30 March 2000

Besluitenlijst, commissie Leefbaarheid d.d. 9 september 1999
 


naar agenda

 

Besluitenlijst van de openbare vergadering van de commissie Leefbaarheid d.d. 9 september 1999

Voorzitter:

de heer Van Oorschot

Secretaris

mevrouw Bandell

Aanwezig

de dames Bolten, De Jongh Swemer, Jonquière-Kamps en Zweekhorst-de Rooij

de heren Aközbek, Baljé, Boelens, Van den Doel, De Graaf, De Jong, Meuleman, Mooiweer, De Prez, Taneja, Tas, Van Tongeren

Afwezig

de heren, Bonthuis, Kleine, Kroon, Van Leeuwen, Weertman, De Wit

 

1.

Opening

De voorzitter opent de vergadering.

2.

Mededelingen

De heer Houben, de nieuwe bureauchef bij Bureau Oost Centrum, wordt door de voorzitter aan de commissie voorgesteld.

De voorzitter meldt, dat de heer Van Leeuwen met kennisgeving afwezig is.

Voorts deelt de voorzitter mee, dat de rampenoefening voor de datum 9-9-1999 goed is verlopen.

Wethouder Torenstra deelt mee, dat ten aanzien van de kinderopvang de voorlopige tweede tranche buitenschoolse opvang aan Delft toegekend is. Kinderdagverblijf Knotz is nu al gestart en zal in november officieel zijn deuren openen. Voor wat betreft kinderdagverblijf Reki is nog niet alles geheel rond maar wordt er hard aan gewerkt om het op korte termijn in orde te maken. In totaal zijn hiermee 110 aanvragen concreet ingevuld.

Ten aanzien van de situatie over de kinderopvang in het Westerkwartier meldt de wethouder dat de bouw nauwelijks vertraging zal oplopen. Het voorbereidingsbesluit zal in de commissie Duurzaamheid worden behandeld. In de plannen rondom de bouw van kinderopvang zal rekening worden gehouden, dat in een later stadium buitenschoolse opvang gerealiseerd kan worden. De heer Meuleman vraagt wat het afvallen van Octopus in het Westerkwartier betekent voor de verhuisbewegingen. De wethouder antwoordt hierop dat men bezig is met de verhuisbewegingen in zijn totaliteit. Plukkebol wil ook in het Westerkwartier buitenschoolse opvang realiseren. Zij willen starten met hele dagopvang. Bij de bouw en het ontwerp van het buurthuis wordt echter wel rekening gehouden met een latere toevoeging van buitenschoolse opvang.

Mevrouw Bolten wil weten wanneer de integrale nota over Kinderopvang in de commissie zal worden besproken. Wethouder Torenstra antwoordt hierop dat de planning november/december dit jaar is.

De heer Meuleman vraagt opheldering over de situatie omtrent de Pijperring, met name hoe de keuze over hangplek tot stand is gekomen en in hoeverre handhavingsbeleid daar een rol in gaat spelen. De voorzitter antwoordt dat de situatie in de Pijperring nu geen punt voor de agenda is. De keuze voor de hangplek is in overleg met een aantal jongeren gedaan, maar niet met allemaal. Sommigen voelen zich daarom niet aan de afspraak gehouden, maar hebben zelf geen alternatief aangegeven. De voorzitter zegt toe, dat in een volgende commissievergadering een Plan van Aanpak van dit vraagstuk, met de commissie te bespreken.

3.

Inventarisatie wensen publieke tribune om bij een van de agendapunten het woord te voeren

De heer Ligtenberg wenst namens PRAT (Preventie Drugs Advies Team) het woord te voeren bij agendapunt 6.

4.

Vaststelling wijze van afdoening ingekomen stukken
De commissie gaat akkoord met de voorgestelde wijze van afdoening.

5.

Vaststelling besluitenlijst commissie Leefbaarheid d.d. 11 maart 1999

De heer De Prez vraagt, naar aanleiding van de besluitenlijst wat de stand van zaken betreffende mogelijke problemen bij de vreemdenlingendienst is. De voorzitter geeft aan dat hij geen signalen heeft doorgekregen dat er sprake zou zijn van problemen bij de vreemdelingendienst.

 

De commissie gaat akkoord met de besluitenlijst van 11 maart 1999.

6.

 

 

Normalisering van de toelevering van softdrugs aan "coffeeshops"

De heer Ligtenberg betoogt dat drugs een onderdeel van onze samenleving vormen. Het getuigt van realiteitszin wanneer naar oplossingen wordt gezocht voor het vraagstuk regulering softdrugsbeleid. Duidelijkheid is gewenst omdat het huidige softdrugsbeleid niet meer te volgen is. De voordeur is legaal, de achterdeur niet. Het gebruik en verkoop is toegestaan, import en produktie niet. Het is wel van belang dat de overheid regulerend optreedt. Reguleren maakt het gebruik van softdrugs zichtbaar, controleerbaar, meetbaar en ook bespreekbaar. PRAT hoopt op een open debat en zorgvuldige besluitvorming. Het PRAT-team uit Delft is bereid om de fracties te informeren over de situatie en ontwikkelingen in Delft, inzake het gebruik van zowel soft- als hard-drugs.

