Inleiding

De nota gaat over het behoud, groei en aantrekken van specifieke, substantiële investeringen die van strategisch belang zijn voor de economische structuur van Delft. De nota beschrijft de visie op het aantrekken van investeringen, de rol van de gemeente, de doelstellingen en de instrumenten waarmee het beleid wordt uitgevoerd. Ook wordt ingegaan op de bestuurlijke, strategische en operationele samenwerking met anderen om dit beleid uit te voeren. 

 

1. Visie

Delft heeft geen rijke traditie als het gaat om het actief aantrekken van investeringen. De uitgifte van grond op een bedrijventerrein als Schieoevers ging indertijd min of meer vanzelf. Er kwam geen marketing aan te pas. Eind jaren tachtig, met de opkomst van citymarketing en het project Zicht op Delft, kwam er voor het eerst aandacht voor het in de markt zetten van Delft als vestigingsplek. Zo heeft de gemeente zich indertijd zeer actief opgesteld om Ikea te helpen om haar keuze voor Delft als vestigingsplaats gerealiseerd te krijgen. Ten behoeve van de ontwikkeling van Delftech Park is (voor het eerst) een ‘multilevel’ campagne ontwikkeld met een website, een folder in twee talen en een 3D-animatiefilm, die alle gebaseerd waren op de specifiek voor Delftech Park ontwikkelde huisstijl.

 

Nadat Delft een bescheiden rol had gespeeld in de The Hague Business Development Cooperation (HBC), is Delft eind 2000 gaan participeren in het samenwerkingsverband West Holland Foreign Investment Agency (WFIA), dat voor de steden in Haaglanden en voor Leiden de internationale acquisitie verzorgt. Internationale economische contacten blijken in de praktijk een eigen waarde te hebben, los van  het werven van bedrijven. Ze vergroten de horizon van lokale de economie, ze maken Delft zichtbaarder in de wereld en daarnaast kunnen internationale contacten van de gemeente ondersteunend werken voor reeds bestaande of nieuwe relaties van de TU Delft, andere kennisinstellingen en bedrijven. Een ander aspect van internationale relaties en acquisitie is het verwerven van opdrachten voor Delftse bedrijven en kennisinstellingen. Een voorbeeld daarvan zijn de gerealiseerde stageplaatsen voor TU-studenten in de vliegindustrie in Phoenix, maar ook de opdracht die TamTam tijdens een missie naar China in 2005 verwierf voor de ontwikkeling van de website van het Chinese zakenhotel.

 

Door het opbouwen van relaties in een regio elders in de wereld wordt de kans groter dat er in deze regio contacten ontstaan met bedrijven die zich in Europa/Nederland willen vestigen. Die contacten leiden overigens zeker niet automatisch tot vestiging in Delft. Dat bleek bijvoorbeeld indertijd bij de activiteiten van het Israël Office Delft, die weliswaar leidden tot het vestigen van een aantal Israëlische bedrijven, naast Delft, ook in Amsterdam, Zoetermeer en Rotterdam.

 

Uit een van de rapportages van het NFIA blijkt dat de Nederlandse kenniskwaliteiten te weinig bekend zijn buiten Nederland. Eind augustus 2006 heeft het ministerie van Economische Zaken het internationaal wervingsbeleid geactualiseerd. Kernpunten van de nieuwe aanpak zijn gerichte werving van kennisintensieve activiteiten, het benutten van bestaande vestigingen van buitenlandse bedrijven, een sterkere profilering van Nederland in het buitenland en uitbreiding van de landen waar actief acquisitie wordt bedreven.

Het ministerie hecht groot belang aan het aantrekken van activiteiten van buitenlandse bedrijven naar Nederland, omdat is gebleken dat buitenlandse bedrijven meer dan gemiddeld bijdragen aan innovatie.

De belangrijkste investeerders in Nederland komen uit Noord-Amerika, West-Europa en Japan. Recentelijk komen ook investeringen op gang uit opkomende markten als China en India. Om op die ontwikkeling in te spelen opende EZ deze zomer een kantoor in Kanton (Guangdong) en wordt binnenkort het eerste acquisitiekantoor in India geopend. Nederland zal zich sterker gaan profileren als economische aantrekkelijk land onder het motto `Pioniers in Internationaal Ondernemen´ en door gericht te werven om kennisintensieve bedrijven binnen te halen die bestaande technologieclusters versterken.

 

Traditionele wervingsactiviteiten zijn gebaseerd op het profileren van de locatie. Bij het aantrekken van investeringen in de Kenniseconomie hebben andere factoren de overhand, zoals de beschikbaarheid van topkennis in een specifiek vakgebied, de beschikbaarheid en toegankelijkheid van faciliteiten op of bij de universiteit en afgestudeerden met relevante kennis.

