Verslag
Werkconferentie Binnenstad
4
juni 2007
Inhoudsopgave
Inleiding
Samenvattend verslag
Conclusies en aanbevelingen
Bijlagen:
-
Programma
-
Deelnemerslijst
-
Overzicht aanbevelingen Binnenstadsconferentie 1998
-
Verslagen werkgroepen
Werkgroep
1 – Evenementen & techniek zichtbaar in de binnenstad
Werkgroep 2 – Economie
& toerisme
Werkgroep
3 – Bereikbaarheid & Communicatie
Werkgroep
4 – Ruimtelijke Ordening & Leefbaarheid
-
Verslag Forum Discussie
-
Papers
1-
Binnenstadsconferentie 1998 – Samenvatting van
gedane aanbevelingen
2-
Mijn visie op de toekomst van de Delftse Binnenstad
- door Herman Wyers
3-
De Noordelijke Binnenstad - door Tijn Noordenbos
4-
Gastvrij en verrassend – door Joost Verhoeff
5-
Visie op de binnenstad, gezien door een
toeristische (zonne)bril”
-
door Jeroen Beelen
6-
Óók Delft – marketingstrategie Stadshart Delft.
Samenvatting van een extern rapport, geschreven in opdracht van de SCMD.
7-
Geen X-factor zonder P-factor” – door Jan van Dalen
8-
De Binnenstad – Synergie van partijen - door Gé
Kleijweg
9-
Vergezicht op Delft - door Erik de Groot
10- Visie
vernieuwing Delft Centrum Noord - door Jeanne Dekkers
11- Delft
op weg naar een eigen(tijds) gezicht - door Lars Pijlman
Op maandag 4 juni 2007 heeft van 14.00 – 20.00uur
een werkconferentie Binnenstad plaats gevonden in jongerencentrum “Speakers”.
Ruim 80 mensen hebben hieraan meegedaan,
zowel bewoners als ambtenaren als ondernemers.
In zekere zin was deze bijeenkomst een vervolg op
de eerste binnenstadsconferentie, die plaats vond in 1998 aan de vooravond van
de invoering van de autoluwe binnenstad. Nu zich dit laatste in een afrondend
stadium bevindt en ook diverse andere fysieke projecten in de binnenstad
concreet gestalte hebben gekregen is de tijd rijp voor een nieuwe impuls en een
mogelijke heroriëntatie op het functioneren van de binnenstad als geheel.
Rond vier verschillende thema’s in evenzovele
werkgroepen is hierover van gedachten gewisseld. Het gaat hierbij om:
-
Evenementen & Techniek (zichtbaar te maken in
de binnenstad)
-
Economie & Toerisme
-
Bereikbaarheid & Communicatie
-
Ruimtelijke Ordening & Leefbaarheid.
In dit rapport zijn de verslagen vanuit deze
werkgroepen integraal opgenomen. Ook de papers, die ter plekke als houvast
hebben gediend, zijn in de Bijlagen te vinden, zodat de lezer een goed beeld
kan krijgen over het totaal.
Vooraf is echter gepoogd de meest essentiële
uitkomsten van de conferentie op een rij te zetten. Hierbij wordt het programma
als leidraad gevolgd. Het verslag vormt een nadere gedachtenbepaling over
binnenstadsmanagement voor de komende jaren.
Bestedingsvoorstellen ten behoeve van de binnenstad
kunnen de komende tijd mede in het licht van de uitkomsten van deze conferentie
worden bezien.
Samenvattend verslag
Inleiders
Bij de coalitiebesprekingen in 2006 heeft het
huidige college van B&W voor het eerst een speciale wethouder binnenstad
ingesteld, mw. Lian Merkx. Deze hield als instigator van deze conferentie als
eerste haar inleiding. Zij benadrukte het belang van deze bijeenkomst en daagde
de aanwezigen uit om buiten de grenzen van een ieders eigen vakgebied op
creatieve wijze te brainstormen over de Delftse binnenstad. Zij verklaarde
hiermee tevens de 4 grote, uiteenlopende thema’s van de dag. Duidelijk werd dat
alleen de schrijvers van de papers bij “hun eigen” themagroep zouden blijven,
maar dat het met name de bedoeling was dat de aanwezige vak experts zich
uitdrukkelijk in andere themagroepen zouden mengen. Hierdoor zou niet alleen
met nieuwe en creatieve blikken naar een bepaald thema gekeken worden, ook
zouden nieuwe ideeën voor impulsen voor de binnenstad meer integraal tot stand
komen.
Gastspreker Henk-Jan Smits, bekend van
televisieprogramma’s als “Idols” en de “X-factor” benadrukte het belang van een
gezamenlijke zoektocht naar DE aantrekkingskracht van een binnenstad als Delft.
De eigen identiteit van de Delftse binnenstad kan niet anders bestaan dan
vanuit een veelheid van factoren, die elkaar moeten versterken. Delft wordt pas
een gewaardeerd “merk” als dat voldoende naar buiten komt. Het gaat daarbij
veel meer dan om de historie en Delfts Blauw. Een veelheid van mensen moet zich
in de stad Delft kunnen herkennen en om dat te bewerkstelligen moet gezamenlijk
het draagvlak gevonden worden voor de totstandkoming van de plannen.
Onder leiding van dagvoorzitter Joost Verhoef
barstte de discussie vervolgens snel los. Menigeen vroeg zich hardop af wat die
specifieke Delfse identiteit, die X-factor, dan wel zou zijn. In de werkgroepen
werd daarover verder gediscussieerd.
Binnenstadsmanager Wilke Ruiter vertoonde
vervolgens diverse plaatjes, waaruit bleek dat er de afgelopen 10 jaar erg veel
is gebeurd waar Delft trots op kan zijn. Dit varieert van de opgeknapte noordelijke
binnenstad, het Zuidpoort winkelgebied en de autovrije Markt tot de verdwenen
dichte rolluiken, het Toeristisch Informatie Punt, en het Vermeercentrum.
Werkgroepen & Forum
In de Bijlagen zijn alle verslagen van de
werkgroepen terug te vinden. Hieronder volgt de samenvatting zoals de
voorzitters van de betreffende werkgroepen die in de Forumdiscussie hebben
weergegeven.
Groep 1 – Evenementen & Techniek
-
Stel voor het einde van dit jaar het
evenementenbeleid vast.
-
Kies het goede evenement op de goede plaats/tijd.
In aantal zijn het er nu èn te veel èn te weinig! Een centraal loket is aan te
bevelen.
-
Er is meer samenhang wenselijk tussen stad en de
TU. Bijvoorbeeld bij het ontwerpen van bankjes en infozuilen.
-
Stel als gemeente meer geld beschikbaar voor het promoten
van de stad.
Groep 2 – Economie & Toerisme
-
Delfts Blauwe bordjes in horecagelegenheden met de
tekst “hier gratis plassen”. Een ludieke actie waarover veel gesproken zal
worden.
-
Ondernemers storten geld in een pot en de gemeente
doet hetzelfde bedrag erbij.
-
In samenwerking met de Porceleyne Fles vloertegels
maken met uitleg over de straatnamen.
-
Alternatieve routes bedenken.
-
Een wandelroute door middel van bankjes.
-
Een sensor waardoor men routes via de mobiele
telefoon kan ontvangen.
-
Samenwerking met TU sterker maken. Vraag studenten
als afstudeerproject een idee uit te werken; over bijvoorbeeld ‘hoe krijgen we
bezoekers de Markt over’.
Groep
3 – Bereikbaarheid & Communicatie
-
Er is behoefte aan een (gedragen) (algemene) visie
over parkeren.
-
Parkeren in Delft is niet duur, maar onderzoek ook
de mogelijkheid voor gedifferentieerde parkeertarieven en laat deze afhangen
van de drukte in de stad. Ga hier creatief mee om.
-
Maak meer fietsparkeerplaatsen. Koop panden
(woningen) aan en maak daar fietsparkeerplaatsen van.
-
Leg een fietsring rondom de binnenstad.
Groep 4 – Ruimtelijke Ordening & Leefbaarheid
-
Een goede “leuke” routing tussen de diverse
winkelgebieden ontbreekt. Pas de openbare ruimte aan.
-
Verbeter de entree aan de noordelijke kant van de
binnenstad. Parkeergelegenheid is essentieel.
-
Zorg voor meer trekkers in de noordelijke
binnenstad. Verhuis de opstapplaats van de rondvaarboot naar de
Hippolytusbuurt.
-
Verhoog de kwaliteit van o.a. het Bagijnhof en
Paardenmarkt.
-
Maak weer een gracht op de Oude Langedijk, naast de
Nieuwe Kerk.
-
Ga beter om met handhaving.
Uit de inleidende papers en discussies in de
werkgroepen kunnen in elk geval de volgende conclusies worden getrokken.
In de eerste plaats moet het reeds ingezette
beleid met grote voortvarendheid worden uitgevoerd en/of uitgewerkt. Het
gaat hierbij met name om:
-
uitvoering fase 4 autoluwe binnenstad, met daarbij
aandacht voor de 2e winkelroute via de Burgwal;
-
uitvoering van de Koepoortgarage
-
vaststelling en uitwerking van evenementenbeleid
-
vaststelling en uitwerking van stadsmarketing
beleid
-
economisch beleid richting startende bedrijfjes,
SBS-subsidies e.d.
In de tweede plaats is behoefte aan nieuwe,
structurele vormen van overleg, waarbij de diverse actoren in de
binnenstad met elkaar van gedachten wisselen over nieuwe impulsen die de
Delftse binnenstad nodig heeft. Hierbij is zowel creativiteit vereist als
daadkracht. Uitgangspunt is dat de noordelijke en zuidelijke binnenstad
integraal worden benaderd.
Ten derde is een accent op impulsen voor de noordelijke
binnenstad op dit moment het meest urgent. De noordelijke binnenstad heeft
een of meerdere trekkers nodig. Aanbeveling is een werkgroep binnenstad noord
op te richten, die zich op de omgeving Hippolytusbuurt, Papenstraat en Vlouw
zal richten.
Duidelijk is dat de parkeerdiscussie hier eveneens
een grote rol dient te spelen.
Tenslotte zijn er zeer
veel, grote en kleinere, zeer concrete voorstellen en aanbevelingen
gedaan, die nader uitgewerkt en onderzocht moeten worden, variërende van het
aangeven van noord/zuid routes middels bankjes, tegeltjes en/of licht-objecten;
het aanbrengen van WC’tegeltjes bij horeca-gelegenheden indien deze openbaar
zijn; en het aanlichten van panden en bruggen tot het aanleggen van een
fietsring rond de binnenstad en het onderzoeken of betere, milieuvriendelijker
rondvaartboten tot de mogelijkheden behoren.
14.00 uur - Opening
door
Lian Merkx, wethouder Binnenstad
14.15 uur - Heeft Delft de X-factor?
Inleiding
door Henkjan Smits
14.45 uur -
Stand van zaken binnenstad
Inleiding
door Wilke Ruiter, binnenstadsmanager
15.00 uur - Visie op de Delftse binnenstad
algemeen
4
werkgroepen
16.15 uur - Pauze
16.45 uur - Themadiscussies
4
werkgroepen + inleidingen
v.a. 18.00 uur - Borrel / lopend buffet
19.00 uur - Forum – conclusies + vervolg
20.00 uur - Sluiting
Indeling Werkgroepen
- Vanaf 15.00 uur - 4 werkgroepen.
Onderwerp: Visie, potentie & impuls Delftse
Binnenstad - algemeen
Thema 1 - Evenementen & techniek
Voorzitter:
Cees Vanwesenbeeck
Thema 2 - Economie & toerisme
Voorzitter:
Henk Sjenkels
Thema 3 - Bereikbaarheid & communicatie
Voorzitter:
Erik de Groot
Thema 4 - Ruimtelijke Ordening &
Leefbaarheid
Voorzitter:
Herman de Wolff
Vanaf 16.45 uur -
4 zelfde werkgroepen. / aan de
hand van inleiding (zie papers)
Thema 1 - Evenementen & techniek
Voorzitter:
Cees Vanwesenbeeck
Inleider:
Herman Wyers
Zie
ook paper Tijn Noordenbos
Thema 2 - Economie & toerisme
Voorzitter:
Henk Sjenkels
Inleider:
Joost Verhoeff
Zie
ook paper: Jeroen Beelen
Thema 3 - Bereikbaarheid & communicatie
Voorzitter:
Erik de Groot
Inleider:
Jan van Dalen
Zie
ook papers: Erik de Groot en Gé Kleijweg
Thema 4 - Ruimtelijke Ordening &
Leefbaarheid
Voorzitter:
Herman de Wolff
Inleider:
Jeanne Dekkers
Zie
ook paper: Lars Pijlman
Deelnemerslijst Werkconferentie Binnenstad 4 juni
2007
(voor zover geregistreerd)
1-
Cees Vanwesenbeeck
2-
Herman Weyers
3-
Tijn Noordenbos
4-
Henk Sjenkels
5-
Joost Verhoeff
6-
Jeroen Beelen
7-
Erik de Groot
8-
Jan van Dalen
9-
Herman de Wolff
10- Jeanne
Dekkers
11- Lars
Pijlman
12- Ineke
Hulshof
13- Raimond
Jense
14- Lous
Martin
15- Marjolein
Rensen
16- Rob
Bruinsma
17- Henk
van Bergen
18- Piet
van Bergen
19- Dirk
Wijtman
20- Ruud
van Wijngaarde
21- Arjan
Steendam
22- Paul
Roos
23- Willem
Overgaag
24- Anton
Brandts
25- Sanny
de Zoete
26- Elize
Zwerver
27- Tanja
Harms
28- Geert
den Ouden
29- Mariette
Eygenhuisen
30- Dhr.
Kairupan
31- Annemiek
Zwienenberg
32- Piet
Smits
33- Ellen
Hooyschuur
34- Carola
Schloffer
35- Ansje
Jonquiere
36- Peter
Jonquiere
37- Addriaan
van de Burgh
38- Marijke
Faber
39- Jan
van Hest
40- Ben
Hollestelle
41- H.J.
