Stuk 30 I Delft,
7 februari 2005.
Onderwerp: Vaststelling
bestemmingsplan
Delftse
Poort Zuid
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
Sinds de jaren negentig heeft Ikea een vestiging in de
gemeente Delft aan de oostzijde van rijksweg A-13 ter hoogte van de afslag
Delft Centrum. In 1998 heeft Ikea aan de gemeente Delft te kennen gegeven haar
vestiging te willen uitbreiden wegens een steeds toenemend aantal bezoekers. De
huidige vestiging heeft een functie als pilotstore voor het Ikea concept. Dit
betekent onder meer dat een groot deel van het management van nieuw te openen
Ikea-vestigingen zijn introductie en opleiding krijgt In Delft. Door gebrek aan
ruimte kan de Delftse vestiging deze functie momenteel slechts in beperkte mate
uitvoeren.
Tevens heeft Ikea de wens geuit om in verband met de
opleiding van het management een hotel ter plaatse te mogen vestigen. Het
toenemend aantal bezoekers zorgt op piekmomenten voor verkeersopstoppingen op
de op- en afritten. Herinrichting van de op- en afritten en het parkeerterrein
zijn noodzakelijk.
Deze plannen passen niet in de ter plaatse vigerende
bestemmingsplannen. Het voorliggende bestemmingsplan biedt de planologische
basis voor de realisatie van voornoemde plannen.
A. Voorontwerpbestemmingsplan
Het voorontwerpbestemmingsplan is op 29 maart 2004 om overleg ex artikel 10 Besluit
op de ruimtelijke ordening (Bro) toegestuurd naar betrokken instanties. In het
kader van inspraak als bedoeld in artikel 6A van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening (WRO) en de gemeentelijke inspraakverordening heeft het
voorontwerpbestemmingsplan ter inzage gelegen in de periode van 29 maart tot en
met 26 april 2004. Tevens is er op 20 april 2004 een inspraakbijeenkomst
gehouden. Van deze inspraakbijeenkomst is schriftelijk verslag gemaakt.
In het kader van de art. 10 Bro procedure heeft Gedeputeerde Staten van
Zuid Holland op 26 juli 2004 een specifieke verklaring van geen bezwaar (ex.
artikel 19 lid 2 WRO) voor dit bestemmingsplan afgegeven.
De reacties op het voorontwerpbestemmingsplan hebben geleid tot diverse
aanpassingen in de toelichting. Zo is de inhoud van de toelichting ingekort en
is er extra aandacht besteed aan veiligheid en water in de toelichting. De
inspraak- en overlegreacties zijn samengevat en beantwoord in de Nota inspraak
en overleg. Op 17 augustus 2004 is de Nota inspraak en overleg vastgesteld door
B&W.
Na verwerking van de reacties uit inspraak en overleg is het
bestemmingsplan in ontwerp ter inzage gelegd van 27 september tot en met 25
oktober 2004 met de mogelijkheid tot het indienen van schriftelijke
zienswijzen.
Er zijn twee zienswijzen ingediend, die zijn samengevat en beantwoord
in de Nota Zienswijzen.
Zienswijzen zijn ingediend door:
De zienswijzen richten zich met name op de verkeersafwikkeling in het
plangebied en de overschrijding van de geluidsnormering. Met berekeningen is
evenwel aangetoond dat de in het plan mogelijk gemaakte verkeersafwikkeling
afdoende is. Tevens is aangegeven dat in het plangebied geen geluidsgevoelige
bestemmingen worden gerealiseerd.
Naar aanleiding van ingediende zienswijzen is onduidelijkheid ontstaan
of gedurende de eerdere ter inzage periode alle noodzakelijke bijlagen ook voor
inzage beschikbaar zijn geweest. Om die reden is het ontwerp bestemmingsplan
voor een tweede maal om zienswijzen ter inzage gelegd van 21 december 2004 tot
en met 17 januari 2005. De ter inzage legging is gepubliceerd in de Stadskrant
van 19 december 2004 en de Staatscourant van 17 december 2004. Er zijn in deze
periode vier zienswijzen ingediend door onder andere reclamanten die reeds
eerder zienswijzen hebben ingediend. Deze reactie komt grotendeels overeen met
de eerder ingediende zienswijze.
