Stuk 59 I                                                                                              Delft, 6 februari 2006.

922927

 

Onderwerp:            Vaststelling bestemmingsplan Spoorzone.

 

 

Aan de gemeenteraad.

 

Geachte dames en heren,

 

Direct ten westen van het oude stadscentrum ligt het plangebied Spoorzone. Voor dit plangebied is een nieuw bestemmingsplan opgesteld om de herontwikkeling van de Spoorzone mogelijk te maken. Aan de noordzijde wordt het plangebied begrensd door de gemeentegrens van Delft en Rijswijk. Het gehele gebied tussen de gevels van de (huidige) Spoorsingel en Phoenixstraat is bij het plangebied inbegrepen. In het centrale deel omvat de Spoorzone de gehele Houttuinen, het huidige Stationsplein, het PTD-terrein en de Van Leeuwenhoeksingel en aan de westzijde van het huidige spoor het momenteel onbenutte NS-emplacement welk zich strekt tot en met het Lokomotiefpad. Het zuidelijk deel van het plangebied omvat eveneens een emplacementterrein van de NS, een deel van het bedrijventerrein Voorhof-Noord ten zuiden van de Westlandseweg en een smalle strook langs het bestaande spoor die benut zal worden voor het plaatsen van geluidsschermen.

Het gebied van de Spoorzone beslaat het in de bebouwde kom van Delft gelegen tracé van het spoor vanaf 't Haantje in het noorden tot voorbij de Abtswoudseweg in het zuiden (respectieve­lijk rond km 67.700 en km 70.700 in de spoorlijn). De grens aan de zuidzijde is bepaald door de plek waar het verbrede spoor na het verlaten van de tunnel weer terug is op het huidige niveau op circa 50 m vanaf de tunnelconstructie en door de ruimte die nodig is voor het plaatsen van ge­luidsschermen langs het spoor.

Het bestemmingsplan Spoorzone voorziet in een spoortunnel gecombineerd met een stedelijke ontwikkeling van 30 ha in de vorm van een compacte OV-knoop met woningen en kantoren. De hoofddoelstelling die voor het bestemmingsplan Spoorzone is geformuleerd, is de volgende:

Het verbeteren van het leefmilieu en de ruimtelijke kwaliteit door de aanleg van de spoortunnel, de sloop van het spoorviaduct en de herstructurering van de stationsomgeving.

 

De plannen voor de Spoorzone zijn ingegeven door een drietal nijpende problemen in het ge­bied. Ten eerste is het spoor steeds meer een bron van hinder (geluid, trillingen, neerslag van metaaldeeltjes, vervuiling door toiletpapier uit treinen en toenemende sociale onveiligheid onder het spoorviaduct door vandalisme aan auto's en fietsen, wildplassen, grofvuilstort, drugshandel en -gebruik en hangplekken). Dit wordt ook door de bewoners zo ervaren. De toename van het treinverkeer zal deze hinder vergroten. Ten tweede is het spoortracé een barrière in de stad. Het spoor is slechts beperkt kruisbaar voor (vrijwel) alle verkeerssoorten en het spoorviaduct en het stationsgebied creëren een (gevoelde) scheiding vanwege een onaantrekkelijke omgeving. En tenslotte maakt een toename van het aantal treinen in de toekomst een spoorverdubbeling noodzakelijk.

 

A.            Voorontwerpbestemmingsplan

Het voorontwerp bestemmingsplan Spoorzone heeft conform artikel 6a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en de gemeentelijke inspraakverordening ter inzage gelegen van 7 december 2004 tot en met 17 januari 2005 met de mogelijkheid tot het indienen van schriftelijke inspraakreacties. Er zijn 75 schriftelijke inspraakreacties ingekomen. Tevens is gelegenheid geboden voor mondelinge inspraak op 22 december 2004 en 12 januari 2005.


Stuk 59 I                                                                                  pag. 2.

 

De mondelinge en schriftelijke inspraakreacties zijn samengevat en beantwoord in de Nota Inspraak en Overleg van 23 augustus 2005.

Op 2 december 2004 is het voorontwerpbestemmingsplan verzonden om overleg als bedoeld in artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening. Er is gereageerd door 14 overlegpartners. De overlegreacties zijn eveneens samengevat en beantwoord in de nota inspraak en overleg bestemmingsplan Spoorzone van 23 augustus 2005.

 

B.            Ontwerpbestemmingsplan en vaststelling bestemmingsplan

Na verwerking van de reacties uit het overleg ex artikel 10 Besluit ruimtelijke ordening en de inspraakreacties is het bestemmingsplan conform artikel 23 WRO in ontwerp ter inzage gelegd van 13 september tot en met 24 oktober 2005 met de mogelijkheid tot het indienen van schriftelijke en mondelinge zienswijzen. Op 13 oktober 2005 is een bijeenkomst gehouden waarin de gelegenheid is geboden mondelinge zienswijzen op het ontwerpbestemmingsplan naar voren te brengen.

In totaal zijn 68 schriftelijke en 7 mondelinge zienswijzen op het ontwerpbestemmingsplan ingekomen. Deze zienswijzen zijn samengevat en beantwoord in de Nota zienswijzen bestemmingsplan Spoorzone (genummerd 2.1 tot en met 2.67). De Nota wordt geacht deel uit te maken van dit raadsvoorstel. Zienswijzen 2.1 tot en met 2.67 en 3.1 tot en met 3.7 zijn tijdig ingediend en ontvankelijk. Zienswijze 2.68 betreft een aanvulling op zijn zienswijze van 10 oktober 2005, maar is buiten de daartoe gestelde termijn ingediend en om die reden niet in behandeling genomen.

 

Naar aanleiding van de ingediende zienswijzen en ambtshalve is het bestemmingsplan gewijzigd. Voor motivering van de wijzigingen naar aanleiding van de zienswijzen wordt verwezen naar de nota Zienswijzen. De ambtshalve wijzigingen voor de voorschriften en de wijzigingen in de toelichting zijn in het toegevoegd Raadsbesluit opgesomd en gemotiveerd. De wijzigingen op de plankaart zijn aangegeven op bijgevoegde wijzigingenkaart. De wijzigingen in de toelichting zijn aangegeven in bijgevoegd Raadsbesluit.

De zienswijzen hebben geleid tot de volgende aanpassingen van de plankaart, de voorschriften en de toelichting van het bestemmingsplan, overeenkomstig toegevoegd Raadsbesluit:

-          verplaatsen en verkleinen luchtschachten;

-          differentiëren van de plintfuncties Coenderstraat en Emplacementsweg;

-          nieuwe definitie peil;

-          vervangen set prognoses voor verkeersintensiteiten door nieuw set data, voor zover relevant (deze worden gebruikt voor alle gemeentelijke beleidsnota's op het gebied van mobiliteit, milieu en ruimtelijke ordening);

-          diverse ondergeschikte aanpassingen van het plan.

Het bestemmingsplan Spoorzone wordt nu ter vaststelling aan de gemeenteraad van Delft aangeboden.

 


Stuk 59 I                                                                                  pag. 3.

 

 

Wij stellen u voor het bestemmingsplan Spoorzone bestaande uit de plankaart 115.1207000, bestaande uit 3 bladen, en de voorschriften van 23 februari 2006 vergezeld gaande van een toelichting van 23 februari 2006 vast te stellen.