Timman
42- Bruun
van de Steuijt
43- Linda
Peters
44- Henk
Wijnen
45- Corrie
Schaareman
46- Jan
Bartels
47- Rick
Toet
48- Dhr.
Hopman
49- Paul
Bonnet
50- D.
Polwijk
51- J.
Reissenweber
52- Robin
Groeneveld
53- Tjeerd
Deelstra
54- E.
Keuken
55- Fabio cappellano
56- Lian Merkx
57- Pieter
Guldemond
58- Sanne
van Empel
59- Fleur
Norbruis
60- Chris
Dieke
61- Edith
van de Berg
62- Wim
Eijkelenburg
63- Geert
Huizing
64- Wilke
Ruiter
65- Lidwine
van Elteren
66- Sylvia
Coenen
67- Eric
Bavelaar
68- Anneke
van de Kooij
69- Barry
Raijmakers
70- Laurens
Engelbrecht
71- Jaap
van Konijnenberg
72- Sander
den Hollander
73- Ton
Cornax
74- Sep
Schaffers
75- Luuk
Braun
76- Leo
van Marrewijk
77- Kees
Vermeer
Bijlage - Overzicht van aanbevelingen
binnenstadsconferentie 1998
historische kwaliteit is leidraad voor
binnenstadsbeleid
breed scala van functies behouden en versterken
binnenstad is kleinschalig – beleid autoluw maken
past daarbij
beheren en beheersen verdient meer aandacht
kwaliteitssprong nodig naar beter verblijfsklimaat
en versterken economisch functioneren
woon- en leefklimaat moet integraal onderdeel zijn
van binnenstadsmanagement
alternatieve vormen van vervoer stimuleren in
verlengde van autoluwe binnenstad
vervoer over water stimuleren + grotere rol O.V.
distributiekeurmerk voor ondernemers ontwikkelen
stimuleer fietsen in binnenstad
stimuleer alternatieve vormen van vervoer in
verlengde van Delft Kennisstad
verbeter looproutes
nader onderzoek naar locaties parkeergarages nodig
meer aandacht voor bewonersparkeren
multifunctionaliteit binnenstad vereist keuzes;
presenteer keuzes helder en houdt rekening met differentiatie
woonmilieus/verblijfsgebieden
sluit aan bij unieke kenmerken binnenstad, grotere
rol water, en dring “staand blik” terug als beeldbepalend element
verbeter kwaliteit openbare ruimte – bv. via
interactieve workshops
voer duidelijk handhavingsbeleid beeldkwaliteit
maak maquette van binnenstad en pas ieder
voorgesteld bouwplan hier in…
geef Delft een meer eigen gezicht via culturele
manifestaties
economische impuls nodig; het aardewerkcentrum is
hiervoor een eerste optie
laat onderzoeken welke locatie geschikt is voor
aardewerkcentrum en onderzoek de positieve meerwaarde ervan voor ondernemers
parkeervoorziening aardewerkcentrum noodzakelijke
randvoorwaarde; deze voorziening moet plaats krijgen in de schil rond de
binnenstad
investeer in beeldkwaliteit, goed
bestratingsmateriaal en eenheid in inrichting
autovrij maken, herinrichten integraal en
historisch verantwoord
parkeergelegenheid op geringe afstand
weekmarkt moet er beter uitzien
franse terrassen is betere opstelling
houd diversiteit functies op de Markt – niet alleen
horeca
zoek andere plek voor de Kermis
betere voorzieningen als fietsenstallingen en
openbare toiletten
houd Markt als schakel in de looproutes door de
binnenstad
breng de gracht langs de nieuwe kerk terug
aantrekkelijkheid Markt breed in den lande
uitdragen
Verslag Werkgroep 1 - Evenementen/ techniek
zichtbaar in de binnenstad
Voorzitter: Cees Vanwesenbeeck
Zorg voor een centraal loket waar ondernemers,
organisatoren en burgers informatie kunnen
krijgen over evenementen, kom
nog dit jaar als gemeentebestuur tot een duidelijk beleid ten aanzien
van evenementen in Delft (met voldoende geld) en realiseer de koppeling TU
Delft-binnenstadsbeleid. Drie van de vele aanbevelingen die de subgroep
‘Evenementen/techniek zichtbaar in de binnenstad’ op 4 juni deed.
Veel discussie was er over de hoeveelheid
evenementen in de stad. Te veel, zei de één; veel te weinig - zeker in de
winter, vond een ander. ‘Zet een paar evenementen, zoals Lichtjesavond en de
Mooi Weer Spelen landelijk uit’, vond een groot aantal mensen uit de groep.
‘Maar hou ook een aantal evenementen alleen voor de Delftenaren.’ Iedereen was
het daarmee eens, behalve Ruud van Wijngaarde: ‘Landelijk bekend hoeft van mij
niet. Ik ga al jaren niet meer naar Lichtjesavond en Koninginnedag, je kunt op
die dagen als Delftenaar door de drukte nauwelijks meer lopen door de stad.’
Edith van den Berg: ‘De vraag is op dit moment wat je als Delft eigenlijk wilt.
Mensen naar je stad trekken vanuit bijvoorbeeld Rotterdam en Den Haag of liever
alleen uit Delft en het Westland.’
Meer medewerking van de gemeente en meer geld. Dat
was een breed gedragen wens. ‘Schaf de precariorechten af voor de boeken- en
papiermarkt die wij van Den Haag naar de Hippolytusbuurt willen halen’, sprak
Arjan Steendam. ‘Dat hoeven de deelnemers aan de antiekmarkt ook al sinds jaar
en dag niet te betalen. Sinds het postkantoor en de bloemenmarkt weg zijn, is
het aantal bezoekers op zaterdag in dit gebied enorm gedaald. De eventuele
winst van zo’n boekenmarkt willen we als ondernemers graag investeren in deze
buurt.’
Een betere coördinatie en samenwerking binnen het
evenementenbeleid; daar was iedereen het over eens. Zoals bijvoorbeeld tussen
City Marketing en de afdeling communicatie van de gemeente. ‘Het is toch niet
te geloven dat er op open monumentendag dertien evenementen waren
georganiseerd, waarbij beide organisaties niet wisten wat (en waar) de ander
iets had geregeld’, aldus Herman Weijers. ‘Er moet sowieso meer reclame worden
gemaakt. In Deventer weet niemand waar de Mooi Weer Spelen zijn, maar wij weten
wel dat ze daar ook straattheaterfestival hebben. We weten zelfs dat het
Deventer op Stelten heet. En dat terwijl dat festival veel minder goed is dan
de Mooi Weer Spelen.’
Publiciteit en marketing, zo stelde Marjolein van
Renssen, daar zitten wij als binnenstadsondernemers op te wachten. ‘Er stond
onlangs een heel stuk over Delft in de Libelle. Mensen konden met een boekje de
stad verkennen. Ik heb dat weekend ontzettend veel mensen van buiten de stad
gezien met dat boekje in de hand. Promotie is dus heel belangrijk om als
ondernemers meer bezoekers te krijgen. Misschien kan de gemeente de
toeristenbelasting daarvoor gebruiken.’
Het gemeentebestuur en de raad moesten zich volgens
de hele groep gaan afvragen wanneer een evenement volgens hen nou geslaagd is.
Met heel veel bezoekers? Of juist als er niet zoveel mensen waren, maar dat het
(mede daardoor) heel erg gezellig was?
De Nacht van de kunst in Bacinol was een succes, de Techniekdag en Open
Monumentendag ook, net als het blues- en jazzfestival. Mee doorgaan dus. Maar niet bang zijn om
evenementen waar de rek uit is te beëindigen, in plaats van altijd maar weer
stilzwijgend verlengen. En vooral: nieuwe initiatieven een kans geven. Daarbij, zo vond iedereen, wordt het echt
wel eens tijd om wat meer doen met de
TU. Een jaarlijkse techniekdag, met exposities van alles dat daar is ontworpen
bijvoorbeeld. Of mooie uitvindingen in de openbare ruimte plaatsen. Zoals die
Sense paraplu, een mooi ontworpen bankje of de landelijk bekend geworden nieuwe
infozuil, die door een Delftse professor is ontworpen. Ook dat idee had een
breed draagvlak. We moeten het klassieke imago van de historische binnenstad
mengen met techniek!
Kleine evenementen, zoals de discussiemiddagen op
zondag in TOP, zijn succesvol. Houden zo! Binnenevenementen kunnen dus ook. Ga
je naar buiten, dan moet je, aldus de
leden van deze groep, nadenken over de positionering van het
evenemententerrein. Het nu aangewezen terrein is slecht bereikbaar. ‘En
bepaalde evenementen wil je toch echt in je stadscentrum hebben, op de Markt
dus.’ Een ander plan: organiseer evenementen rond iets als het Delft Chamber
Music Festival. ‘Nu staat dat nog op zichzelf. Net als tijdens de onlangs
gehouden atelierroute. Waarom niet wat muziek eromheen zetten? En organiseer
een leuke keramiektentoonstelling tijdens het Delft Chamber Festival!’
Er is ook een aantal vragen opgeworpen, die niet
echt door iemand werden of zijn beantwoord. Zoals: moeten we niet iets doen met
het thema Delfts Blauw? Ja, waarom eigenlijk niet, was een reactie van een deelnemer.
Maar een ander: welnee, we doen toch ook niets met het thema Oranje of met de
geschiedenis? Een ‘Nacht van de techniek’ werd geopperd, gewoon op
zaterdagavond op de Markt. Of: cultuur, in de vorm van de zeven zondag van
Delft, op stille momenten in het jaar – tussen oktober en april-. Paul Roos:
‘’Dat moet een paraplu en infrastructuur worden, waaronder je allerlei
evenementen kunt wegzetten’. Een ander idee: ‘Ode aan Delft’, een
cultuurhistorisch evenement samen met DOK en Erfgoed Delft, met als ingrediënten
theater, beeldende kunst, literatuur, lezingen en workshops.
Maar, zo was men eens, je moet als ondernemer en burger wel weten dat er iets gaande is.
Dus: goede coördinatie van evenementen en een centraal aanspreekpunt is heel
belangrijk. ‘Steek je licht eens op in een stad als Tilburg of Den Haag. Daar
hebben ze een geweldig goede coördinatie.’ En aan het eind, nogmaals één van de
belangrijkste wensen van deze discussiegroep: ‘zoek contact met de TU’. Het
blijkt overigens erg lastig om daar degene te vinden die je moet hebben, maar
Ton Cornax gaf aan dat hij inmiddels weet hoe je daar binnenkomt. ‘TOP kan
hierbij helpen’, aldus Ineke Hulshoff. En Pieter Guldemond: ‘STIP wil ook wel
een voortrekkersrol vervullen bij het leggen van de juiste contacten.’
Tenslotte namens allen: ‘Gemeente, koppel het
nieuwe beleid straks aan ons terug. Wij willen graag als klankbord dienen en
liefst later dit jaar betrokken worden op het moment dat het nieuwe beleid nog
niet definitief is vastgesteld.’
Verslag Werkgroep 2 - Economie & Toerisme
Voorzitter:
Henk Sjenkels (ondernemer)
Inleiding
Aan
de werkgroep Economie & Toerisme namen zo’n 20 mensen deel, gelijkelijk
verdeeld over de categorieën ondernemers, bewoners en ambtenaren van de
gemeente Delft. In de eerste discussieronde maakte een handjevol deelnemers
herhaaldelijk uitstapjes naar het thema bereikbaarheid en parkeren. Hierover
bestaan de nodige klachten en zorgen. Ook het
evenementenbeleid kwam een aantal keren ter sprake: er zijn teveel
evenementen en er is meer spreiding gewenst. Een sterk en evenwichtig
evenementenbeleid biedt hoogstwaarschijnlijk de oplossing. Ook werd de vraag
opgeworpen in hoeverre het mogelijk is de binnenstad economisch en toeristisch
aantrekkelijker te maken, zonder daarbij de belangen van bewoners al te veel te
schaden. Na een wat klagerige start werden vervolgens volop ideeën
geventileerd, ter bevordering van economie en toerisme in de Noordelijke
binnenstad.
Promotie en marketing:
Trots op Delft
Hoe
kan Delft zichzelf (nog) beter op de kaart zetten? Er moeten duidelijke keuzes
worden gemaakt wat betreft promotie en
marketing. Als voorbeeld wordt Deventer genoemd, waar een minder prestigieus
theaterfestival dan de Mooi Weer Spelen wél landelijke bekendheid geniet. Delft
is te bescheiden, Delft moet harder roepen. Ondernemers zouden verplicht moeten
worden mee te betalen aan duurzame promotie van de stad.
Ideeën:
-
zet een promotieteam bij Ikea neer dat bezoekers de weg wijst naar de
binnenstad
-
maak het nieuwkomerspakket
aantrekkelijker
-
bedenk een Delftse kalender met topics en uitstapjes
-
ontwerp een pakkend stadslogo
-
plaats maandelijks een verse abri met een spetterend evenement
-
haal meer TU-Delftactiviteiten naar de binnenstad
-
bouw een Delftcentrum waarin historische/recente ontwikkelingen stad worden
getoond
-
organiseer jaarlijks een Delftdag voor Delftenaren
Branchering vanuit
kwaliteit
De
recente vestiging van een tandartsenpraktijk op de Voldersgracht en de hoge
uitzendbureau-dichtheid op Hippolytusbuurt worden gezien als gemiste kansen. Er
moet meer kwaliteit en diversiteit in
het winkelaanbod van de Noordelijke binnenstad komen. Kijk naar Groningen en
Breda waar de binnenstad over een rijk geschakeerd winkelaanbod beschikt. Een
goed voorbeeld in Delft is de Nieuwe Langendijk waar No 13 een voortrekkersrol
vervult. Een pro-actief beleid van de gemeente is gewenst. Dus geen
tandartsenpraktijk maar een tandenshop!
Ideeën:
-
trek kwaliteitsondernemers naar de noordelijke binnenstad
-
maak een loket voor jonge of nieuwe detaillisten
Doelenplein/ Paardenmarkt
Hoe
kan het gebied rond het Doelenplein en de Paardenmarkt levendiger worden
gemaakt? Hierbij moeten in ieder geval
de bewoners worden betrokken.