Het bestemmingsplan Delftse Poort Zuid wordt nu ter vaststelling aan de
gemeenteraad van Delft aangeboden.
Naar aanleiding van de ingediende zienswijzen en ambtshalve zijn de
toelichting en de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan op een aantal
punten aangepast.
De wijzigingen naar aanleiding van ingediende zienswijzen zijn
gemotiveerd in de Nota Zienswijzen. De ambtshalve aanpassing van het
voorschrift is ingegeven door een aanpassing in de wetgeving van 3 september
2004 omtrent de strafbepaling bestemmingsplannen.
* In paragraaf 6.1.3 van de toelichting wordt toegevoegd:
vanaf “Binnen het gebied vindt…”
tot “…ontheffing bij LNV aangevraagd”. In verband met de nieuwe Flora en
Faunawetgeving dienen ontheffingen aangevraagd te worden bij het ministerie van
Landbouw Natuur en Visserij. Dit is nu aangegeven in de toelichting.
* In paragraaf 10.1 van de toelichting wordt
toegevoegd; vanaf “Het ontwerp bestemmingsplan …” tot “als bijlage
opgenomen”. Door de voortschrijding van het bestemmingsplan is deze
paragraaf aangepast naar de huidige stand van zaken.
* In artikel 20 van de voorschriften is “wordt aangeduid als een
strafbaar feit, als bedoeld in artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening” gewijzigd in “wordt aangeduid als
een strafbaar feit en daarmee als een economisch delict als bedoeld in artikel
1a, onder 2o van de Wet op de economische delicten."
C. Vaststelling
bestemmingsplan
Thans wordt het bestemmingsplan Delftse Poort Zuid ter vaststelling aan
de gemeenteraad van Delft aangeboden.
Wij stellen u voor, onder voorbehoud van gunstig advies van de
commissie Duurzaamheid, vast te stellen het bestemmingsplan Delftse Poort Zuid
bestaande uit een plankaart RO-16-21-01 en voorschriften van 24 februari 2005,
vergezeld gaande van een toelichting van 24 februari 2005.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Delft,
mr. drs. G.A.A. Verkerk ,burgemeester.
mr. drs. H.G.L.M. Camps ,secretaris.
Stuk 30 II
De raad van de gemeente Delft;
gelezen het voorstel van het college van 7 februari 2005;
gezien het advies van de commissie Duurzaamheid;
gelet op het bepaalde in de Wet op de Ruimtelijke Ordening;
overwegende dat het noodzakelijk is een nieuw bestemmingsplan vast te
stellen voor het plangebied Delftse Poort Zuid zoals nader is aangegeven op de
plankaart behorende bij het bestemmingsplan;
dat het plan een planologische basis biedt voor de uitbreiding van de
huidige IKEA en de bouw van een hotel;
dat het plan voorziet in aanpassing van de verkeersafwikkeling ter
plaatse;
dat het plan op 29 maart 2004 is verzonden om overleg ex artikel 10 van
het Besluit op de ruimtelijke ordening (Bro);
dat het voorontwerpbestemmingsplan van 29 maart tot en met 26 april
2004 ter inzage heeft gelegen met mogelijkheid tot indiening van schriftelijke
inspraakreacties en tevens op 20 april 2004 een inspraakbijeenkomst is gehouden
als bedoeld in artikel 6A van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) juncto de
gemeentelijke Inspraakverordening;
dat het voorontwerpbestemmingsplan naar aanleiding van reacties uit
inspraak en overleg is aangepast tot ontwerpbestemmingsplan;
dat het ontwerpbestemmingsplan van 27 september tot en met 25 oktober
2004 ter inzage is gelegd met mededeling van de mogelijkheid tot indiening van
schriftelijke zienswijzen;
dat naar aanleiding van de ter inzage legging twee zienswijzen zijn