 

Hoogachtend,

 

Het college van burgemeester en wethouders van Delft,

 

 

mr. drs. G.A.A. Verkerk                       ,burgemeester.

 

 

mr. drs. H.G.L.M. Camps                        ,secretaris


Stuk 59 II

922927

 

 

De raad van de gemeente Delft;

 

gelezen het voorstel van het college van 7 februari 2006;

 

gelezen het advies van de commissie Duurzaamheid;

 

gelet op het bepaalde in de Wet op de Ruimtelijke Ordening;

 

overwegende dat het noodzakelijk is een nieuw bestemmingsplan vast te stellen voor het gebied Spoorzone, zoals nader is aangegeven op de plankaart behorende bij het bestemmingsplan;

 

dat het plan de juridisch planologische basis biedt voor (her)ontwikkeling van de Spoorzone;

 

dat het plan voor het overige een conserverend karakter heeft en voorziet in moderne regelgeving voor de bestaande bebouwing;

 

dat het plan op 2 december 2004 is verzonden om overleg ex artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening;

 

dat naar aanleiding van dit overleg diverse, in de Nota inspraak en overleg van augustus 2005 nader aangegeven, reacties zijn ingekomen;

 

dat als bedoeld in artikel 6A van de Wet op de Ruimtelijke Ordening juncto de gemeentelijke Inspraakverordening het voorontwerpbestemmingsplan met belangstellenden is besproken op 22 december 2004 en 12 januari 2005 en tevens ter inzage is gelegd van 7 december 2004 tot en met 17 januari 2005 met de mogelijkheid tot indiening van schriftelijke inspraakreacties;

 

dat het voorontwerpbestemmingsplan naar aanleiding van de reacties uit het overleg ex artikel 10 Besluit op de ruimtelijke ordening en de inspraakreacties is aangepast tot ontwerpbestemmingsplan;

 

dat het ontwerpbestemmingsplan van 13 september tot en met 24 oktober 2005 ter inzage is gelegd met mededeling van de mogelijkheid tot indiening van schriftelijke en mondelinge zienswijzen;

 

dat van de gelegenheid tot het kenbaar maken van zienswijzen door de volgende indieners gebruik is gemaakt:

 

 

naam/namen indiener(s)

adres

postcode

woonplaats

nummer

ingekomen datum

Schriftelijke zienswijzen

 

2.1

AKD Prinsen Van Wijmen, door E.D.M. Knegt, namens Berkman Energie Service B.V.

Postbus 4714

4803 ES

Breda

522658

25-okt-05


Stuk 59 II                                                                                 pag. 2.

 

 

2.2

H. Groeneveld

Van Leeuwenhoeksingel 38

2611 AC

Delft

522737

25-okt-05

 

F.E. Stofberg

Van Leeuwenhoeksingel 32

2611 AB

Delft

522737

25-okt-05

 

P.J. de Haan

Van Leeuwenhoeksingel 19

2611 AA

Delft

522737

25-okt-05

2.3

M. ter Huurne en J. Starmans

Parallelweg 2

2613 SL

Delft

522607

24-okt-05

2.4

EBH Advocaten, door J. Hiemstra, namens Stichting Samenwerkingsverband Prak­tijkopleiding Bouw (SSPB)

Postbus 70

2600 AB

Delft

522655

25-okt-05

2.5

DSM Gist Services B.V., Site Governance Department, door H. Spuyman

Postbus 1

2600 MA

Delft

522764

26-okt-05

2.6

P.W. van der Marel

Vlamingstraat 80

2611 LA

Delft

522676

25-okt-05

2.7

R.C. Overbeek Bloem

Watersnip 15

2693 AG

's-Gravenzande

522352

19-okt-05

2.8

H. de Bruin

Iris 20

2678 PK

De Lier

522315

19-okt-05

2.9

A. Boutkan

Doys van der Doesstraat 13

2678 TV

De Lier

521568

10-okt-05

2.10

C.M. Gulden

Westvest 25

2611 AZ

Delft

522043

14-okt-05

2.11

R.A van Krimpen

Westvest 36F

2611 AZ

Delft

522601

24-okt-05

2.12

R.W.J. Smits & H.A.T. Verleg

Westvest 19

2611 AX

Delft

522526

24-okt-05

2.13

J.W.M. Damen & A.T.J Kruthoff

Westvest 23

2611 AX

Delft

522694

25-okt-05

2.14

K. van Krimpen

Westvest 27

2611 AZ

Delft

522704

25-okt-05

2.15

C. Schreuder- Kouwenhoven en P.A. Schreuder

Westvest 12

2611 AX

Delft

522911

27-okt-05

2.16

Stichting DUWO, door J.J. Benschop

Postbus 54

2600 AB

Delft

521503

11-okt-05

2.17

Annet Thoms

Oostsingel 168

2612 HK

Delft

522476

21-okt-05

2.18

J. Kooyman

Ada van Hollandstraat 28

2613 SK

Delft

522484

13-okt-05

2.19

Ton Voets Architecten, door Ton Voets

Van Leeuwenhoeksingel 69

2611 AE

Delft

522401

20-okt-05

2.20

Buurtvereniging Delftzicht, door Marian Loth

Laan van Van der Gaag 30

2627 BS

Delft

520052

25-okt-05

2.21

Buurtvereniging Delftzicht, door Marian Loth

Laan van Van der Gaag 30

2627 BS

Delft

522678

25-okt-05

2.22

Vereniging van Eigenaars Westvest 12-28, door H.A.T. Verleg

p/a Westvest 19

2611 AX

Delft

522708

25-okt-05


Stuk 59 II                                                                                 pag. 3.

 

 

2.23

J. Baraké

Prof. Oudemansstraat 53

2628 KB

Delft

522709

25-okt-05

2.24

Bewoners Overleggroep Spoorlijn/Delft, door H.G.J.M. Rieff en N. Peters

Spoorsingel 2

2613 BD

Delft

522730

25-okt-05

2.25

Office centre

Spoorsingel 6

2613 BD

Delft

522733

25-okt-05

2.26

C. Witteloostuijn

Spoorsingel 4

2613 BD

Delft

522725

25-okt-05

2.27

M.C. Muller en D.M.J. van Eys

Spoorsingel 14

2613 BD

Delft

522723

25-okt-05

2.28

R.R. Prins

Spoorsingel 5

2613 BD

Delft

522732

25-okt-05

2.29

D.F.H de Quartel en J. de Quartel-Moon

Spoorsingel 26

2613 BE

Delft

522722

25-okt-05

2.30

M.C. Muller en D.M.J van Eys

Spoorsingel 14

2613 BD

Delft

522728

25-okt-05

2.31

Lucas van Wees

J.C. van Markenplein 5

2613 AE

Delft

522885

26-okt-05

2.32

J.H.M. Slotenmaker

Mercuriusweg 4a

2624 BC

Delft

522729

25-okt-05

2.33

Wouter Hovenkamp en Hiltje Huizenga

Coenderstraat 1ab

2613 SM

Delft

522608

24-okt-05

2.34

J.J. de Boo

Buitenwatersloot 159c

2613 TD

Delft

522945

27-okt-05

2.35

HTM, door P. Jansen

Postbus 28503

2502 KM

Den Haag

522559

24-okt-05

2.36

Stichting de Witte Roos, door Tjeerd Deelstra

Nickersteeg 5

2611 EK

Delft

520051

25-okt-05

2.37

Boekel de Nerée, door E.M. van Bommel, namens 12 cliënten

Postbus 75510

1070 AM

Delft

522573

24-okt-05

2.38

S.M. Eisses en E.W.J. Jansen

Coenderstraat 33

2613 SN

Delft

522602

24-okt-05

2.39

Delftsche Studenten Sociëteit Phoenix, door P. Wegener

Phoenixstraat 30

2611 AL

Delft

522735

25-okt-05

2.40

Peter Zuyderwijk

Crommelinlaan 65

2627 BH

Delft

522486

21-okt-05

2.41

David Koerts e.a.