 

Hoewel  het aantrekken van investeringen zich in de eerste plaats op het buitenland richt, is ook de nationale acquisitie belangrijk. Het is makkelijker een bedrijf dat binnen Nederland verhuist te benaderen om de voordelen van Delft als vestigingsplaats te laten zien, dan een buitenlandse bedrijf.

Bij nationale acquisitie kan het gaan om de verhuizing van de hoofdvestiging van een bedrijf naar Delft en het openen van een nevenvestiging van een elders gevestigd bedrijf. Hoewel er zeker ook gestreefd wordt naar het aantrekken van hoofdvestigingen, moet worden gerealiseerd dat dergelijke verhuizingen relatief weinig voorkomen. Verplaatsingen van hoofdvestigingen binnen een regio komen iets vaker voor, maar daar is de lokale overheid meestal niet bij betrokken, anders dan via het zorgen voor voldoende beschikbare grond of bedrijfs/kantoorruimte. Daarnaast zal Delft gericht binnen de inhoudelijke prioriteitsgebieden van Delft Kennisstad bedrijven benaderen die vestigingen hebben in meerdere steden en die open staan voor concentratie van de vestigingen in één stad.

 

 

2. Gemeentelijke rol

Het aantrekken van investeringen richt zich op het werven van bedrijven uit binnen- en buitenland ter versterking van de economische structuur en van de identiteit als Delft Kennisstad.  Nieuwe bedrijven geven een impuls aan de lokale economie, omdat een bedrijf dat zich voor het eerst vestigt in Delft nieuwe omzet betekent voor toeleveranciers en dienstverleners.

Bij het aantrekken van investeringen wordt de stad gepositioneerd, wordt er samengewerkt met andere belanghebbenden bij vestiging en wordt aangesloten bij het beleid van andere overheden.

 

Bij het aantrekken van investeringen ten behoeve van traditionele bedrijfsterreinen, zoals Harnaschpolder en Schieoevers, is de gemeentelijke rol ondersteunend. De verantwoordelijkheid voor het werven van bedrijven voor Harnaschpolder ligt bij het managementteam van het Bedrijvenschap Harnaschpolder in samenwerking met makelaars.

De kantoren bij Station Zuid en in De Spoorzone worden in de markt gezet door de ontwikkelaars.

Hoewel de werving van bedrijven voor Technopolis in de eerste plaats in handen ligt van de ontwikkelaars Bouwfonds en ING Real Estate, is hier – anders dan bij de meer traditionele bedrijventerreinen en kantoorlocaties – wel een actieve rol voor de lokale overheid weggelegd omdat het hier om een ontwikkeling gaat die direct aansluit bij de verdere ontwikkeling van Delft als Center of Technology, de ontwikkeltijd langdurig is, de financiële impact groot is en een niet-standaard marktbenadering nodig is.

 

 

3. Doelstelling

Het beleid over het aantrekken van investeringen levert een belangrijke bijdrage aan de doelstelling van het economisch beleid om het aantal arbeidsplaatsen jaarlijks gemiddeld met 850 te laten toenemen. Het gaat om het aantrekken van specifieke, substantiële investeringen die van strategisch belang zijn voor de economische structuur van Delft en de daarvan afgeleide werkgelegenheid bij de toeleveringsindustrie.

In de periode tot 2010 wordt deze doelstelling als gehaald beschouwd wanneer een concrete toezegging wordt binnengehaald van één grote internationale onderneming, instelling of organisatie om zich in Delft te vestigen alsmede vestiging van twintig middelgrote of kleine bedrijven.

 

 

4. Aanpak

Het strategisch belang wordt bepaald door de kwaliteiten van Delft als Kennisstad. De  technologische sectoren waarbinnen investering aangetrokken worden, zijn “medische technologie”, biotechnologie, nieuwe materialen, duurzaamheid, scheidingstechnologie (= nanotechnologie) , deltatechnologie, ICT en creatieve Industrie.

Bij het aantrekken van investeringen zal Delft zich, naast het onderhouden van bestaande contacten, vooral richten op het versterken van de relaties met de EU, Duitsland, Frankrijk België, Verenigde Staten, China (Shenzen, Xi’an), India (Chennai), Zuid-Korea, Japan en  Dubai.

De internationale ontwikkelingen op het gebied van vestigingsgedrag worden gevolgd en geanalyseerd zodat de informatie bruikbaar is voor de eigen activiteiten.