Ideeën:
-
bouw een jeugdhotel op de Paardenmarkt
-
geef het defensiegebouw en de oude TU-bibliotheek een publieksbestemming
-
transformeer de Doelentuin in een beeldentuin met werk van jonge kunstenaars
-
maak een kinderspeeltuin op het Doelenplein
-
hang uitnodigende spandoeken op om vooral door te lopen (en niet meteen terug
te gaan naar de Markt)
Gastvrij en aantrekkelijk
De
Delftse binnenstad kan nog aantrekkelijker en gastvrijer worden gemaakt. Niet
alleen op het gebied van schoon, heel en veilig maar ook met extra’s.
Ideeën:
-
speciale architectuurroutes
-
mooiere bestrating
-
spannende kunstwerken (blauwe hart)
-
verrassende projecten (zomerschaatsen op Hippolytusbuurt)
-
minstens 25 verschillende soorten bankjes
-
meer naar buiten gekeerde winkels (mooie uitstallingen)
-
gratis toiletgebruik bij ondernemers met het Delfts Blauwe Manneke Pis op hun
gevel
Optimaal toeristisch
Delft
is een historische stad, met volop bezienswaardigheden die veel meer voor het
voetlicht gebracht kunnen worden.
Ideeën:
-
maak steegjes en hofjes vindbaar en uitnodigend
-
voorzie straatnaambordjes van een ondertiteling
-
leid toeristen met behulp van een handige GSM-, PDA- of tegelrouting door de
stad
-
benut nog meer de sfeervolle grachten
-
maak rondvaartboten mooier en comfortabeler
-
integreer Delfts Blauw in de binnenstad (Delfts blauwe tegeltjes op toiletten
in restaurants/bars)
-
bied als ondernemer unieke Delft-gerelateerde hebbedingetjes aan
Delft Waterstad
Water,
grachten, vervoer: de link tussen water en economisch en toeristisch Delft ligt
voor de hand.
Ideeën:
-
vervoer van de Zuidpoortgarage naar de binnenstad
-
uitbreiding van de vaarroutes (een permanente Lijm en Cultuurroute)
-
meer aanlegplaatsen (Oude Kerk)
-
attractieve rondvaartboten
-
ludieke waterfietsen
-
waterevenementen
Binnenstad en TU-Delft
Innovatieve
en creatieve talenten van de (studenten van de) TU-Delft kunnen meer benut
worden voor de Delftse binnenstad. Hoe meer samenwerking tussen ondernemers, de
gemeente en de TU-Delft, des te groter de synergie.
Ideeën:
-
ontwerpwedstrijd Delftse waterfietsen
-
toeristisch aantrekkelijke invulling Paardenmarkt
-
meer TU-activiteiten naar de binnenstad
-
onderzoek naar een goede verbinding tussen de TU-Delft en de binnenstad
-
afstudeerprojecten rond één van de vele ideeën die in deze werkgroep zijn
genoemd.
Verslag werkgroep 3 – Bereikbaarheid &
Communicatie
Voorzitter: Erik de Groot (directeur Parking Delft
B.V.)
De discussie in de werkgroep Bereikbaarheid en
Communicatie spitste zich toe op de bereikbaarheid van Delft, en dan met name
het parkeren. De gemeente moet de bereikbaarheid van Delft constant in het
achterhoofd houden, was de algemene constatering. Zo moet bij ieder
(nieuw)bouwproject worden geïnvesteerd in parkeerruimte. Een knelpunt met de
huidige parkeernota is dat er geen mogelijkheid is om in de binnenstad nieuwe
woonruimte te ontwikkelen, omdat er voor iedere woning tevens een parkeerplaats
moet komen en die ruimte is er niet.
De gemeente kan bovendien nu al anticiperen op
toekomstige veranderingen, zoals de aanleg van de spoorzone en eventueel
vrijkomende ruimte in het noordelijk gebied (DSM-terrein). Niet achteraf een
parkeergarage bouwen, maar nu al inplannen, was de boodschap. Met name aan de
Noordkant van Delft is behoefte aan een parkeergarage, voor zowel bezoekers als
bewoners. Het Bacinolterrein zou daarvoor een goede plek zijn, want vanaf daar
is het centrum goed te voet of met ander vervoer bereikbaar.
Exploitatie
Aan de andere kant speelt wel het kostenaspect wat
betreft parkeren: stel dat de gemeente een overschot aan parkeerplaatsen zou
aanleggen, dan is het de vraag wie die zolang exploiteert. Algemeen was de wens
om daarmee creatiever om te gaan. Nu is er een star systeem van parkeertarieven
en exploitatie. Wellicht is het mogelijk om differentiatie aan te brengen in de
tarieven, bijvoorbeeld goedkoper op maandag en duurder op zaterdag. Of wellicht
zijn werkgevers bereid om financieel te investeren in parkeerplaatsen voor
werknemers. Daarnaast is het mogelijk om criteria te gaan hanteren voor
parkeervergunningen. Die criteria zijn er nu nog niet, maar de gemeente kan
niet ongelimiteerd vergunningen uitgeven. De aanbeveling was ook om niet bang
te zijn voor marktwerking: die begint immers te ontstaan, en misschien willen
mensen wel veel meer betalen voor een parkeerplaats als zij daarmee een
gegarandeerde plek hebben.
Ander vervoer
Ook andere vervoersmiddelen kwamen ter sprake.
Bijvoorbeeld de watertaxi, die vanaf het station naar toeristische plekken kan
varen. Of de ‘witte fiets’, waarmee bezoekers door Delft kunnen fietsen. Of een
netwerk van kleine bussen, met name voor ouderen. Pendelbusjes zijn in het
verleden niet succesvol gebleken, maar misschien heeft zo’n initiatief in deze
tijd wèl kans van slagen. Een idee was ook om het openbaar vervoer voor ouderen
niet op zaterdag, maar op bijvoorbeeld woensdag gratis te maken. Dat helpt om
de bezoekersdruk op de binnenstad te spreiden.
Goede bereikbaarheid vraagt verder aanpassingen in
de infrastructuur van Delft. Een voorstel was om drie ringen aan te leggen rond
de binnenstad: een parkeerring, met voldoende parkeerplaatsen; een
transportring, voor bevoorrading van winkels; en een fietsring, om makkelijk
per fiets rond het centrum te kunnen rijden.
Om de vele fietsen in de binnenstad en bij het
station uit het zicht te krijgen, werd voorgesteld om panden aan te kopen die
gebruikt kunnen worden als fietsenstalling. Aan het eind van de discussie was
er de mededeling dat de gemeente inderdaad gaat starten met zo’n experiment.
Sterke punten behouden
Bij de discussie over de ontwikkeling van de stad
zijn er veel groeperingen, met ieder hun eigen belangen. Zo hebben bewoners van
een grachtenpand andere belangen dan mensen in een nieuwbouwwoning, en hebben
bewoners andere wensen dan winkeliers. Het is goed om belangenverenigingen met
elkaar in contact te brengen en te kijken naar gemeenschappelijke doelen. Maar
dat betekent niet dat alleen gewerkt moet worden aan de ‘grootste gemene
deler’. Het is juist de kunst en de uitdaging om ieder deel van Delft zijn
eigen sterke punten te laten behouden. In de werkgroep werd het idee geopperd
om een visie op te stellen over het centrum van Delft. Voorafgaand aan het
opstellen van de visie kan worden onderzocht waar de grenzen liggen van de
binnenstad, hoe de binnenstad optimaal kan worden benut (bijvoorbeeld met loop-
en vaarroutes) en hoe de kwaliteiten van deelgebieden kunnen worden versterkt.
De visie kan zo een ruim, breed gedragen plan worden dat is geënt op de
mogelijkheden en sterke punten van de stad.
Een constatering was tevens dat Delft keuzes moet
maken: willen we steeds meer bezoekers, of richten we ons meer op kwaliteit? De
stad is soms wel erg vol, bijvoorbeeld met bepaalde evenementen. Willen we nog
meer toeristen binnenhalen? En wat doen we dan met hen? Ook om die reden is het
nodig om deelgebieden van Delft te definiëren en sterke kanten ervan te
gebruiken. Daaronder valt ook het behoud van stille plekjes in de stad, zodat
niet overal het massatoerisme doordringt.
Communicatie
Communicatie speelt bij dit alles een belangrijke
rol. Over het algemeen kan de communicatie gerichter, frequenter en
uitgebreider, vonden de werkgroepleden. Bijvoorbeeld de communicatie voor
bezoekers over parkeertarieven en beschikbare plaatsen is nu niet altijd
duidelijk. Er zouden bij de rand van de binnenstad informatieborden kunnen
komen over wat qua parkeren wel en niet is toegestaan, of waar men fietsen kan
stallen. En communicatie over bijvoorbeeld afsluitingen in de stad zou
dagelijks moeten gebeuren. Wie Delft binnenkomt, moet de weg kunnen vinden. Ook
dat is een verantwoordelijkheid van de gemeente. De werkgroep gaf wel een pluim
voor de nieuwe bewegwijzering in de binnenstad.
Er zijn feitelijk drie doelgroepen voor
communicatie:
-bezoekers; zij zijn te bereiken via regionale
kranten en internet. En bij uitgaansgelegenheden zouden voor hen flyers
beschikbaar kunnen zijn.
-toeristen; voor hen is informatie langs de
toegangswegen of aan de rand van de stad belangrijk.
-bewoners; zij kunnen via verschillende kanalen
dieper worden geïnformeerd over zaken die hen aangaan.
Ook de communicatie van de nieuw op te stellen
visie over de stad is van belang. Alle belangengroepen moeten immers een
inbreng hebben.
Overigens viel halverwege de discussie de opmerking
dat Delft best trots mag zijn op zichzelf. Toeristen die Rotterdam en Den Haag
willen bezoeken en bij toeval in Delft belanden, zijn verbaasd en lovend over
de stad en komen hier graag terug. Delft heeft veel ‘unique selling points’,
waaronder ook de vriendelijkheid van de mensen en de ontspannen sfeer in de
stad. Delft is authentiek en heeft veel leuke kleine ondernemers. Misschien
maken we het onszelf onnodig ingewikkeld met de vele marketingplannen, werd
geopperd.
Verslag
Werkgroep 4 – Ruimtelijke Ordening & Leefbaarheid
Voorzitter:
Herman de Wolff (bewoner binnenstad Noord)
Groep
bestaat uit bonte mix van bewoners, ondernemers, vz bewonersverenigingen en
deskundigen (projectontwikkelaar, architecte). In voorstelrondje blazen ze
stoom af en vertellen ze over hun (zeer diverse) dromen.
1.
Entree/toegangsroutes stad
Vooral vanuit het noorden en westen is stad voor
argeloze toerist/funshopper niet bereikbaar (vanuit het noorden belanden ze
vaak toch bij Zuidpoort).
Mogelijke
oplossingen:
* Vanuit de vier windrichtingen duidelijke ‘toegangspoorten’.
Moet aantrekkelijk ogen, enthousiasmeren en ook duidelijk (bebording,
inrichting) zijn: ‘hier kan ik parkeren, daarachter ligt de binnenstad’. Wat
dat betreft is Koepoortgarage goed. Bovendien worden straten eromheen straks
toplocaties.
* Aan noordkant van de stad (Bacinol?) twee nieuwe
parkeerplaatsen, met aantrekkelijke looproutes naar binnenstad. Bijv Oude Delft
als ‘flaneerroute’, Voorstraat met mooie galeries.
* Suggestie: betrek ook omringende gemeenten
(‘Groot Delft’) bij nadenken over slimme toegangsroutes (groene woongemeenten
Pijnacker/Nootdorp/Midden-Delfland en mooie binnenstad van Delft).
* Binnensteden gaan steeds meer op elkaar lijken,
onderscheidende X-factor zit juist in aanloopstraten, omliggende gebieden met
verrassende ateliers en winkels. Moet je wel een bepaalde massa voor hebben:
niet twee of drie ondernemers per straat, maar bijv. zeven. Straten moeten ook
uitstraling van openbaar gebied (inrichting, bestrating) krijgen. ‘Binnenstad
als gezond lichaam, aderen moeten schoon zijn’.
* Speciale aandacht op RO-gebied voor bouwput
Spoorzone, wordt komende 10/15 jaar afzien voor ondernemers/publiek aan west-
en noordzijde stad. Leren van de lessen van Zuidpoort (diverse ondernemers
failliet gegeaan/vertrokken door onbereikbaarheid. Goed nadenken over
alternatieve toegangsroutes/wellicht tijdelijke verhuizing van aantal
ondernemers/communicatie/schadeloosstelling?/meedenken met gedupeerden).
* Markeer aan alle kanten van de stad
duidelijk/subtiel (bijv. blauwe hart bij voormalig VVV-kantoor) waar ‘autoluw’
begint.
* Er wordt nu bezuinigd op buslijnen; laat desnoods
busjes rijden met fijnmazig netwerk.
2.
Noordelijke binnenstad:
Breed gedragen: Noordelijke binnenstad heeft meer
‘massa’ nodig, kleine ondernemers/speciaalzaken hebben het moeilijk, terwijl
Delft zich er juist meer mee zou moeten profileren (roepen we al 20 jaar). Nu
extra actueel, want centrum binnenstad is door Zuidpoort naar het zuiden
verschoven. Niet concurreren met Boogaard en uitgaan van eigen kracht: onze binnenstad
is een parel.
Mogelijke oplossingen:
* Inrichting Markt (grote terrassen) en smalle
doorgangen noordwaarts suggereren dat de binnenstad aan de noordkant is
‘afgelopen’. Smalle doorgangen aantrekkelijker/duidelijker zichtbaar maken
(bewegwijzering, duidelijke ankerpunten, aparte kleur steentjes, bijv. ‘blauwe
route’) en toerist vooral op Voldersgracht duidelijk maken wat de logische
looprichting is.
* Huurprijzen kleine ondernemers aanpassen
(Schiedam lokt ondernemers binnenstad met fikse subsidies).
Samen optrekken met vastgoed-ondernemers
(proj.ontwikkelaar is commerciële partij, maar is wel bereid om te investeren;
ook aanspreken op MVO). Doorgaans moet gemeente wel de eerste stap zetten.
