Geachte raad,

 

Op basis van de regelgeving over de milieueffectrapportage (m.e.r.) zoals opgenomen in de Wet Milieubeheer geldt een beoordelingsplicht voor bedrijventerreinen met een grootte van 75 ha of meer. Vanaf 150 ha is het opstellen van een Milieueffectrapport (MER) verplicht. Voor Technopolis heeft het college van burgemeester en wethouders van Delft als initiatiefnemer ervoor gekozen vrijwillig een MER op te stellen.

 

De m.e.r. is gekoppeld aan de procedure en de vaststelling van het eerste ruimtelijke plan dat voorziet in de ontwikkeling van het project. In het geval van Technopolis is dat het, ter vaststelling, voorliggend bestemmingsplan Technopolis. Overeenkomstig de regelgeving over de milieueffectrapportage dient de gemeenteraad na aanvaarding van het MER nog bij besluitvorming omtrent het bestemmingsplan Technopolis aan te geven in hoeverre rekening is gehouden met:

(I)   a.   de gevolgen voor het milieu van de activiteit;

b.   de in de MER beschreven alternatieven;

c.   de ingebrachte opmerkingen en adviezen naar aanleiding van de  aanvaarding van het MER door de gemeenteraad.

(II) Daarnaast dient de gemeenteraad vast te stellen op welke wijze alsmede in welke termijnen het onderzoek naar de gevolgen van de activiteit voor het milieu zal plaatsvinden.

 

Voorliggende notitie vormt de motivering als bedoeld in artikel 7.37 Wet milieubeheer (Wm) behorende bij het vaststellingsbesluit bestemmingsplan Technopolis. In het hiernavolgende zal worden ingegaan op bovenstaande punten, welke voortvloeien uit het reeds eerder genoemde artikel 7.37 Wm.

 

 


I.a Gevolgen voor het milieu van de activiteit

Het MER Technopolis is opgesteld aan de hand van een drietal varianten;

-                      de Nulvariant (een omschrijving van de huidige situatie welke enkel gebruikt wordt als referentieniveau voor de overige alternatieven);

-                      het Masterplanalternatief (aan de hand van het Masterplan van juni 2002);

-                      het Meest Milieuvriendelijke Alternatief (MMA, optimalisatie ten opzichte van het Masterplanalternatief).

 

In alle drie de alternatieven is, onder andere op aanwijzing van de Commissie voor de m.e.r.,  gekeken naar de thema’s:

-                      Verkeer;

-                      Bodem en water;

-                      Landschap, cultuurhistorie en archeologie;

-                      Ecologie;

-                      Milieuzonering;

-                      Externe veiligheid en

-                      Energie.

 

Aan de hand van het MER is door het College het zogenaamde Voorkeursalternatief (VKA) opgesteld. Het VKA is onderdeel van het bestemmingsplan Technopolis, beschrijft en onderbouwd de gemaakte ruimtelijk relevante keuzes en beschrijft de effecten van de gemaakte keuzes op het milieu. Tegelijkertijd met het aanvaarden van het MER heeft de gemeenteraad op 27 mei 2004 ingestemd met het Voorkeursalternatief en bijbehorende motivering van de keuzes en effectbeschrijvingen.

 

In het bestemmingsplan Technopolis is een apart hoofdstuk gewijd aan de milieueffectrapportage en het voorkeursalternatief. De motivering voor de keuzes als opgenomen in het VKA is daarnaast separaat bij het betreffende aspect in de toelichting van het bestemmingsplan opgenomen.

 

I.b In het MER beschreven alternatieven

Zoals in het bovenstaande reeds is aangegeven zijn in het MER een drietal varianten uitgewerkt. Ten behoeve van het Voorkeursalternatief is per milieuaspect een afweging gemaakt tussen het Masterplan Alternatief en het Meest Milieuvriendelijk Alternatief. Hierbij is het Meest Milieuvriendelijk Alternatief leidend geweest, met de kanttekening dat door in acht name van gemeentelijk beleid en ambities en met de juiste argumenten niet voor alle milieuaspecten de keuze op het MMA gevallen is.

 

I.c. Ingebrachte opmerkingen en adviezen

Het MER en het VKA hebben overeenkomstig de Wet Milieubeheer na aanvaarding door de gemeenteraad ter inzage gelegen met de mogelijkheid tot inspraak. Daarnaast zijn beide stukken, samen met het voorontwerpbestemmingsplan voorgelegd aan de wettelijke adviseurs. Tijdens deze inspraak-/adviesperiode zijn een 4-tal reacties ontvangen. Daarnaast heeft de Commissie voor de m.e.r. (Cmer) haar toetsingsadvies uitgebracht. In haar toetsingadvies oordeelt de Cmer dat in het MER de essentiële informatie aanwezig is. In de Nota Inspraak en Beantwoording MER Technopolis Business Campus zijn zowel de inspraakreacties als de aanbevelingen uit het toetsingadvies van de Cmer beantwoord en voorgelegd aan de gemeenteraad. Zowel de inspraakreacties als de aanbevelingen van de Cmer hebben niet geleid tot aanpassing van het voorontwerpbestemmingsplan.

 

(II) Onderzoek gevolgen activiteit (evaluatie)

Het Evaluatieprogramma is als apart hoofdstuk opgenomen in het Voorkeursalternatief en is daardoor onderdeel van het Bestemmingsplan Technopolis. Met het vaststellen van het VKA op 27 mei 2004 heeft de gemeenteraad eveneens het Evaluatieprogramma vastgesteld en ingestemd met een jaarlijkse monitor welke gelijktijdig met de Delftse Duurzaamheidsmonitor aan de gemeenteraad zal worden voorgelegd.

 

Samenvattend

Met kennisname van alle voorhanden zijnde documenten welke de milieueffecten van de ontwikkeling van Technopolis omschrijven en in de diverse alternatieven tot een minimum beperken, heeft de gemeenteraad van Delft op weloverwogen wijze rekening gehouden met de gevolgen op het milieu door de ontwikkeling van Technopolis Innovation Campus.