Bijlage 9

 

N.B. Opmaak moet nog plaatsvinden

 
 

 

 

 

 

 


Tweede Convenant Uitvoering Waterplan Delft

 

 

Partijen

 

 

Van de zijde van het hoogheemraadschap van Delfland

 

A.      De heer drs. W.H.M. Aalbers, hoogheemraad van het Hoogheemraadschap van Delfland, te dezen vertegenwoordigende het Hoogheemraadschap van Delfland, daartoe gemachtigd door de dijkgraaf, en handelende ter uitvoering van het besluit van de Verenigde Vergadering van 12 mei 2005.

 

Van de zijde van de gemeente Delft

 

B.       De heer ir. H.J. Grashoff, wethouder van de gemeente Delft, te dezen vertegenwoordigende de gemeente Delft, daartoe gemachtigd door de burgemeester van Delft, en handelende ter uitvoering van het besluit van de Raad van 28 april 2005.

 

 

Overwegingen

 

  1. Het Waterplan Delft “een blauw netwerk” is vastgesteld door de Raad van de gemeente Delft op 27 april 2000 en door de Verenigde Vergadering van Delfland op 20 april 2000. Het Waterplan beschrijft de visie op integraal en duurzaam waterbeheer voor de wateren binnen de gemeente Delft op de lange termijn en bevat een actieprogramma voor de periode 1999-2003

 

  1. Partijen hebben op 23 oktober 2001 een convenant getekend voor de gezamenlijke uitvoering van de doelstellingen van het Waterplan Delft en van het daarbij behorende actieprogramma 1999-2003, en hebben daarvoor een uitvoeringsorganisatie ingericht

  2. Sinds de vaststelling van het Waterplan heeft de uitvoeringsorganisatie zich gericht op het actieprogramma 1999-2003 en op de verdere concretisering van de waterplanambities. Van het actieprogramma zijn de volgende zaken gerealiseerd of opgestart:

a.       Er is een gebied van ca. 7,5 ha in Tanthof-West ingericht als gebiedseigen watersysteem. Dit systeem wordt voor het zomerseizoen 2005 opgeschaald met 20 ha.

b.       Het watersysteem voor de Poptahof is verder ontworpen en ingepast in het stedenbouwkundige ontwerp

c.       Er is 2 ha oppervlak afgekoppeld in de Wippolder, de komende jaren wordt dit uitgebreid tot 4 ha

d.       Er is een aanvang gemaakt met het onderzoek naar de berging in de Delftse Hout

e.       noodmaatregelen (stuwconstructies en schotbalken) zijn gerealiseerd voor het oplossen van de wateroverlast ter plaatse van het Rietveld en de Vlamingstraat

f.         In een proefgebied in de oostelijke binnenstad (ca. 5 ha) is drainage (2000 m) aangelegd voor het beperken van grondwateroverlast

g.       Er is een onderzoek uitgevoerd hoe de wateroverlast in de rest van de binnenstad van Delft kan worden opgelost, bestaande uit een scenariostudie en een hydraulisch onderzoek en naar aanleiding daarvan zijn concrete maatregelen geformuleerd

h.       De verbetering van het watersysteem Ecodus is meegenomen in de watersysteemanalyse voor de stedelijke polders en het uitvoeringsprogramma 2004-2010

i.         Bij de ontwikkeling van het voormalige terrein van de Nederlandse Speciaal Drukkerij wordt een systeem van waterdoorlatende verharding aangelegd

j.         Alle gegevens over het watersysteem zijn geactualiseerd en opgenomen in de geodatabank van Delfland ter voorbereiding op het herpolderingsproces en
alle punten van bespreking aangaande herpoldering en overdracht van onderhoud aan waterlopen en waterkeringen zijn in kaart gebracht en er zijn concrete afspraken gemaakt voor de overdracht

k.       De inrichting van de Bieslandse Bovenpolder is gerealiseerd

l.         Er is een plan gemaakt dat beschrijft welke ongerioleerde percelen worden aangesloten op de riolering en voor welke panden ontheffing wordt aangevraagd;  In 2000 waren ca. 159 panden niet gerioleerd. Begin 2004 waren dit er nog 58. Hiervan worden er nog 9 gerioleerd (in uitvoering). Voor de overige 49 is ontheffing aangevraagd.

m.     Er is een plan gemaakt voor het invullen van de basisinspanning riolering en gemeente heeft een aanvang gemaakt met de invulling van de maatregelen

 

  1. Om de waterplanambities in de stedelijke polders te concretiseren hebben partijen gekozen voor een integrale aanpak. Er is een watersysteemanalyse uitgevoerd en er zijn maatregelen geformuleerd waarbij de waterplandoelstellingen worden ingevuld in samenhang met het waterbeleid 21ste eeuw, het rioleringsbeleid (waterkwaliteitsspoor en afkoppelen) en waarbij zoveel als mogelijk wordt geanticipeerd op de Kaderrichtlijn Water (KRW) door aandacht te geven aan emissiebeperking en ecologische inrichting. De maatregelen zijn ondergebracht in een uitvoeringsprogramma voor de periode 2004-2010. Voor zover deze maatregelen alleen door ruimtelijke ontwikkelingen kunnen worden gerealiseerd krijgen zij een plaats in de waterstructuurvisie Delft.