Coenderstraat 32

2613 SN

Delft

522653

25-okt-05

2.42

P. van den Hoogen, namens 40 mede-ondertekenaars

Coenderstraat 7

2613 SM

Delft

522609

24-okt-05

2.43

F.H.M. Scholten

Conradlaan 37

2627 BT

Delft

522707

25-okt-05

2.44

M.J.A. Weima

Crommelinlaan 11

2627 AD

Delft

522765

26-okt-05

2.45

Kantoor en Thuis, door R.W. Prins

Spoorsingel 6

2613 BD

Delft

522726

25-okt-05

2.46

Ellen van den Beukel

Ada van Hollandstraat 2

2613 SK

Delft

522703

25-okt-05

2.47

R.R. Prins

Spoorsingel 5

2613 BD

Delft

522727

25-okt-05

2.48

C. Witteloostuijn

Spoorsingel 4

2613 BD

Delft

522724

25-okt-05

2.49

N. Peters

Spoorsingel 2

2613 BD

Delft

522731

25-okt-05


Stuk 59 II                                                                                 pag. 4.

 

 

2.50

Belangenvereniging de Wateringse Poort, mr. H.J. Timman

Noordeinde 20-22

2611 KH

Delft

522736

25-okt-05

2.51

E.B.H. Advocaten, door mr. J. Hiemstra, namens Aannemersbedrijf J. de Bloois BV

Postbus 70

2600 AB

Delft

522087

16-okt-05

2.52

E.B.H. Advocaten, door mr. J. Hiemstra, namens PK Bouw BV

Postbus 70

2600 AB

Delft

500713

14-jan-05

2.53

Haring Vastgoed B.V.

Limbahout 36

2719 JL

Zoetermeer

522446

21-okt-05

2.54

Autobedrijf Preuninger b.v., door J.H. Preuninger

Postbus 462

2600 AL

Delft

520705

30-sep-05

2.55

Driehoek Advocaten, door J.J. Paalman, namens Delftse Brandstoffenhandel DEKO II en dhr. JP. van Zuidam

Postbus 50

7600 AB

Almelo

522465

21-okt-05

2.56

Machine- en gereedschappenfabriek P. van der Zee

Röntgenweg 4

2624 BE

Delft

522595

21-okt-05

2.57

ONRO Zee B.V.

Röntgenweg 4

2624 BE

Delft

522596

21-okt-05

2.58

Nauta Dutilh, namens Ninaber van Eyben Design & Productions bv

Postbus 1110

3000 BC

Rotterdam

522657

25-okt-05

2.59

Historische Vereniging Delfia Batavorum en Commissie Behoud Stadsschoon, door W.H.M. Aalbers en W.A.F.X. de Fraiture

Oude Delft 132

2611 CG

Delft

521929

14-okt-05

2.60

Stichting Molen De Roos, door B.M. Dooren

Kerkstraat 52

2355 AH

Hoogmade

519195

12-sep-05

2.61

De Hollandsche Molen, door L.M. Endedijk

Zeeburgerdijk 139

1095 AA

Amsterdam

519045

9-sep-05

2.62

Vereniging Bacinol, door I. Hulshof, namens 62 mede-ondertekenaars

Stationsplein 20

2611 BV

Delft

522485

21-okt-05

2.63

Lancelot Innovation Support BV, door M.A. Rietveld

Van Leeuwenhoeksingel 69

2611 AE

Delft

522468

21-okt-05

2.64

Galahad reclameobjecten BV, door M.A. Rietveld

Van Leeuwenhoeksingel 69

2611 AE

Delft

522467

21-okt-05

2.65

C. Eekhout

Spoorsingel 41a

2613 BG

Delft

522163

18-okt-05

2.66

C.L.E. Jongmans

Kruisbalk 5

2291 ME

Wateringen

522164

18-okt-05

2.67

Passepartout Mode, door J.C. Stolk Hebing

Spoorsingel 3

2613 BD

Delft

522586

24-okt-05

2.68

A. Boutkan

Doys van der Doesstraat 13

2678 TV

De Lier

527356

20-dec-05

 Mondelinge zienswijzen


Stuk 59 II                                                                                 pag. 5.

 

 

3.1

D. Maartense

Coenderstraat 2

2613 SM

Delft

13-okt-05

3.2

J. Starmans

Parallelweg 2

2613 SL

Delft

13-okt-05

3.3

Marian Loth

Laan van Van der Gaag 91

2627 BX

Delft

13-okt-05

3.4

J. Kooyman

Ada van Hollandstraat 28

2613 SK

Delft

13-okt-05

3.5

Fam. Overbeek Bloem

Watersnip 15

2693 AG

's-Gravenzande

13-okt-05

3.6

Fam. Janszen

Julianalaan 123

2628 BE

Delft

13-okt-05

3.7

N. Buijs

Coenderstraat 47

2613 SN

Delft

13-okt-05

 

 

 

 

 

 

 

dat de zienswijzen - met uitzondering van de onder 2.68 genoemde - tijdig zijn ingediend en dat indieners in hun zienswijzen zijn ontvangen;

 

dat de inhoud van de zienswijzen, alsmede de redenen waarom niet daaraan tegemoet wordt gekomen, zijn weergegeven in de bij dit besluit behorende Nota zienswijzen bestemmingsplan Spoorzone;

 

dat de zienswijzen hebben geleid tot aanpassingen op enkele onderdelen van de toelichting, de voorschriften en de plankaart;

 

dat naar aanleiding van ambtshalve overwegingen het wenselijk wordt geacht de toelichting, de voorschriften en de plankaart tevens op enkele onderdelen te wijzigen;

 

dat de overwegingen die aan de ambtshalve wijzigingen ten grondslag liggen zijn weergegeven in het bij dit besluit behorende voorstel;

                                   

b e s l u i t :

 

met inachtneming van de in het voorstel van burgemeester en wethouders weergegeven overwegingen, welke geacht worden van dit besluit deel uit te maken;

 

I.   dat 74 indieners van de zienswijzen met betrekking tot het ontwerpbestemmingsplan in hun zienswijze ontvangen worden;

 

II.  dat aan de zienswijzen van indieners 2.1 t/m 2.3, 2.5, 2.7 t/m 2.16, 2.18 t/m 2.22, 2.24 t/m 2.34, 2.37, 2.38, 2.40, 2.41, 2.43 t/m 2.49, 2.51, 2.52, 2.60, 2.61, 2.66, 3.1 t/m 3.7 geheel of gedeeltelijk tegemoet wordt gekomen, aan de zienswijzen van indieners 2.4, 2.6, 2.17, 2.23, 2.35, 2.36, 2.39, 2.42, 2.50, 2.53 t/m 2.59, 2.62 t/m 2.65 en 2.67 niet wordt tegemoet gekomen en dat de aanvullende zienswijze van indiener 2.68 niet ontvankelijk wordt verklaard;

 

III. het bestemmingsplan Spoorzone gewijzigd vast te stellen ten opzichte van het ontwerp van het bestemmingsplan, zoals dit ter inzage heeft gelegen. De wijzigingen betreffen:

 

A. voor wat betreft de plankaart de wijzigingen, zoals weergegeven op de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte wijzigingenkaart;


Stuk 59 II                                                                                 pag. 6.

