Om het
gebruik van de fiets te stimuleren, is het van belang dat de fiets bij de
woning goed en veilig kan worden gestald. De beste vorm hiervoor is in een
inpandige privé-stallingen (berging, box of schuur). In sommige wijken (m.n. de
vooroorlogse wijken) ontbreekt het bij de woningen vaak aan dergelijke
voorzieningen. De gemeente kan hiervoor een oplossing bieden in de vorm van een
overdekte, afsluitbare stalling (fietsentrommel), die in de openbare ruimte
wordt geplaatst. Deze trommels worden geplaatst op verzoek van bewoners, mits
er voldoende ruimte, animo en draagvlak is. De gemeente verzorgt en betaalt
vervolgens de (plaatsing van de) fietsentrommel. Het beheer en onderhoud wordt
uitbesteed aan de stichting Biesieklette. Hiervoor wordt de gebruiker
maandelijks € 6,81 per fiets in rekening gebracht.
2.
Trommelverzoeken Binnenstad
In de schil rond de
Binnenstad zijn er al een aantal fietsentrommels geplaatst (Westerkwartier,
Vrijenban, Wippolder), maar in de
binnenstad is hier i.v.m. het “beschermd stadsgezicht” altijd terughoudend mee
omgegaan.
In het
nieuwe bestemmingplan voor de Binnenstad is echter speciaal hiervoor een vrijstellingsregel
opgenomen, onder de bestemmingen "Groenvoorziening" en
"Verkeers- en verblijfsdoeleinden openbaar" Zo is dus -
bestemmingsplantechnisch gezien - het
plaatsen van fietsentrommels in de
Binnenstad mogelijk. Voor de plaatsing van
een fietsentrommel is te allen tijde een bouwvergunning noodzakelijk.
In het kader van een aantal eerste concrete verzoeken tot
plaatsing van fietstrommels in de Binnenstad op de Paardenmarkt, Doelenstraat,
Oostplantsoen, Raam en Hopstraat heeft allereerst een vooroverleg
plaatsgevonden met de Commissie voor Welstand en Monumenten. De Commissie is
van mening dat het plaatsen van fietstrommels ten koste gaat van de toch al
schaarse openbare ruimte in de Binnenstad. Zodoende is de Commissie in algemene
zin tegen het plaatsen van fietstrommels in de gehele Binnenstad. Wel
acceptabel is eventueel plaatsing op een bestaande openbare parkeerplaats. De
Commissie adviseert het College van B&W daarom negatief.
Naar aanleiding van het negatieve advies van Welstand
heeft er een bestuurlijk verleg plaatsgevonden tussen de voorzitter van de
commissie en de wethouders Grashoff en Baljé. In dat overleg is heeft de
wethouder toegezegd het criterium van het niet plaatsen van de fietsentrommels
voor monumentale panden uit te breiden met een straal van 15 meter binnen welke
geen trommels geplaatst worden. Daarnaast zullen er in de binnenstad trommels
met transparante zijschotten gezet worden in plaats van de reguliere trommels.
Hoewel waardering voor het overleg en de bijstelling blijft Welstand bij zijn
eerdere opvatting. Bij bredere afweging, waarbij het belang van het stimuleren
van fietsstimulerende maatregelen zwaarder weegt, wordt voorgesteld toch
plaatsing, onder deze strikte voorwaarden, van fietsentrommels toe te staan.
Vanuit mobiliteitsoogpunt is het opofferen van (algemene)
parkeerplaatsen, die op hun beurt ook schaars zijn (vooral in de Binnenstad),
in algemene zin niet wenselijk. Per locatie zou dit eventueel nog kunnen worden
afgewogen. Daarbij stelt het voorstel van de Commissie teveel beperkingen aan
de mogelijke locaties voor plaatsing van een trommel. Straten zonder openbare
parkeerplaatsen zouden hierdoor bij voorbaat al afvallen.
Voorgesteld wordt:
1)
Om het negatieve advies van de Commissie voor Welstand en Monumenten
naast u neer te leggen, om zodoende plaatsing van fietsentrommels in de
Binnenstad mogelijk te maken, onder de volgende voorwaarden:
a.
Niet direct aan een gracht (zie kaart bijlage I)
b.
Niet binnen een straal van 15 meter van een gemeentelijk of rijksmonument1
c.
Niet in een van de straten van
het kernwinkelgebied (zie kaart bijlage I)
d.
Plaatsing zoveel mogelijk niet
prominent in zicht
e.
Een type fietsentrommel dat,
anders dan in de schil gebruikelijk is, geheel transparant is
2)
Om het plaatsen van fietsentrommels in de
Binnenstad niet ten koste te laten gaan van parkeerplaatsen. Indien dit
absoluut niet mogelijk is en er voldoende draagvlak onder de omwonenden is, kan
daar incidenteel van afgeweken worden en zou het ten koste mogen gaan van een
vergunningparkeerplaats (met een maximum van 10 parkeerplaatsen over de gehele
Binnenstad)
)1 Indien binnen een straal van 10 meter van
een bestaande fietsentrommel een pand tot monument wordt uitgeroepen, hoeft
deze trommel niet te worden verwijderd