 

  1. Op 2 juli 2003 hebben het Rijk, het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van waterschappen het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) gesloten met als doel in 2006 de wateropgave landelijk in beeld te hebben en in 2015 het watersysteem op orde te hebben. Door middel van het waterplan geven partijen invulling aan de doelstellingen van het NBW met als resultaat dat de integrale wateropgave voor het Delftse stedelijke gebied nu al bekend is en dat nadere besluitvorming over de uitvoering kan plaatsvinden

 

  1. Op 1 juli 2004 is vanuit de Tijdelijke Regeling eenmalige uitkering bestrijding regionale wateroverlast een subsidie bedrag van € 1.456.362,- onder voorwaarden toegekend voor bestrijding van de wateroverlast in de binnenstad en verbetering van de waterstructuur in de Hoge en Lage Abwoudse polder;

 

  1. Partijen constateren dat het convenant gesloten op 23 oktober 2001 een stimulerende werking op de uitvoering van het waterplan heeft gehad en wensen de afspraken te actualiseren en te bezegelen in een tweede convenant voor de uitvoering van de waterplandoelstellingen voor de periode tot 2010.

 

 

 

 

Doelstelling van het convenant

 

Partijen stellen zich met het sluiten van dit convenant ten doel om de ambities van het Waterplan Delft te realiseren met als insteek om zowel kwantitatief (WB21, NBW, ABC Delfland) als kwalitatief (rioleringsbeleid, KRW en toekomstige zwemwaterrichtlijn) een aanzienlijke verbetering voor de Delftse oppervlaktewateren te bewerkstelligen voor zover de ambities binnen de opgedragen doelstellingen en het vermogen van partijen liggen.

 

 


 

Verklaren, gelet op het voorgaande, het volgende overeen te komen:

 

Oplossen wateroverlast oostelijke Binnenstad

 

  1. Partijen spannen zich in om de maatregelen ter bescherming van de oostelijke binnenstad tegen wateroverlast vanuit de boezem nader uit te werken en te realiseren in de periode 2004 tot en met 2007 conform de afspraken over taakverdeling zoals opgenomen in het waterplan Delft “een blauw netwerk”.. De kostenverdeling is opgenomen in bijlage 1 van dit convenant en maakt hiervan onlosmakelijk deel uit . Deze maatregelen vormen een uitwerking van de doelstelling van het Waterplan om de wateroverlast in de binnenstad terug te dringen en zijn gebaseerd op een scenariostudie en hydraulisch onderzoek.
  2. De kosten van de  maatregelen die in 2004 en begin 2005 zijn uitgevoerd  worden verdeeld conform de algemene afspraken die over het totaalpakket zijn gemaakt.
  3. Gemeente spant zich in om gedurende de looptijd van het convenant - in samenspraak met Delfland - maatregelen te formuleren en zo mogelijk uit te voeren teneinde een verdere verhoging van de noodzakelijke gemaalcapaciteit in de oostelijke binnenstad bij permanente afsluiting van de boezem te voorkomen, dan wel hiervoor compensatie te vinden.

 

 

Uitvoeringsprogramma polders

 

  1. Partijen spannen zich in om de maatregelen voor de integrale wateropgave in de stedelijke polders te realiseren in de periode 2004-2010. De maatregelen zijn - met vermelding van trekkerschap en kostenverdeling - opgenomen in het uitvoeringsprogramma polders 2004 – 2010 welke is opgenomen in bijlave 2 van dit convenant en hiervan onlosmakelijk deel uitmaakt.. De kostenverdeling op hoofdlijnen is opgenomen in het financieel overzicht in bijlage 1 van dit convenant en maakt hiervan onlosmakelijk deel uit. Deze maatregelen vormen een uitwerking van de doelstellingen in het waterplan en zijn gebaseerd op de Watersysteemanalyse Delftse polders.
  2. De kosten van de maatregelen die in 2004 en begin 2005 zijn uitgevoerd worden verdeeld conform de algemene afspraken die over het totaalpakket zijn gemaakt.

 

 

Waterstructuurvisie

 