 

 

B. voor wat betreft de voorschriften de wijzigingen inhoudende:

 

* art. 1 begripsbepalingen wordt naar aanleiding van onderstaande wijzigingen verletterd;

 

* art. 1 begripsbepalingen wordt een nieuw lid 11 toegevoegd dat luidt als volgt:

“11. beschermd stadsgezicht

de grens van het beschermd stadsgezicht, zoals aangewezen bij het Besluit van 11 september 1978.”

Na beantwoording van een zienswijze bleek de grens van het beschermd stadsgezicht van de binnenstad anders te lopen dan in het ontwerpbestemmingsplan is opgenomen. Naar aanleiding hiervan zijn de goede grenzen op de plankaart opgenomen en is het begrip ‘beschermd stadsgezicht’ in artikel 1 opgenomen;

 

* art. 1 begripsbepalingen wordt een nieuw lid 28 toegevoegd dat luidt als volgt:

“28. doorgaande rijstrook

een rijstrook die deel uitmaakt van een hoofdrijbaan

 

* art. 1 begripsbepalingen wordt een nieuw lid 36 toegevoegd dat luidt als volgt:

“36. hoofdrijbaan

een rijbaan die in belangrijke mate is bestemd voor doorgaand (auto)verkeer”

 

* art. 1 begripsbepalingen wordt een nieuw lid 44 toegevoegd dat luidt als volgt:

“44. parallelweg   

een rijbaan voor gemengd lokaal verkeer die naast een hoofdrijbaan loopt, waarbij plaatselijk uitwisseling van verkeer met die hoofdrijbaan mogelijk is.”

 

* art. 1 begripsbepalingen wordt een nieuw lid 45 toegevoegd dat luidt als volgt:

“45. parkeervoorzieningen         

voorzieningen ten behoeve van het parkeren, zoals parkeerplaatsen en in- en uitritten”.

Dit begrip wordt wel genoemd in de voorschriften, maar was per abuis niet gedefinieerd in de begripsbepaling.

 

* art. 1 begripsbepalingen wordt het begrip “peil” gewijzigd in:

“46. peil

a.        NAP (Normaal Amsterdams Peil);

b.        ter plaatse van de aanwijzing ‘nieuw maaiveld’: +1,6 m NAP”.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt bij lid 1 sub a tussen “bvo” en “van” de zinsnede “tezamen” toegevoegd.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt na lid 1 sub b een nieuw sub c ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

“c. ter plaatse van de aanwijzing (gd) voor kantoren, maatschappelijke voorzieningen en dienstverlening met een bvo tezamen van ten hoogste 2.500 m²;

waarbij geldt dat:

-             het totale bvo voor kantoren ten hoogste 500 m² mag bedragen;

-             het totale bvo voor maatschappelijke voorzieningen ten hoogste 1.000 m² mag bedragen;

-             het totale bvo voor dienstverlening ten hoogste 1.000 m² mag bedragen;”


Stuk 59 II                                                                                 pag. 7.

 

 

* art. 3 Woondoeleinden, naar aanleiding van bovenstaande toevoeging worden de daarna volgende subleden verletterd.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt in lid 1 sub d en e de zinsnede “ondergeschikte” verwijderd.

Het is niet relevant omdat het hier niet gaat om ondergeschikte detailhandel en horeca, deze functies zijn binnen een bepaalde omvang toegestaan.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt lid 1 sub f als volgt gewijzigd:

“f. “parkeervoorzieningen, waarbij geldt dat ter plaatse van de aanwijzing (h2) geen parkeervoorzieningen zijn toegestaan;”.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt lid 4 sub b als volgt gewijzigd:

“gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen mogen tot ten hoogste 0,2 m boven peil en in ten hoogste 1 bouwlaag worden gebouwd;”

 

* art. 3 Woondoeleinden, naar aanleiding van onderstaande wijzigingen worden de daarna volgende subleden verletterd.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt lid 4 sub c verwijderd omdat deze bepaling vanwege de aanpassing van het peil niet meer nodig is.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt na lid 4 sub b een nieuw sub c ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

ter plaatse van de aanwijzing (h11) en (h19) tot en met (h26) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen tot ten hoogste 1,8 m boven peil en in ten hoogste 1 bouwlaag worden gebouwd;”

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt na lid 4 sub c een nieuw sub d ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

ter plaatse van de aanwijzing (h12) en (h13) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen tot ten hoogste 5 m boven peil en in ten hoogste 2 bouwlagen worden gebouwd, waarbij geldt dat de parkeerplaatsen op de tweede bouwlaag ten minste 5 m terugliggend gebouwd moeten worden ten opzichte van de gevellijn;”

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt lid 4 sub e als volgt gewijzigd:

ter plaatse van de aanwijzing (h16) en (h17) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen tot ten hoogste 3 m boven peil en in ten hoogste 1 bouwlaag worden gebouwd;”

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt in lid 4 sub f tussen “de” en “aanwijzing” de zinsnede “overige” verwijderd.

Dit betreft een redactionele aanpassing, aangezien de zinsnede “overige” overbodig is.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt in lid 4 sub g de zinsnede “een afstand van 20%” gewijzigd in “20% van de lengte van het bouwblok”.

Dit betreft een redactionele aanpassing, zodat duidelijker is over welke afstand de gevel terugliggend dient te zijn.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 8.

 

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt na lid 4 sub g een nieuw lid h ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

“h. ter plaatse van de aanwijzing “gevellijn-plus” dienen de gevels van de gebouwen in de gevellijn te worden gebouwd en mag ten hoogste 50% van de desbetreffende gevellijn gebruikt worden voor parkeervoorzieningen”.

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt na lid 4 sub h een nieuw lid i ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

“i. voorzover de gronden met de in lid 1 genoemde bestemming grenzen aan gronden met de bestemming Kantoordoeleinden (K) geldt dat ten hoogste 50% van de totale lengte van de gevellijn-plus van de desbetreffende bouwvlakken van Woondoeleinden (W) en Kantoor­doeleinden (K) mag worden gebruikt voor parkeervoorzieningen;”

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt in lid 4 sub m de zinsnede “sub i” gewijzigd in “sub l”.

Naar aanleiding van de invoeging van een nieuw lid h, is de verwijzing in lid m aangepast. 

 

* art. 3 Woondoeleinden, wordt in lid 4 sub o de zinsnede “de eerste bouwlaag” gewijzigd in “3 m”.

 

* art. 4 Gemengde Doeleinden I, wordt in lid 1 sub a na “het station” de zinsnede“ met een bvo van ten hoogste 3.700 ” toegevoegd.

 

* art. 4 Gemengde Doeleinden I, wordt in lid 1 sub c de opbouw van zin gewijzigd in:

“maatschappelijke voorzieningen en kantoren, waaronder een stadskantoor, met een bvo tezamen van ten hoogste 29.000

 

* art. 4 Gemengde Doeleinden I, wordt in lid 1 sub f de zinsnede “de doeleinden” gewijzigd in “verblijfsgebied met de daarbijbehorende doeleinden”.

