· Eind 2003 waren er 582 ondergrondse containers. Hiervan zijn er 322 bestemd voor restafval, 217 voor GFT, 34 voor glas en 9 voor papier.
· De totale hoeveelheid te verbranden afval blijft stijgen en komt in 2003 op 26.396 ton.
· De totale hoeveelheid gescheiden ingezameld afval daalde met 2,2% ten opzichte van 2002 tot 36, 2%.
· Het percentage huishoudens dat zegt deel te nemen aan de scheiding van afval neemt voor alle deelstromen toe, terwijl de ingezamelde hoeveelheden afnemen.
· In 2004 heeft meer dan eenderde van de huishoudens een anti-drukwerksticker, een lichte stijging ten opzichte van 2002.
· In 2003 werden 15.680 stuks wit- en bruingoed ingezameld, dit is een forse stijging ten opzichte van 2002, namelijk 32% (3811 stuks meer).
· 59% van het bedrijfsafval dat op het Overlaadstation wordt aangeboden, wordt hergebruikt, tegenover 38% in 2002.
· De deelname van Delftse bedrijven aan het horecaconvenant blijft stijgen in 2003, maar minder hard dan in 2002.
· Nieuw grofvuilbeleid leidt in 2004 tot verbeteringen in het aanbieden en aanmelden van grof huisvuil.
· Er is een glasbak promotiecampagne gestart op scholen in Delft en een prijsvraag bij het afvalbrengpunt Retourette uitgezet.
Nieuw grofvuilbeleid.
Sinds 1 januari 2004 kent Delft een nieuwe werkwijze voor het aanmelden, ophalen en aanbieden van grofvuil. Deze werkwijze houdt in dat de ophaaldienst alleen dat grofvuil meeneemt dat ook is aangemeld bij de gemeente. Het nieuwe beleid heeft tot doel de overlast van onaangemeld grofvuil terug te dringen. Het grofvuil moet nu ook, waar mogelijk, voor de deur aan de kant van de weg worden aangeboden en niet meer bij de containers. Het nieuwe beleid wordt ondersteund door strenger toezicht van de Reinigingsinspecteurs in samenwerking met de Toezichthouders Openbare Ruimte. Om daarnaast meer mensen te stimuleren grofvuil zelf weg te brengen, zijn de openingstijden van het Overlaadstation op zaterdagmiddag verruimd en bestaat er een kortingsregeling op de huur van aanhangwagens die gebruikt worden om vuil weg te brengen naar het Overlaadstation.
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de eerste helft van 2004 ten opzichte van dezelfde periode in 2003.
|
2003 |
2004 |
Percentage verschil |
Digitale meldingen |
2.052 |
3132 |
+ 53% |
Telefonische meldingen |
9.014 |
10.099 |
+ 12% |
Totaal meldingen |
11.066 |
13.245 |
+ 20% |
Bezoekers Overlaadstation |
8.096 |
12.041 |
+ 49% |
Uitgegeven kortingsbonnen |
|
166 |
|
In 2003 werden in totaal 21.089 meldingen voor grofvuil geregistreerd, waarvan iets meer dan een vijfde (21%, 4325) digitaal en bijna vier vijfde telefonisch (79%, 16.764). |
|
Strategisch Inzamelplan
In de tweede helft
van 2004 is een Strategisch Inzamelplan opgesteld waarin alternatieven voor de
huidige wijze van afvalinzameling onderzocht zijn. Het nieuwe
afvalinzamelsysteem moet de volgende 3 doelstellingen in de praktijk brengen:
het toenemende aanbod van afval qua kosten binnen de perken houden, bewoners
ertoe te bewegen afval beter te scheiden en te komen tot een schonere
leefomgeving met minder zwerfafval. Het college van B&W heeft de
voorkeursvariant uit dit plan voorgelegd aan de commissie Leefbaarheid. Deze
variant wordt in het derde en vierde kwartaal van 2004 uitgewerkt en
doorgerekend. Uitvoering van de plannen vindt medio 2005 plaats.