 

Om de uitvoering van de activiteiten en het onderhouden van de samenwerking met de partners te structureren en te waarborgen wordt een Acquisitieberaad opgericht.

 

4.1. Activiteiten

 

4.1.1. Communicatie

Bij het positioneren van Delft wordt gebruik gemaakt van de Position Paper en van de economische beleids- en activiteitenprogramma’s, zoals Kennis als Motor en de Economische Agenda. Een neveneffect van acquisitie is, dat de kwaliteiten van de stad ook hier zichtbaar worden gemaakt. Met goed promotiemateriaal  wordt een bijdrage geleverd aan het wereldwijd bekend maken van de sterke kanten van Delft en de gunstige voorwaarden voor de ontwikkeling van bedrijven die zich hier vestigen.

 

Meer dan in het verleden wordt ingezet op het geven van interviews door betrokken bestuurders en wordt geïnventariseerd op welke gelegenheden zij buiten Delft toespraken kunnen geven. Daarbij wordt Delft benoemd als Kennisstad, Center of Technology. Er worden beurzen bezocht, advertenties en advertorials in kranten en vakbladen geplaatst en reclame langs de openbare weg gemaakt. Belangrijk is een actieve rol van Delftse ondernemers die internationaal actief zijn. De ondernemers en vertegenwoordigers van de kennisinstellingen die betrokken zijn bij de Economische Agenda worden benoemd tot Ambassadeur van Delft Center of Technology. Naast de website en het actief bijhouden van het bezoek aan de website worden elektronische nieuwsbrieven verzonden en er wordt gestimuleerd dat anderen op hun website verwijzen naar Delft.

 

Studenten of onderzoekers die tijdelijk in Delft verblijven kunnen wanneer zij terug gaan worden benoemd tot Kennisambassadeurs van Delft.

 

4.1.2. Voorlichting/lobby

Het economisch beleid van Delft wordt afgestemd met de Regio Haaglanden, de Provincie Zuid-Holland, de Regio Randstad en het ministerie van Economische Zaken. 

 

Voor de ontwikkeling van bijvoorbeeld Technopolis is het van belang de Delftse kennis voluit te etaleren. Daarbinnen past ook het opbouwen van contacten vanuit Delft met de Technisch Wetenschappelijke Attachés (TWA’s) van het ministerie van Economische Zaken. TWA’s zijn gevestigd in de meest landen die ook interessant zijn voor acquisitie. Via ‘technology mapping’ – het in een specifiek Position Paper beschrijven van de excellente vakgebieden bij de TU Delft – wordt Delft geprofileerd als een goede locatie voor een nevenvestiging voor bedrijven. In het verleden is al gebleken dat bedrijven een nevenvestiging in Delft openen in verband met de toegang tot specifieke kennis en een goed arbeidspotentieel op hun vakgebied bij de TUD.

 

Onder voorlichting en lobby valt ook het bezoeken van (vooraf geselecteerde) ondernemingen, instellingen en organisaties binnen de sectorale en territoriale prioriteiten en het aansluiten bij handelsmissies van het ministerie van buitenlandse zaken en met name die missies waarin een bewindspersoon participeert. Gekozen speerpuntlanden, conferenties en tentoonstellingen worden bezocht en er worden contacten onderhouden met ambassades en netwerken ter plaatse. Dit alles met als doel op de hoogte te komen en blijven van bedrijven of instellingen die voornemens zijn om een vestiging in Europa/Nederland te openen, de “leads”. Dankzij de goede contacten in andere landen kunnen missies worden georganiseerd en programma’s worden gemaakt voor de ontvangst van delegaties.

Reizen naar binnen- en buitenland hebben betrekking op conferenties, op de deelname aan workshops wanneer deze worden georganiseerd door een relevant netwerk, zoals bijvoorbeeld het Technopolicy Network, op het ondersteunen van het co-innovatieprogramma met Shanghai en op het onderhouden van het netwerk in Brussel. Voor het komende jaar staan promotie en acquisitiereizen naar China (voorgenomen in maart 2007) en India (voorgenomen juni 2007 met de minister van EZ) op het programma.

 

Tot voorlichting en lobby behoort ook het ontwikkelen van een gedegen “ontvangst- en welkomstprogramma” van buitenlandse delegaties die passen in de sectorale en territoriale keuzes. Bij ontvangsten speelt het stadhuis een belangrijke rol. Er worden professionele gidsen ingehuurd,  rondleidingen gegeven etc.

Voor de ontvangst van delegaties op het stadhuis wordt een protocol uitgewerkt. Een eerste aanzet daartoe is als bijlage toegevoegd.