Dit betreft een redactionele correctie zodat het meer duidelijk wordt welke doeleinden bedoeld worden.

 

* art. 4 Gemengde Doeleinden I, wordt lid 1 sub i de zinsnede “nooduitgangen” vervangen door de zinsnede “in- en uitgangen”.

In het stadskantoor en in de stationshal zijn zodoende alle in- en uitgangen toegestaan in plaats van alleen nooduitgangen.

 

* art. 4 Gemengde Doeleinden I, wordt lid 1 sub j als volgt gewijzigd:

“j. parkeervoorzieningen, waarbij geldt dat ter plaatse van de aanwijzing (h4) geen parkeervoorzieningen zijn toegestaan;”.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 4 Gemengde Doeleinden I, wordt lid 3 sub a als volgt gewijzigd:

“gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen mogen uitsluitend tot een maximale hoogte van 1,4 m onder peil en in ten hoogste 3 bouwlagen worden gebouwd;”.

 

* art. 5 Gemengde Doeleinden II, wordt in lid 1 sub f de zinsnede “en parkeerplaatsen” verwijderd.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 9.

                       

 

* art. 6 Woon- en Detailhandelsdoeleinden/Molen, wordt in lid 1 sub e de zinsnede “en parkeerplaatsen” verwijderd.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, tussen lid 1 sub c en sub d wordt de volgende bepaling ingevoegd:

“waarbij geldt dat het gezamenlijke bvo van de onder a tot en met c genoemde functies in totaal ten hoogste 25.000 m2 mag bedragen;”

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt in lid 1 sub e de zinsnede “en parkeerplaatsen” verwijderd.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt lid 2 sub b als volgt gewijzigd:

“b. geluidsgevoelige bestemmingen dienen zodanig te worden geprojecteerd dat zij kunnen worden gerealiseerd onder zodanige voorwaarden dat wordt voldaan aan de eisen van het Bouwbesluit en de Wet geluidhinder”

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt in lid 1 sub g en in lid 2 sub c de eerste zinsnede “ecologische verbindingszone” tussen aanhalingstekens geplaatst.

Dit betreft een redactionele aanpassing, conform de andere artikelen waar deze bepaling in is opgenomen.

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt in lid 2 sub c de zinsnede “, waarbij geldt dat de uiteindelijke zone een minimale breedte van 15 m dient te hebben” verwijderd.

De zinsnede is verwijderd aangezien deze overbodig was. In lid 1 sub g is de minimale breedte van de ecologische verbindingszone al aangegeven.

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt in lid 2 sub e het woord  “goothoogte” vervangen door “bouwhoogte”:

Vanwege het over het plangebied gelegen straalpad en de daaraan gekoppelde beperkte hoogtemaat voor de daaronder gelegen bebouwing, mogen de hoofdgebouwen een maximale hoogte hebben van 26 m. Door voor de hoogte van de bebouwing een bouwhoogte op te nemen wordt hier aan voldaan. 

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt in lid 4 de zinsnede “verleent vrijstelling” vervangen door “is bevoegd vrijstelling te verlenen”.

Dit is een redactionele wijziging.

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt in lid 4 de zinsnede “ontwerp” vervangen door “ontwerpuitwerkingsplan”.

Dit is een redactionele wijziging.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 10.

 

 

* art. 7 Uit te werken gebied voor Wonen, wordt lid 5 verwijderd en vervangen door:

“Verklaring van geen bezwaar

5. De vrijstelling mag slechts worden verleend indien Gedeputeerde Staten vooraf schriftelijk hebben verklaard dat zij tegen het verlenen van de vrijstelling geen bezwaren hebben. Een verklaring van geen bezwaar is niet noodzakelijk indien bij de goedkeuring van het plan door Gedeputeerde Staten is verklaard dat de uitwerking geen goedkeuring behoeft en indien gedurende de termijn van terinzagelegging geen zienswijzen tegen het ontwerpuitwerkingsplan zijn kenbaar gemaakt. De ingebrachte zienswijzen worden ter kennis gesteld aan Gedeputeerde Staten.”

Dit betreft een aanvulling.

 

* art. 8 Bedrijfsdoeleinden, wordt in lid 1 sub c de zinsnede “en parkeerplaatsen” verwijderd.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 10 Kantoordoeleinden, wordt in lid 1 sub e de zinsnede “en parkeerplaatsen” verwijderd.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 10 Kantoordoeleinden, wordt lid 3 sub a als volgt gewijzigd:

“ter plaatse van de aanwijzing (h10) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen tot ten hoogste 0,2 m boven peil en in ten hoogste 1 bouwlaag worden gebouwd;”.

 

* art. 10 Kantoordoeleinden, wordt na lid 3 sub a een nieuw sub b ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

“b. ter plaatse van de aanwijzing (h18) en (h27) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen tot ten hoogste 1,8 m boven peil en in ten hoogste 1 bouwlaag worden gebouwd;”.

 

* art. 10 Kantoordoeleinden, lid 3, naar aanleiding van bovenstaande toevoeging worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 10 Kantoordoeleinden, wordt in lid 3 sub c de zinsnede “1,2 m” vervangen door de zinsnede “0,2 m”.

* art. 10 Kantoordoeleinden, wordt na lid 3 sub d een nieuw sub e ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

“e. ter plaatse van de aanwijzing "gevellijn-plus" dienen de gevels van de gebouwen in de ge­vellijn te worden gebouwd en mag ten hoogste 50% van de desbetreffende gevellijn ge­bruikt worden voor parkeervoorzieningen;”

 

* art. 10 Kantoordoeleinden, wordt na lid 3 sub e een nieuw sub f ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

“f. voorzover de gronden met de in lid 1 bedoelde bestemming grenzen aan gronden met de bestemming Woondoeleinden (W) geldt dat ten hoogste 50% van de totale lengte van de gevellijn-plus van de desbetreffende bouwvlakken van Kantoordoeleinden (K) en Woon­doeleinden (W) mag worden gebruikt voor parkeervoorzieningen;”

 

* art. 10 Kantoordoeleinden, lid 3, naar aanleiding van bovenstaande toevoegingen worden de hierna volgende subleden verletterd.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 11.

 

 

* art. 11 Parkgebied, wordt lid 1 oude sub g verwijderd:

 “g. parkeervoorzieningen en parkeerplaatsen”.

 

* naar aanleiding van bovenstaande verwijdering worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 11 Parkgebied, wordt in lid 2 sub a de bepaling uitgebreid met de zinsnede “, voor de doeleinden genoemd in lid 1 onder e, f en g”

Dit betreft een redactionele aanpassing, zodat duidelijk is ten behoeve van welke functies gebouwen zijn toegestaan en voor welke functies niet.

 

* art. 11 Parkgebied, wordt in lid 3 sub c de zinsnede “de voorziening” vervangen door de zinsnede “het bouwwerk”.

Dit betreft een redactionele aanpassing.

 

* art. 11 Parkgebied, wordt in lid 3 sub c de zinsnede “6 m” vervangen door de zinsnede “3 m”.

