Aanwezig: |
De dames Koning ( PvdA), Bolten (GroenLinks),
Lourens (D66), Geursen en Steffen (VVD) en De Jong (CDA).
De heren Kiela (PvdA), Gabeler (Leefbaar Delft), Van Breukelen en Van
Putten (STIP), Van den Doel (CU/SGP), Meuleman en De Jong
(Stadsbelangen), Kroon (Onafhankelijk) en Van Tongeren (CDA). |
5. |
Ontwerp Bestemmingsplan (BP) Spoorzone
(611063)
Het bestemmingsplan wordt
voorgelegd aan de commissie voor overleg. De commissie neemt kennis
van de aangeboden stukken en toetst het ontwerp bestemmingsplan aan
eerdere kaderstellende uitspraken, waarna het kan worden vrijgegeven
voor de ter inzagelegging.
Insprekers
Mw. Hulshof / Vereniging Bacinol i.o., pleit voor het behoud
van het gebouw en inpassing van Bacinol in het BP. De vereniging
blijft bij haar eerder ingediende zienswijze en vult deze aan met o.a.
de volgende argumenten: de economische- en de culturele waarde van
Bacinol (Bacinol blijkt dé plek voor starters).Ter ondersteuning van
haar pleidooi overlegt mevrouw Hulshoff een voorstel met twee scenario’s,
waarbij in scenario 1 de kosten zijn opgegeven voor de sloop van het
gebouw en in scenario 2 de kosten die gemoeid zouden zijn met het
behoud van het Bacinolgebouw. Verder verzoekt mevrouw Hulshof om de
toelichting bij het BP, daar waar het over Bacinol gaat, te nuanceren.
De heer Meijerink / Bacinol BV pleit voor handhaving van de
functie van het Bacinolgebouw en het betrekken van het DSM terrein bij
het BP.
De heer Van Wees / Platform Spoor / Bewonersgroep Van Marken
vraagt om (in deze fase) nog niet het wijzigingsbesluit voor kantoren
op te nemen (kantoren i. p.v. Bacinolgebouw). Indien het toch
opgenomen wordt, vraagt hij de hoogte aan te passen (aan laten sluiten
op niveau woningen). Verder vraagt hij aandacht voor de verwachte,
toenemende verkeersintensiteit op de Kampveldweg. Hij vraagt de zijde
aan het Van Markenplein af te sluiten voor autoverkeer (dit mede t.b.v.
reductie van fijn stof) en dit, indien mogelijk, al mee te nemen met
de pilot op de Ruys de Beerenbrouckstraat. Tot slot vraagt hij de
tunnel eerder te laten ondertunnelen (niet bij Kampveldweg maar meer
richting het Haantje).
Mevrouw De Reus / bewoonster Coenderstraat 40, heeft vragen
over de bouwhoogte van de flats tegenover de Coenderstraat (m.n.
tegenover haar woning), de toenemende verkeersdrukte, de ventweg en
zij vraagt wat er gebeurt met de huidige invalidenparkeerplaatsen.
De heer Hovenkamp / bewonersoverleg Coenderstraat/Parallelweg
zegt overlast te verwachten door de verplaatsing van de verkeersader
Coenderstraat/Parallelweg en de daaruit voortvloeiende, toenemende
verkeersintensiteit (o.a. geluidsbelasting en luchtverontreiniging).
Daarbij maakt hij bezwaar tegen de massaliteit en het volume van de
nieuwbouwplannen, hij wijst daarbij o.a. op de woningen (22 mtr.) en
het stadskantoor (24 mtr.). Dat is 2 x zo hoog als de huidige
bebouwing in het Westerkwartier. Hij verzoekt de bouwhoogte aan de
Coenderstraat in overeenstemming te brengen met de letterlijke
omschrijving in het BP.
