Stuk
229 I Delft,
4 december 2006.
20161688
Onderwerp: Verzoek
tot overdracht bevoegd gezag
taken
Wet bodembescherming.
Aan
de gemeenteraad.
Geachte
dames en heren,
In
de Wet bodembescherming (Wbb) is geregeld dat het bevoegd gezag voor onder
andere het goedkeuren van bodemonderzoeken en -saneringsplannen ligt bij de
Provincie Zuid-Holland (PZH). Het budget voor bodemonderzoek en sanering is
enkele jaren geleden door het rijk toegevoegd aan het ISV-budget dat ook door
de provincie verdeeld wordt.
Voorafgaand en tijdens de eerste ISV periode (2000 t/m 2004) zijn 30 grotere
gemeente aangewezen als rechtstreekse ISV-gemeenten en zijn zij tegelijkertijd
bevoegd gezag i.h.k.v. de Wbb geworden. De gemeente Delft is daar niet voor
aangewezen (in tegenstelling tot bijvoorbeeld Schiedam en Leiden). Wel leefde toen al de wens om zelfstandiger
op te kunnen treden daar waar het gaat om het goedkeuren van saneringsplannen,
het zelf de regie kunnen voeren, het direct aanspreekpunt van de burger te zijn
etc., kortom om bevoegd gezag Wbb te worden.
De afgelopen jaren hebben diverse gesprekken met
het ministerie van VROM en de Provincie Zuid-Holland plaats gevonden om te
komen tot de overdracht van de taken aan de gemeente Delft.
Op
het voormalige terrein van de verzinkerij Braat heeft de gemeente in het
verleden de bodem gesaneerd om de locatie geschikt te maken voor woningbouw
(Delftzicht). Deze bodemsanering is uitgevoerd met geld van het Rijk. Het
ministerie van VROM is van mening dat de gemeente financieel voordeel heeft
gehad door de bodem te saneren met rijksmiddelen en vordert daarom € 475.470,- terug van de gemeente. De gemeente
Delft moet dit geld aan de staat terugbetalen maar krijgt het bedrag weer
retour. Voorwaarde is dan wel dat het geld aan bodemsaneringdoelen besteed
wordt. Door het ministerie van VROM is op een gegeven moment geopperd dit geld
te besteden aan het verschil in formatie dat de provincie wilde overdragen en
dat Delft nodig denkt te hebben.
Aan
de Raad wordt gevraagd in te stemmen met het versturen van bijgevoegde brief
aan Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland en daarmee het officiële
verzoek te doen de Wbb bevoegd gezag taken aan de gemeente Delft te delegeren.
Gedeputeerde Staten zal vervolgens een ontwerp-delegatiebesluit aan u
voorleggen. Na goedkeuring van het ontwerp-besluit door het college van B&W
(en instemming door commissie en raad) wordt uiteindelijk het definitieve
delegatiebesluit door GS vastgesteld.
De uitbetaling van de claim
vindt, na goedkeuring door de provincie Zuid-Holland en Bodem+ (adviesdienst
VROM) van het bestedingsvoorstel zoals beschreven in bijlage B, plaats door het
ministerie van VROM via de Provincie Zuid-Holland. Het ministerie van VROM zal
de het bedrag bij de gemeente vorderen.
Hoogachtend,
Het
college van burgemeester en wethouders van Delft,
mr. ds. G.A.A. Verkerk ,burgemeester.
mr. drs. H.G.L.M.
Camps ,secretaris
Stuk 229 II
20156649
De
raad der gemeente Delft;
gelezen
het voorstel van het college van 14 november 2006;
b e
s l u i t :
·
In
te stemmen met de delegatie van Wbb-taken van de Provincie naar de gemeente;
·
Daartoe
in te stemmen met het versturen van de voor u ter inzage gelegde brief
inclusief bijlagen (verzoek delegatie van taken van GS aan de gemeente) aan
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland.
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2006.
,burgemeester.
,griffier.