 

* art. 11 Parkgebied, wordt lid 3 sub d vervangen door:

“d. de oppervlakte van het bouwwerk voor de ontluchting mag ten hoogste 50 bedragen”

 

* art. 11 Parkgebied, wordt na lid 3 sub d een nieuw sub e ingevoegd, dat als volgt zal luiden:

“e. de voorziening voor de ontluchting mag niet over de gehele oost-westelijke breedte van de bestemming Parkgebied worden gebouwd”

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoeging worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 11 Parkgebied, wordt lid 3 oude sub e en f verwijderd en vervangen door nieuw sublid f en g:

“f. de bouwhoogte van de gebouwen ten behoeve van de nooduitgangen mag ten hoogste 3 m bedragen”

“g. de oppervlakte van de gebouwen ten behoeve van de nooduitgangen mag per gebouw ten hoogste 50 bedragen”

Deze splitsing in twee subleden betreft een redactionele aanpassing.

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, lid 1 oude subleden a tot en met d verwijderd en vervangen door de leden a tot en met g:

“a. ter plaatse van de Kampveldweg een hoofdrijbaan met ten hoogste 2x1 doorgaande rijstro­ken, waarbij voor het aantal rijstroken opstelstroken, parallelwegen en busstroken niet worden meegeteld;

b. ter plaatse van de Wateringsevest een hoofdrijbaan met ten hoogste 2x1 doorgaande rijstroken en een bus/trambaan met ten hoogste 2x1 rijstroken, waarbij voor het aantal rij­stroken opstelstroken en parallelwegen niet worden meegeteld;

c. ter plaatse van de Phoenixstraat een hoofdrijbaan met ten hoogste 2x1 doorgaande rijstro­ken en een bus/trambaan met ten hoogste 2x1 rijstroken, waarbij voor het aantal rijstroken opstelstroken niet worden meegeteld;


Stuk 59 II                                                                                 pag. 12.

 

 

d. ter plaatse van de Spoorsingel, Coenderstraat, Verlengde Coenderstraat, Emplacements­weg en Engelsestraat een hoofdrijbaan met ten hoogste 2x1 doorgaande rijstroken, waar­bij voor het aantal rijstroken opstelstroken en parallelwegen niet worden meegeteld;

e. ter plaatse van de Westvest een bus-trambaan met ten hoogste 2x1 rijstroken, waarbij voor het aantal rijstroken opstelstroken niet worden meegeteld;

f. ter plaatse van de Westlandseweg/Zuidwal een hoofdrijbaan met ten hoogste 2x2 door­gaande rijstroken, een bus-trambaan met ten hoogste 2x1 rijstroken, waarbij voor het aantal rijstroken opstelstroken en parallelwegen niet worden meegeteld;

g. voorzover niet genoemd in lid a tot en met f, wegen met ten hoogste 2x1 doorgaande rijstroken, waarbij voor het aantal rijstroken opstelstroken, parallelwegen en busstroken niet worden meegeteld;”

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoeging worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt in lid 1 sub i de zinsnede “en parkeerplaatsen” verwijderd.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt na lid 1 sub i een nieuw sub j ingevoegd, luidende:

“j. ter plaatse van ter plaatse van de aanwijzing (k) voor detailhandel in de vorm van kiosken, waarbij geldt dat binnen de bestemmingen Verkeersdoeleinden (V) en Verblijfsgebied (VG) in totaal ten hoogste twee kiosken zijn toegestaan”

In het plangebied zijn twee kiosken aanwezig. Deze kiosken mogen in de toekomstige situatie blijven bestaan en zijn daarom ten onrechte niet in het bestemmingsplan mogelijk gemaakt.

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt na lid 1 sub l een nieuw sub m ingevoegd, luidende:

“m. beheer en onderhoud ten behoeve van de aangrenzende al of niet onder peil liggende spoorwegvoorzieningen;”

Na het ontwerpbestemmingsplan is duidelijk geworden dat er een aantal technische ruimtes voor onderhoud en beheer van de tunnel mogelijk gemaakt moeten worden in het bestemmingsplan.

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoegingen worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt lid 1 sub n vervangen door:

“n. ter plaatse van de aanwijzing "kruising" voor kruisingen met water;”

Door het opnemen van deze specifieke aanwijzing is het duidelijk dat op deze gronden kruisingen met water mogelijk zijn.

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt in lid 1 sub p de eerste zinsnede “ecologische verbindingszone” tussen aanhalingstekens geplaatst.

Dit betreft een redactionele aanpassing, conform de andere artikelen waar deze bepaling in is opgenomen.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 13.

 

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt lid 2 sub a vervangen door:

“a. gebouwen, voor de doeleinden genoemd in lid 1 onder i en j”

Dit betreft een redactionele aanpassing. In deze bepaling is de zinsnede “uitsluitend” verwijderd en zijn de verwijzingen aangepast vanwege de vernummering van de subleden in lid 1.

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt lid 3 sub a vervangen door:

“a. ter plaatse van de aanwijzing (p1) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen uitsluitend onder peil en in ten hoogste 2 bouwlagen worden gebouwd”

 

* art. 12 Verkeersdoeleinden, wordt na lid 3 sub a een nieuw sub b en c ingevoegd, die als volgt luiden:

“b. van de 2 kiosken mag er 1 kiosk van ten hoogste 40 m² gebouwd worden en 1 kiosk van ten hoogste 25 m²;

c. de bouwhoogte van de kiosken mag ten hoogste 4 m bedragen”

In het plangebied zijn twee kiosken aanwezig. Deze kiosken mogen in de toekomstige situatie blijven bestaan en zijn daarom ten onrechte niet in het bestemmingsplan mogelijk gemaakt. In deze toegevoegde leden worden de maximale maten van de twee kiosken opgenomen.

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoegingen worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt lid 1 sub b uitgebreid met de volgende zinsnede:

“, zoals een busstation, taxistandplaatsen en Kiss&Ridevoorzieningen”

Door de toegestane openbaarvervoersvoorzieningen te noemen, wordt duidelijk wat hieronder bedoeld wordt.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt in lid 1 sub e de zinsnede “en parkeerplaatsen” verwijderd.

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt na lid 1 sub e een nieuw sub f ingevoegd, dat als volgt luidt:

“f. ter plaatse van de aanwijzing (p3) in ieder geval voor parkeerplaatsen”

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt na lid 1 sub f een nieuw sub g ingevoegd, dat als volgt luidt:

“g. ter plaatse van de aanwijzing (k) voor detailhandel in de vorm van kiosken, waarbij geldt dat binnen de bestemmingen Verkeersdoeleinden (V) en Verblijfsgebied (VG) in totaal ten hoogste twee kiosken zijn toegestaan”

In het plangebied zijn twee kiosken aanwezig. Deze kiosken mogen in de toekomstige situatie blijven bestaan en zijn daarom ten onrechte niet in het bestemmingsplan mogelijk gemaakt.

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoegingen worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt lid 1 sub i het woord “nooduitgangen” vervangen door “in- en uitgangen”.

Zodoende zijn ook in- en uitgangen toegestaan in plaats van alleen nooduitgangen.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 14.

 

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt na lid 1 sub i een nieuw sub j ingevoegd, luidende:

“j. beheer en onderhoud ten behoeve van de aangrenzende al of niet onder peil liggende spoorwegvoorzieningen;”

Na het ontwerpbestemmingsplan is duidelijk geworden dat er een aantal technische ruimtes voor onderhoud en beheer van de tunnel mogelijk gemaakt moeten worden in het bestemmingsplan.

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoeging worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt in lid 1 sub m de eerste zinsnede “ecologische verbindingszone” tussen aanhalingstekens geplaatst.