Gebruik glasbakken
stimuleren
Als uitwerking van het 3D-project ‘Voorlichting op maat’ is
in de tweede helft van 2004 een campagne gestart om het gebruik van glasbakken
te stimuleren. Uitgangspunt hierbij is via voorlichting aan kinderen de ouders
te stimuleren om glas te scheiden van het overige afval. Daarom hebben alle
groepen 7 en 8 van de basisscholen en de klassen 1 en 2 van het voortgezet
onderwijs het campagnelespakket ‘verpakkingsglas is eindeloos’ ontvangen.
Hierin zit een videoband over glasrecycling, een lesbrief voor de docenten en
werkbladen voor de kinderen. Daarnaast heeft de gemeente een bouwplaat van de
zuil van een ondergrondse glascontainer ontwikkeld. Deze zuil mogen de kinderen
versieren om het gebruik van de container te stimuleren. De winnende ontwerper
mag met de hele klas een dag op schoolreis en het ontwerp wordt ook
daadwerkelijk uitgevoerd op een glasbak naar keuze. In de actieperiode zullen
drie weken lang posters door de stad hangen en wordt er via persberichten
bekendheid gegeven aan de glasbak.
Retourette in Plus Delft heeft al enige jaren een
Retourette in de Plus supermarkt in Tanthof, waar bewoners diverse
afvalsoorten gescheiden kunnen aanbieden. Naast statiegeldflessen is dat glas,
papier, batterijen, kleding, schoenen, klein wit- en bruingoed en blik. In
2002 startte de gemeente met een ‘facelift’ van het ‘informeren’ deel van de
Retourette. Naast het aanpassen van de gemeentelijke pc in 2003, is in 2004
ook een nieuw informatiepaneel ontworpen en bevestigd. In samenwerking met de
winkelier is een prijsvraag over afvalscheiding georganiseerd. De bezoekers
van de winkel konden hieraan deelnemen. |
|
Hoeveelheid straatafval
Doelstelling
Doelstelling van de gemeente is de omgeving schoon te houden en de hoeveelheid zwerfvuil op straat te verminderen.
Resultaat
Omdat in het straatafval nog een aanzienlijk deel veegzand zat en het zowel milieutechnisch als bedrijfseconomisch aantrekkelijker is het zand van het vuil te scheiden is in 2001 op het Overlaadstation begonnen met het scheiden van veegvuil en veegzand. In 2003 werd 2645 ton straatafval ingezameld, waarvan 1.422 ton veegzand en 1223 ton veegvuil. Daarnaast werd er 62 ton drijfvuil uit de grachten van Delft gevist. |
|
|
ConclusieDe hoeveelheid
ingezameld straatvuil steeg in 2003 met 9%. Hieruit valt echter niet op te
maken of er meer of minder zwerfvuil op straat ligt. Uit algemene trends
blijkt wel dat het consumptieniveau stijgt, zowel qua hoeveelheid producten
als de uitgaven ervoor. Met name de hoeveelheid eenmalige verpakkingen stijgt
door afschaffing van statiegeld |
een toename van het aantal “snacks” en daarmee de hoeveelheid kleine verpakkingen. Dit zou kunnen verklaren dat er meer verpakkingen op straat weggegooid worden en daarmee de hoeveelheid ingezameld vuil navenant stijgt.
Aantal ondergrondse containers voor inzameling afval
Doelstelling
Doelstelling van de gemeente[1]
is minimaal 500 nieuwe ondergrondse afvalcontainers gerealiseerd te hebben ten
opzichte van 1998 op 1 januari 2005.
Resultaat
In
2003 zijn 85 nieuwe ondergrondse containers bijgeplaatst. Daarmee komt het
totaal op 582. Hiervan zijn er 322 bestemd voor restafval, 217 voor GFT, 34
voor glas en 9 voor papier. Eind 2004 worden de laatste ondergrondse containers
volgens planning in de wijk Vrijenban geplaatst.
Conclusie
De doelstelling is reeds in 2003 ruimschoots behaald. Eind 2004 is deze maatregel voltooid en zal daarom niet langer gemonitord worden.
Gescheiden inzameling huishoudelijk afval
Doelstelling
De duurzaamheidsdoelstelling van de gemeente[2] is de hoeveelheid te verbranden afval op het niveau van 1998 (26.000 ton) te stabiliseren in 2003.
Het Stedelijke Vernieuwing 2000-2010: Delfts Ontwikkelingsprogramma stelt hetzelfde doel alleen op een andere termijn, namelijk 1 januari 2005. Daarnaast moet het ingezameld GFT-afval dan voor 90% zuiver zijn.