De heer Smits / VVE Westvest stelt vragen over de hoogte van
het Stadskantoor. De bouwhoogte in het voorontwerp was max.17 mtr. met
ontheffingsmogelijkheid voor 30% van de locatie, tot 20 mtr. In de
huidige nota wordt gesproken van een goothoogte van 23 mtr. Dit wijkt
af van de huidige bouwhoogte in dit gebied en eerdere afspraken over
de bouwhoogte. Hij vraagt de eerder genoemde bouwhoogte van het
Stadskantoor (17 mtr.) te handhaven. Daarbij merkt hij op dat in een
eerder stadium door hem is verzocht om bezonningsstudies, hier is in
de nota niets over terug te vinden. Hij vraagt naar de resultaten van
genoemde studies.
De heer Van den Brink / bewoner Van Markenplein 2 vraagt om de
constructie van de tunnelbak zo te maken dat het mogelijk is om de
tunnel op een later moment te overkluizen.
De heer Rieff / BOS/D (Spoorsingel / Phoenixstraat) heeft
vragen over de manier waarop de tunnel aangelegd gaat worden (m.n.
planschade en onbekende bouwmethode baart zorgen) en vraagt of het 4
sporen worden of 2. Hij vraagt wat de plannen zijn van de gemeente,
indien in eerste instantie ‘slechts’ 2 sporen gebouwd gaan worden
en wat dit betekent voor de definitieve inrichting van de Spoorsingel/
Phoenixstraat. Hij vraagt verder om bij de nieuwe inrichting
maatregelen te treffen m.b.t. de luchtkwaliteit, zodat de
luchtkwaliteit van de Phoenixstraat in lijn wordt gebracht met de
bestaande normen.
Tevens pleit de heer Rieff voor het volgen van een trapsgewijze
benadering van de bouw op de Coenderstraat. Indien iets lager wordt
gestart en langzaam hoger wordt gegaan, volgt een geleidelijke
aanpassing van zichtlijnen en hoogtelijnen.
De heer De Fraiture / Commissie Behoud Stadsschoon van de
Historische Vereniging Delfia Batavorum (CBS) zegt teleurgesteld te
zijn over het besluit van het college om de plaats van de stadsgracht
te wijzigen.(niet meer direct aan de historische omwalling). Hij
verzoekt hiervan af te zien en eenheid terug te brengen in stadsgracht
en omwalling, zoals ook de opsteller van het masterplan het in
gedachte had. Tevens pleit de heer De Fraiture voor het terugbrengen
van het gehele Bolwerk in het plan. Daarbij vraagt hij het DSM-terrein
te betrekken bij het BP en de tunnel verder door te trekken naar het
noorden.
In 2e termijn vraagt de heer De Fraiture naar de
visie van de heer Busquets op de verschuiving van ‘de Gracht’.
De heer Auping / Sociëteit Phoenix pleit eveneens voor
plaatsing van de stadsgracht aan de Phoenixstraatzijde. De heer Auping
ondersteunt zijn verzoek met de volgende drie argumenten: de
historische reden (terugbrengen eenheid), een stedenbouwkundige reden
(Phoenixstraat betrekken bij de binnenstad) en als laatste het
verkeerskundig aspect. Er zal meer verkeer gaan richting
Westerkwartier dan richting binnenstad (binnenstad is/wordt
voetgangerszone)
In 2e termijn merkt de heer Auping op dat het
leefbaarheidaspect voor beide kanten geldt. Het verplaatsen van de
gracht benadeelt ook mensen op de Phoenixstraat. Dit zou eveneens
moeten worden onderzocht.
Mevrouw Hulshof / Hulshof Architecten verzoekt de locaties
Poptahof en het DSM-gebied, die een relatie hebben met het BP
Spoorzone, te betrekken bij het bestemmingsplan.
Wethouder Grashoff geeft een
eerste reactie op de inbreng van de insprekers, beantwoordt
verscheidene vragen en zegt toe dat:
- m.b.t. Bacinol een kort extern
onderzoek zal worden verricht.
Genoemd onderzoek zou moeten uitwijzen of het überhaupt
technisch mogelijk is om het gebouw Bacinol te behouden en
bij een positieve beantwoording, wat dan de globale kosten
zouden zijn.
- Bezonningsdiagrammen beschikbaar zullen worden
gesteld
aan belanghebbenden.