Dit betreft een redactionele aanpassing, conform de andere artikelen waar deze bepaling in is opgenomen.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt lid 2 sub a vervangen door:

“a. gebouwen, voor de doeleinden genoemd in lid 1 onder b, c, e en g”

Dit betreft een redactionele aanpassing. In deze bepaling is de zinsnede “uitsluitend” verwijderd en zijn de verwijzingen aangepast vanwege de vernummering van de subleden in lid 1.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt na lid 3 sub a een nieuw sub b en c ingevoegd, die als volgt luiden:

“b. van de 2 kiosken mag er 1 kiosk van ten hoogste 40 m² gebouwd worden en 1 kiosk van ten hoogste 25 m²;

c. de bouwhoogte van de kiosken mag ten hoogste 4 m bedragen”

In het plangebied zijn twee kiosken aanwezig. Deze kiosken mogen in de toekomstige situatie blijven bestaan en zijn daarom ten onrechte niet in het bestemmingsplan mogelijk gemaakt. In deze toegevoegde leden worden de maximale maten van de twee kiosken opgenomen.

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoegingen worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt lid 3 oude sub b verwijderd en vervangen door nieuw sublid d:

‘d. uitsluitend ter plaatse van de aanwijzing (ov) mogen overkappingen en gebouwen ten be­hoeve van openbaarvervoersvoorzieningen worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 7 m en een bebouwingspercentage van ten hoogste 25% van het aanwijzingsvlak”

In het ontwerpbestemmingsplan waren ter plaatse van de aanwijzing (ov) eveneens overkappingen en gebouwen toegestaan. Deze waren ten onrechte niet aan een maximale hoogte en oppervlakte gebonden. In lid 3 sub d is dit aangepast.

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt in lid 3 oude sub c de bepaling verwijderd en vervangen door lid e:

“e. ter plaatse van de aanwijzing (p1) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen uitsluitend onder peil en in ten hoogste 2 bouwlagen worden gebouwd”

 

* art. 13 Verblijfsgebied, wordt in lid 3 oude sub d de bepaling verwijderd en vervangen door lid f:

“f. ter plaatse van de aanwijzing (p2) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen uitsluitend onder peil en in ten hoogste 1 bouwlaag worden gebouwd”


Stuk 59 II                                                                                 pag.15.

 

 

* art. 14 Spoorwegdoeleinden I, wordt in lid 1 sub e de eerste zinsnede “ecologische verbindingszone” tussen aanhalingstekens geplaatst.

Dit betreft een redactionele aanpassing, conform de andere artikelen waar deze bepaling in is opgenomen.

 

* art. 15 Spoorwegdoeleinden II, wordt lid 1 het woord “nooduitgangen” vervangen door “in- en uitgangen”.

In het ondergrondse station zijn zodoende in- en uitgangen toegestaan in plaats van alleen nooduitgangen.

 

* art. 15 Spoorwegdoeleinden II, wordt in lid 1 de zinsnede “en ruimtes voor beheer en onderhoud” toegevoegd.

Na het ontwerpbestemmingsplan is duidelijk geworden dat er een aantal technische ruimtes voor onderhoud en beheer van de tunnel mogelijk gemaakt moeten worden in het bestemmingsplan.

 

* art. 16 Groenvoorzieningen, wordt in lid 2 sub a het woord “uitsluitend” verwijderd.

Dit betreft een redactionele aanpassing. In deze bepaling is de zinsnede “uitsluitend” verwijderd.

 

* art. 17 Water, wordt in lid 1 sub c de bepaling verwijderd en vervangen door:

“c. ter plaatse van de aanwijzing (p1) tevens voor parkeervoorzieningen”

Het begrip “parkeervoorzieningen” is opgenomen in de begripsbepaling. Onder deze definitie worden ook parkeerplaatsen verstaan.

 

* art. 17 Water, wordt na lid 1 sub c een nieuw sub d ingevoegd, dat als volgt luidt:

“d. ter plaatse van de aanwijzing (gr) tevens voor groenvoorzieningen;”

Op één plek in het plangebied waar de bestemming Water en de aanwijzing (gr) is opgenomen, geldt dat ook groenvoorzieningen zijn toegestaan om hier flexibiliteit te houden wat betreft de functie.

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoeging worden de hierna volgende subleden verletterd.

 

* art. 17 Water, wordt in lid 1 sub f de bepaling verwijderd en vervangen door:

“f. de bij de vorenstaande doeleinden behorende voorzieningen zoals kruisingen ten behoeve van voet- en fietspaden, nutsvoorzieningen, ondergeschikte groenvoorzieningen en in- en uitritten tot de parkeergarage”

Naar aanleiding van het overleg met het Hoogheemraadschap van Delfland is deze bepaling aangepast.

 

* art. 17 Water, wordt in lid 2 sub a de zinsnede “uitsluitend” verwijderd.

Dit betreft een redactionele aanpassing. In deze bepaling is de zinsnede “uitsluitend” verwijderd.

 

* art. 17 Water, wordt in lid 3 sub a de verwijderd en vervangen door:

“a. ter plaatse van de aanwijzing (p1) mogen de gebouwen ten behoeve van parkeerplaatsen uitsluitend onder peil en in ten hoogste 2 bouwlagen worden gebouwd”

 

* art. 18 Molenbeschermingszone, wordt in lid 1 tussen de “en” en “behoud” de zinsnede “het” tussengevoegd.


Stuk 59 II                                                                                 pag.16.

 

 

* art. 18 Molenbeschermingszone, wordt lid 3 sub a als volgt gewijzigd:

“a. door die bouwwerken de windvang, het zicht op de molen en de belangen van de molen als werktuig niet onevenredig worden geschaad”

 

* art. 18 Molenbeschermingszone, wordt in lid 4 twee keer de zinsnede “medebestemmingen” verwijderd en vervangen door “dubbelbestemming”

 

* art. 20 Leidingen, wordt in lid 1 sub a en b de zinsnede “medebestemming” verwijderd en vervangen door “dubbelbestemmingen”

 

* art. 20 Leidingen, wordt in lid 1 de subleden c en d ingevoegd:

“c. binnen een afstand van 5 m van de dubbelbestemming: een afvalwaterpersleiding met een diameter van 500 mm;

d. binnen een afstand van 5 m van de dubbelbestemming: een (polder)waterleiding met een diameter van 600 mm”

Deze twee leidingen waren ten onrechte niet op de plankaart opgenomen

 

* art. 21 Archeologisch waardevol gebied, wordt in lid 8 sub a en b de zinsnede “medebestemming” verwijderd en vervangen door “dubbelbestemming”

                       

* art. 27 Bouwvoorschriften en hoogtematen, wordt lid 2 verwijderd en vervangen door:

“2. Ter plaatse van de aanwijzingen (h1-27) gelden op de gronden met de bestemmingen Woon­doeleinden (W), Gemengde Doeleinden I (GD I) en Kantoordoeleinden (K) voor de hoogte van de gebouwen de volgende bepalingen:

a.          per bouwvlak bedraagt de minimale en maximale goothoogte de in tabel 1 in kolom B en C op­genomen hoogtemaat;

waarbij geldt dat ter plaatse van de aanwijzing "binnenhof", artikel 3, lid 4, sub k, in acht geno­men moet worden;

b.          ter plaatse van de aanwijzing (h3) en (h4) geldt, in afwijking van het bepaalde onder a, de in tabel 1 in kolom C opgenomen hoogtemaat per bouwvlak als maximale bouwhoogte;

c.          in aanvulling op het bepaalde onder a, mag de goothoogte per bouwvlak maximaal de in tabel 1 in de kolommen D en E opgenomen hoogte bedragen met inachtneming van de in de kolommen opgenomen percentages;

d.          de toegestane goothoogten mogen uitsluitend worden overschreden door hellende dak­vlakken met ten hoogste 4 m.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 17.