 

Delft neemt ook zelf het initiatief tot het uitnodigen van bedrijven, instellingen of organisaties voor een gesprek. Bij deze ontvangsten spelen Position Papers, brochures en nieuwsbrieven een ondersteunende rol. Periodiek wordt met belangrijke relaties besproken wat Delft in ‘in de aanbieding’ heeft.

 

 

4.1.3. Adviseren

De strategisch accountmanagers weten dankzij contacten met Delftse bedrijven en instellingen met welke bedrijven buiten Delft zaken wordt gedaan en of deze interessant zijn om benaderd te worden voor vestiging in Delft. Actieve acquisitie betekent dat er stevig wordt geïnvesteerd in het zoeken naar potentiële vestigers in geselecteerde landen/regio’s als vervolg op het analyseren van internationaal vestigingsgedrag van ondernemingen en instellingen en meer specifiek de manier waarop researchafdelingen van bedrijven hun vestigingsgedrag baseren.

Het strategisch accountmanagement verzorgt het voorbereiden, afsluiten en onderhouden van de MOU’s met andere steden en met multinationals.

 

 

4.1.4. Implementatie

De activiteiten rond het Aantrekken van Investeringen zijn arbeidsintensief en worden gedeeltelijk uitbesteed en gedeeltelijk door de gemeente georganiseerd.

 

De activiteiten die de gemeente organiseert worden ondergebracht in een menukaart. Op die menukaart staat ook een aantal diensten die de gemeente beschikbaar stelt aan nieuwe vestigers, samengevat onder de noemer ‘red carpet treatment’.

 

Het (strategisch) accountmanagement coördineert de ontvangst van potentiële vestigers en verzorgt de koppeling van vraag en aanbod van kantoor- en/of bedrijfsruimte.

 

Voor beperkte tijd werkruimte ten behoeve van marktverkenning beschikbaar gesteld aan buitenlandse bedrijven en starters.

Er worden bijdragen geleverd aan de opening van gebouwen, terreinen en, in sommige gevallen, bedrijven,. Bijvoorbeeld de oplevering van Delftech Park en de opening van het chinees zakenhotel.

 

In bijzondere gevallen worden de kosten voor noodzakelijke maatwerkbegeleiding van een bedrijf dat zich wil vestigen gesubsidieerd.

 

Indien er een meerwaarde mee wordt gecreëerd kunnen aan bedrijven en instellingen die zich in Delft (willen) vestigen, naast de standaard relatiegeschenken, ook lidmaatschappen van netwerken, of kaartjes voor theatervoorstellingen of andere toegangsbewijzen beschikbaar worden gesteld.

 

In bijzondere situaties worden de reis- en verblijfskosten van een derde, zoals een bekende persoon die door Delft is uitgenodigd, vergoed.

 

 

 

 

4.2. Samenwerking

Bestuurlijke, strategische en operationele samenwerking is nodig om het beleid uit te voeren. Afspraken met een regionaal karakter worden afgestemd met het regionale beleid. Afspraken met een internationaal karakter worden afgestemd met het internationaal beleid. Afspraken over samenwerking worden schriftelijk vastgelegd.

 

4.2.1. Bestuurlijke samenwerking

Voor het organiseren van de activiteiten in het buitenland is zo’n gevarieerde kennis van verschillende landen en de bijbehorende culturen nodig dat het niet haalbaar is dat met redelijke middelen binnen de gemeentelijke organisatie te organiseren. Delft doet de internationale acquisitie daarom niet alleen, maar werkt samen op regionaal niveau.

Het ministerie van Economische Zaken heeft onlangs het internationaal wervingsbeleid geactualiseerd. Het ministerie hecht groot belang aan het aantrekken van activiteiten van buitenlandse bedrijven naar Nederland, omdat is gebleken dat buitenlandse bedrijven meer dan gemiddeld bijdragen aan innovatie. Omdat uitbreidingsinvesteringen van reeds gevestigde bedrijven steeds belangrijker worden in de acquisitiestrategie, gaat EZ met regionale overheden samenwerken om deze bedrijven te verankeren en ondersteunen bij de doorgroei.

Delft sluit daarbij aan en gaat afspraken daarover vastleggen via het afsluiten van Memoranda of Understanding (MOU’s) en Letters of Intent (LOI’s) met andere overheden. In de regio wordt samengewerkt met de provincie, Leiden, Den Haag, Zoetermeer en Rotterdam.

Daarnaast worden de contacten met de EU versterkt, mede in relatie tot het aanvragen van subsidies ten behoeve van de verdere ontwikkeling van de kenniseconomie.