ingekomen;
dat van de gelegenheid tot het kenbaar maken van zienswijzen door de
volgende reclamanten gebruik is gemaakt:
dat de zienswijzen tijdig zijn ingediend en dat indieners in hun
zienswijzen zijn ontvangen;
dat de ingediende zienswijzen aanleiding vormden het plan voor een
tweede maal ter inzage te leggen;
dat het plan van 21 december 2004 tot en met 17 januari 2005 voor een
tweede maal ter inzage heeft gelegen;
dat van deze gelegenheid tot het kenbaar maken van zienswijzen door de
volgende reclamanten gebruik is gemaakt:
dat de inhoud van de zienswijzen, alsmede de redenen waarom al dan niet
daaraan tegemoet wordt gekomen, zijn weergegeven in de bij dit besluit
behorende Nota Zienswijzen;
dat reclamanten in de gelegenheid zijn gesteld de zienswijzen mondeling
toe te lichten in een op 8 februari 2005 gehouden hoorzitting;
dat het verslag van de hoorzitting als bijlage bij de Nota Zienswijzen
is gevoegd;
dat de op de hoorzitting naar voren gebrachte toelichting op de
zienswijzen is meegenomen bij de behandeling van de zienswijzen;
dat naar aanleiding van ambtshalve overwegingen het wenselijk wordt
geacht een voorschrift op onderdelen te wijzigen;
dat de overwegingen die aan de ambthalve wijzigingen ten grondslag
liggen zijn weergegeven in het bij dit besluit behorende voorstel;
gelet op de bij het bestemmingsplan behorende toelichting;
dat naar aanleiding van de zienswijzen in paragraaf 6.1.3 vanaf “Binnen het gebied vindt…” tot “…ontheffing
bij LNV aangevraagd” is toegevoegd;
dat naar aanleiding van de voortschrijding van het bestemmingsplan in
paragraaf 10.1 wordt toegevoegd; vanaf “Het ontwerp bestemmingsplan …”
tot “als bijlage opgenomen”.
gelet op de bij het bestemmingsplan behorende voorschriften;
dat de strafbepaling in artikel 20 voor de overtreding van het
bestemmingsplan aangepast wordt naar de huidige wettelijke regeling. “…wordt
aangeduid als een strafbaar feit en daarmee als een economisch delict als
bedoeld in artikel 1a, onder 2o van de Wet op de economische delicten.”
b e s l u i t :
met inachtneming van de in het voorstel van
burgemeester en wethouders weergegeven overwegingen, welke geacht worden van
dit besluit deel uit te maken;
I. dat
de indieners van de zienswijzen met betrekking tot het ontwerpbestemmingsplan
in hun zienswijzen ontvangen worden;
II. het bestemmingsplan Delftse
Poort Zuid gewijzigd vast te stellen ten opzichte van het ontwerp van het
bestemmingsplan zoals dit ter inzage heeft gelegen. De wijzigingen betreffen:
A.
voor wat betreft de
toelichting:
1. In
paragraaf 6.1.3 wordt toegevoegd: vanaf
“Binnen het gebied vindt…” tot “…ontheffing bij LNV
aangevraagd”
2. In
paragraaf 10.1 wordt toegevoegd; vanaf “Het ontwerp bestemmingsplan …”
tot “als bijlage opgenomen”.
B. voor wat betreft de voorschriften:
1.
artikel 20
strafbepaling: “wordt aangeduid als een strafbaar feit, als bedoeld in artikel
59 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening” wordt gewijzigd in “wordt aangeduid als een strafbaar feit en daarmee
als een economisch delict als bedoeld in artikel 1a, onder 2o van de Wet op de
economische delicten."
III. aldus vast te stellen het
bestemmingsplan Delftse Poort Zuid bestaande uit plankaart RO-16-21-01 en voorschriften
d.d. 24 februari 2005, vergezeld gaande van een toelichting d.d. 24 februari
2005.
,burgemeester.
,griffier.