* Nieuwe trekkers in noordelijke binnenstad (bijv.
verplaatsen aanlegplaats rondvaartboten naar Oude Kerk, levert vanzelf meer
mensen in binnenstad noord op).
* Andere mogelijke trekker: ‘Shop in shop’, bijv.
diverse oude ambachten (laken, bier) onder één dak, met hoogwaardige horeca of
literair café.
* Paardenmarkt aantrekkelijker maken (auto’s weg en
parkachtige omgeving maken, geschikt voor evenementen van niveau (geen
braderie, wel kunstmarkt).
* Markt leeg laten (nu vaak slechte evenementen
zoals autoshow of braderie), ten gunste van bijv. Paardenmarkt.
* Uitdaging om verschillende delen van de stad
beter met elkaar te verbinden. Vgl. de ‘achtjes-route’ van Nijmegen,
natuurlijke looproute op logische manier verbonden.
3.
Leefbaarheid
Verschillende ideeën. Bewoners vinden
‘leefbaarheid’ al gauw synoniem aan ‘parkeren’ en dat is nog steeds een
probleem. Anderen vinden dat bewonersbelang nu ondergesneeuwd raakt ten
opzichte van economisch belang. Harmonie ondernemers, bewoners en horeca:
mensen vinden extra evenementen/drukte niet erg, als het ’s avonds op een vooraf
bekend tijdstip maar is afgelopen.
Leefbaarheid
= ook handhaving. ‘Kerntaak van de gemeente’. Algemeen: regelgeving is
goed, overdag gaat handhaving redelijk goed (bijv Choorstraat straten vegen,
mensen zichtbaar op straat), ’s avonds slecht: veel overlast (terrasboten tot
23.00 open, maar tot 3.00 uur herrie). Politie bellen vinden bewoners zinloos
(‘komen toch niet of te laat’): Delft kan voorbeeld nemen aan Maastricht:
zitten er kort op, veel ordehandhavers, stad oogt schoon en vriendelijk.
Ondernemer: wij moeten ook zelf leefbaarheid
vergroten, bijv. samen met andere ondernemers vegen van Kromstraat.
Algemene opinie: gemeente kan strenger handhaven.
Leefbaarheid is ook: meer groen in de stad (zie ook
punt 4)
4.
Te ontwikkelen plaatsen binnenstad/mix van functies
Plan architecte Jeanne Dekkers wordt gebruikt als
leidraad. Plannen leveren veel instemming op.
Aanlegplaats rondvaartboten verplaatsen naar Oude
Kerk.
Buitenfoyer Prinsenhof: moet opener/uitnodigender,
nu verborgen vanaf Oude Kerk.
Hofjes aantrekkelijker maken (bomen, straten,
zitmeubilair) – Hofjesroute?
Conferentieoord noordelijke binnenstad?
Hippolytusbuurt meer bij trekkers (rondvaartboten)
betrekken, uitzendbureau-uitstraling moet verdwijnen.
Toegang tot speciaalzaken noordelijke binnenstad
explicieter maken.
Grachtniveau benutten? (zoals Utrecht) Onder gracht
parkeren?
Gracht Oude- en Nieuwe Langendijk terugbrengen/in
combinatie met groen?
Muur rond Nieuwe Kerk laten verdwijnen, groen
eromheen moet ‘open’.
Achterkant postkantoor benutten (pleintje met
groen)
Papenstraat aanpakken (nu armetierig, heeft meer
voorkanten en bijv. horeca nodig)
Meer aantrekkelijke zitplaatsen creëren
(straatmeubilair plus groen)
Bij ontwikkelen van aantrekkelijke
plekken/logischer routes niet alleen toerist, maar ook bewoner voor ogen
houden.
Samenvattend
Verslag plenaire Forum discussie
Discussieleider: Nico Jouwe
Na een inleiding van Lian Merkx waarin zij iedereen
bedankt voor zijn/haar aanwezigheid en vertelt dat ze trots is op haar stad en een
positieve eerste indruk heeft van vandaag, leidt Nico Jouwe de forumdiscussie
in.
Eric de Groot vat de discussie in groep 3 samen:
-
Het was een positieve, constructieve en open
discussie.
-
Er is behoefte aan een (gedragen) (algemene) visie.
-
Parkeren in Delft is niet duur, maar onderzoek ook
de mogelijkheid voor gedifferentieerde parkeertarieven en laat deze afhangen
van de drukte in de stad. Ga hier creatief mee om.
-
Maak meer fietsparkeerplaatsen. Koop panden
(woningen) aan en maak daar fietsparkeerplaatsen van.
-
Leg een fietsring rondom de binnenstad.
Het merendeel van de zaal onderschrijft deze
punten.
Cees Vanwesenbeeck meldt dat groep 1 na
aanvankelijk licht gemopper een goede discussie heeft gevoerd. Kernpunten:
-
Stel voor het einde van dit jaar het
evenementenbeleid vast.
-
Kies het goede evenement op de goede plaats/tijd.
In aantal zijn het er nu èn te veel èn te weinig!
-
Er is meer samenhang wenselijk tussen stad en de
TU. Bijvoorbeeld bij het ontwerpen van bankjes en infozuilen.
-
Stel als gemeente meer geld beschikbaar voor het
promoten van de stad.
Het merendeel van de zaal is het hiermee eens. In
de zaaldiscussie komen hierna diverse vormen van een soort baatbelasting aan de
orde, omdat men vindt dat alle ondernemers moeten meebetalen aan evenementen en
promotie van de binnenstad. Het zijn nu vaak dezelfde ondernemers die de kar
trekken. Opgemerkt wordt dat een ondernemer vaak wel gericht wil meebetalen,
maar niet aan een grote pot. Suggestie is om een eventuele bijdrage te koppelen
aan omzet. Als er sprake zou zijn van een bredere verdeling van de evenementen
over de stad zou dit misschien ondernemers motiveren om mee te betalen, ook al
zitten ze niet direct in het centrum.
Henk Wijnen vat de aanbevelingen van groep 4 samen.
-
Een goede “leuke” routing tussen de diverse
winkelgebieden ontbreekt. Pas de openbare ruimte aan.
-
Verbeter de entree aan de noordelijke kant van de
binnenstad.
-
Zorg voor meer trekkers in de noordelijke
binnenstad. Verhuis de opstapplaats van de rondvaarboot naar de Hippolytusbuurt.
-
Verhoog de kwaliteit van o.a. het Bagijnhof en
Paardenmarkt.
-
Maak weer een gracht op de Oude Langedijk, naast de
Nieuwe Kerk.
-
Ga beter om met handhaving.
Desgevraagd antwoordt de betrokken exploitant van
de rondvaartboten dat hij al een aanvraag
heeft lopen bij de gemeente voor de locatie Hippolytusbuurt/Oude Kerk als
opstapplaats. Zijn wens is ook meer, en mooiere boten en waterfietsen. Hij mag
er nu 6.
Hij staat open voor een bijzonder ontwerp waterfiets van TU studenten.
Studenten werken veelal bij hem, dus contacten leggen mag geen probleem zijn.
Hij zou met de boten meer richting Voorstraat willen varen. Of dit ter plekke
meer toeristen zou opleveren moet worden afgewacht.
Henk Sjenkels krijgt het woord vanuit groep 2.
Volgens deze groep kan Delft als toeristenstad gepromoot worden met relatief
weinig middelen:
-
Delfts Blauwe bordjes in horecagelegenheden met de
tekst “hier gratis plassen”. Een ludieke actie waarover veel gesproken zal
worden.
-
Ondernemers storten geld in een pot en de gemeente
doet hetzelfde bedrag erbij.
-
In samenwerking met de Porceleyne Fles vloertegels
maken met uitleg over de straatnamen.
-
Alternatieve routes bedenken.
-
Een wandelroute door middel van bankjes.
-
Een sensor waardoor men routes via de mobiele
telefoon kan ontvangen.
-
Samenwerking met TU sterker maken. Vraag studenten
als afstudeerproject een idee uit te werken; over bijvoorbeeld ‘hoe krijgen we
bezoekers de Markt over’.
Nico Jouwe geeft om 19.40 uur het woord aan
wethouder Lian Merkx.
Deze is enthousiast over de goede ideeën. Zij meldt
dat de Cultuurvisie nog deze zomer in de gemeenteraad wordt behandeld. Ook de
samenwerking met de TU wordt daarin genoemd. Zo wordt de duurzaamheidsvisie in
samenwerking met de TU afgerond.
Ook is het de bedoeling dat het evenementenbeleid
nog in 2007 wordt vastgesteld.
Lian Merkx bedankt tenslotte de aanwezigen voor hun
komst en inspiratie.
Burgemeester Bas Verkerk, aanwezig bij de
forumdiscussie, vraagt zich af welke keuze gemaakt dient te worden ten behoeve
van de binnenstad. Hij pleit tevens voor een sterk organiserend vermogen van de
binnenstad naar analogie van bijvoorbeeld Maastricht. Hij acht een duidelijker
commitment van de verschillende partners van belang.
De discussie gaat vervolgens over het organiserend
vermogen van de stad, over synergie zoeken en Delft als produkt neerzetten. Het
kwartaalblad Yours, een produkt van een twaalftal ondernemers, wordt hier als
voorbeeld genoemd.
Tijn Noordenbos staat op met een hartekreet over de
noordelijke binnenstad. Dit deel van de stad heeft een serieus probleem. De
gemeente moet hier meer investeren. Er zijn ideeën genoeg, maar de gemeente
toont te weinig daadkracht en te weinig visie.
Henk Sjenkels is het ermee eens dat de gemeente
pro-actief moet zijn, maar vindt ook dat de ondernemers een eigen rol hebben.
Op verzoek geeft Jeanne Dekkers een korte
toelichting op haar ideeën over het noordelijk deel van de binnenstad. Ze heeft
deze ook verwoord in haar paper.
Jan van Dalen wijst op het belang van een koppeling
tussen de zuidelijke en noordelijke binnenstad, o.a. de looproute via het
Vrouwenregt. De kreet dat het alleen maar over winkeliers gaat, is er na
vandaag wel van af wat hem betreft.
Volgens Wilke Ruiter is er met het organiserend vermogen in de binnenstad niet
zo veel mis.
Hij begrijpt de hartekreet van Tijn Noordenbos,
maar meent dat de visie op de noordelijke binnenstad niet los te koppelen is
van die van de zuidelijke binnenstad. Hij zal zich sterk maken voor een aparte
werkgroep die de plannen van Jeanne Dekkers c.s. nader gaat uitwerken. Van de
VOM verwacht hij volgend jaar voor de noordelijke binnenstad een concreet
resultaat.
Joost Verhoef sluit af met de constatering dat er
behoefte is om af en toe bij elkaar te komen, bijvoorbeeld eenmaal per 2 jaar.
Hij dankt iedereen voor zijn/haar bijdrage aan deze conferentie die wordt
afgesloten met het tonen van de zojuist gelanceerde TV-spot ter promotie van
Delft.
“Paper”
Nr. 1 - Binnenstadsconferentie 1998
Overzicht van aanbevelingen - (samengevat op 4/6/07)
Algemeen
-
historische kwaliteit is leidraad voor
binnenstadsbeleid
-
breed scala van functies behouden en versterken
-
binnenstad is kleinschalig – beleid autoluw maken
past daarbij
-
beheren en beheersen verdient meer aandacht
-
kwaliteitssprong nodig naar beter verblijfsklimaat
en versterken economisch functioneren
-
woon- en leefklimaat moet integraal onderdeel zijn
van binnenstadsmanagement
-
alternatieve vormen van vervoer stimuleren in
verlengde van autoluwe binnenstad
-
vervoer over water stimuleren + grotere rol O.V.
-
distributiekeurmerk voor ondernemers ontwikkelen
-
stimuleer fietsen in binnenstad
-
stimuleer alternatieve vormen van vervoer in
verlengde van Delft Kennisstad
-
verbeter looproutes
-
nader onderzoek naar locaties parkeergarages nodig
-
meer aandacht voor bewonersparkeren
-
multifunctionaliteit binnenstad vereist keuzes;
presenteer keuzes helder en houdt rekening met differentiatie
woonmilieus/verblijfsgebieden
-
sluit aan bij unieke kenmerken binnenstad, grotere
rol water, en dring “staand blik” terug als beeldbepalend element
-
verbeter kwaliteit openbare ruimte – bv. via
interactieve workshops
-
voer duidelijk handhavingsbeleid beeldkwaliteit
-
maak maquette van binnenstad en pas ieder
voorgesteld bouwplan hier in…
-
geef Delft een meer eigen gezicht via culturele
manifestaties
-
economische impuls nodig; het aardewerkcentrum is
hiervoor een eerste optie
-
laat onderzoeken welke locatie geschikt is voor
aardewerkcentrum en onderzoek de positieve meerwaarde ervan voor ondernemers
-
parkeervoorziening aardewerkcentrum noodzakelijke
randvoorwaarde; deze voorziening moet plaats krijgen in de schil rond de
binnenstad
-
investeer in beeldkwaliteit, goed
bestratingsmateriaal en eenheid in inrichting
-
autovrij maken, herinrichten integraal en
historisch verantwoord
-
parkeergelegenheid op geringe afstand
-
weekmarkt moet er beter uitzien
-
franse terrassen is betere opstelling
-
houd diversiteit functies op de Markt – niet alleen
horeca
-
zoek andere plek voor de Kermis
-
betere voorzieningen als fietsenstallingen en
openbare toiletten
-
houd Markt als schakel in de looproutes door de
binnenstad
-
breng de gracht langs de nieuwe kerk terug
-
aantrekkelijkheid Markt breed in den lande
uitdragen
Paper 2 - Mijn visie op de toekomst van de Delftse
binnenstad
Door: Herman Weyers
De Delftse binnenstad is van iedereen, maar dat
geeft niet iedereen het recht om maar te doen wat men wil. De binnenstad is ook
een samenleving waarbij bewoners, ondernemers, horeca, bezoekers, organisatoren
en anderen rekening met elkaar dienen te houden. Duidelijke regels over wat
waar wel en niet mag, degelijke controle, goede communicatie en regelmatige
onderlinge afstemming zijn dan ook noodzakelijk. Duidelijk moet zijn welk
(deel)gebied welke hoofdbestemming (wonen, winkelen, recreëren, groen,
combinatie, e.d.) heeft en daar moeten plannen / wensen / uitvoering ook op
zijn / worden afgestemd.