 

4.2.2. Strategische samenwerking

In aansluiting op de technology mapping wordt een inventarisatie gemaakt van bedrijven die thans elders gevestigd zijn, maar qua profiel sterk aansluiten bij de in Delft aanwezige kennis. Als eerste wordt de Delftse kennissector benadert met de vraag: met welke kennisbedrijven en –instelling werkt u samen en welke daarvan zou u graag naar Delft zien verhuizen ?

 

4.3.3. Operationele samenwerking

Delft heeft in de jaren negentig actief geparticipeerd in de discussies hoe een gezamenlijke regionale acquisitieorganisatie kon worden opgericht, met als resultaat het West-Holland Foreign Investment Agency (WFIA). Ook thans geldt nog steeds dat het niet realistisch is op de schaal van Delft zelf invulling te geven aan het internationale acquisitieprogramma in zoveel landen.

 

Activiteiten die mede vanuit Delft opgezet kunnen worden, zijn het opbouwen en onderhouden van goede contacten met de NFIA (Netherlands Foreign Investment Agency, de acquisitieorganisatie van het ministerie van EZ), die bij 30 - 50 % van alle buitenlandse vestigingen in Nederland betrokken is. Evenals, het opbouwen en onderhouden van goede contacten met de kamer van Koophandel, die ook regelmatig mee gaat op buitenlandse missies. En met de Technisch Wetenschappelijke Attachees (TWA’s) van het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van buitenlandse zaken (informatie over Delft op ambassades). Samenwerking met de TWA’s is van belang om de Delftse kenniseconomie beter te profileren.

 

 

5. Organisatie en Financiering

Voor de uitvoering van het programma zijn beschikbaar medewerkers van de onderdelen economie, accountmanagement, Service Centrum Bedrijven en het Internationaal Beleid.

 

Zij zorgen voor allianties met de Kamer van Koophandel, NFIA, WFIA, TWA’s, Ministeries van Economische Zaken en Buitenlandse zaken en de Europese Unie op het gebied van acquisitie.

 

Op bestuurlijk niveau wordt Delft gepositioneerd in Haaglanden, de Zuidvleugel, het Provincie Bestuur en bij de Europese Unie. Voor het uitdragen van de Delftse kennis worden ambassadeurs vanuit de grote bedrijven in Delft en de iconen van Delft Kennisstad ingezet. Het gaat daarbij om een breed pakket aan activiteiten die kosten met zich meebrengen. Het pakket aan activiteiten is opgenomen in bijlage 3.

 

Met de participatie in de WFIA zijn de kosten van actieve internationale acquisitie zeer overzichtelijk: Delft betaalt jaarlijks € 93.000 als bijdrage in de kosten van deze wervingsorganisatie. Daarvoor werft de WFIA bedrijven en worden de kwaliteiten van de regio “internationaal in de etalage gezet”.

Het noodzakelijke budget voor de voortzetting van de samenwerking binnen de WFIA wordt via een separaat voorstel geregeld.

 

Voor het implementeren van het in deze nota genoemde profileren van Delft, het ontvangen van delegaties en het makkelijker maken voor bedrijven om zich in Delft te vestigen (samengevat onder de noemer “red carpet treatment”) worden de maximale jaarlijkse kosten, te dekken vanuit de Economische Reserve, geschat op € 50.000.

 

Daarmee komen de totale jaarlijkse kosten voor actieve en passieve acquisitie op € 143.000.

 

 

Besluitvorming

Voorgesteld wordt hiertoe met ingang van 2007 vanuit de Economische Reserve een krediet van € 50.000  ter beschikking te stellen via de …e wijziging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 2007.

 

 

 

Bijlagen

 

Bijlage A.

Lijst bestuurlijke, strategische en operationele partners

 

Bestuurlijke partners

Gemeentebestuur van Leiden

Gemeentebestuur van Rotterdam

Gemeentebestuur van Den Haag

Gemeentebestuur van Westland

Stadsgewest Haaglanden

Provinciaal bestuur van Zuid-Holland

Regio Randstad

Ministerie van Economische Zaken

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Comité van de Regio’s van de EU

            China (Shenzen)

            India (Chennai)

            Zuid-Korea

            Japan

            Dubai

            Verenigde Staten

            Brazilië (Zuid-Amerika)

Unesco (UN)

 

Strategische partners:

            Technische Universiteit Delft

            Universiteit Leiden

            Erasmus Universiteit Rotterdam

Relatie TUD:                 DSM                (chemie, biotechnologie)

                                               Shell                (grondstoffen)

                                               Numico             (levensmiddelen)

                                               Philips (electronica)

                                               Unilever            (levensmiddelen)

                                               Siemens           (electronica)