- Nagekeken wordt of in de slag
naar het definitieve BP, bij het
stadskantoor, de aanduiding goothoogte vervangen kan worden
door bebouwingshoogte.
M.b.t. de vraag van de heer Hovenkamp over de verschillen in
verkeersintensiteit op de verschillende wegvakken van de Coenderstraat
antwoordt de wethouder daar op dit moment geen antwoord op te kunnen
geven, hij zegt toe:
- De beantwoording van de zienswijze te zullen
aanscherpen/verduidelijken.
De commissie stelt de wethouder nog
vragen over o.a.:
- massaliteit / bouwvolume in het
zuidelijk deel (Bolwerk /
Minervastraat);
- Bacinol;
- plaats van de Stadsgracht / visie
Busquets op verschuiving;
- architectenkeuze / Delftse architecten;
- beslismomenten;
- overkluizing;
- bewonersparkeren / parkeerregime in de
nieuwe parkeergarage
/ P+R plaatsen;
- overlast tijdens de bouw / de belangen van ondernemers in het
BP gebied;
- de verkeersintensiteit / verkeersafwikkeling Coenderstraat;
- studenten-/jongerenhuisvesting in
het gebied;
- DSM-terrein;
- 40-km wegen;
- maquette
- gemeentelijk infocentrum.
De plaats van het water ‘de gracht’
is (nog) een discussiepunt. Het water aan de kant van de binnenstad
komt het meest in de buurt van de historische ligging van de
stadsgracht (was opgenomen in het voorontwerp BP). De gracht meer in
de richting van de Spoorsingel stemt meer overeen met de wens van de
bewoners (nu opgenomen in het ontwerp BP) en biedt oplossingen voor
een aantal nadelen van de oorspronkelijke variant. N.a.v. de nu
voorgestelde verschuiving van ‘de gracht’, geeft het merendeel van
de aanwezige fracties (m.u.v. STIP) te kennen, in te kunnen stemmen
met de verschuiving.
De wethouder beantwoordt vervolgens de
vragen van de commissie en zegt toe:
- in aanloop naar het definitieve BP de cijfers m.b.t.
jongerenhuisvesting nogmaals na te zullen kijken;
- het verzoek inzake het
gemeentelijk infocentrum te zullen
doorgeleiden naar de betreffend portefeuillehouder (wethouder
Vuijk);
- de raad op de hoogte te zullen
houden van de
architectenkeuzes;
- de bestaande maquette te zullen
laten updaten.
Conclusie commissie:
Unaniem positief. Het plan kan worden vrijgegeven voor inspraak. |
|
Mededelingen en rondvraag (zie punt 4)
De heer Kiela vraagt,
n.a.v. een door de PvdA fractie ontvangen e-mailbericht, naar de
uitnodigingsbrief die verzonden is voor deze vergadering en de daarin
opgenomen data. Volgens berichtgever zou de brief op 2 september zijn
verstuurd, met het verzoek om uiterlijk 2 september te reageren. De voorzitter
zegt dit te zullen laten nagaan, maar merkt op dat, gezien het grote
aantal ingediende zienswijze bij dit BP, vooraf gekozen was voor een
andere werkwijze. Gekozen is voor een gerichte mailing aan de
indieners van zienswijzen, met het verzoek zich aan te melden voor
inspraak. Dit in afwijking van de verordening, maar overeenkomstig
afspraak in het presidium. Daarbij dient opgemerkt te worden dat hier
flexibel mee is omgegaan en burgers/organisaties die zich later hebben
aangemeld eveneens zijn opgenomen op de lijst van insprekers.
De heer Meuleman vraagt aandacht voor de pilot ‘gemeenteraadsverkiezingen’.
Hij verzoekt wethouder Grashoff dit, i.v.m. de uiterste datum (15
september) waarop gereageerd kan worden, nogmaals onder de aandacht
van het college te brengen. Wethouder Grashoff antwoordt dat de
betreffend portefeuillehouder reeds heeft toegezegd voor 15 september
te zullen reageren richting de raad.
|