De fracties CDA en SPG/RPF/GPV stemmen niet in met de adhesiebetuiging. De fracties PvdA, VVD, Groen Links, D66, Stadsbelangen, STIP en SP stemmen wel in met de adhesiebetuiging. De voorzitter voegt eraan toe, dat hij het al dan niet instemmen met deze adhesiebetuiging niet beschouwt als het innemen van een standpunt over de legalisering van softdrugs. De commissie is, ten aanzien van de toelating van een experiment in Delft, verdeeld en neemt in deze geen standpunt in. Dit laatste onderwerp is thans ook niet aan de orde.

 

 

7.

Voortgangsnota Integraal Veiligheidsbeleid

De voorzitter zegt toe, naar aanleiding van een opmerking van de heer Meuleman, de vrije pers als middel in het communicatieplan te betrekken.

De commissie gaat akkoord met het voorstel. De voorzitter tekent daarbij dat indien fracties behoefte hebben aan een nieuwe discussie over de gekozen prioriteitstelling een signaal kunnen afgeven bij de voorzitter.

8.

Bijstelling Werkplan 1999 van de Politie Haaglanden, Bureau Delft West en Bijstelling Werkplan 1999 van de Politie Haaglanden, Bureau Delft Oost / Centrum

De voorzitter zegt toe zich te blijven inzetten voor een voldoende bezetting op de politiebureaus in Delft. De voorzitter zegt toe, naar aanleiding van een opmerking van de heer Aközbek, zich maximaal in te zetten voor de invulling van opengevallen preventie-uren.

De commissie gaat akkoord met het voorstel.

9.

Een betere organisatorische positie voor het Haltburo

De voorzitter geeft aan de bestuursinvulling en de mogelijkheden om bij toerbeurt vanuit Delft hierin te participeren nader te bekijken. De voorzitter zegt toe dat financiële overwegingen om het spreekuur van het Haltburo op het politiebureau te vestigen geen overwegende rol mogen spelen en zal daarom met een nadere motivatie voor de huisvesting komen. Hiertoe zal overleg worden gevoerd met de medewerkers van het Haltburo.

De commissie gaat akkoord met het voorstel.

10.

Rondvraag

Mevrouw De Jongh Swemer vraagt of de voorzitter bekend is met een toename van drugsoverlast in de Molstraat sinds de opknapbeurt van de Kromstraat. De voorzitter geeft aan dat het bekend is dat op bepaalde punten in de binnenstad sprake is van een uitwaaiering van problemen. Het beleid is om dit soort processen goed te volgen. Het probleem van de Molstraat is bij de politie bekend en er wordt extra aandacht aan geschonken.

Mevrouw Jonquière vraagt aandacht voor een toename overlast zwervers bij bedrijven om de Koornbeurs heen. De voorzitter geeft aan dat dit bij hem bekend is. Naar aanleiding van een artikel in VNG magazine doet mevrouw Jonquiere de suggestie om parkeerwachters te voorzien van handterminals om kleine boetes te registreren en deze rechtstreeks door te kunnen sturen naar justitie. Zij zegt toe het artikel van de VNG aan de voorzitter te overhandigen.

De heer Meuleman vraagt aandacht voor problemen omtrent het alarmnummer 112. Hij wil weten of de gemeenteraad invloed op het functioneren van 112 kan uitoefenen. De voorzitter antwoordt hierop dat indien de alarmcentrale 112 niet goed zou functioneren dit in het Regionaal College van de politie Haaglanden aan de orde zou komen. Hij is bereid om dit bilateraal aan de orde te stellen en verzoekt de heer Meuleman om meer informatie na afloop van de vergadering.

Ten aanzien van de (zwarte) autohandel op de Papsouwselaan wil de heer Meuleman weten of dit al dan niet verboden is en wat eraan gedaan kan worden. De voorzitter antwoordt hierop dat indien een dergelijke situatie overlast begint te geven op grond van de APV bepaalde plekken aangewezen worden waar dit soort zaken niet zijn toegestaan. In dit specifieke geval wordt momenteel gekeken of het doen van een beroep op de APV op zijn plaats is.

De heer Taneja vraagt, naar aanleiding van een incident, wat de aanrijtijd van de ambulance is. De voorzitter antwoordt hierop dat bij een cumulatie van ongelukken het langer kan duren voordat een ambulance ter plekke is. Dit zijn meestal incidenten. De voorzitter zegt toe na te laten gaan hoe vaak ambulances niet binnen de vastgestelde normtijden ter plaatse zijn.

Ten aanzien van rampen wil de heer Taneja weten hoe de gemeente hiermee omgaat en vraagt de voorzitter om op een geschikt moment op hoofdlijnen aan de commissie voor te leggen hoe de gemeente berekend is op haar taak bij rampen. De voorzitter antwoordt hierop dat in zijn algemeenheid, bij eerder voorgevallen incidenten, achteraf gezien er voldoende adequaat wordt gereageerd. Uit de evaluatie kunnen altijd dingen naar voren komen die verbeterd kunnen worden.

Mevrouw Zweekhorst vraagt of er regels opgesteld zijn en of er controle plaatsvindt op de hygiëne bij het plaatsen van piercings en tatoeages. De heer Aközbek geeft aan dat deze kwestie in de afgelopen vergadering van de commissie WZO aan de orde is geweest.

11.

Sluiting

De voorzitter sluit om 23.00 uur de vergadering.

 

terug naar boven