 

 

Tabel 1 (h1-27) "regeling hoogtematen"

 

A

B

C

D

E

aanwijzing

minimale (goot)hoogte vanaf peil

(in meters)

maximale (goot)hoogte vanaf peil

(in meters)

maximale toegestane goot­hoogte (in meters) over het aangegeven percentage van het bouwvlak

(vanaf peil)

 

maximale toegestane goot­hoogte (in meters) over het aangegeven percentage van het bouwvlak

(vanaf peil)

(h1)

 

16,2

/

/

(h2)

 

10,4

/

/

(h3)

 

21,4 *

/

/

(h4)

 

13,4 *

/

/

(h5)

15

16,2

30% (22,6)

/

(h6)

12

13

/

/

(h7)

 

9,8

45% (13)

/

(h8)

 

9,8

/

/

(h9)

15

16,2

30% (22,6)

/

(h10)

15

18,2

65% (25,4)

/

(h11)

12

14,6

40% (24,2)

/

(h12)

21

24,2

65% (30,6)

/

(h13)

 

24,2

/

/

(h14)

15

16,2

20% (22,6)

/

(h15)

 

9,8

30% (13)

/

(h16)

 

19

/

/

(h17)

18

19

55% (25,4)

/

(h18)

15

19,8

45% (27)

/

(h19)

15

17,8

40% (24,2)

15% (30,6)

(h20)

 

14,6

/

/

(h21)

 

24,2

20% (30,6)

/

(h22)

 

17,8

/

/

(h23)

 

17,8

50% (24,2)

/

(h24)

15

17,8

60% (24,2)

/

(h25)

21

24,2

 

/

(h26)

 

14,6

50% (17,8)

 

(h27)

15

19,8

65% (27)

 

* voor deze gronden geldt een bouwhoogte in plaats van goothoogte”

 

 

* art. 28 Percentage en dubbeltelbepaling, er wordt een nieuw artikel 28 ingevoegd.

 

artikel 28            Percentage en dubbeltelbepaling

Percentage

1. Een in de voorschriften aangegeven percentage, geeft aan hoeveel van het bouwvlak van het desbetreffende bouwperceel ten hoogste mag worden bebouwd met gebouwen en overkappin­gen.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 18.

 

 

Dubbeltelbepaling

2. Gronden die in aanmerking zijn genomen bij het verlenen van een bouwvergunning, waaraan uitvoering is of kan worden gegeven, blijven bij de beoordeling van latere bouwplannen, waar­voor bouwvergunning is vereist, buiten beschouwing.”

Aangezien in de voorschriften een bebouwingspercentage is opgenomen voor de gronden met de aanwijzing (ov) is dit artikel ingevoegd.

 

* naar aanleiding van bovenstaande toevoeging worden de hierna volgende artikelen verletterd.

 

* art. 29 Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening, wordt lid 1 sub a als volgt aangepast:

“a. bereikbaarheid van bouwwerken voor wegverkeer. Brandblusvoorzieningen”

Dit betreft een redactionele aanpassing.

 

C. voor wat betreft de toelichting de wijzigingen inhoudende:

 

In de toelichting zijn diverse tekstuele verbeteringen doorgevoerd. Dit betreft verbeteringen gerelateerd aan de laatste stand zaken (bijvoorbeeld vaststelling van de Nota Ruimte) en redactionele verbeteringen. Daarnaast hebben aanpassingen plaatsgevonden naar aanleiding van de ingebrachte zienswijzen en uitgevoerd nader onderzoek. De voornaamste aanpassingen zijn gerelateerd aan de verkeerstructuur en verkeersintensiteiten, welke hun doorwerking hebben in de paragrafen over wegverkeerslawaai alsmede de luchtkwaliteitparagraaf. Daarnaast zijn wijzigingen doorgevoerd vanwege stedenbouwkundige aanpassingen en nader onderzoek naar de milieuhinder van bedrijven.

 

Hieronder worden de voornaamste paragrafen met wijzigingen genoemd.

§ 2.2, § 3.3, § 5.3 en § 5.4 zijn aangepast naar aanleiding van het bijgesteld stedenbouwkundig plan en daarop betrekking hebbende zienswijzen. De zienswijzen hebben onder meer betrekking op het peil (maaiveld), bouwhoogten en parkeergarages (en bijbehorende ‘plinten’) alsmede de tijdelijke situatie bij realisatie van de tunnel en de gebouwen. De tijdelijke situatie is ook nader beschreven in § 7.5.

§ 7.2, § 7.3 en § 7.4 zijn aangepast naar aanleiding van de berekende nieuwe verkeersintensiteiten, naar aanleiding van uitgevoerd onderzoek naar de voertuigverdeling in delen van het plangebied en het parkeeronderzoek. Tevens worden nog enkele verkeersmaatregelen beschreven. De verkeersintensiteiten vormen de basis voor berekeningen van wegverkeerslawaai en het luchtkwaliteitonderzoek. De aanpassingen hebben mede betrekking op de zienswijzen over de verkeerscijfers, de verkeersstructuur en daarop gebaseerde onderzoeken.

§ 7.7 is aangevuld op punt van planologisch relevante leidingen.

In § 9.5 en § 9.6 zijn de resultaten van het akoestisch onderzoek Spoorzone Delft (januari 2006) verwerkt waarin de berekende nieuwe verkeersintensiteiten zijn gebruikt. Dit leidde tot aanpassingen in de akoestische maatregelen en benodigde hogere grenswaarden. Deze paragrafen zijn aangepast naar aanleiding van de zienswijzen omtrent wegverkeerslawaai.

§ 11.3 is aangepast naar aanleiding van uitgevoerd luchtkwaliteitonderzoek gebaseerd op de nieuwe verkeersintensiteiten en naar aanleiding van ingebrachte zienswijzen over de luchtkwaliteit. Het luchtkwaliteitonderzoek is een los rapport geworden en maakt niet langer als bijlage onderdeel uit van de toelichting.


Stuk 59 II                                                                                 pag. 19.

 

 

§ 11.6 is aangepast naar aanleiding van uitgevoerd onderzoek naar enkele bedrijven in de nabijheid van het plangebied en de zienswijzen van deze bedrijven.

§ 11.7 is aangepast naar aanleiding van enkele opmerkingen van de waterbeheerder.

§ 11.9 is aangepast naar aanleiding van zienswijzen over mogelijk aanwezige beschermde soorten in het plangebied.

In § 11.11 en § 11.12 is nieuwe toelichting ingevoegd over bezonning en windhinder.

 

IV. aldus vast te stellen het bestemmingsplan Spoorzone bestaande uit een plankaart 115.1207000 en de voorschriften 23 februari 2006, vergezeld gaande van een toelichting d.d. 23 februari 2006.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 23 februari 2006.

 

 

 

                                                 ,burgemeester.

 

 

 

                                                            ,griffier.