Toetsingsvoorwaarden

Algemeen: deze toetsingsvoorwaarden horen bij art 13 Boeren voor Natuur van de Asv en zijn tevens gekoppeld aan de EU beschikking (N58/2005) van 26 juli 2006 voor de Pilot Boeren voor Natuur in de polder van Biesland.

1. Aanvrager

Subsidie kan alleen worden aangevraagd door natuurgerichte boeren voor natuurgerichte bedrijven zoals bedoeld in de EU beschikking (N58/2005) van 26 juli 2006.

2. Bij de aanvraag dient te worden toegevoegd:

A. Kaart waarop de begrenzing van de gronden voor staan aangegeven. Hierop moet worden aangegeven wat:

· De cultuurgronden inclusief nieuwe en bestaande landschapselementen zijn, die voor de onder 3 genoemde vergoeding in aanmerking komen

· De natuurgronden zijn in bezit van derden, en overige gronden waarvoor geen subsidie kan worden aangevraagd.

B. Een lijst van percelen met kadastraal nummer en oppervlakte in gemeten maat (Basis Registratie Percelen) waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

C. Inrichtingsplan voor de gronden binnen de begrenzing Boeren voor Natuur, waarin is opgenomen:

· Ligging, aard en omvang van nieuwe en bestaande landschapselementen en voorgenomen jaarlijks beheer hiervan

· Ligging, aard en omvang waterlopen

· Peilbeheer

· Ligging wandel, fiets-, en ruiterpaden

Voor gronden waarvoor SAN subsidie wordt ontvangen en die aanvrager in aanmerking wil laten komen voor de ILG project subsidie 'boeren voor natuur', geldt dat de SAN subsidiebeschikking definitief zal worden vastgesteld. De uiteindelijke subsidietermijn zal (uiterlijk) duren tot 1 dag voordat de 'boeren voor natuursubsidie' zal ingaan.

3. Hoogte van de subsidie:

· Voor de hectares die voor subsidie in aanmerking komen wordt jaarlijks een basisvergoeding van € 1112,00 per ha uitbetaald, mits aan de in sub 4 gestelde voorwaarden wordt voldaan.

· Maximaal 10% van de oppervlakte waarvoor subsidie wordt aangevraagd, komt in aanmerking voor een toeslag voor landschapselementen. Voor de subsidiabele oppervlakte geldt: iedere % oppervlakte landschapselementen levert een % toeslag op tot een maximum van 10%.

· De maximum vergoeding bedraagt € 1223,00 per ha.

De vergoeding zal primair worden aangepast op basis van CBS indexcijfers. Het hierboven genoemde maximumbedrag kan worden bijgesteld op basis van evaluatie door de Europese Commissie.

4. Voorwaarden waaraan de subsidieontvanger dient te voldoen:

a. Er mag geen aanvoer van mineralen plaatsvinden (gesloten kringloop met uitzondering van het erf)

b. Bedrijfsvoering zoals vastgelegd in de SKAL certificeringsgrondslagen, overeenkomstig verordening (EEG) 2092/91

c. Uitvoering van het onder sub 2 ingediende inrichtingsplan

d. Voedselproductie vormt een belangrijke activiteit binnen het bedrijf en levert een substantiële bijdrage aan de omzet.

e. Er is gedurende het gehele jaar vee op het bedrijf aanwezig.

Uitzonderingen op de basisvoorwaarde van het niet aanvoeren van mineralen:

· Mineralenaanvoer in de vorm van dieren ten behoeve van fokdoelstellingen, zaaizaad en pootgoed

· Middelen ten bate van noodzakelijke aanvulling in het inkuilproces, zoals vastgelegd in de SKAL certificeringsgrondslagen, overeenkomstig verordening (EEG) 2092/91

· Aanvoer van sporenelementen ten bate van gezondheid van de dieren

In het geval van calamiteiten, bijvoorbeeld extreme weersomstandigheden, mislukken van oogst of externe vervuiling treedt subsidieontvanger in overleg met het subsidieverstrekkend bestuursorgaan. De raad van Advies kan hierbij een bemiddelende rol spelen.

Binnen twee jaar na de eerste aanvraag moet de subsidieontvanger volledig zijn omgeschakeld naar een gesloten kringloop. In die 2 jaar krijgt hij wel de volledige subsidie. Aanvoer gedurende deze periode moet voldoen aan de SKAL certificeringsgrondslagen.

5. Wijziging van begrensde gebied

Een wijziging in de begrenzing van de Boeren voor Natuur oppervlakte kan door aanvrager worden opgenomen in de jaarlijkse subsidieaanvraag.

Uitbreiding van het aantal begrensde ha is mogelijk onder de volgende voorwaarden:

· Voor cultuurgronden dient er sprake te zijn van eigendom, een erfpachtcontract of een pachtcontract van minimaal 10 jaar.

· Voor natuurgronden dient er sprake te zijn van een erfpachtcontract of een pachtcontract of schriftelijke beheersovereenkomst met de grondeigenaar van minimaal 10 jaar.

· Subsidie is alleen mogelijk voor percelen cultuurgrond binnen het gebied van de aan de samenwerkingsovereenkomst deelnemende partijen.

· Het maximale aantal hectares dat voor vergoeding in aanmerking komt bedraagt 97 ha.

Als door een uitbreiding het maximum aantal vergoedbare hectares als hiervoor bedoeld wordt overschreden, wordt een vergoeding voor deze extra hectares alleen verstrekt als door de subsidieontvanger of een van de financierende partijen aanvullende financiering wordt gevonden op de in de samenwerkingsovereenkomst opgenomen financiering.

6 Werkingsduur subsidie

Een jaarlijkse aanvraag kan worden ingediend zolang er financiële middelen zoals opgenomen in de samenwerkingsovereenkomst of aanvullingen daarop beschikbaar zijn.

De beoogde werkingsduur van de subsidie is 30 jaar, op te delen in 3 termijnen van 10 jaar. Na afloop van de 1^e of 2^e termijn treedt de volgende termijn in werking bij voortzetting van de Europese verklaring van geen bezwaar. De huidige Europese beschikking geeft ruimte voor een uitvoering gedurende 10 jaar, met een evaluatiemoment over 5 jaar.

Bij indiening van een eerste aanvraag verplicht aanvrager zich tot jaarlijkse voortzetting gedurende een periode van 30 jaar tenzij:

· de verklaring van geen bezwaar van de Europese Commissie eindigt

· de samenwerkingsovereenkomst voortijdig wordt ontbonden.

7. Controle

Ten bate van de controle van de onder 4 genoemde subsidievoorwaarden krijgt de Dienst Landelijk Gebied de beschikking over de daarvoor noodzakelijke bedrijfsgegevens. De Dienst Landelijk Gebied kan zich in haar controlerende taak laten bijstaan door de hiervoor genoemde Raad van Advies. De subsidieontvanger is verplicht om mee te werken aan deze controle. Hij moet zijn bedrijf openstellen voor verwachte en onverwachte inspecties en hij moet te allen tijde zijn bedrijfsboekhouding kunnen overleggen.

8. Raad van Advies

Voorafgaand aan besluitvorming door Gedeputeerde Staten kan de Raad van Advies, als bedoeld in de samenwerkingsovereenkomst d.d. 7 maart 2007, advies uitbrengen over in deze toetsingsvoorwaarden opgenomen punten.