Het kernwinkelgebied – zoals dat nu is gedefinieerd
– moet intact blijven (loopt nu van de lijn Oude Kerkstraat, Choorstraat,
Doelenplein tot en met het Zuidpoortgebied). Binnenwatersloot en Peperstraat /
Nieuwstraat zijn aanloopstraten aan de westzijde, Nieuwe Langendijk aan de
oostzijde. De winkelfunctie in deze straten – en daarmee de aantrekkelijkheid –
dient op pijl te worden gehouden / gebracht. De geplande looproute over
Kruisstraat, Beestenmarkt, Burgwal, Vrouwenregt dient zo snel mogelijk
gerealiseerd te worden, waarbij het zaak is ook daadwerkelijk te investeren in
het aantrekkelijk maken van met name de Burgwal (bijvoorbeeld onderzijde
bejaardenhuis) en Kruisstraat. Het terugbrengen van de gracht op de Oude
Langendijk naast de kerk het (gedeeltelijk) openstellen van de kerktuin en het
aanleggen van een ondergrondse fietsenstalling hier verdienen aandacht. Zo ook
het autoluw maken van de oostzijde van het Vrouw Juttenland (keerlussen op het
einde van de Vlamingstraat en het Rietveld) en een stukje Verwersdijk tot en
met het Doelenplein. Voorwaarde is daarbij wel dat er een volwaardige (liefst
ondergrondse) parkeervoorziening komt op loopafstand aan de noordoostkant van /
in de binnenstad. Deze voorziening kan ook worden gebruikt om auto’s van
bewoners in dit gebied onder te brengen (koopplaatsen). Bij een dergelijke
voorziening moet worden afgeweken van het gegeven dat garages alleen aan de
rand van de stad gebouwd mogen worden. De Nieuwe Plantage is te ver voor het
noordelijke winkel- en horecagebied.
Voor de in de binnenstad aanwezige
herontwikkellocaties (o.a. terrein en gebouwen Legermuseumdepot aan de
Paardenmarkt, terrein voormalig Postkantoor en omgeving, terrein Merral
theater, diverse binnenterreinen, huidig terrein Gasthuisplaats, oude
bibliotheekgebouw) moeten nu al plannen worden gemaakt. Hierbij moet voorop
staan dat we streven naar een kwalitatieve en levensvatbare invulling van deze
terreinen / gebouwen. (gedeeltelijke) Sloop en herbouw hoeven hier niet altijd
te worden geschuwd. Als hetgeen ervoor in de plaats komt maar architectonisch
verantwoord is, past bij / in de omgeving en de winkel-, horeca- en / of
woonfunctie versterkt. Parkeren voor de bewoners / gebruikers zoveel als
mogelijk is onder deze her te ontwikkelen gebouwen / terreinen of anders op
loopafstand in (liefst) een ondergrondse garage.
Het algemene straatbeeld in de binnenstad kan en
moet minder druk zijn. Dat wil zeggen dat gevelreclame passend moet zijn
(lichtbakken moet je niet willen, ook al zijn ze gratis), het stallen van
fietsen anders moet (minder nietjes, ondergronds of in lege panden, handhaving
op en verwijdering van weesfietsen, fietsboxen alleen op terreinen waar dit
niet storend is, etc.), oplossen van en / of handhaving op allerlei uitwassen
(vuilbakken, containers, etc.), een adequate vuil- en met name papierophaal,
terrassen en uitstallingen binnen grenzen, adequate verwijdering van graffiti,
enzovoort.
Op het gebied van activiteiten, evenementen en
festivals dient er het nodige te veranderen. Er zijn nu – voor zowel bewoners,
ondernemers als bezoekers – teveel activiteiten. Een goede jaarlijkse
evenementenkalender met een duidelijk schema hoeveel activiteiten van welk
soort er op welke plek mogen worden gehouden schept duidelijkheid naar alle
partijen. Coördinatie, afstemming en communicatie zijn hierin essentieel.
Duidelijke normen – en de handhaving hiervan – zijn onmisbaar. Naast
evenementen die Delft lokaal, regionaal en landelijk op de kaart zetten, zijn
er ook evenementen die speciaal voor de Delftenaren zijn. In beide categorieën
hoeft niet alleen gedacht te worden aan (hoogwaardige) culturele evenementen,
maar kan ook worden gedacht aan bijvoorbeeld sportieve en / of marktachtige
evenementen.
Losse punten:
stimuleren wonen boven winkels;
stimuleren bijzondere en / of historische
winkelpuien (veranderen en / of restauratie);
nadenken hoe het historische hart (gebied rond Oude
Delft, Oude Kerk, Sint Agathaplein, Prinsenhof) aantrekkelijker gemaakt kunnen
worden voor bezoekers;
goed onderhoud / restauratie / aanbrengen van
speciale elementen (naambordjes, gevelstenen, uithangborden, brugbenamingen,
gedichten op muren, kunst op straat, waterelement / fontein, etc.);
aanlichten van meer gebouwen (Stadhuis, Oostpoort,
privé-panden, Schielandhuis) op een voor omwonenden, passanten en gebruikers
acceptabele en ingetogen manier;
eerder (voor zover mogelijk dwingend) aanschrijven
van pandeigenaren t.b.v. onderhoud (voor)gevels;
het Toeristen Informatie Punt weer terug naar de
Markt;
beter / anders regelen van aanrijroute en parkeren
toeristenbussen;
nagaan of de stadsbussen anders kunnen rijden,
minder groot kunnen zijn, er andere vormen van vervoer in de binnenstad
mogelijk / zinvol zijn;
betere stroomlijning van de ingrijpende
bouwwerkzaamheden en de bijbehorende afsluitingen (ook buiten de binnenstad);
plannen vanuit de gemeente moeten meer dan nu
gebeurd in overleg met bewoners en ondernemers en hun organisaties worden
gemaakt. De Delftse (binnenstads) samenleving heeft heel veel kennis en kunde
in huis die te weinig wordt aangesproken;
opnieuw beoordelen / aanpassen van het Functie Limiterings
Systeem (met name voor het noordelijke kernwinkelgebied en de twee
aanvoerstraten);
regelen algemene voorzieningen t.b.v. activiteiten
(bv. stroom, dranghekken, in historische omgeving passend podium / verrijdbare
muziektent);
duidelijke borden met informatie over
bijzonderheden (tentoonstellingen, activiteiten, e.d.) aan alle invalswegen
naar Delft, Ikea en Makro;
regelen dat ondernemers in de Delftse binnenstad
verplicht meebetalen aan activiteiten, marketing, e.d.
Herman Weyers
Directeur Evenementenbureau Delft
Voorzitter Ondernemersvereniging Binnenstad Delft
Paper 3 - De Noordelijke Binnenstad
Door: Tijn Noordenbos
Vooral het noordelijk deel van het oude centrum
heeft last van slijtage. We zien dat steeds meer winkels zijn veranderd in woonhuizen
of kantoorachtige bedrijven. Er is niet echt een oorzaak te noemen waardoor dit
gebeurd is. Het gaat om een scala van veranderingen in de maatschappij. Maar
dat vooral het noordelijke deel daar het meest last van heeft, wordt natuurlijk
voor een behoorlijk deel beïnvloed door bereikbaarheid en parkeervoorzieningen.
De vraag is alleen in hoeverre zijn we in staat om daar in dat deel van de stad
iets aan te veranderen.
Om te beginnen moeten we dit deel van de stad zo
ontwikkelen, dat parkeren niet het grootste probleem is. We zijn nu eenmaal
niet Ikea, en van dat gegeven moeten we een plus punt maken.
Hoe dat te doen: De middenstand krijgt steeds meer
concurrentie van het internet, ook zon gegeven waar we niet onderuit komen. Wat
wel blijft groeien is de behoefte van mensen om opstap te gaan, want alleen
achter de computer zitten is niet leuk, en we krijgen steeds meer vrije tijd.
De schoonheid en sfeer van onze binnenstad is onze
kracht. Mensen willen daar graag doorheen lopen, kijken naar de mooie gebouwen,
maar graag ook wat eten en drinken en verder vinden ze het leuk om onverwachts,
originele artikelen tegen te komen. Naast het kopen in de bekende ketenwinkels
is er ook een grote behoefte om eens iets origineels te zien. Het gebied van de
Klis, of noordelijke binnenstad leent zich hier uitstekend voor. Momenteel is
het gebied eigenlijk nog te beperkt. We kunnen dit op 3 nivos aanpakken.
De verbreding:
Dit gedeelte van Delft kent nog tientallen
winkelpandjes, die deels al veranderd zijn in woonhuis of kantoor, maar vaak
ook nog leeg staan. We zouden moeten stimuleren dat dit gebied, dus ten noorden
van de Choorstraat weer een serieus winkelgebied wordt. De huur zal daar
aanzienlijk lager kunnen zijn en daardoor ook aantrekkelijker voor wat apartere
,soort galerie-achtige bedrijven, liefst ook nog waar produkten ook
geproduceerd worden.
De verdichting:
De Klis kent ook nog straatjes die niet goed
gebruikt worden, denk maar aan de Vlouw, de Papenstraat. Ook hier ligt een kans
om ons winkelgebied aantrekkelijker te maken. Dit gebeurt natuurlijk niet
vanzelf , daar zullen ondernemers gestimuleerd moeten worden om er wat van te
maken. Een idee is om een doorgang te maken door het oude postkantoor en het
binnenplaatsje aan de achterkant om te toveren in een leuk pleintje, al dan
niet met terrasje.
De vernieuwing:
We zullen ook op zoek moeten gaan naar nieuwe
projecten in dit gebied, daar kunnen we kreatievelingen een plan laten maken.
Een van de ideeën zou kunnen zijn om op de Hippolytusbuurt , aan de oostkant
een permanente winkeljesrij te bouwen langs het water. Dus waar vroeger de
marktkramen stonden en nu nog op zaterdag de curiosa markt bouwen we leuke, in
stijl, kioskjes, die startende ondernemers kunnen huren voor een aantrekkelijke
prijs. Perslot lagen er altijd al boten aan die kant, dus mag deze kant van het
water best benut worden. Uiteraard moet het ontwerp van de kiosken goed in de
omgeving passen.
Als toch iedereen van mening is dat parkeer
gelegenheid aan de noordelijke kant van het centrum essentieel is, dan is het
misschien een idee,om over het kruispunt voor het Noordeinde,en het Kalverbos
een verdieping te bouwen voor parkeren. Probeer dan niet alleen te denken aan
het parkeerdek op de Yperstraat of bij de Boogaard, maar bedenk dat je zon dek
ook zo kan ontwerpen dat het een konstruktie is die het bekijken waard is. We
zijn de bouwstad van Nederland, dan moet dat toch lukken.
Tijn Noordenbos, Ondernemer
Paper
4 – Gastvrij en verrassend
Door: Joost Verhoeff
Ik zit achter m'n barretje achter m'n laptopje met
achter me 65 ambtenaren die gaan klootschieten. Een goede basis om in dat
geroezemoes de Delftse binnenstad onder de loep te nemen. Laat duidelijk zijn
ik hou niet alleen van Delft, ik woon ook in het centrum en daar blijf ik tot verschrompeling!
En ik wil toch ook wel stellen dat we op de goede weg zijn met de
binnenstad...alleen kan het altijd beter en moeten we alert blijven.
Een logisch thema voor een horecaondernemer maar
wat mij betreft een uitdaging voor Delft. Hoe bereiken we dat de bezoeker aan
Delft met een brede glimlach verlaat.
Niet alleen de bezoeker van detailhandel of horeca, maar ook gewoon de bezoeker
die op visite komt. Als de bezoekers
namelijk tevreden zijn, zijn de bewoners het ook!
Ik poneer graag een aantaal stellingen ter
discussie:
- Mag het AJB ietsje spannender. De historische
binnenstad voldoet geheel aan de verwachting die je als bezoeker aan een oud
Hollandse binnenstad hebt. Zorg dat
men meer verrast wordt door die historische
ambiance verantwoord te combineren met techniek, moderne architectuur, kunst en
cultuur (evenementen). Koester de Mooi Weerspelen, wees blij met het blauwe
hart maar werk ook dat leuke project uit om te schaatsen op de gracht hartje
zomer.
- De binnenstad gaat verder dan het Doelenplein. De
Paardenmarkt roept om een garage onder de grond en een prachtig plein er boven
op met als trekker het legerdepot met galeries of kwalitatief hoogwaardige
winkels en horeca.
- De stegen en hofjes van Delft zijn geen
achterafstraatjes maar leuke slenterplekjes die aandacht verdienen. Lok de
wandelaar van de hoofdweg naar de Papenstraat, de Kromstraat en het Hofje van
Pauw.
- De straatnaamborden vertellen niet wat ze
betekenen, behalve de Nickersteeg. Laat weten wat het Vrouwenregt is en waarom
het de Brabantse Turfmarkt is door een verklaring bij de straatnamen te
vermelden.
- Stop met dat ingewikkelde parkeerbeleid waarbij
goedwillende toeristen alsnog een bon krijgen omdat ze TOCH verkeerd staan
terwijl ze wel een kaartje hebben gekocht. Geef alle parkeerplaatsen vrij voor
vergunninghouders OF betalende parkeerders (overal dus gecombineerde plaatsen).
- De gemeente moet de regie voeren in de
ontwikkeling en promotie van de historische binnenstad. Het BID (Business
Improvement District) is een middel om projecten gezamenlijk met ondernemers te
organiseren en te financieren.
- De rondvaart in Amsterdam is de grootste
publiekstrekker van Nederland. Er is dus vraag naar, maar in Delft ziet het er
schamel uit. Laten we Brugge als voorbeeld nemen. Open schuiten met lekkere
kussens en een goed verhaal.
