Inleiding

Bij de behandeling van de programmabegroting 2007 - 2011 is door de VVD een motie ingediend om onderzoek te doen naar de vergroting van waterbergingsmogelijkheden in de binnenstad (het terugbrengen van grachten).

 

De motie is ingegeven vanuit de gedachte dat het Hoogheemraadschap van Delfland manieren zoekt om ook in het centrum de waterbergingsmogelijk-heden te vergroten. De VVD is voorstander van het terugbrengen van grachten, die nu gedempt zijn, bijvoorbeeld naast en achter de Nieuwe Kerk.

 

Toelichting

Naar aanleiding van de motie is een onderzoek ingesteld waaruit blijkt dat er drie elementen van belang zijn.

 

1. Het inpolderen van het oostelijk deel van de binnenstad bij hevige regenval (de afsluitconstructies):

Waterberging wat in dit ‘afgesloten’ deel wordt gerealiseerd zal beperkt effectief zijn gezien de beperkt acceptabele peilstijging. Een groot deel van de binnenstad valt onder het afgesloten deel (zie bijlage 1). Naar verwachting zullen de werkzaamheden in de tweede helft van 2008 gereed zijn.

 

2. Reconstructie met Spoortunnel:

Met de realisatie van de spoortunnel en de inrichting van de bovenbouw zal de Spoorsingelgracht wordt teruggebracht. Deze watergang wordt op boezemniveau aangelegd.  Dat wil zeggen dat het geen polderwatergang is en de bergingscapaciteit niet vergroot.

3. Brief Hoogheemraadschap van Delfland:

Op 13 februari 2007 heeft het hoogheemraadschap van Delfland de gemeente per brief (bijlage 2) geïnformeerd  dat voor de binnenstad (zogenaamd boezemland) de wateropgave vervalt. Vanuit het standpunt van het hoogheemraadschap is het dus niet langer nodig om meer oppervlaktewater in de binnenstad te realiseren. Het graven van een extra gracht zal de bergingscapaciteit niet vergroten

 

Op basis van de uitvoering van dit onderzoek wordt uitvoering gegeven aan de motie.

 

 

René van der Werf


Bijlage 1 figuur afgesloten gebied binnenstad


Bijlage 2 brief hoogheemraadschap van Delfland