Hoeveelheid
ingezameld huishoudelijk afval
Resultaat
In 2003 ontstond bij huishoudens
in totaal 41.415 ton afval. 26.396 ton hiervan was restafval en werd derhalve
verbrand. Dit betekent een stijging van 8,3% ten opzichte van 2002. De totale
hoeveelheid gescheiden ingezameld afval daalde in 2003 met 2,2% tot 36, 2%.
De |
|
hoeveelheid ingezameld KCA is dit jaar afgenomen van 98 naar
78 ton. De hoeveelheid ingezameld glas is nagenoeg gelijk gebleven.
Het
aanbod van divers afval[3]
is met 95% toename bijna verdubbeld ten opzichte van 1998. Duidelijk is dat de stromen puin en hout
sterk zijn toegenomen sinds 1998 en dat Bouw en sloopafval is afgenomen. Er
bestaat geen eenduidige verklaring hiervoor maar wel het vermoeden dat dit
veroorzaakt wordt door de volgende factoren:
-
een toename
van de hoeveelheid vuil en van de hoeveelheid vuil dat naar het Overlaadstation
wordt gebracht;
-
andere
registratie: wat eerder onder BSA werd geboekt wordt nu onder hout geboekt;
-
aannemers die
zich voordoen als burger zodat zij niet hoeven te betalen: hier wordt overigens
wel op gelet op het Overlaadstation.
De volgende figuur geeft de opbouw van het huishoudelijk afval weer.
Gerapporteerde deelname aan afvalscheiding door Delft
Internet Panel
In 2003 zijn geen afvalscheidingsvragen opgenomen in het Delft Internet Panel, vandaar dat hierover niet gerapporteerd kan worden. In 2004 is wel een peiling gedaan. Hieruit blijkt dat het algehele scheidingsgedrag van de respondenten toeneemt. Papier blijft koploper: 93% van de respondenten |
|
geeft aan dit gescheiden in te leveren. Ten opzichte van 2002 is dit een stijging van 3%. Daarna komt glas, dat door 93% gescheiden wordt van het ‘grijze’ afval. Dit laat een stijging van 5% ten opzichte van 2002 zien. 82% van de Delftenaren uit het panel leveren ook klein chemisch afval, zoals batterijen en verfresten, apart in, een toename van 8% vergeleken met 2002. Textiel wordt door 67% van de respondenten gescheiden. Hier is de grootste toename te zien: 12% meer dan in 2002. Het groente-, fruit- en tuinafval scoort nog steeds als laagste in de lijst, maar stijgt ook van 40% in 2002 naar 46% in 2004. Hierin speelt mee dat er geen GFT in de binnenstad opgehaald wordt en daarmee een deel van de bevolking niet bereikt wordt. In 2004 is voor het eerst de vraag over gescheiden inzameling van kleine elektrische apparaten opgenomen. 62% van de huishoudens zegt hieraan mee te werken.
Onderzoek afvalscheiding
Zuid-Holland
In het Milieubelevingsonderzoek 2003 van de provincie Zuid-Holland is het afvalscheidingsgedrag gemeten voor Delft binnenstad/centrum. De resultaten staan in de volgende tabel.
Percentage ondervraagden[4]
dat afval gescheiden inzamelt
|
2001 |
2003 |
Glas |
86 |
97 |
Papier |
96 |
94 |
KCA |
83 |
91 |
GFT |
43 |
42 |
De resultaten van de provinciale meting liggen op alle stromen hoger dan de Delftse meting, behalve voor GFT. Dit komt omdat dit niet gescheiden opgehaald wordt in de binnenstad. Ten opzichte van 2001 is er over het geheel een toename van de gescheiden afvalinzameling zichtbaar. Alleen GFT blijft achter.
Voor de gehele regio blijkt dat de participatie aan gescheiden systemen van afvalverzameling gestaag blijft stijgen. Inmiddels geeft circa 90% aan glas, papier en KCA gescheiden in te zamelen. Bijna tweederde zamelt ook GFT gescheiden in. Delft blijft hierbij vergeleken achter.