Joost Verhoeff, ondernemer, KNUS
Paper
5 - Visie op de binnenstad, gezien door een toeristische(zonne)bril
Door: Jeroen Beelen
Maak bij de entree van de stad (snelweg en verder)
duidelijk dat je je bezoekers welkom heet in de stad van Delfts blauw, Oranje
en Vermeer. Gebruik daarvoor de bekende Franse ‘bruine borden
maak vanuit de gedachte van ‘visitors management’
duidelijk waar je wilt dat je bezoekers parkeren en stuur ze daar dan ook
naartoe. Nu proberen nog veel te veel bezoekers langs de grachten in de
binnenstad te parkeren, met alle ongemakken voor inwoners en leveranciers (geen
plek) én bezoekers zelf (boetes) van dien
de komst van het Vermeercentrum is uitstekend, maar
ook de kernwaarden Oranje en Delfts blauw hebben een nieuwe impuls nodig en
dienen onlosmakelijk te worden verbonden aan Delft. Hiervoor is extra geld
vanuit de gemeente, provincie, het rijk en private investeerders nodig
maak van de noordelijke binnenstad een waar
shoppersparadijs. Haal unieke kleine winkel- en horecaconcepten naar dit gebied
en weer alle overige zaken die niets met winkelen en/of horeca te maken hebben
uit dit gebied
in het buitenland altijd perfect geregeld, in
Nederland standaard een drama: openbare toiletten. We kunnen niet langer meer
en meer bezoekers naar Delft halen zonder te voorzien in voldoende – frisse –
openbare toiletvoorzieningen
De bovenstaande punten lijken simpel, maar bieden
m.i. voldoende uitdaging voor de komende jaren
Jeroen Beelen
Directeur
Delft Marketing
“Paper” Nr. 6 - ÓÓK DELFT - Marketingstrategie stadshart Delft
Een samenvatting van een extern rapport - uitgevoerd in opdracht van de SCMD
Er is de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in de
binnenstad. Een ieder is het er ook over eens dat de binnenstad als
kleinschalig, historisch centrum zeer aantrekkelijk is. Het economisch
functioneren loopt daar echter bij achter. Het is (nog) geen stadshart met een
grote commerciële aantrekkingskracht. De allure mist nog – eens te meer omdat
het winkelapparaat niet samenhangend en aaneengesloten is gestructureerd.
Doelen
kooporiëntatie Delftenaar terugwinnen; van 50 naar
60% (niet-dagelijkse goederen)
toename kooporiëntatie vanuit de regio van 10 naar 20% (uniek funshoppen)
binnenstad ook voor toeristen profileren als
winkelstad (10% groei)
Voorgestelde maatregelen
Structuurversterking
Afronden fase 4 autoluw
Afbouwen Koepoortgarage
Nieuwbouw parkeergarage binnenstad noord
toevoegen commerciële trekkers in noordelijk
winkelgebied middels bv. samenvoeging -, c.q. herontwikkeling panden
Kwaliteitsimpuls winkels (presentatie van teveel
winkels laat te wensen over)
Commerciële inrichting en ondersteuning
winkelroute; niet leidend tot gescheiden koopgedrag, maar versterk
complementariteit noordelijk- vs. zuidelijk winkelgebied – dit is méér dan
voetgangersbewegwijzering
Bijbehorende marketing impulsen
Overtuigend reclameconcept – middels bv. ÓÓK DELFT
strategie, waarbij het nieuwe gezicht van Delft aan het bestaande wordt
toegevoegd;
Multimediale reclamecampagne – 1 miljoen Euro per
jaar uitgeven voor reclamecampagne van gehele binnenstad; ca. € 2.000,- per
ondernemer;
Organiseren van commerciële evenementen, de “Dolle
Dagen van Delft” bv.;
“Instore marketing” voor gehele winkelcircuit;
verleid bezoekers zuidpoortgebied ook naar noordelijk gebied te komen;
commercieel inrichtingsplan uitwerken;
Positieve PR – gezamenlijk opzetten – ook richting
parkeerfaciliteiten.
Organisatie
Gebruik makend van bestaande samenwerkingsverbanden
en geleidelijke uitvoering – niet alles tegelijk
willen
Samenvatting door Wilke Ruiter
Paper 7 - Geen X – zonder P
- factor!
Door: Jan van Dalen
Voldoende parkeergelegenheid
voor fiets en auto is een noodzakelijke voorwaarde voor een binnenstad om
de X – factor te hebben.
“Voldoende” is een relatief begrip en het aantal
benodigde plaatsen is sterk afhankelijk van plaats en tijd.
Het onttrekken echter van zowel betaalde als gratis
bezoekersparkeerplaatsen in het noordelijk deel van de binnenstad heeft het
economisch functioneren onder druk gezet. Ondanks grote en belangrijke
investeringen in de noordelijke binnenstad (autoluw, herinrichting,
gevelverbetering), wil het nog niet echt lukken. Daarom is het noodzakelijk dat
een parkeergarage aan de noordkant van de stad gerealiseerd wordt. Een
Marktgarage biedt voor Delft niet de oplossing. Parkeren aan de rand van de
binnenstad is veel effectiever.
De “grootte” van deze garage is afhankelijk van de
locatie, maar zal minimaal 200 plaatsen moeten hebben (zie onderstaande
parkeerbalans).
|
|
|
Parkeerbalans Delftse binnenstad |
|
|||||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||||||||
|
|
|
|
|
Huidige |
Opening
|
|
Realisatie |
|||||||||||
|
|
|
|
situatie |
Koepoort |
|
Noord |
||||||||||||
|
|
|
1999 |
2003 |
2007 |
2008 |
|
|
|
||||||||||
Parkeerplaatsen: |
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||||||||
Vrije/
gratis (mix) |
|
1494 |
0 |
0 |
0 |
|
0 |
|
|||||||||||
Vergunninghouders |
|
1021 |
1834 |
1888 |
1931 |
|
2000 |
|
|||||||||||
Betaald
(straat/garage/runshop) |
1335 |
883 |
1105 |
1397 |
|
1800 |
|
||||||||||||
Betaald
en vergunning (mix) |
|
958 |
874 |
686 |
|
500 |
|
||||||||||||
Gehandicapten-
parkeerplaatsen |
|
72 |
70 |
70 |
|
80 |
|
||||||||||||
Vrije
(gratis) schil (o.a Kanaalweg) |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||||||
Lang
(gratis) parkeren / stallen |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||||||
Totaal parkeerplaatsen |
|
3850 |
3747 |
3937 |
4084 |
|
4380 |
|
|||||||||||
|
|
index |
100 |
97 |
102 |
106 |
|
114 |
|
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||||
Beschikbaar voor bezoekers |
2829 |
1841 |
1979 |
2083 |
|
2300 |
|
||||||||||||
correctie
mix-vrije plaatsen* |
-747 |
-479 |
-437 |
-343 |
|
-250 |
|
||||||||||||
correctie
garages (abonn. houders)** |
|
-50 |
-75 |
-100 |
|
-125 |
|
||||||||||||
Feitelijk voor bezoekers |
2082 |
1312 |
1467 |
1640 |
|
1925 |
|
||||||||||||
|
|
index |
100 |
63 |
70 |
79 |
|
92 |
|
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||||
Feitelijk voor vergunn. (overdag) |
1768 |
2435 |
2470 |
2444 |
|
2455 |
|
||||||||||||
|
|
index |
100 |
138 |
140 |
138 |
|
139 |
|
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||||
Feitelijk voor vergunn. (nacht) |
3850 |
3587 |
2952 |
2804 |
|
2525 |
|
||||||||||||
|
|
index |
100 |
93 |
77 |
73 |
|
66 |
|
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||||||||
*aanname mix-parkeren: |
50% |
Bezoekers/50%
vergunninghouders |
|
|
|
||||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|||||||||||||
** veronderstelling aantal
abonnementhouders |
|
|
|
|
|
||||||||||||||
|
Uitgangspunten: |
|
|
|
|||||||||||||||
1- Parkeren voor fietsen en auto’s als volgt te rubriceren:
Kort parkeren / laden -lossen
Korter dan 4 uur
Langer dan 4 uur
Stallen / aantal dagen
2-
Bereikbaarheid binnenstad noodzakelijk en geldt voor:
Voetgangers
Passagiers openbaarvervoer
Fietsers
Automobilisten
3-
Bereikbaarheid verbeteren door :
Parkeer -ring
Transport -ring
Fiets –ring
4-
Een vitale binnenstad is een stad met meerdere functies:
Wonen
Zakelijke diensten/kantoren
Winkels
Musea
Dag –horeca
Avond –horeca
Theater/ Bioscoop
Nacht –horeca
Jan van Dalen
MKB Nederland afd. Delft
Voorzitter Stichting Centrum Management Delft
4 juni 2007
Paper
8 - De Binnenstad – Synergie van Partijen
Door: Gé Kleijweg
Belangrijk
is dat we de binnenstad niet zien als een afzonderlijk gebied in de stad
maar als onderdeel van de stad.
We
moeten meer onderlinge relatie zichtbaar maken binnen de stad als geheel.
Er
is veel potentie maar men spreekt graag in termen van “Het Geheim van Delft”.
Een
goede inventarisatie van wat hebben we allemaal in de stad, maar vooral wat
zouden we ermee moeten willen.
Betrokken
partijen hebben te weinig synergie met elkaar. Bewoners en overige gebruikers
van de stad hebben een gezamenlijk belang.
Samenwerken
is een must, veel musea en overige publiek trekkende partijen doen allemaal hun
eigen ding en dat moet anders.
Thema
evenementen geeft meer mogelijkheden om de zaken gezamenlijk aan te pakken.
We
moeten ook durven, maar daarbij zal de overheid voor moeten gaan.
De
aanpak die de ontwikkeling van de beestenmarkt heeft mogelijk gemaakt moet toch
ook toepasbaar zijn op de gehele binnenstad. Maar dan moet het wel op de
politieke agenda.
Het opzetten van een pro-actieve werkgroep
die de invloeden van de ontwikkeling van de spoorzone op de binnenstad van
Delft goed volgt en dus goede maatregelen inbrengt om ook vooral tijdens de
realisatie van die spoorzone de binnenstad in ontwikkeling niet stil te zetten.
De werkzaamheden zullen van grote invloed zijn op de noord en westkant van de
stad, er moet dus goed worden geanticipeerd op gebied van:
Bereikbaarheid
Parkeren
(durf te rekenen aan een tijdelijk alternatief voor meer parkeerplaatsen)
Promotie
Evenementen
De
bouw zal een behoorlijke periode in beslag nemen, als we daarin goede en
creatieve oplossingen bedenken voor de overlast die dat ongetwijfeld met zich
meebrengt dan kunnen we zorgen dat als de overlast voorbij is dat er nog steeds
een vitale binnenstad is.
De
agenda van het verder invoeren van een auto-vrije binnenstad is daarbij ook van
groot belang.
De
Hippolytusbuurt is een hole kies in de binnenstad geworden, durven we daar echt
te ontwikkelen? Wat te denken om daar
tijdelijk(zoals toen achter de oude kerk is gedaan) een grote kas over het
water te bouwen en daar evenementen te kunnen ontwikkelen.
Gé
Kleijweg
Stadskoffyhuis
Oude
Delft
Paper 9 – Vergezicht op Delft
Door: Erik de Groot (directeur Parking Delft B.V.)
Moderne steden zijn naarstig op zoek naar een
passende identiteit met al dan niet opgeklopt imago. Om zich te
onderscheiden in deze competitieve rat race worden oneigenlijke culturele
tradities gecreëerd in de vorm van vluchtige evenementen. Delft neemt in deze
league een eigen plaats in, in die zin dat Delft geen behoefte heeft aan een
gecreëerde identiteit omdat Delft deze al heeft. Een identiteit met vele
facetten en passend bij een stad van deze omvang en leeftijd.
De identiteit van Delft is een goede basis voor de
ontwikkeling van het imago. Niet gekunsteld, maar oprecht authentiek en
passend bij de stad en de hedendaagse pluriforme samenleving. Delft is een high
tech studentenstad, Delft is een toeristisch epicentrum, Delft is een stad met
kwalitatief hoogwaardige horeca, Delft is veel en nog meer en elk facet zal
zijn plaats dienen te krijgen.
Delft staat voor een grote uitdaging. De spoortunnelzone
zal een diepe voor trekken in het vertrouwde stadsgezicht en een katalysator
zijn voor grote economische en sociale veranderingen. Misschien wel meer dan
algemeen wordt beseft.
In een balans tussen lokale ontwikkelingen en
maatschappelijke ontwikkelingen moet Delft zijn eigen koers zien te
bepalen. Praktisch houdt dit in dat er voorzieningen moeten worden gecreëerd.
Voorzieningen zoals woningen voor hogere inkomens, en tegelijkertijd voor
studenten. Delft moet de vestigingsplaats worden voor een nationaal
historisch museum. De infrastructuur van Delft moet kwalitatief hoogwaardig
zijn. En hiermee wordt niet alleen iets fysieks als het wegennet bedoeld maar
ook infrastructuur zoals glasvezel en supersnelle verbindingen.
De Delftse binnenstad is relatief bescheiden
van omvang. Binnen de ruit van Delft zullen allerlei functies een bestemming
moeten zien te krijgen. Wonen, recreatie, winkels, culturele voorzieningen en
alles wat men kan bedenken. Ruimte is dus een schaars goed in de binnenstad.
Niet alleen voor de hier beschreven functies maar ook voor het parkeren.
Het autobezit neemt naar verwachting tot 7.000.000
auto’s in 2015. Ook in Delft zal men geconfronteerd worden met deze toename.
Misschien niet in procenten gelijk, maar wel degelijk een toename. Ook dit zal
een plaats moeten krijgen in de schaarse ruimte van de Delftse binnenstad. En
bij voorkeur op een dergelijke manier dat er sprake is van een hoogwaardige
voorzieningen. Bij voorkeur dus ondergronds.
