelen die nog moeten worden aangekocht door het
bedrijvenschap.
In maart 2003 is een begin
gemaakt met de aanleg van de oprit naar de Harnaschknoop. Deze oprit zal vanaf
november worden gebruikt als bouwweg voor de te realiseren
Afvalwaterzuiveringsinstallatie van Delfland.
5. Nadere toelichting
Gemeenschappelijke Regeling Bedrijvenschap Harnaschpolder
Inhoudelijk uitgangspunt
voor de regeling is het samenwerkingsconvenant dat in april 2001 door de drie
deelnemende gemeenten is gesloten. De gemeenschappelijke regeling zal, onder
voorbehoud van goedkeuring door
Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland, in werking treden per
1 januari 2004 voor een periode van tien jaar.
Taak van het bedrijvenschap
(artikel 4)
Het bedrijvenschap heeft
tot taak het bedrijventerrein Harnaschpolder te ontwikkelen en te exploiteren.
Dit houdt vooral in de verwerving van gronden en opstallen, het bouw- en
woonrijp maken en de uitgifte van gronden aan bedrijven. De drie deelnemende
gemeenten stellen hiertoe op detacheringsbasis in beginsel ambtelijk personeel
beschikbaar voor de uitvoeringsorganisatie van het bedrijvenschap. Ten behoeve
van de uitvoering van deze taak kan het bedrijvenschap rechtspersonen oprichten
of deelnemen in rechtspersonen (bijvoorbeeld vormen van publiek private
samenwerking). De publiekrechtelijke taken blijven behoren tot de competentie
van de gemeente Schipluiden, zoals is overeengekomen in het
samenwerkingsconvenant. In het uitvoeringsconvenant (zie punt 7) zijn daarom nadere
afspraken gemaakt over de relatie tussen het bedrijvenschap en de
grondgebiedgemeente.
Algemeen en Dagelijks
Bestuur (artikel
5 t/m 16)
Het is niet duidelijk of en
zo ja wanneer de Wet gemeenschappelijke regelingen zal worden aangepast aan de
wet dualisering gemeentebestuur. Tot op heden is de situatie van voor de
inwerkingtreding van de wet dualisering gemeentebestuur voor gemeenschappelijke
regelingen middels een overgangsbepaling van kracht gebleven. Het algemeen
bestuur bestaat daarom uit 3 leden per deelnemende gemeente, waarvan twee leden
door de raden van de gemeenten uit hun midden wordt aangewezen. Als derde lid
wordt aangewezen een lid dat deel uitmaakt van het college van B&W van de
deelnemende gemeente. Besluiten worden in unanimiteit genomen mede in het licht
van de paritaire inbreng van de deelnemende gemeenten. Het algemeen bestuur
heeft de bevoegdheid verordeningen vast te stellen, tot aan- en verkoop van
gronden te besluiten en de begroting en jaarrekening (voorlopig) vast te
stellen.
Het dagelijks bestuur
bestaat uit 3 leden en wordt gevormd door de leden behorende tot de colleges
van B&W van de deelnemende gemeenten. Deze 3 leden van het dagelijks
bestuur maken tevens deel uit van het algemeen bestuur. De taken en
bevoegdheden van het dagelijks bestuur vertonen een sterke gelijkenis met die
van een college van burgemeester en wethouders van voor de invoering van de
dualisering.
Het dagelijks bestuur stelt
jaarlijks een gedetailleerd jaarwerkplan op dat wordt vastgesteld door het algemeen
bestuur. In dit jaarwerkplan kan aandacht worden besteed aan het te voeren
juridisch-planologisch kader, grondprijzenbeleid,
promotie/acquisitie-activiteiten, de uit te voeren civieltechnische
werkzaamheden, de verwervingsactiviteiten en dergelijke.
Voorzitter en secretaris
(artikel 18 t/ m 20)
Het voorzitterschap van het
algemeen en dagelijks bestuur rouleert gedurende de zittingsduur van het
algemeen bestuur. De zittingsduur van de voorzitter is telkens één jaar. Voor
de eerste maal zal de gemeente Schipluiden de voorzitter leveren.
Op voordracht van de
grondgebiedgemeente benoemt het algemeen bestuur een secretaris, die tevens
fungeert als secretaris voor het dagelijks bestuur.
Directie en overig
personeel (artikel 21)
Het bedrijvenschap kent één
directeur, die wordt benoemd door het algemeen bestuur op voordracht van de
gemeente Den Haag. De directeur is in eerste instantie belast met de dagelijkse
gang van zaken. De administrateur wordt voorgedragen door de gemeente Delft.