            Hoge uitgaven R&D:      Ford                 (automotive)

                                               Pfizer               (geneesmiddelen)

                                               Toyota (automotive)

                                               IBM                  (computersystemen)

                                               Microsoft Corp. (computersystemen)

                                               GlaxoSmithKline (geneesmiddelen)

                                               AkzoNobel        (chemie)

                                               ASML               (halfgeleiders)

            Patentportfolio: Micron Technology (halfgeleiders)

                                               IBM                  (computersystemen)

                                               Hewlett-Packard (computersystemen)

                                               Intel Corp.         (halfgeleiders)

                                               Broadcom Corp. (halfgeleiders)

                                               Applied Materials Inc. (halfgeleiderapparatuur)

                                               Microsoft Corp.  (computersystemen)

                                               Delphi Technologies Inc. (automotive)

                                               ASM International (halfgeleiderapparatuur)

                                               Hitachi Ltd.       (electronica)

 

Operationele partners:

            Kamer van Koophandel Haaglanden

            Netherlands Foreign Investment Agency

            West-Holland Foreign Agency

            CCLS

            ZIF BV

            Stichting Delft Kennisstad

            Science Alliance

            Technopolicy Network

            Kennisalliantie

            Economische Voorlichtingsdienst

            Technisch Wetenschappelijk Attaché’s

            Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam

            Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam

            Vereniging Nederlandse Gemeenten

           

           

B. Basisafspraken en opzet van Letter of Intent (LOI)

            Nog uit te werken.

 

 

C. Representatie, ontvangst buitenlandse delegaties

 

[Eerste concept, nog verder uit te werken]

 

Alvorens te bepalen of een delegatie (buitenlandse) bezoekers wordt ontvangen door het gemeentebestuur van Delft wordt er eerst grondig onderzocht: wie het zijn (rang, politiek, bestuurlijk niveau, delegatieleider etc.) en wat zij komen doen.

 

De ambtenaar die het verzoek ontvangt, zorgt voor de benodigde gegevens: naam, land, telefoonnummer, email adres, aantal personen met omschrijving van  functie en datum van aankomst/vertrek, doel van het bezoek.

 

Deze gegevens worden doorgespeeld naar Kabinet en Representatie.

Aan de hand van de gegevens wordt door Kabinet. en Representatie bepaald of en zo ja door wie het gezelschap wordt ontvangen.

 

Daarbij worden de volgende criteria gehanteerd.

 

1. Een (buitenlandse) Minister of Staatssecretaris wordt altijd ontvangen door de burgemeester of indien die niet aanwezig kan zijn, door een loco-burgemeester.

 

2. Een (buitenlandse) economische delegatie, indien er geen Minister of Staatssecretaris aanwezig is, wordt in principe altijd ontvangen door de wethouder Economische Zaken.

Indien wel een Minister of Staatssecretaris deel uit maakt van de delegatie wordt de delegatie zowel door de burgemeester als de wethouder Economische Zaken ontvangen.

 

Hetzelfde geldt als er op andere terreinen een delegatie wordt ontvangen.

 

3. Een (buitenlandse) delegatie bestaande uit ambtenaren op “werk”missie ontvangen door de directeur van het Cluster of sectorhoofd waar het onderwerp over gaat,  alsmede de betrokken vakambtenaar

 

4. Missies van de zijde van zustersteden worden altijd ontvangen door de 

burgemeester of de loco-burgemeester.

 

 

-           In principe vinden de ontvangsten in categorie 1, 2 en 4 altijd plaats in het stadhuis.

Indien het stadhuis niet beschikbaar is, wordt er door Kabinet en Representatie gezocht naar een passend alternatief.

Indien er sprake is van een maaltijd (lunch of diner) wordt een passende locatie gezocht , passend bij de aard van de ontvangst, het gezelschap (aantallen) en  karakter van het bezoek.

 

In overleg tussen betrokken ambtenaar en Kabinet en Representatie wordt speech en persmoment voorbereid door Communicatie.

 

-           De kosten van bezoeken worden, als het gaat om bezoeken met een economische achtergrond, in principe gedekt vanuit het werkbudget Aantrekken van Investeringen. Indien het bezoek ligt op Ministerieel niveau zal een groot deel van de kosten worden gedragen door Representatie.

 

 

-           Er zal in alle gevallen een klein presentje worden aangeboden aan de delegatieleider, waarbij het accent ligt op de bekendheid van de stad Delft.

Alleen als het gaat om “hoogwaardigheidsbekleders” wordt een meer uniek of exclusiever cadeau overhandigd.

 

-           Een delegatie komt op uitnodiging.