De huidige lijn is dat parkeervoorzieningen
aan de rand van de Delftse binnenstad worden ontwikkeld en gebouwd. Dit lijkt
een strategische keuze te zijn geweest die goed uitpakt. Momenteel zijn er de
Phoenixgarage en de Zuidpoortgarage. De Koepoortgarage is in ontwikkeling,
evenals garages in de spoortunnelzone. Ondanks een afname van het aantal
straatparkeerplaatsen lijken deze ontwikkelingen de vraag bij te houden. Het is
wel zaak om open te blijven staan voor nieuwe voorzieningen en deze keer op
keer uit te rekenen en daarbij rekening houdend met scenario’s van groei en
uitbreiding.
Erik de Groot
Directeur Parking Delft B.V.
4 juni 2007
Paper 10 -
Visie vernieuwing Delft Centrum Noord door Jeanne Dekkers
Jeanne Dekkers Architectuur heeft de vraag gekregen
om een visie te geven op het noordelijke deel van het centrum van Delft. Het
kantoor van Jeanne Dekkers ligt midden in het transformatiegebied tussen de
Voldersgracht en de Choorstraat. Het bureau realiseert vele, spraakmakende
gebouwen vanuit een heldere ontwerpvisie op de gebouwde omgeving. Iets meer dan
twintig mensen werken met groot enthousiasme op basis van jarenlange
samenwerking aan uiteenlopende opgaven. Deze variëren van innovatieve
kantoorbouw, theaters, politiebureau’s, sporthallen, brandweerkazernes,
onderwijshuisvesting en musea tot structuurplannen en interieurs; van stad tot stoel. We willen graag
onze expertise en ervaring gebruiken om een visie te geven op de ontwikkeling
van hoe het centrum van Delft verbeterd kan worden. Vanuit een analyse van de
stad Delft, wat van grootschalig tot kleinmazig uitgevoerd wordt, zullen we
conclusies en aanbevelingen kunnen trekken die wellicht waardevol kunnen zijn
bij het verbeteren van het centrum van Delft.
Drie
niveaus in de Delftse binnenstad
Delft is een levendige stad met een lange historie.
Het kent veel kanten, van toeristische bezienswaardigheden tot een hoog
gewaardeerde universiteit. Delft begon ooit als een ‘vroonhof’ aan een gegraven
waterloop, de “Delf” geheten. Het werd een belangrijk marktcentrum doordat het
naast twee waterwegen lag. Met het uitgraven van de Delfshavense Schie naar de
Maas (bij Rotterdam) in 1389 groeide Delft uit tot een van de grootste steden
in het toenmalige Holland.
De Koninklijke familie wordt sinds de moord van
Willem van Oranje, in de Nieuwe Kerk bijgezet. De aanwezigheid van Koninklijke
geschiedenis verrijkt de historie van Delft, maar ook de stad zelf, met
bijzondere architectuur. Het Prinsenhof en De Nieuwe Kerk zijn daar twee goede
voorbeelden van.
Met de groei van Delft naar buiten toe (VINEX
wijken) wordt de druk op de binnenstad verhoogd. Onlangs is de Zuidpoort
vernieuwd en in de toekomst zal de Spoorzone de nodige veranderingen ondergaan.
Er zijn ook andere gebieden midden in het centrum die ook aandacht nodig hebben.
Delft Centrum Noord heeft een nieuw impuls nodig om mee te kunnen blijven doen
aan het levendige, succesvolle Centrum, wat nu tussen de Markt en de Zuidpoort
ligt.
Daar toe willen we op drie niveaus de
vraagstellingen bekijken, te weten: de binnenstad, Delft Noord en het
transformatiegebied rondom de Hippolytusbuurt. Met deze structuur van drie
niveau’s zullen wij onze analyse en visie voorleggen.
1) De Binnenstad
Analyse
De structuur van de Delftse Binnenstad heeft een
lange historie. Oude kaarten laten zien dat de structuur weinig veranderd is
sinds de 15e eeuw.
Het “Centrum” van Delft loopt nu van de Markt in
het noorden tot het nieuwe winkelplein De Zuidpoort.
Op dit moment zijn De Zuidpoort, het station en de
TU Wijk de grote trekkers in Delft. De richting van aandacht is naar het zuiden
toe.
Het Prinsenhof en de Oude Kerk vormen een
historisch zwaartepunt, maar liggen beide buiten het commerciële centrum.
Doel
Het “Centrum” zou verschoven moeten worden naar het
noorden toe om de Choorstraat, de Verwersdijk, De Hippolystubuurt en de Oude
Kerk erbij te betrekken.
Middelen
Door trekkers te maken ontstaat er een groter
centrum. De trekkers zijn nodig in het noorden van de binnenstad van Delft om
mensen daar heen te halen zodat het centrum verschuift.
Om de verschuiving van het centrum te ondersteunen
zouden er nieuwe parkeergarages kunnen komen bij het Bacinol en nabij de
Paardenmarkt, net over het Schiekanaal. Het liefst komen de parkeergelegenheden
buiten de binnenstad van Delft.
De trekkers kunnen komen in de vorm van:
commerciële functies zoals winkels (Zara etc.), een ‘shop in shop’, een
conferentie oord, Grand Café (literaire café) of toeristische attracties. Dit
zou ondersteund kunnen worden door beeldende, visuele trekkers, zoals het Blauwe
Hart (beeld naast Nieuwe Kerk.
2) Delft Noord
Hier
gaat het om het gebied vanaf de Paardenmarkt in het noorden tot de Markt in het
zuiden, met de Oude Delft als westelijke afbakening.
Analyse
De Paardenmarkt is een mooie plek met
ontwikkelingsmogelijkheden.
De Oude Delft en de Voorstraat moeten verstekt
worden.
Een groot gedeelte van de binnenstad is autoluw,
inclusief de Choorstraat en het gebied rond de Oude Jan/Kerk. Dit zou meer
benut moeten worden in het noorden van de binnenstad.
Delft Noord heeft te veel uitzendbureau’s en het
loopt dood vanuit het centrum. Het is een wat minder toegankelijk gebied en de
bekendheid van de Choorstraat en het gebied er omheen is gering.
Doel
Het “Centrum” zou verschoven moeten worden naar het
noorden toe. De randen van de
binnenstad moeten herkenbaarder worden voor de
bewoner en de toerist.
Middelen
De parkeergarages aan de rand van het centrum
ondersteunen de ontwikkeling tussen de rand van het centrum en het centrum
zelf. Twee mogelijkheden voor parkeergarages zijn: bij het Bacinol terrein en
nabij de Paardenmarkt aan de andere kant van het Schiekanaal. De ligging van de
parkeergarages ten opzichten van het centrum bevordert het ontstaan van
levendige routes.
Een van die levendige routes is die van de Paardenmarkt
naar het centrum. De Paardenmarkt en het defensiegebouw in het noordoosten van
de binnenstad kunnen ontwikkeld worden als plek voor evenementen al dan niet
alternatieven (popcentrum). Dit is ook om de Markt te ontlasten van te veel
evenementen. Op de route van de Paardenmarkt naar het centrum, wordt het
Doelenplein op een positieve manier meegenomen.
Nog een levendige route is over de Oude Delft en de
Voorstraat. De Oude Delft en de Voorstraat kunnen statige grachten zijn die een
mooie toegang vormen van het centrum. Hierlangs kunnen hoogwaardige
werkplaatsen, zoals een klokkenmaker of edelsmid, gedijen. Kunstgaleries zouden
hier ook uitgebreid kunnen worden.
In Delft Noord zouden er meer trekkers moeten
komen. Voorkeur gaat uit naar toeristische trekkers, hoewel kleinschalige,
bijzondere winkels zijn ook een manier om bepaalde mensen te trekken. Er moet
wel een manier zijn om aandacht te trekken aan deze winkels, en bekendheid te
stimuleren.
Aan de Hippolytusbuurt kunnen hoogwaardige winkels
zich ontwikkelen. De Choorstraat en de Verwersdijk zouden specialiteitenstraten
kunnen worden, nog meer dan ze nu al zijn.
In de omgeving van de Oude Jan is een leeg pleintje
wat nauwelijks gebruikt wordt. Het is een ideale plek om iets nieuws te
plaatsen (een trekker).
De rondvaartboten van Delft kunnen bij Oude
Jan/Kerk op de hoek starten en aanleggen. Het is een goede toeristische plek
door de aanwezigheid van Oude Kerk en Prinsenhof in de buurt. Hierbij
ontwikkelen zich terrasjes en toeristische industrie. Dit bevordert het
verhuizen van ongewilde bedrijven (uitzendbureaus) uit het gebied, zodat er
hoogwaardige winkels voor in de plaats komen.
3)
Choorstraat/ Hippolytusbuurt/ Vrouwjuttenland/ Markt/ Papenstraat
Analyse
De Hippolytusbuurt heeft een bijzonder profiel dat
verder ontwikkeld moet worden.
Dit gebied heeft vele verborgen kwaliteiten en
ontwikkelingsmogelijkheden: herontwikkeling van het postkantoor, de Papenstraat
heeft potenties, de Vlouwstraat als woon-werkstraat en het Christofel gebouw
heeft potenties, inclusief de binnentuin.
De Voldersgracht en de Choorstraat zijn relatief
levendige straten voor deze buurt, maar de Papenstraat is erg rustig.
Het transformatie gebied heeft veel uitzendbureau’s
en het loopt dood vanuit het centrum. Het is een minder toegankelijk gebied en
de bekendheid van Papenstraat en het gebied er omheen is gering.
Doel
Dit gebied moet verlevendigd worden om te zorgen
dat het centrum van Delft naar het noorden verschuift. De verborgen kwaliteiten
moeten ontwikkeld worden.
Middelen
Het oude postkantoor kan veranderd worden in een
passage of overdekt pleintje met winkels en dergelijke; een ‘shop in shop’. Een
nieuwe verbinding zou zo gemaakt worden tussen de Hippolytusbuurt en de
Papenstraat.
De Papenstraat heeft meer ‘voorkanten’ nodig. Als
verlengde van de Voldersgracht zouden er hoogwaardige winkels en restaurants
doorgetrokken kunnen worden naar de Papenstraat. De nieuwe winkelpassage in het
postkantoor zou ook de voorkanten van een aantal winkels aan de Papenstraat
kunnen plaatsen.
Om het profiel van de Hippolytusbuurt verder te
ontwikkelen zou er een verbrede brug over de gracht geplaatst kunnen worden.
Hierop en omheen kunnen terrasje geplaatst worden. Meer straatmeubilair voor
meer zitmogelijkheden en meer grote etalages aan de straat kunnen de straat
verlevendigen. Een Grand Café zou ook de buurt verlevendigen. Een extra
aanlegsteiger voor de rondvaart boten brengt meer mensen naar deze plek toe.
Het Christofel gebouw kan ontwikkeld worden als
conferentieoord en de binnentuin zou openbaar gemaakt kunnen worden om de
doorstroming door het stedelijk blok te verhogen, zoals ook de passage door het
postkantoor dat doet.
De Vlouw kan veranderd worden in een woon-werk
straat met werkplaatsen op straatniveau. Piet Vonk zou, bijvoorbeeld, zijn
werkplaats kunnen openen aan deze kant van het blok.
De Halsteeg blijft een steeg, maar zal schoner en
leger gemaakt kunnen worden.
De rondvaartboten die aanleggen bij de Oude Kerk
zorgen ervoor dat er meer toeristische activiteit en industrie komt, zoals
souvenirwinkels en dergelijke. Dit zorgt er dan voor dat ongewenste bedrijven
zoals uitzendbureaus in dit gebied blijven. De nieuwe restaurants en winkels in
dit gebied zorgen ervoor dat de mensen hierheen getrokken voelen, waardoor het
centrum zich naar het noorden verplaatst.
Paper 11 - Delft op weg naar een eigen(tijds)
gezicht
Door:
Lars Pijlman (directeur VOM Delft B.V.)
Context
Delft is volop in ontwikkeling. De
Zuidpoort-ontwikkeling heeft ertoe geleid dat de consument winkels aantreft die
men kan verwachten in een stad met circa 95.000 inwoners. De horeca heeft zich
de afgelopen jaren positief ontwikkeld. Het aantal goed betaalbare en
bijzondere restaurantjes is fors toegenomen. Dit is zeker voor een groot aantal
toeristen, studenten én Delftenaren een goede zaak. Voldoende grand-cafés zijn
aanwezig om combinatiebezoeken af te leggen met activiteiten als winkelen
(‘funshoppen’) of het bezoeken van voorzieningen.
Niet alles is echter positief. Delft heeft nog
steeds een -te- dorps imago. Dit kan in bepaalde situaties leiden tot
Calimero-gedrag. Het is in Delft moeizaam om aansprekende landelijke
evenementen te organiseren. De wijze waarop de zoektocht naar sponsoren voor
een evenement als de ‘MooiWeerSpeler’ verloopt is exemplarisch. Het
Jazz-festival ondervindt veel concurrentie van soortgelijke festivals in andere
steden. Bezoekers van ‘Jazz in Duketown’ in ’s-Hertogensbosch weten hoe
belangrijk dit soort evenementen kunnen zijn voor -het imago- van een
binnenstad. Ook in het winkelbestand zijn nog steeds te veel formules die
gewoon thuishoren in een stad als Delft maar toch ontbreken (We, Zara) of een
te lage kwaliteit hebben (V&D zonder La Place). De uitstraling van de
binnenstad is op veel onderdelen voor verbetering vatbaar. Dit geldt zowel voor
het onderhoud van het openbaar gebied als de uitstraling van panden
(Kromstraat, Voldersgracht, Jacob Gerritstraat, Choorstraat, Nieuwe Langedijk).
De onlangs opgeknapte boekenzaak Huyser is een voorbeeld hoe een winkel een
bijdrage kan leveren aan het ‘upgraden’ van dit soort straten. Grachten in
noordelijke deel van de binnenstad hebben veel mogelijkheden, maar worden
onvoldoende benut doordat de levendigheid van de binnenstad ter hoogte Oude
Kerkstraat stopt. Aantrekkelijke commerciële voorzieningen die (veel) bezoekers
kunnen trekken ontbreken bijna geheel in het noordelijk deel van de binnenstad.
Het -tijdelijk- invullen van het oude postkantoor met een wetenschappelijk
bureau is in dit opzicht geen gelukkige keuze. De bereikbaarheid van steden is
door de groeiende mobiliteit steeds problematischer. Ook in Delft is dit al
jarenlang een issue.