Het provinciale milieubelevingsonderzoek meet eveneens de tevredenheid van de burgers over de gescheiden afvalinzameling. Hieruit blijkt dat net als in 2001 een ruime meerderheid van de inwoners tevreden is over de mogelijkheden om glas en papier gescheiden aan te leveren in de omgeving. De tevredenheid over de inzameling van KCA en GFT blijft hierbij achter.
Percentage ondervraagden[5]
dat tevreden is over voorzieningen
gescheiden afvalinzameling
|
2001 |
2003 |
Glas |
74 |
86 |
Papier |
85 |
91 |
KCA |
68 |
62 |
GFT |
68 |
55 |
In heel Zuid-Holland neemt de tevredenheid over mogelijkheden voor gescheiden afvalinzameling toe, behalve voor KCA, waarvoor het licht afneemt. Delft wijkt af van het gemiddelde door een grotere afname en een lager niveau van tevredenheid over GFT inzameling.
Conclusie
De totale hoeveelheid te verbranden afval ligt in 2003 iets boven het niveau van 1998, waarmee de doelstelling voor 2003 niet meer behaald wordt. Dit was wel het geval voor 2001 en 2002. Hier is dus een verslechtering zichtbaar, zowel qua hoeveelheid te verbranden afval als qua hoeveelheid ingezameld gescheiden afval.
De doelstelling omtrent de zuiverheid van het ingezameld groenafval is niet te toetsen, omdat er geen sorteeranalyses van het groenafval zijn gehouden.
De gerapporteerde deelname van huishoudens aan de scheiding van papier, textiel en groenafval stijgt, terwijl de hoeveelheid gescheiden ingezameld afval daalt. Hieruit blijkt dat het feitelijke scheidingsgedrag verschilt van het gerapporteerde gedrag.
Sorteeranalyses
Doelstelling
De
totale hoeveelheid afval die verbrand wordt verminderen, door enerzijds minder
afval in totaal te produceren en anderzijds de hoeveelheid recyclebaar
materiaal in het restafval terug te brengen. Dit laatste kan gemonitord worden
door middel van sorteeranalyses van het restafval. Op basis van de resultaten
uit de sorteeranalyses kan de gemeente een uitspraak doen over het
afvalscheidingsgedrag van de inwoners. Het gaat immers niet alleen om de kilo’s
die gescheiden ingezameld worden maar ook om de kilo’s die met het restafval
worden verbrand.
Resultaat
In de
tabel zijn de resultaten van 2 halfjaarlijkse sorteeranalyses te zien van 2003.
Onderstaand voorbeeld geeft weer hoe de resultaten geïnterpreteerd moeten
worden.
Voorbeeld: Jaarlijks wordt
ongeveer 1866 ton glas ingezameld. Dit betekent gemiddeld 19 kilogram per
inwoner. Uit de sorteeranalyse blijkt dat er nog gemiddeld 4% glas in het
restafval zit. Omgerekend wil dit zeggen dat er circa 1056 ton glas, gemiddeld
10 kilogram per inwoner, op jaarbasis met het restafval wordt afgevoerd.
Conclusie
Het
blijkt dat de herbruikbare stromen nog zo’n 43% van het huidige restafval
uitmaken. Hier ligt een grote kans voor de gemeente om de burger meer tot
afvalscheiding te bewegen, zowel uit kosten- als uit milieuoverwegingen.
Wit- en Bruingoed
Doelstelling
De landelijk norm[6] verplicht gemeenten om vanaf 1 januari 1999 al het grote wit- en bruingoed[7] en vanaf 1 januari 2000 ook het kleine WEB gescheiden in te zamelen.
Resultaat
In 2003 werden 15.680 stuks wit- en bruingoed (WeB) ingezameld, 32% (3811 stuks) meer dan in 2002.
Conclusie
Uit de resultaten is niet af te leiden welk deel van het totaal aantal afgedankte wit- en bruingoedapparaten er gescheiden wordt ingezameld. Ook is de hoeveelheid WeB dat wordt aangeleverd bij detaillisten bij aankoop van een nieuw apparaat onbekend. Dit geldt ook voor het aantal apparaten dat mensen zelf naar kringloopwinkels brengen.