  1. Partijen spannen zich in om de aanvullende maatregelen voor het realiseren van de integrale wateropgave conform de waterstructuurvisie te concretiseren en te realiseren. De waterstructuurvisie legt vast hoe de watersystemen in de stedelijke polders op een duurzame en integrale wijze op orde gebracht worden vanuit het waterbeleid 21ste eeuw, de doorwerking van de Kaderrichtlijn Water voorzover bekend en de nieuwe Zwemwaterrichtlijn.  De waterstructuurvisie zal zoveel mogelijk gerealiseerd worden bij ruimtelijke ontwikkelingen, is opgenomen als bijlage 3 van dit convenant en maakt hiervan onlosmakelijk deel uit.
  2. Partijen maken - als kansen zich voordoen - nadere afspraken over de realisatie van de voorstellen zoals opgenomen in de waterstructuurvisie.
  3. De gemeente zal de waterstructuurvisie verankeren in bestemmingsplannen en andere ruimtelijke plannen.
  4. Delfland gebruikt de waterstructuurvisie als onderlegger voor de toepassing van de watertoets voor wat betreft de aspecten waterkwantiteit en waterkwaliteit.
  5. Partijen gebruiken het waterplan inclusief de in dat kader afgesproken maatregelen en de waterstructuurvisie als onderlegger voor besprekingen met derden over ruimtelijke ontwikkelingen.
  6. De waterstructuurvisie is een dynamisch document en wordt tweejaarlijks geëvalueerd zodat het document actueel blijft.

 

 

 

 

Delftse Hout

 

  1. Partijen spannen zich in om het onderzoek naar de mogelijkheden van berging van polderwater in de Delftse Hout voor 1 januari 2006 af te ronden. Bij dit onderzoek worden nadrukkelijk de eisen vanuit de nieuwe Zwemwaterrichtlijn betrokken.

 

 

Overdracht beheer en onderhoud

 

  1. Partijen spannen zich in om
    1. het waterkwantiteitsbeheer in de stedelijke polders uiterlijk per 1 januari 2006 in formele zin over te dragen van gemeente naar Delfland (herpoldering) conform de uitgangspunten voor herpoldering zoals beschreven in bijlage 4 van dit convenant welke hiervan onlosmakelijk deel uitmaakt;
    2. de met ingang van 1 januari 2005 in werking getreden overdracht van het onderhoud als bedoeld in artikel 6.3., derde lid, van het Reglement van Delfland vanaf voornoemde datum feitelijk te effectueren;
    3. het overleg over het ongedaan maken van bemalingsovereenkomsten te starten voor 1 januari 2006;
    4. nadere afspraken te maken over praktische overdracht van werkzaamheden en van werken.
  1. Na de overdracht van het waterkwantiteitsbeheer van Delft naar Delfland in 2006 stelt Delfland nieuwe peilbesluiten op voor de in beheer overgedragen poldergebieden. Delft wordt bij de totstandkoming van deze peilbesluiten betrokken

 

 

Waterketen

 

  1. De gemeente spant zich in om de maatregelen ten behoeve van de basisinspanning en het waterkwaliteitsspoor uit te voeren voor 2010
  2. De afspraken over de invulling van de basisinspanning riolering en het waterkwaliteitsspoor en over de planning van uitvoering van deze maatregelen worden door  Delfland vastgelegd in de WVO vergunning voor de overstorten en door de gemeente verankerd in het Gemeentelijk Rioleringsplan(GRP). De gemeente spant zich in om dit GRP eind 2005 vast te stellen.
  3. Over het gebruik van het collecteurriool van Delft voor de afvoer van het afvalwater van de gemeente Berkel en Rodenrijs naar de afvalwaterzuiveringsinstallatie Harnaschpolder, worden aanvullende afspraken gemaakt. Delfland zal financiële compensatie verlenen voor het verlies aan bergingscapaciteit in de riolering. Over eventuele vertraging in realisering van de basisinspanning riolering door Delft, worden nadere afspraken gemaakt.

 

 

 

Waterkeringen

 

 

  1. Partijen intensiveren de samenwerking op het gebied van de waterkeringen.

 

 


 

Procedurele afspraken

 

  1. Partijen spreken af:
    1. De waterplanorganisatie  met daarin een projectbureau en een stuurgroep voort te zetten.  De stuurgroep komt tenminste tweemaal per jaar, in de maanden mei/juni en september/oktober bijeen om de voortgang van de realisatie van de waterplanambities en de doelstellingen van dit convenant te bespreken, en indien nodig de ambities bij te stellen.
    2. Jaarlijks afspraken te maken over uitvoering van werken voor het daaropvolgende jaar, welke afspraken door partijen worden vertaald naar de eigen uitvoeringsprogramma’s.
  2. Als een van beide partijen het convenant wil ontbinden vindt overleg op bestuurlijk niveau plaats.

 

 

 

 

 

Slotbepalingen

  1. Dit convenant vervangt het op 23 oktober 2001 door partijen gesloten convenant,  treedt in werking per ………………… en wordt aangegaan voor de periode tot 1 januari 2010.

 

 

Aldus overeengekomen

<datum en plaats>

 

 

 

Aldus opgemaakt en in tweevoud ondertekend

 

 

Delft,                                   2005                                            Delft                                    2005

 

Hoogheemraad van het Hoogheemraadschap                             wethouder van de gemeente
van Delfland                                                                            Delft

 

 

 

Drs. W.H.M. Aalbers                                                               ir. H.J. Grashoff

 

 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Bijlagen:

1. Financieel overzicht waterdossier

2. Uitvoeringsprogramma polders 2004 - 2010

3. Waterstructuurvisie

4. Uitgangspunten herpoldering en overdracht van onderhoudsverplichtingen