Relevante trends en ontwikkelingen
Tevreden achteroverleunen over de bereikte
verbeteringen is geen optie. De concurrentie tussen binnensteden neemt de
komende jaren alleen maar toe. De binnenstad wordt nog meer dan nu het geval is
het visitekaartje van een gemeente.
Hoe zal Delft zich de komende jaren ontwikkelen? De
woonfunctie van de binnenstad zal toenemen vanwege de groei van het aantal
huishoudens en het feit dat Nederland sterk aan het vergrijzen is. Er ontstaat
een sterk groeiende groep consumenten die over relatief veel tijd en geld
beschikt. Vergrijzing wordt niet zozeer gezien als een bedreiging, maar juist
aan als kans omdat er een koopkrachtige vraag gaat ontstaan op meer momenten in
de week. Deze benadering wordt ook wel de ‘silver economy’ genoemd. Deze oudere
doelgroep woont in luxe appartementen die als een soort vesting ontwikkeld zijn
en waarbij, naast luxe, de veiligheid van het wonen de boventoon voert. Naast
fysieke aanpassingen zoals ondergronds parkeren (met hekwerken en
cameratoezicht) zullen ook particuliere beveiligingsorganisaties worden
ingeschakeld om de veiligheid te borgen.
De binnenstad is vooral een gebied waarin de
‘beleveniseconomie’ tot volle wasdom zal komen. Vooral ‘leisure-voorzieningen’
als bioscopen, theaters, horeca, winkels, casino zullen steeds sterker
vertegenwoordigd zijn. In de openbare ruimte zullen in toenemende mate
aansprekende evenementen worden georganiseerd. De klimaatverandering levert
hieraan een positieve bijdrage. Doordat het warmer wordt kunnen er meer
evenementen gedurende een langere periode in de buitenruimte worden
georganiseerd. Met name door de horeca wordt de organisatie van evenementen
gezien als een extra inkomstenbron. Binnen een wereld die als maar virtueler is
geworden is de binnenstad een plek waar mensen elkaar nog fysiek ontmoeten en
stedelijk recreëren. De binnenstad heeft naast een sterke economische functie
met name als ontmoetingsplek ook een sociale functie. Alle bevolkingsgroepen
kunnen door een bezoek aan de binnenstad anoniem recreëren en genieten van de
hoge belevingswaarde die de stad te bieden heeft. Daarnaast zal de binnenstad
steeds drukker bezocht gaan worden. Hierbij zal de frequentie en verblijfsduur
van het bezoek verder groeien. Belangrijke oorzaak hiervoor is dat de
mobiliteitsgroei zich doorzet. Doordat het vliegverkeer steeds goedkoper wordt
en een bepaalde groep mensen beschikt over nog meer geld en vrije tijd (dan nu
het geval) is en zal het stedelijke weekeindtoerisme toenemen. Net als in veel
andere gemeenten heeft Delft gratis openbaar vervoer ingevoerd. Dit heeft een
positief effect op de mobiliteit.
Uitdagingen voor Delft
In de concurrentiestrijd tussen steden zullen die
steden de gunst van de consument winnen die het beste op geschetste
ontwikkelingen inspelen. Hier ligt de grote uitdaging voor de binnenstad van
Delft de komende jaren. Uit onderzoek blijkt nog steeds dat de binnenstad er
niet in slaagt om de Delftenaar meer aan zich te binden. Blijkbaar spelen
andere (omringende) steden nog beter in op toekomstige ontwikkelingen. Delft
heeft in deze strijd een zeer belangrijk voordeel: het historische karaker van
de binnenstad.
Waar liggen de uitdagingen voor Delft? Ten eerste
is een belangrijke randvoorwaarde dat de basis optimaal is verzorgd. Dit
betekent dat de Delftse binnenstad een optimaal niveau dient te hebben van
schoon, heel en veilig.
Ten tweede moet de beleveniseconomie van de binnenstad
worden geoptimaliseerd. De grootschalige bioscoop Must See is in dit opzicht
een aanwinst.
Ten derde moeten partijen de schroom van zich
afwerpen en veel meer in gezamenlijkheid evenementen gaan organiseren, bij
voorkeur met een landelijke of zelfs internationale uitstraling. Evenementen
als het ‘Delft Chamber Music Festival’ en ‘Nyama Wereldculterenfestival’ vormen
helaas een uitzondering in het aanbod. Het is hierbij van belang dat iedere
partij zijn/haar verantwoordelijkheid neemt: ondernemers als initiatiefnemers,
de lokale overheid/binnenstadsmanagement als ‘procesfaciltator’ en bewoners als
bezoeker en promotor van de binnenstad. Een ambitieus en samenhangend
evenementenprogramma, dat wordt ondersteund door een slimme
communicatiestrategie, kan Delft op de kaart zetten.
Een vierde kans is de invulling van de enkele
(verbinding)straten en in het bijzonder de noordelijke helft van de binnenstad.
Een deel van deze straten bevindt zich in een neergaande spiraal. Kwalitatief
mindere branchering, minder bezoekers, vestiging overlastgevende functies,
overlastproblemen, etc. In het noordelijk deel van de binnenstad is het
woonmilieu te overheersend. Dit soort straten/gebieden zijn juist kansrijk om
de binnenstad een eigen ‘couleur locale’ te geven. Op laatstgenoemd aspect
wordt nader ingegaan.
Aanzet
tot een visie
In het kernwinkelgebied (vooral Zuidpoort) voeren
landelijk landelijke ketens op modegebied, media, parfumerie etc. de boventoon,
waarvan de bezoeker van de binnenstad ook verwacht deze te vinden. Eén van de
gevolgen hiervan is dat in functionele zin (aard en omvang branches) de
kernwinkelgebieden van grotere steden steeds meer op elkaar lijken. Uit
onderzoek blijkt dat het bezoek aan de Nederlandse (binnen)steden terugloopt.
De consument lijkt meer doelgericht te winkelen en laat vaker de moeilijk
bereikbare binnenstad links liggen. Kleinere steden en winkelcentra hebben daar
voordeel aan.
Het is voor binnensteden niet meer voldoende om
‘alleen maar’ een volledig en goed toegerust kernwinkelaanbod te hebben om
klanten aan zich te binden. Het onderscheidend vermogen tussen binnensteden
onderling wordt in toenemende mate bepaald door de kwaliteit van de
aangrenzende gebieden en de bebouwing, de ruimtelijke structuur en de aanwezige
functies. In diverse (vooral historische) binnensteden zijn dit soort plekken
te vinden: aanloopstraten met bijzondere winkels, horecapleinen met terrassen,
culturele gebieden met musea en galeries en dergelijke.
Het zijn vooral deze ‘dwaalmilieus’ waar
cultuurhistorie en economie hand in hand kunnen gaan, waarmee een stad zich kan
onderscheiden, en waardoor bezoekers er graag (en speciaal) naar toe komen. De
filialisering van de binnenstad is vaak minder doorgedrongen in deze
dwaalmilieu’s. Daar is dan nog een (groot) deel over van de oorspronkelijke
karakteristieken zowel in het uiterlijk van panden als de functionele
structuur. Toch is de aandacht voor deze straten meestal niet zo groot.
Daardoor is het investeringsniveau te laag, ontstaan onduidelijke invullingen
en heeft het openbaar gebied onvoldoende uitstraling. In een aantal gevallen
komt daar bij dat de relaties met de overige delen van het centrumgebied zijn
verzwakt en dat het centrum geografisch verschuift. Dit geldt bijvoorbeeld voor
grootschalige investeringen in de binnenstad waarbij onvoldoende is nagedacht
over de effecten op dwaalmilieu’s. Tevens kan het gevaar dreigen dat meer van
hetzelfde wordt toegevoegd.
Een positieve functionele en fysieke ontwikkeling
van de binnenstad kan worden bereikt, passend in de structuur van de Delftse
binnenstad. Dit kan enerzijds een ‘dwaalmilieu-achtige’ karakteristiek zijn,
met een veelheid aan verschillende kleinschalige functies (bijzondere
detailhandel, horeca, cultuur, ambachten en dergelijke), maar kan anderzijds
ook een meer thematische karakteristiek zijn (bijvoorbeeld cultuur, kunst,
ambacht).
Een visie op de gewenste functionele ontwikkeling
van de binnenstad moet bij voorkeur worden uitgewerkt in een brancheplan.
Hierbij dient uiteraard rekening te worden gehouden met de verschillende
deelmilieus.
Hoe wordt de visie gerealiseerd: sturen op
branchering
Naast de visie (de ‘wat’-vraag) is minstens zo
belangrijk op welke wijze partijen denken de visie te realiseren (de
‘hoe’-vraag). Het antwoord op deze vraag is afhankelijk van de volgende twee
vragen:
In hoeverre willen overheid, ondernemers en
eigenaren de branchering beïnvloeden?
Hoeveel mogelijkheden hebben de overheid en andere
partijen om de branchering te beïnvloeden?
Als antwoord op de eerste vraag is de veronderstelling
dat de gemeente Delft het tot haar taak rekent om voor bewoners en ondernemers
een gezonde economische structuur na te streven. Hiervoor zullen door de
overheid randvoorwaarden moeten worden gecreëerd. Uit de binnenstadsconferentie
zal mogelijk blijken of ook ondernemers en eigenaren een betere branchering
willen nastreven.
De tweede vraag betreft de mogelijkheden om op
branchering te sturen. Dit is geen eenvoudige opgave. Het bestemmingsplan is
een kader waarin aspecten als totale omvang en situering winkelvloeroppervlak,
omvang van afzonderlijke panden, gebruiksmogelijkheden naar sector (horeca,
detailhandel, dienstverlening etc.) worden vastgelegd. Bij vernieuwing van
bestemmingplannen moet het brancheplan een belangrijke bouwsteen vormen.
Daarnaast kan door flankerend beleid de gewenste
branchering worden gestimuleerd. Denk hierbij aan het beleid rond
detailhandelsstructuur, imagocampagne, parkeren en laden/lossen, openbaar
vervoer, uitstallingen en reclame, schoon, heel en veilig. Het handhaven van
beleid is minstens zo belangrijk als het opstellen ervan. Het
publiekrechtelijke instrumentarium kan mogelijk effectiever worden ingezet dan
momenteel het geval is: enerzijds gericht op het bieden van perspectief en
ondersteuning anderzijds door toepassen van drang en dwang bij onwenselijke
situaties. Ook zou hierbij nog meer gebruik moeten worden gemaakt van
instrumenten die in andere steden worden ingezet (wet Bibob, wet Victor etc.). De ervaring leert dat de grootste resultaten
worden geboekt bij het verbeteren van (binnen)stedelijke gebieden als sprake is
van een gecoördineerde (bv. periodieke acties) en afgestemde (op problematiek
en onderlinge samenhang) inzet van publiekrechtelijke en privaatrechtelijke
instrumenten.
Een andere mogelijkheid om (indirect) te sturen op
branchering is het oprichten van een -breed- platform van eigenaren. Doel is het
stimuleren van de betrokkenheid
bij én bereidheid van eigenaren om mee te werken aan het verbeteren van de
binnenstad. Het resultaat van een gebiedsgerichte aanpak is afhankelijk van de
bereidheid van eigenaren om mee te werken aan de maatregelen. Voor een deel van
de eigenaren geldt dat de onzekerheid over de toekomst van een gebied er toe
leidt dat zij afwachtend zijn daar waar het gaat om grotere investeringen in
hun panden. Voor alle partijen, en dus ook voor de eigenaren, is het van belang
dat er zekerheid komt het toekomstperspectief van een gebied. Pas dan kan
immers in redelijkheid verwacht worden dat zij investeren. Eigenaren zijn
globaal als volgt te typeren:
20 % is welwillend;
30 - 40 % is in beweging te krijgen met
instrumenten (handhaven dan wel stimuleren);
30 - 40 % wil gewoon verhuren, maakt niet uit aan
welk type bedrijf.
Het hebben van beschikkingsmacht over panden biedt
echter de beste mogelijkheden om te sturen op branchering. Een relatief nieuw
privaatrechtelijk instrument is de Vastgoed Ontwikkelingsmaatschappij Delft BV
(VOM) die in juni 2006 is opgericht. De
VOM kan een belangrijke rol kunnen spelen bij projecten waar verbetering van de
branchering wordt nagestreefd. Publiekrechtelijke instrumenten volstaan niet om
de branchering te verbeteren.
De VOM is een vastgoedonderneming die vanuit
maatschappelijke oriëntatie winkel-, horeca-, en bedrijfspanden in de Delftse
binnenstad verwerft, herontwikkelt en exploiteert. Participanten van de VOM
zijn de gemeente Delft en de Stichting Vestia Groep. Rabobank Delftlanden
ondersteunt de VOM. Uitgangspunt is dat in de panden van de VOM ondernemingen
een plek vinden die aantrekkelijk zijn voor zowel de bewoners van Delft als
andere bezoekers van de binnenstad. De ondernemingen moeten een bijdrage
leveren aan een levendige en leefbare omgeving. Het doel van de VOM is de
positie van de historische binnenstad te versterken door op jaarbasis 5 panden
te kopen of te huren. De VOM richt zich op de volgende deelgebieden: de
noordelijke helft van de binnenstad (Choorstraat, Vrouwjuttenland,
Voldersgracht etc.) de Kromstraat en de Nieuwe Langendijk. Vastgoed waarop de
VOM Delft BV zich richt zijn:
Panden die door hun strategische ligging bij kunnen
dragen aan het bereiken van een rondgang van het zuidelijke gedeelte naar het
noordelijk deel (en vice versa);
Panden die een positieve bijdrage kunnen leveren
aan de brancheringsdoelstelling;
Panden die een negatieve bijdrage leveren aan het
straatbeeld c.q. het economisch functioneren van de straat in de weg staan (bv.
leegstand of oneigenlijk gebruik);
Overlastpanden, aandachtpanden.
De geschetste brede aanpak en inzet van
instrumenten kan een belangrijke stap voorwaarts zijn om de toekomst van
binnenstad van Delft met vertrouwen tegemoet te zien.
Lars Pijlman,
Directeur VOM Delft BV,
31 mei 2007