Indien een delegatie komt op uitnodiging van Delft dan zal Delft ook de overnachting en het verblijf, alsmede vervoer voor zijn rekening nemen.

 

E.e.a. zal worden geregeld op basis van ons geldende normen (maximaal een junior suite) met ontbijt. Bijkomende kosten zoals telefoon, roomservice en minibar zijn voor rekening van de gasten.

 

Uitzondering daarbij is als bezoekende partij zelf aankondigt dat zij komen en daaraan voorafgaand een Delftse vertegenwoordiging het land of stad heeft bezocht.

 

De gemeente Delft zal dan ook zorgen, indien nodig, voor een tolk, tenzij de delegatie die zelf meeneemt.

 

            In alle overige gevallen betaalt het gezelschap zelf het verblijf.

 

-           Bij een ondertekening van een verdrag of MOU wordt, in overleg met de betrokken ambtenaar, door Kabinet en Representatie de ceremonie voorbereidt.

In overleg met het stadhuis wordt de locatie bepaald.

Er dienen voldoende mappen en pennen aanwezig te zijn om te ondertekening, alsmede

Mappen om na afloop van de plechtigheid het contract mee te geven.

 

Betrokken ambtenaar  en/of Bestuursassistent regelt in overleg met Communicatie het persmoment en eventueel de speech.

 

 

 

 

D. Overige teksten

 

 

Bijlage 1: De geschiedenis van de economische stedenbanden

Delft onderhoudt al vele jaren internationale relaties, zoals stedenbanden. Internationale contacten met een economische achtergrond hebben zich tot op heden weinig gestructureerd ontwikkeld. Wel kreeg internationale acquisitie meer aandacht met de ontwikkeling van Delft Kennisstad. Als vervolg op de nominatie die Delft kreeg van de Bertelmanns Stichting als “Best Run City of the World”, ontstond een internationaal netwerk van de tien genomineerde steden waaruit een aanzet tot een economische stedenband met Phoenix, Arizona groeide. Deze relatie heeft niet geleid tot vestiging van bedrijven, maar wel tot stagecontracten tussen (studenten van) de TU Delft en hightech bedrijven in Phoenix. Nadat bleek dat Phoenix de opgebouwde contacten uitsluitend wilde verankeren in een volledige stedenband en niet in de meer specifieke vorm van een economische stedenband, is dit contact verwaterd.

 

Na een bezoek aan een internationale telematicabeurs in Israël is het Israël Office Delft (IOD) opgericht, dat tot doel had zakelijke relaties tussen bedrijven in Israël en in de regio Delft te stimuleren en bedrijven uit Israël, die zich in Europa wilden vestigen te overtuigen zich in Delft te vestigen. Na een aantal jaren is het IOD geïntegreerd in het WFIA. Het IOD heeft indertijd in korte tijd een goede naam opgebouwd en er is ook een aantal bedrijven voor Delft geworven.

 

In 2000 en 2001 heeft de gemeente bij een aantal belangrijke Delftse instellingen en bedrijven (zoals TUD, TNO, DSM) geïnventariseerd welke regio’s/steden in de wereld zich, gezien vanuit hun belangen en contacten, zouden lenen voor een economische stedenband. Daarbij was niet alleen het werven van bedrijven voor vestiging in Delft  een belangrijk thema, maar ook het stimuleren van zakelijk contacten ter plaatse voor Delftse bedrijven en instellingen.

Uit die inventarisatie is toen Austin in Texas naar voren gekomen. Tijdens een bezoek aan Austin in 2002 bleek een economische stedenband tussen Austin en Delft niet haalbaar. Als alternatief is het initiatief genomen tot de oprichting van een netwerk van kennissteden: het Technopolicy Network, dat thans operationeel is ondergebracht bij de Kennisalliantie Zuid-Holland. Het netwerk richt zich vooral op beleidsmakers van lokale en regionale overheden en universiteiten. De relatie met acquisitie is, dat er geleerd wordt van de ervaringen van andere steden en regio’s.

 

 

Bijlage 2  Voorbeelden van contacten met China en India

 

China

China is ‘hot’ en er wonen en studeren inmiddels enkele honderden Chinezen in Delft aan de TUD en het IHE. Een aantal jaren geleden, aan het begin van de economische opleving in China, is Delft in contact geweest met Xiamen. Een delegatie van het toenmalige gemeentebestuur heeft Delft bezocht, maar uiteindelijk heeft Xiamen een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de gemeente Zoetermeer.

