In
december hebben we het voorontwerp bestemmingsplan Schieveen en het
Milieueffectrapport van u ontvangen met het verzoek om u te adviseren over de
inhoud van beide stukken in het kader van het overleg als bedoeld in art. 10
BRO.
Het voorontwerp
bestemmingsplan Schieveen is opgesteld om de polder Schieveen te kunnen
ontwikkelen als natuur- en bedrijvenpark.
In Delft wordt momenteel
het bedrijventerrein Technopolis ontwikkeld in de directe nabijheid van de TU
Delft. Voor dit bedrijventerrein is een bedrijfsprofilering opgesteld waarmee
Technopolis zich richt op research & development bedrijven die gelieerd
zijn aan de TU Delft.
De research & development sector in de regio is
eindig van omvang. Afstemming is van belang voor het creëren en behouden van
een vitale kenniseconomie in de Zuidvleugel. Een ontwikkeling, waarbij
Schieveen zich ontvouwt tot hoogwaardig bedrijventerrein dat niet gericht is op
research & development bedrijven en Technopolis zich ontwikkelt tot een
bedrijventerrein juist gericht op research & development, leidt tot een
compleet aanbod van mogelijkheden voor bedrijven die zich in de Zuidvleugel
willen vestigen.
Overleg gevolgd door het
opstellen van een convenant tussen Rotterdam en Delft over de programmatische
invulling van Schieveen zien we als een noodzakelijke voorwaarde om tot een
goede afstemming te komen tussen beide bedrijventerreinen. Indien overleg niet
leidt tot het gewenste convenant zien we ons genoodzaakt om gebruik te maken
van de mogelijkheid om zienswijzen in te dienen met betrekking tot het ontwerp
bestemmingsplan Schieveen.
Voor Technopolis wordt momenteel de MER afgerond.
Na bestudering van de MER Schieveen hebben we over het onderdeel Verkeer een
aantal vragen.
In de autonome ontwikkeling worden ontwikkelingen
genoemd, waarvoor de besluitvorming nog niet is afgerond. Het betreft:
•
Realisatie van de A4 tussen Delft en Schiedam.
Hiervoor wordt op dit moment door Rijkswaterstaat directie Zuid-Holland de
startnotitie MER opgesteld.
•
Realisatie van de A16/13.
•
Afwaardering van de A13 tot twee maal twee
rijstroken en een maximaal toegestane
snelheid van 80 km/uur.
Deze maatregelen passen
in de variantenstudies. Hierdoor kan beter inzichtelijk worden gemaakt wat de
invloed is van de ontwikkeling van een deel van Schieveen als bedrijventerrein.
Het niet of later realiseren van deze maatregelen heeft consequenties voor de
ontwikkelings-mogelijkheden van Schieveen.
Op dit moment loopt in
het kader van de Spoedwet Wegverbreding een traject voor een gedeeltelijke
verbreding van de A13 tussen Rotterdam en Delft door middel van een spitsstrook
naar drie plus vier (oostzijde) stroken binnen de huidige twee maal drie
configuratie. Deze maatregel behoort wel tot de autonome ontwikkeling.
In de richtlijnen voor de MER is aangegeven de
verkeerseffecten te bestuderen. In de MER ontbreekt echter een kwantificering
of indicatie van de te verwachten effecten van mitigerende maatregelen. Met
name op het gebied van afname verkeersaanbod ligt een relatie met de
algehele bereikbaarheid in dit deel van de Zuidvleugel. In de MER wordt
versterking van het openbaar vervoer voorgesteld. Wij zijn benieuwd naar de
concrete uitwerking hiervan. Naar onze opvatting is het zinvol om voor de
middellange termijn te bezien wat de mogelijkheden zijn om door middel van
lightrail de locaties Technopolis en Schieveen/Zestienhoven met elkaar te
verbinden. Dit zou de synergie tussen beide gebieden kunnen versterken en past
ook in de gedachtegang van de “kennisboulevard A13”.
Bij het hoofdstuk locatiekeuze
(MER 2.2.2, pagina 28) wordt uitgegaan van een verkenning door de provincie
Zuid-Holland genaamd Rechter Maasoever. Indien vanuit een MER-optiek wordt
gekeken, passen ook bedrijfslocaties die buiten de stadsregio gelegen zijn. In
onze optiek is het bedrijventerrein Technopolis een locatie met gelijke of
overeenkomstige kenmerken voor bedrijfsvestiging. Graag zien we een afweging in
de MER, dan wel suggesties voor een win-win-vorm in samenwerking.
Ter
verheldering stellen we voor dat in figuur 4.1 (de autonome ontwikkelingen) ook
het werkgebied en de gewenste verbindingen van de Groenblauwe Slinger
aangegeven worden.
Gezien de overeenkomsten in het ontwikkeltraject en
de te verwachten effecten bij Schieveen en Technopolis willen wij u
nadrukkelijk uitnodigen voor overleg.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Delft,
,burgemeester.
,secretaris.
c.c.: Commissie voor de
milieueffectrapportage, Provincie Zuid-Holland, Stadsgewest Haaglanden.