Stuk 4 I                                                                             Delft, 13 januari 2004.

341920

 

Onderwerp: voorbereidingsbesluit Abtwoudseweg.

 

 

Aan de gemeenteraad.

 

Geachte dames en heren,

 

Dit voorbereidingsbesluit heeft betrekking op het terrein van de Nederlandse Speciaal drukkerij (NSD) en de direct aan dat terrein grenzende percelen waar de bedrijven van Haring en Ninaber zijn gevestigd.

Het terrein NSD is aangekocht door HBG-vastgoed. Overeenkomstig plannen uit 1995 wordt woningbouw op het terrein voorgesteld.

Op 29 maart 2001 heeft de gemeenteraad van Delft het bestemmingsplan Hooikade-Zuideinde 2000 vastgesteld. Het bestemmingsplan is ter goedkeuring voorgelegd aan Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland. GS hebben het bestemmingsplan gedeeltelijk goedgekeurd. Goedkeuring is onthouden aan de bedrijvenstrook in het zuiden van het plangebied. Aan die strook grond is goedkeuring onthouden omdat GS niet instemde met de wijze waarop de gemeente Delft opname van bedrijven in het bestemmingsplan motiveerde. Het bestemmingsplan bood naar het oordeel van GS onvoldoende waarborgen voor het in acht nemen van noodzakelijke afstanden tussen milieugevoelige bestemmingen (waaronder woningbouw) en milieubelastende bestemmingen (waaronder bedrijven). Inmiddels heeft de gemeenteraad op 3 oktober 2003 de nota “Bedrijven en bestemmingsplannen” vastgesteld waarin de wijze waarop de gemeente bedrijven in haar bestemmingsplan opneemt gemotiveerd wordt aangegeven.

Als gevolg van de onthouding van goedkeuring is ter plaatse het bestemmingsplan

Hooikade-Zuideinde uit 1980 blijven vigeren. Dat bestemmingsplan kent aan de gronden de bestemming “Bedrijfsdoeleinden” toe.

 

De woningbouwplannen voor het NSD terrein zijn aldus in strijd met het geldende bestemmingsplan. Om de woningbouw mogelijk te maken is een vrijstellingsprocedure als bedoeld in artikel 19 van de Wet op de ruimtelijke Ordening (WRO) noodzakelijk. Die vrijstellingsprocedure dient gebaseerd te zijn op een “goede ruimtelijke onderbouwing”. Die goede ruimtelijke onderbouwing is neergelegd in het Ontwikkelingsplan NSD, dat op 27 februari 2003 door de gemeenteraad is vastgesteld.

Omdat het vigerende bestemmingsplan ouder is dan 10 jaar, dient de vrijstelling ex artikel 19 WRO op grond van artikel 19 lid 4 gebaseerd te zijn op een voorbereidingsbesluit. Dit voorbereidingsbesluit wordt thans ter vaststelling aan de gemeenteraad aangeboden.

 


 

Naast het terrein van de NSD liggen het terrein van Haring en het terrein van Ninaber, voormalig het bedrijf Hatek. Beide terreinen zijn van belang enerzijds in de ontwikkeling van het woongebied ter plaatse van de NSD (terrein Haring en terrein Ninaber), anderzijds voor de ontwikkeling van de spoorzone (terrein Ninaber). Voor die ontwikkelingen is het van groot belang dat de bestaande bedrijfsvoering niet wordt uitgebreid. Uitbreiding van de bedrijfsvoering legt beperkingen op voor de ontwikkeling van de woningbouw op het NSD-terrein en voor de ontwikkelingen van de Spoorzone. Het terrein van Ninabar is nu nog voor bijna 60 % onbebouwd. Het vigerende bestemmingsplan maakt 100% bebouwing mogelijk. Bovendien wordt daarbij geen parkeereis gesteld. Dit is ruimtelijk gezien ongewenst. Daarnaast geldt dat het terrein doorsneden wordt door één van de spoortunnelalternatieven die nu onderzocht worden. Ontwikkeling vooruitlopend op de besluitvorming over de spoortunnel en vooruitlopend op een dan ook nog onzekere stedenbouwkundige context zijn niet gewenst.

Tijdens de inspraakbijeenkomst heeft Ninabar aangegeven wel gebruik te willen maken van die uitbreidingsmogelijkheden.

 

Om woningbouw ter plaatse van het voormalig NSD terrein mogelijk te maken en ter voorkoming van uitbreiding van de bedrijfsvoering van aangrenzende bedrijven is voor het gebied van het voormalig NSD-terrein en de gronden van Haring, Abtswoude 18, en Ninaber, Abtswoude 20 op 3 februari 2003 een voorbereidingsbesluit vastgesteld. Dit besluit zal op

2 februari 2004 verlopen. Het nieuwe bestemmingsplan voor dit gebied is gepland in het vierde kwartaal van 2004. Gelet op dit nieuwe bestemmingsplan is het van belang dat het voorbereidingsbesluit opnieuw wordt genomen.

 

Onder voorbehoud van gunstig advies van de commissie Duurzaamheid stellen wij u voor te bepalen dat een bestemmingsplan wordt voorbereid voor het binnen het met een zwarte stippellijn op de voor u ter inzage gelegde tekening RO-27-22-01 aangegeven gebied, waartoe wij u een in ontwerp opgemaakt besluit ter vaststelling aanbieden.

 

Hoogachtend,

 

Burgemeester en wethouders van Delft,

 

 

 

H.M.C.M. van Oorschot , burgemeester.

 

 

 

N. Roos                             , secretaris.


 

 

De raad der gemeente Delft;

 

gelezen het voorstel van het college van 13 januari 2004;

 

gelet op artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en met inachtneming van het advies van de commissie Duurzaamheid;

 

b e s l u i t:

 

I.        te bepalen dat een bestemmingsplan wordt voorbereid voor het binnen het door een zwarte stippellijn op de bij dit besluit behorende tekening RO-27-22-01 aangegeven gebied.

 

II.        te bepalen dat dit besluit in werking treedt met ingang van 1 februari 2004.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 29 januari 2004

 

 

 

                                      , burgemeester.

 

 

 

                                      , griffier.

 

 

 

Belanghebbenden in de zin van de Algemene wet bestuursrecht kunnen binnen 6 weken na bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de gemeenteraad van Delft, p/a Postbus 78, 2600 ME Delft.