 

Nadat Delft had aangegeven het Chinese zakenhotel te willen verwelkomen, wordt er veel energie gestoken in het ondersteunen van de initiatiefnemer van de bouw van het hotel in de veelheid aan regels en wetgeving in Nederland. Het Chinese zakenhotel betekent een versterking van de wervingsinfrastructuur voor bedrijven en instellingen uit China. Immers, als men toch al in Delft kan overnachten, waarom dan ook niet in de directe omgeving kijken naar een vestigingsplaats.

 

Op dit moment zijn er drie aangrijpingspunten in China: Pudong (Shanghai),  Xi’an en Shenzhen.

Met Pudong is, onder leiding van de provincie Zuid-Holland en gesteund door vier gemeenten en drie universiteiten, een samenwerkingsovereenkomst gesloten die zich met name richt op het bieden van huisvesting voor bedrijven die zich respectievelijk in China en Zuid-Holland willen vestigen, het “South Holland - Shanghai Pudong Co-Innovationprogramm”. Het meest recente initiatief is het ondersteunen van Chinese starters die zich in onze regio willen vestigen en Nederlandse starters die zich in China willen vestigen.

 

De contacten met Xi’an zijn tot stand gekomen op advies van de WFIA.  Xi’an is een (naar Chinese begrippen) middelgrote stad in het westen van China en was ooit hoofdstad van China. Naast de olie- en gasindustrie is de stad door de centrale overheid aangewezen als centrum voor de burgerluchtvaartindustrie. Met name vanuit de TU Delft is er belangstelling in verband met de aandacht voor luchtvaart. Gedacht wordt aan het organiseren van een vorm van samenwerking tussen beide steden. Het gemeentebestuur van Xi’an heeft aangekondigd in september 2006 Delft te zullen bezoeken. Aanvankelijk stond een bezoek van Delft aan Xi’an gepland in oktober a.s., maar het is zinvoller het tegenbezoek enkele maanden uit te stellen om eventuele activeiteiten, voortvloeiend uit het bezoek in september goed voor te bereiden.

 

De suggestie voor het opbouwen van contacten met Shenzhen is gekomen van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Shenzen was voor de overgang van Hong Kong naar China het nabijgelegen antwoord van China op Hong Kong. De stad groeide in 25 jaar van 30.000 naar 10.000.000 inwoners en heeft mede daardoor behoefte aan kennis over watertechnologie, energietechnologie en nieuwe materialen. Het plan is Shenzhen te bezoeken in combinatie met de missie naar Xi’an.

 

India

Een van de zeer sterk opkomende economieën is India. Met name de ICT-sector in India is sterk ontwikkeld. Veel Nederlandse ondernemingen hebben ICT-werkzaamheden (van programmering tot uitvoering) verplaatst naar India - het zogenaamde offshoring.

Nadat de WFIA India op de lijst van speerpuntlanden heeft opgenomen en daar contacten zijn opgebouwd is de mogelijkheid geopperd van een economische relatie tussen Chennai (het vroegere Madras) en Delft. Er zijn overigens nog nauwelijks stedencontacten tussen India en Nederland. Over de mogelijke economische samenwerking is een informatief gesprek gevoerd met de consul-generaal van Nederland in dit gedeelte van India. De WFIA en de Kamer van Koophandel hebben geparticipeerd in een handelsmissie van de staatssecretaris van Economische Zaken, die ook Chennai aandoet en daarbij is de belangstelling van Delft voor eventuele samenwerking overgebracht. Er worden nu voorbereidingen getroffen voor een MOU tussen beide regio’s met specifieke aandacht voor Delft.

 

Chennai is een kuststad in het zuidoosten van India en een van de vier grootstedelijke gebieden (naast Delhi, Mumbai and Kolkotta); het is de hoofdstad van de provincie Tamil Nadu. Deze provincie heeft een sterke ICT-sector, die 23 % van de economie uitmaakt met een concentratie in Chennai. In Chennai zijn vestigingen van multinationals als Alcatel, Nokia, Ericsson, Ford Information Technology, Verizon, Xansa, TCS, Ramco, HCL Pentafour, Cognizant, Singapore Airlines, EDS, Infosys, and Matsushita.  Chennai biedt werk aan 45.000 professionals en 14 % van de software-export van India komt uit de provincie Tamil Nadu.

 

Verder heeft de TU Delft aangegeven geïnteresseerd te zijn in het verkennen van samenwerkingsmogelijkheden met het Indian Institute of Technology, Madras (ITT-Madras). Chennai heeft ook als voordeel dat daar een Netherlands Business Support Office (NBSO) van het ministerie van Economische Zaken gevestigd is, dat plaatselijk ondersteuning kan leveren bij het opbouwen van de economische contacten. Verder heeft de WFIA goede contacten met lokale ambtenaren.