Over de
uitvoeringsorganisatie die de directeur ondersteunt zijn nadere afspraken
gemaakt die in het uitvoeringsconvenant zijn opgenomen. De drie deelnemende
gemeenten stellen op detacheringsbasis in beginsel ambtelijk personeel
beschikbaar voor de uitvoeringsorganisatie.
6. Uitvoeringsconvenant
In het
concept-uitvoeringsconvenant is een aantal aanvullende inhoudelijke afspraken
gemaakt tussen de drie deelnemende gemeenten. De belangrijkste afspraken worden
hierna toegelicht.
Relatie grondgebiedgemeente
- bedrijvenschap
Gelet op de
publiekrechtelijke bevoegdheden van de grondgebiedgemeente is vastgelegd dat op
verzoek van of ter uitvoering van besluiten van het bestuur van het
bedrijvenschap diverse taken door de gemeente Schipluiden op adequate wijze
worden uitgevoerd. Daarnaast zijn afspraken gemaakt over de wijze waarop de
openbare ruimte die het bedrijvenschap zal aanleggen in beheer wordt
overgedragen aan de gemeente Schipluiden c.q. de toekomstige gemeente
Midden-Delfland.
Functionele optimalisatie
In verband met het streven
naar een sluitende exploitatieopzet en het beheersen van de financiële risico’s
behoort optimalisatie van de bestemmingen in het bedrijventerrein in beginsel
tot de mogelijkheden. Gelet op de mogelijke concurrentie met locaties in Den
Haag en Delft is overeengekomen dat de genoemde optimalisatie van bestemmingen
slechts mogelijk is na uitdrukkelijke goedkeuring van de colleges van B&W
van de drie deelnemende gemeenten. Vervolgens is uiteraard afstemming met het
stadsgewest Haaglanden en de provincie noodzakelijk.
Uitvoeringsorganisatie
In het uitvoeringsconvenant
is opgenomen hoe de uitvoeringsorganisatie onder verantwoordelijkheid van de
directeur, rekening houdend met de belangen van met name de grondgebiedgemeente,
er bij aanvang van het bedrijvenschap uit zal zien.
Parkmanagement en
duurzaamheid
Met het oog op duurzaamheid
en het toekomstig beheer van het bedrijventerrein beoogt het bedrijvenschap te
zijner tijd onder meer parkmanagement in te voeren.
Uitplaatsing Haagse en
Delftse bedrijven
In het uitvoeringsconvenant
is opgenomen hoe - in relatie tot de oplevering van bouwrijpe kavels - wordt
omgegaan met de uitplaatsingsbehoefte vanuit Den Haag en Delft op het
standaardbedrijventerrein per deelgebied (Harnasch- Noord, Middengebied en
Weteringzone).
Doorlevering
Verweliuspercelen
In het kader van de
oprichting van het schap zijn nadere afspraken gemaakt over de doorlevering van
de Verweliuspercelen van Den Haag naar Schipluiden en Delft, zodra de
feitelijke oplevering door de tuinders is geschiedt. De bouwclaims van
Verwelius maken deel uit van deze afspraken.
Groenfonds
Midden Delfland
Vanuit
de exploitatie van het bedrijventerrein wordt een bijdrage van € 4,54 per m2
uitgeefbaar terrein beschikbaar gesteld ten behoeve van het Groenfonds Midden
Delfland.
7.
Voorstel
Wij
stellen u, onder voorbehoud van gunstig advies van de commissie duurzaamheid,
het volgende voor:
a.
In te stemmen met de grondexploitatie Bedrijvenpark Harnaschpolder;
b.
In te stemmen met een Delfts aandeel in een tekort op de
grondexploitatie van maximaal
€ 2,4 mln. binnen de uitgangspunten van een voor Delft
budgettair-neutrale ontwikkeling van de Harnaschpolder;
c.
In te stemmen met het uitvoeringsconvenant bedrijvenschap
Harnaschpolder;
d.
In te stemmen met de gemeenschappelijke regeling “Bedrijvenschap
Harnaschpolder”
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,
H.M.C.M.
van Oorschot ,burgemeester.
N.
Roos ,secretaris.
Stuk
112 II
03/017169
De
raad der gemeente Delft;
gelezen
het voorstel van het college van 10 juni 2003;
b
e s l u i t :
a.
In te stemmen met de grondexploitatie Bedrijvenpark Harnaschpolder;
b.
In te stemmen met een Delfts
aandeel in een tekort op de grondexploitatie van maximaal
€ 2,4 mln. binnen de uitgangspunten van een voor Delft
budgettair-neutrale ontwikkeling van de Harnaschpolder;
c.
In te stemmen met het uitvoeringsconvenant bedrijvenschap Harnaschpolder;
d.
In te stemmen met de gemeenschappelijke regeling “Bedrijvenschap
Harnaschpolder”
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 26 juni 2003.
,burgemeester.
,griffier.