Anti-drukwerksticker
Doelstelling
De doelstelling uit het Duurzaamheidsplan Delft 2000-2003 is de hoeveelheid te verbranden afval op het niveau van 1998 (26.000 ton) te stabiliseren in 2003. Een middel om dit doel te bereiken is het ontstaan van afval te voorkomen. In 1997 zijn huis-aan-huis ja/nee-stickers verspreid via de Stadskrant. Sinds een aantal jaren zit de sticker standaard in het pakket voor nieuwkomers in Delft.
Resultaat Voor 2003 zijn geen gegevens beschikbaar omdat er geen meting uitgevoerd is via het Delft Internet Panel. In 2004 geeft 35% van de Delftse huishoudens aan een antidrukwerk sticker op hun brievenbus te hebben. Hieruit blijkt dat het gebruik van de anti-drukwerksticker nog steeds gestaag stijgt. |
|
Een gemiddeld huishouden zonder anti-drukwerksticker ontvangt op jaarbasis ongeveer 34 kg. drukwerk[8]. Gezamenlijk voorkomen de huishoudens met een anti-drukwerksticker daarom het ontstaan van ongeveer 1775 ton papier[9].
Conclusie
Meer dan eenderde van de huishoudens gebruikt een anti-drukwerksticker. Dit scheelt een aanzienlijke hoeveelheid papierafval.
Hergebruik bedrijfsafval
Doelstelling
De gemeente Delft streeft naar een zo groot mogelijke gescheiden inzameling van bedrijfsafval.
Resultaat
In
2003 werd 59% van al op het Overlaadstation aangeboden bedrijfsafval
hergebruikt. In 2002 was dit nog 38%. Er is een forse stijging van meer dan
20% te zien. Hier staat tegenover dat de totale hoeveelheid gebracht
bedrijfsvuil is gedaald van 7.505 naar 6.374 ton. Tot nu toe werd
huishoudelijk en bedrijfsmatig afval tezamen ingezameld. Eind 2004 worden
deze twee stromen gescheiden ingezameld, waardoor er meer transparantie |
|
in de kosten en baten ontstaat en een betere dienstverlening mogelijk is.
Conclusie
Het registratiesysteem dat wordt gebruikt bij het verwerken van bedrijfsafval heeft resultaat. In 8 jaar tijd wordt ruim de helft van het afval hergebruikt.
Horeca-convenant
Doelstelling
Om de afvalscheiding bij horeca-ondernemingen te stimuleren heeft de gemeente in 1995 een convenant met de branche-organisatie Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Delft/Oostland gesloten. Daarin is afgesproken dat indien een horecabedrijf het afval gescheiden aanbiedt, de gemeente dit tegen gereduceerd tarief inzamelt.
Resultaat
In 2003 waren er
205 horecabedrijven, waarvan er 185 lid zijn van de Koninklijke Horeca
Nederland. 85 Delftse bedrijven namen in 2003 deel aan het convenant, oftewel
41% tegenover resp. 40% en 30% in 2002 en 2001. Er is dus sprake van een
stijgende trend, alhoewel die in 2003 wat afvlakt. Dit heeft te maken met
ruimtegebrek voor het plaatsen van meerdere afvalcontainers bij
horecaondernemers |
|
in de binnenstad en ook afnemende bereidheid tot het leveren van extra tijdsinspanningen voor afvalscheiding wegens hogere werkdruk door de economische recessie.
Conclusie
Het aantal deelnemende horecabedrijven blijft in 2003 stijgen, maar minder dan in het jaar daarvoor.
[1] Delfts Ontwikkelingsprogramma Stedelijke Vernieuwing 2000-2010.
[2] 3D: Duurzaamheidsplan Delft 2000-2003.
[3] Hier valt grof vuil, bouw- en
sloopafval, puin, hout en asbesthoudend afval onder.
[4] In 2001 werden 129 mensen
ondervraagd, tegenover 154 in 2003.
[5] In 2001 werden 129 mensen
ondervraagd, tegenover 154 in 2003.
[6] Besluit Verwijdering Wit- en
Bruingoed, 1998.
[7] De stroom is onder te
verdelen naar Koelvries, Groot witgoed, TV’s, Klein witgoed, en ICT.
[8] Bron: www.Milieucentraal.nl. De hoeveelheid
drukwerk per huishouden is tussen 1990 en 2000 verdubbeld.
[9] 52.240 huishoudens op 1 januari 2003.